Allerlei. Vreemde woorden. Binnenland. heeft de regeering besloten, een militair kordon langs de portugeesche grens te trekken. Den 26 kwamen in de provinciën, waar de cholera heerscht, 50 ziekte- en 34 sterfgevallen voor; den 27, 52 en 30; den 28, 41 en 21. SERVIE. De uitslag der verkiezingen voor de Skoepsjtina is ten naaste bij als volgt: gekozen 119 ra dicalen en 17 leden der oppositie), 2 progressisten en 15 liberalen. De oppositie heeft terrein verloren. De orde werd niet gestoord. ZWITSEHXAIVD. De Bondsraad heeft besloten, de tegenwoordige regeering van Brazilië officieel te erkennen. VEREEIVIODE-STATEIY. De Senaat heeft met 33 tegen 27 stemmen de Mc. Kiuley-tariefwet aangeno men in den vorm, waarin het ontwerp door de gemengde commissie gebracht was. Door nalatigheid van een beambte is den 30 des avonds op den New-Jersey-spoorweg een reizigerstrein met een goederentrein nabij Lehighton (Pensylvania) in bot sing gekomen. Drie personen werden daarbij gedood. De beambte werd in hechtenis genomen. In eene bespreking van het werk van den hoogleeraar J. Verdam over de geschiedenis der nederlandsche taal zegt het Handelsblad o. a. het volgende dat wij met instemming overnemen Herhaaldelijk waarschuwt de heer Verdam tegen het onnoodige gebruikmaken van uitheemsche woorden die maar al te geschikt zjjn om armoede van gedachte of onhelderheid van geest te verbergen. Een vreemd woord toch leeft niet in dezelfde mate voor onzen geest als een inheemsch zij hebben geene verwantenwaarmede wij ze onwillekeurig verbindennoch ook houvast aan an dere ons van de jeugd af bekende woordendie voor ons taalbewustzijn leven. Duidelijk blijkt dit o. a. uit de verminkingen van fransche woorden in den mond des volks. Men hoort wel eens de opmerking dat wij wel tot uitheemsche woorden de toevlucht moeten nemen, wanneer nieuwe zaken over de grenzen tot ons komen. Dit is onjuist. In verreweg de meeste gevallen zou men ook met de eigen taalmiddelen het nieuwe begrip kunnen omschrijven indien men daarvoor slechts eenige moeite wilde doen. Indien men eens een vluchtigen blik werpt op de nieuwe woorden, die do taal in de laatste 50 jaren uit eigen middelen heeft weten te vormen, zal men zien, dat het voortbrengingsvermogen ook in onze taal niet aan zijn einde is gekomen. Wij vinden als nieuwe woorden o.a. spoorwagenspoor weg spoortrein stoomvermogen stoomketelstoomspuit noodrem brandschelpostzegelbankwezen voorschotbank, spaarbank bijbankkooldruk snelpers lichtdrukkleu rendruk, briefkaartpostbladochtendblad, avondblad, plei- ziertreinpostpakket, pakketvaartpaardenspoorgaskachel, vulkachel, verduurzaamde levensmiddelen, duinwater, scheur kalender, schoolhoofdburgerschool, volksgaarkeuken, heille- ger, kunstboter, nijverheidrondreiskaartspeeltuin levens verzekering enz. enz. Indien wij dit reeds vrij groote getal woorden zien uit den nieuweren tijd die maar zeer weinige zijn in ver gelijking tot die welke niet zijn genoemd en die men vindtals men op elk gebied de vorderingen der laatste halve eeuw nagaat, dan zal men tot de slotsom komen, dat ook voor de vorming van andere nederlandsche ter men en woorden onze taal wel het middel aan de hand zou doenals men het zocht. Wat kan men beter hebben, vraagt prof. Verdam, dan rijwiel en het werkwoord wielrijden waarom zou tele gram niet kunnen worden vervangen door draadbericht manege door rijschool, ventilator door luchtkoker, ventila tie door luchtverversching, folklore door volkskunde, dialect door spreektaal of gouwspraakmetonymie door overnoe- ming, photographie door