ARMS MEISJES. No. 148* Twee en Negentigste Jaargang 1890. VRIJDAG 12 DECEMBER. TWEEDE BLAD. Officieel Gedeelte. Buitenland. KAASMARKT en (le GRAAN- en ZAADMARKT Dreggen ter redding van Drenkelingen FEUILLETON. Roman nit liet Berlijnsche leven. ALKMAABSCHE COURANT Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Kater dagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar 0,80; franco door het geheele rjjk ƒ1, De 3 nummers 0,00. Prijs der gewone Advertentlën Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Telefoonnummer 33. Tegen betaling van tien centen is ter gemeente-secretarie verkrijgbaar een exemplaar van het gemeenteblad No. 102, houdende de verordening van 7 Augustus 1883, regelende het gebruik van gas door particulieren. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR herinneren belanghebbenden dat krachtens raadsbesluit van 1 Februari 1888, do steeds doorgaan en niet tusschen Kersttijd en Fe bruari zullen stilstaan, zooals vroeger het geval was. Burgemeester en Wethouders voornoemd Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 9 Dec. 1890. De Secretaris, NUHOUT VAN DER VEEN. Zij die het aan de gemeente Alkmaar behoorende HUIS aan de Laatvlak te genover de r. k. kerk te Alkmaar, laatstelijk bewoond geweest door nu wijlen den heer dr. j. j. de Gelder wenschen te huren worden verzocht zich uiterlijk vóór 31 December 1890 aan te melden ter ge meente-secretarie. Huurprijs ten minste 350. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen in herinnoringdat van gemeentewege reeds geplaatst zijn in de volgende gebouwen a. in het politie-bureau b. op de Stadstimmerwerf c. in de woning van den opzichter der kaasdragors H. Muelink, aan het Kleine Waigplein d. in het pakhuis van den heer H. J. Bruinvis, aan de Kaarsenmakersgracht e. in de Zwemschool in de brugwachterswoning bij de Vlotbrug g. in de brugwachterswoning bij de Friesche draaibrug; h. in den winkel van den heer P. B 1 a a u w Az.. hoek Ritsevoort en Kennemerpark; en nog geplaatst zullen worden in i. het huis hoek Molenbuurt en Zevenhuizenbe woond dooi* den heer H. J. Jansen; j. het huis aan den GeestersingolNo 16 bewoond door den heer C. A. Duinker. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar A. MACLAINE PONT. 9 December 1890. De Secretaris, NUHOUT VAN DER VEEN. DlTITSCSfiljAJÏD. Prof. Koch en zijn eerste helper, dr. Pfiihl hebben viortien dagen verlof gevraagd om van de vermoeienissen van den laatsten tijd uit te rus ten. Zij zijn den 10 vertrokken, doch men weet niet waarheen. Rijksdag. Den 9 ving de algemeene beraadslaging over de begrooting voor 1891/2 aan. Nadat de minister nog eenige inlichtingen gegeven hado. a. dat het hooger eindcijfer hoofdzakelijk het gevolg was van de meerdero legeruitgaveu en deze voor don vrede noodig waren, werd het eerst het woord gevoerd door den heer Eugen Richterdie bijna twee uren sprak om op te komen tegen de verhooging der legeruitgaven, de wijzi ging der suikorbelasting en de handhaving der hoogo invoerrechtenoverigens nogmaals zijne ingenomenheid betuigende met Bismarck's aftreding en de intrekking dor socialistenwet. De sociaal-democraat Bebel verklaarde namens zijne partijgenooten, dat zij tegen de begrootiug zouden stemmen zoolang hooge invoerrechten en steeds klimmende legeruitgaven daarvan het kenmerk waren. EAGEIiAAflI. Het Hoogerhuis is den 9 tot den 22 Januari uiteengegaan. Ook het Lagerhuis ging dien dag uiteen na met de behandeling van het wetsontwerp tot oprichting van een departement voor landbouwzaken in Ierland te zijn aangevangen. Ierland. Doordat vijf van de zes iersche parlements leden in Amerika zich tegen Parnell verklaarden en twee wegens ziekte in Ierland achtergebleven leden zich daarbjj ook aansloten, is het getal dei* anti-Parnellisten, die naar den president Mac Cartheysten genoemd worden, ge klommen tot 52. Den 7 besloot die partij tot het uit geven van een eigen dagblad in Ierland, daar het voor naamste blad der voorstanders van Home-Rulehet Freeman's Journalzich vóór Parnell verklaard had. Het blad, genaamd United Ireland, dat zich tegen hem verklaarde is slechts een weekblad. Parnell is echter in het bezit gebleven van het gevormde parlementaire fonds en niemand zal hem tot de afgifte kunnen noodzaken. De meeste atgevaardigden hadden o.a. uit dat fonds eene jaarlijksche toelage van f 24U0. Den 7 werd in de meeste bisdommen het manifest der