lichtbeeld, individu door enkeling, mail door brievenmaalabatoir door slachtplaats indus trieel door nijvere, boemeltrein door sukkeltrein, pare vac- Sprakeloos bleef zij op dezelfde plek staan en dacht er niet aan hem uit te laten. Als geloofde zij nog niet wat zij gehoord had bleef zij naar de deur staren waar door hij was verdwenenzij had een gevoel alsof zij een heerlijken droom had gehad. Toen Bruno door het kleine kamertje gingwaar Al ma met hare tante bij een klein keukenlampje zat, sprak hij nog eenige vriendelijke woorden tot de beide vrou wen en door Alma voorgelichtverliet hij het huis steeg in de vigelante, die aan den hoek der straat gewacht had en liet zich naar de sociëteit brengen. Er lag een glimlach op zijn gelaat; hij was tevreden over zichzelven. Zijne jeugd en zijne lichtzinnige opvatting van het leven waren echter oorzaak, dat die goede opwelling hem dien avond niet in eene ernstiger stemming bracht. Als ge woonlijk bleef hij tot laat in den nacht spelen. Toch hield Grete zijne gedachte meer bezig dan hij gemeend had. Zijne eerste gedachte toch was den volgenden morgen: Waar en bij wie zal ik het meisje een onderkomen ver schaffen Plotseling viel hem iets in. Lang geleden had zijn vader hem geschrevendat het de weduwe van een zijner vroegere regimentscollega's, die bij Königgratz ge vallen was, zeer slecht ging. Hij had hem medegedeeld, dat de weduwe von Sellnitz in behoeftige omstandigheden verkeerde en hij eene goede daad zou verrichten, indien hij een der kameraden van de garde-kurassierswier kazerne dicht bij de woning dier weduwe gelegen was kon overhalen daar zijn intrek te nemen. Even snel als die gedachte bij hem opkwam had hij ook het besluit genomen met mevrouw von Sellnitz over de zaak te gaan spreken. HOOFDSTUK III. De mooie Claudine von Hillgentrup oudste dochter van den geheimraad van dien naam, was in het jaar 1858 gehuwd met den toenmaligen eersten luitenant Marquard von Sellnitz. Wellicht had zij eene veel betere partij kunnen doenmaar zij was nu eeumaal zoo dwaas ge- cinogène door koepokkerijstenographie door kortschrift galanterië'n door Icramerijenentrée door toegangsprijs retourbiljet door heen-en-weerkaart, comedie door schouw burg. officieel door ambtelijk, prease-papier door papierdruk- ker, lithographie door steendruk, typographic door letterdruk. En zoo kunnen er ook andere woorden opzettelijk ge vormd of weder ingevoerd worden, die de taal tot voor deel strekken en haar een goed en juist woord rijker maken, zooals bruikleen, afdreigen, werkloos (naast werke loos) voor „zonder werk buiten eigen schuld", zegsman voor arbiter in niet rechterlijke zakenvolksvergadering voor meeting, betooging voor demonstratie, luohthoepelspel voor jeu de grace, bal-en-kamerspel voor croquet, stok-en- balspel voor criquet, keerbord voor reversi enz., waarvan sommige in de algemeene taal beginnen te worden op genomen, terwijl anderen dat voorbeeld zullen volgen, indien het nederlandsche volk zich over de vreemdheid van sommige termen wil heenzettenen niet alleen bij de hier genoemdemaar ook bij andere begrippen, aan een goed gevormd nederlandsch woord de voorkeur wil geven boven een uitheemsch. Daarmede is echter niet gezegd, dat elk vreemd woord moet worden vermeden. En wat dit betreft waarschuwt de hoogleeraar tegen kamergeleerdheid en doctrinarisme." Men moet eene opene ruimte laten voor de vrije ont wikkeling der taalwelke men toch niet kan stuiten of tegengaanen er even ver van verwijderd zijn de taal geweld aan te doen, hetgeen haar, al zou het met de beste bedoelingen geschiedenin hare ontwikkeling zou belemmeren, als uit onverschilligheid zich noch om haar, noch om hare zuiverheid en hare toekomst te bekommeren. Wij bevelen deze woorden en met deze woorden het boek van den heer Verdam bij onze lezers aan. Het is zeker niet gemakkelijk te spreken en te schrijven zonder uitheemsche woorden te gebruiken. Maar juist omdat het moeilijk is en omdat het taal gevoel en taalkennis voreischtzal het hoe langer hoe meer een onmiskenbaar teeken van beschaving en ont wikkeling worden, wanneer men het Nederlandsch in ge sprek en geschrift van alle vreemde smetten vrij zal weten te houden. De tijden zijn voorbij, toen men zich liet voorstaan op een mondjevol Fransch, Duitsch of Engelsch. Dat zal meer en meer worden overgelaten aan de ridders van de el en van het scheermes. Tweede Kamer. Door de afdeelingen zijn benoemd tot rapporteurs voor de Indische begrooting voor 1891 de heeren mr. T. P. baron Mackaymr. L. W. C. Keucheniusmr. H. J. Smidt, jbr. mr. T. A. J. van Asch van Wijckmr. W. K. baron van Dedem. Begrooting van binnenlandsche zaken. Behalve het reeds medegedeelde, wordt o. a. nog aangevraagd voor het Ziekenhuis te Leiden 100.000. In 1890 werd 2500 subsidie voor landbouwvakon- derwijs toegekend aan de Maatsch. van Weldadigheid te Frederiksoord, f 3000 aan de Zuid-Hollandsche leerhoeve voor zuivelbereiding, 2000 gewoon en 2000 buiten gewoon aan de Vereeniging voor vakonderwijs in de zui velbereiding te Bolsward, 1000 aan de Maatsch. van Landbouw en Veeteelt in Friesland, f 1205.87 aan de Geldersch-Ovenjselsche Maatsch. van Landbouw vooron derwijs in de zuivelbereiding. Verschillende verzoeken om subsidie zijn voorts ingekomen, o. a. van de Maatsch. van Weldadigheid voor eene Landbouw vakschool, van de Vereeniging ter bevordering van Tuin-, Landbouw en eeteelt te lijmen voor te geven onderwijs, van den voorzitter der Noord-Brabantsche Maatschappij van Land bouw te Vught voor verbeterde inrichtingen voor zui velbereiding en van het genootschap ter bevordering van den landbouw in Drente voor aanstelling van een land- bouw-consulent. Het overleg over deze aanvragen wordt alsnog voortgezet. De regeering heeft reeds tot landbouwleeraar aange steld den heer dr. A. M. Prins te Renkumvoor Gel derland en Overijsel. Thans worden gelden voorgedragen om nog twee landbouwleeraars aan te stellen. Omtrent het zeevaartkundig onderwijs wordt gemeld, dat met 1 Sept. j.i. de hervorming der zeevaartschool te weest om te willen trouwen met den man, dien zij lief had. En den luitenant von Sellnitz had zij werkelijk hartelijk liefgehad. De geheimraad von Hillgentrup was echter volstrekt niet genegen geweest zijne toestemming tot de verloving van zijne dochter met luitenant Marquard von Sellnitz te geven. Marquard toch was in het kleine garnizoen ge komen, voorafgegaan door allerlei verhalen omtrent zijn lichtzinnig gedrag. Hij was eerst bij een garde-cavalerie regiment geweest en had in een onmogelijk korten tijd een niet onbeduidend vermogen doorgebracht. Op zijn verzoek en wijl de regimentscommandant hem zeer ge negen was had hij zijne verplaatsing gekregen bij de infanterie en naar een klein plaatsje in de Rijnprovincie, waar hij nu van zijn tractement moest leven. In den aanvang beviel het hem daar in het geheel niet en aller lei avontuurlijke plannen doorkruisten zijn brein. Nu eens wilde hij dienst nemen bij het vreemdenlegioen, dan eens overgaan bij de Pauselijke zouaven tot eindelijk de schoone oogeu van Claudine von Hillgentrup hem het kleine garnizoensstadje meer leerden waardeeren. Vier jaren lang, van haar twintigste tot haar vierentwintigste jaarhad Claudine alle pogingen van hare ouders ge trotseerd om haar tot andere gedachten te brengen en eindelijk hadden deze hunne toestemming moeten geven. Met groote moeite en na veel strijd was de gevorderde stortingwaardoor eene rente van zeshonderd Mark ge waarborgd werd, bijeengebracht. Het was ongeveer alles wat de geheimraad bezat. De jonggehuwden waren echter zeer gelukkig. Clau dine was eene goede huishoudster. Zij had den slag om met weinig veel te doen en was zuinig in alle zaken zonder dat iemand het bemerkte. Zij bleven bovendien in het kleine garnizoenwaar aan ofificierfamiliën geen bijzondere eischen werden gesteld en kwamen daarom met hun inkomen toe. In de eerste jaren van hun huwelijk werden twee kin deren geboren Regine in Januari 1859 en Gebhard in Juli 1860 en hun geluk was volmaakttoen Marquard als kapitein uit den Deenschen veldtocht terugkwam. Het Rotterdam geheel is tot stand gekomen. 'Hét bestuur der zeevaartkundige school te Amsterdam heeft 6000 Rijks subsidie aanvaard voor eene hervorming, die binnen kor ten tijd in werking zal komen. Voorts zijn de subsidiën, aan Schiermonnikoog en Delfzijl verleend, verhoogd met 800 en J 1000 voor een onderwijzer in de stoomwerk tuigkunde aan de zeevaartscholen in die gemeenten. In onderzoek zijn aanvragen van de gemeentebesturen van Veendam en Heldervan de Academie »Minerva" te Groningen en van commissarissen der school voor wis- en zeevaartkunde te Harlingen. Met het oog op een en ander is 30000 uitgetrokken. VII. Hoofdstuk A. Nationale Schuld) Deze wordt geraamd 34.942.118.491. De renten van de ten laste van den Staat gebrachte leeningenaangegaan door de Ned. Rijnspoorweg-Maatschappij worden geraamd op 982.951.211. Het voornemen bestaat om al wat voor 1891 voor amortisatie van niet bepaald aangewezen fondsen be schikbaar is, aan te wenden tot aflossing op 1 Jan. 1891 van vooraf uit te loten 3j pets. schuldbekentenissen van het voormalig Amortisatie-Syndicaat en tevens om op dat tijdstip aflosbaar te stellen de vooraf uit te loten 3.j pets. schuldbekentenissen, uitgegeven krachtens de wet van 9 Mei 1886. De minister van financiën heeft naar aanleiding van de ten vorigen jare door den heer van Gijn gehouden interpellatie aan de Tweede Kamer eenige staten over gelegd omtrent de registratierechten, die in 1883—1889 zijn betaald wegens openbare verkoopingen van koop mansgoederen. De opbrengst der rechten van f pet. wis selde in die jaren af tusschen 386.143 in 1884 en 216.818 in 1888 die van 3 pet. brachten opvan 8694 (1883) tot 4005 (in 1889). Het overgroote gedeelte werd geheven op de verkoopingen van de Ned. Handelmaatschappij voor rekening van den Staat, n.l. in 1884 296.666, in 1888 161.585, bijna uitsluitend aan recht van f pet. Op goederen van particulieren (niet door de Handel maatschappij geveild) was het hoogste bedrag aan het recht van f pet. (in 1885) 57-137, het laagste in 1886 28.124. Aan het recht van 3 pet. werd in 1883 samen 8675, in 1889 3850. Verhooging der begrooting van binnenlandsche zaken dienst 1890. Aan de toelichting tot die begrooting wordt o. a. het volgende ontleend ten aanzien van het lager onderwijs.. Daar na de jongste wetswijziging betreffende de rege ling van het lager onderwijs besturen van verscheidene inrichtingen ter opleiding van onderwijzers en onderwij zeressen aan de regeering verzocht hebben voor eene Rijks-bijdrage in aanmerking te mogen komen stelt de regeering voor de bijdrage aan de kweekscholen te re gelen naar een tweeledigen maatstaf, nl. naar het aantal lesuren en naar het aantal akten, dat in de voorafgaande vijf jaren werd verkregen door personen aan de inrich ting opgeleid. Bestaat zij minder dan 5 jarendan zal het korte tijdvak tot grondslag dienen. Als bijdrage zal worden verleend f 30 voor elk weke lijks gegeven lesuur in de vakken, vermeld in art. 2 der wet f 400 per kweekeling, die de akte als onderwijzer, bedoeld in art. 56a der wetverkrijgtberekend naar het gemiddelde aantal kweekelingen die in de laatste vijf jaren (of korter tijdvak) eene akte behaalden. Voor bedoelde bijdragen komen alleen die inrichtingen in aan merking waarvan het onderwijs de vakken omvat waarvan de kennis voor het verkrijgen eener akte van bekwaamheid als onderwijzer wordt vereischt. Voor hefr loopende dienstjaar zal daarvoor op eene meerdere uitgaaf van ongeveer 50,000 moeten worden gerekend. Het ligt voorts in de bedoeling der regeering de gemeentelijke kweekscholen te Leiden, Amsterdam en G.r o- ningen subsidie te doen blijven genieten naar den tot dusverre aangenomen maatstaf. Ten aanzien van het Universiteitsgebouw te Utrecht. Met betrekking tot de stichting van een nieuw Uni- versiteits-gebouw hebben de nadere onderhandelingen tusschen de belanghebbende partijen geleid tot de overtui- zou echter van korten duur zijn. De oorlog, van 1866 brak uit en op den zesden verjaardag van zijn zoon viel de jonge kapitein in den slag bij Königgratz. Te treuriger was dit voor Claudine, daar zij de geboorte van een derde kind juist in die dagen te gemoet zag. Veertien dagen later werd haar weder een zoon geborendie den naam zijns vaders, Marquard, verkreeg. De volgend© jaren ver streken voor de jonge weduwe in treurige eentonigheid en eenzaamheid. De kinderen groeiden achter heerlijk op Regine was een buitengewoon mooi kind, Gebhard een vroolijke levenslustige jongen en de kleinste die door zijn broer en zuster wel wat bedorven werd ont wikkelde zich eveneens zeer goed. Het verlangen, haren kinderen eene goede opvoeding te geven en de hoop dat het haar gelukken zou in de hoofdstad invloedrijke bekenden te vinden deden Clau- dine het besluit nemen naar Berlijn te verhuizen. Wer-. kelijk gelukte het haar, ook voor Gebhard eene plaatsing te krijgen aan de kadettenschool. Zij was met haar ge nomen besluit dubbel ingenomen omdat zij haar meest geliefden zoon nu in hare onmiddellijke nabijheid hield. Toch kwam zij in de verwachtingenwelke zij zich van haar verblijf in Berlijn gesteld had bedrogen uit want de kleine rente van het gestorte kapitaalge voegd bij het bescheiden kapiteinspensioen waren nau welijks voldoende om de meest noodzakelijke uitgaven te bestrijden. Gebhard had bovendien nu reeds eene zekere neiging tot het maken van groote verteringen en de zwakke moedor kon haar lieveling niets weigeren. Zoo kwam Claudine eindelijk tot het besluit, dat reeds velen vóór haar in dergelijke omstandigheden genomen hebbenhaar voor de tegenwoordige behoeften veel te grooten inboedel rentegevend te maken door kamers te verhuren. Zij nam een dagmeisje in haar dienst en huurde in de Lindenstrasze in een nieuw huis vijf kamers. De twee voorkamerswaarin de mooiste meubels geplaatst werden zouden verhuurd worden. De zoogenaamde Ber- lijner kamer met de breede vensters die in den tuin uitkwamen diende haar en haren kinderen tot woon- en eetkamerin de grootere kamer daarnaast sliep Clau dine met het jongste kind en een kleiner' kamertje was voor Regine bestemd, Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1890 | | pagina 2