bisschoppen van den kansel voorgelezen en daarna eene toespraak door den geestelijke gehouden. Te Dublin werd op eene bijeenkomst de beeltenis van den heer Healy verbrand en zeer minachtend over de tussckenkomst der bisschoppen gesproken. De geestelijken mochten zich niet met staatkundige zaken inlaten en waarom zou men zich thans storen aan het gevoelen der bisschoppen. Vroeger had men zich in verscheidene zaken ook niet aan hen gestoord. De heer Parnoll is den 9 naar Ierland gegaan om in verschillende plaatsen het woord te voeren. Bij zijne aankomst te Dublin werd hij aan het station door hon derden menschen met geestdrift toegejuicht. Een paar uren na zijne aankomst legde hij beslag op het kantoor en de drukkerij van het blad United Ireland, het orgaan van zijnen tegenstander O' Brien. In de hoedanigheid van lid van den raad van toezicht gelastte hij de uitgave van hetblad te staken en gaf hij den hoofdredacteur zijn ontslag. Toen de afgevaardigde Healy zijn tegen stander te Dublin aankwam, werd hij door de menigte aan het station uitgejouwd en uitgefloten. ITALIË. De heer Grimaldi is benoemd tot minister van financiën ter vervanging van den heer Gioletti minister der schatkistdie voorloopig het geheele depar tement van financiën beheerde. Eerstgenoemde had met den minister van openbare werken verschil gekregen over eene vermindering van uitgaven. De Koning heeft den 10 des ochtends te 11 uren de zitting der Kamers geopend met eene troonrede, waarin hij met blijdschap en vertrouwen de nieuwe Vertegen woordiging welkom heette. Italiëzeide Z.M. verder verkrijgt 's buitenlands steeds grooter gezag en eerbied. Getrouw aan zijne bondgenootschappen oprecht ver langende zijne betrekkingen met allo mogendheden steeds beter te maken ziet het met voldoening alle gevaar voor internationale verwikkelingen verdwijnen. Slechts heeft het nog in Afrika zijne greazen en zijnen kring van invloed in overeenstemming met de bevriende re geeringen af te bakenen. Het onderzoek van wetsont werpen ter verzekering van het welzijn der werklieden zal do hoofdtaak zijn. Vóór alle dingen zij een dege lijke toestand der geldmiddelen aanbevolen. Door bezui nigingen en door hervorming der belastingen zal de Kamer het noodige vinden om het evenwicht te ver wezenlijken. Voorts verklaarde de Koning steeds de rechten van den godsdienst zijner vaderen te zullen waarborgen, maar het niet te kunnen gedoogen, zoo men in naam van dien godsdienst inbrenk mocht maken op zijn Sonverein gezag met staatknndigo bedoelingen. De rede werd herhaaldelijk met levendige blijken van instemming begroet. De koninklijke familie werd met warmte toegejuicht. LIIXEMBirBG. De ministers, die den groothertog tot de grenzon te gemoet gereisd warenvergezelden hem bij zijnen intocht met zijne vrouw en zoon op den 8. Do meeste huizen waren feestelijk versierd, al was verzocht ter wille van den rouw een feestelijke ontvangst achterwege te laten. Slechts enkele oranjevlaggen werden gezien bij de moeste huizen was de oranjevlag reeds door de Nassausche vlag vervangen. De frausche regeering heeft besloten, zich voortaan te Luxemburg te doen vertegenwoordigen door een minister resident. Groothertog Adolf bracht, voordat hij den 9 den eed aflegdehulde aan nu wijlen den koning-groother tog die aan het land geluk voorspoed en onafhanke lijkheid had bezorgd. »De dankbaarheid van een vrij volk", zeide hij verder, is het loon geweest van nu wijlen DOOR 38) PAUL LINDA U. Uit het Hoogduitse h. Adolph begeleidde haar tot aan de tramwaarmede zij Dalldorf kon bereiken. Een tijdlang gingeu zij zwij- aend naast elkander voort. Adolph liep te peinzen. Hij voerde blijkbaar een strijd met zich zei ven. Meermalen deed hij een poging om iets te zeggen maar het viel hem te moeielijk. Eindelijk vatte hij moed en begon hij op fluisterenden toon: j. Gij moet het mij niet kwalijk nemen, Grete »Wat „Ziet gij gij weetdat ik veel van u houd gij weet dat al sedert langen tijd. Gij herinnert u nog, dat ik ernstige plannen had maar gij waart toenmaals bijna nog een kind. Ik ben echter niet veranderd Grete.... en als-gij wildet, moest gij het maar met mij wagen. Ik zal alles doen om u gelukkig te maken. Gij zoudt dan ook niet meer zoo alleen staan op de wereld en behoefdet nietEn ik kan eene vrouw onder houden en als wij ons huishouden eenvoudig inrichtten, zouden wij zeer tevreden kunnen leven." Grete was waarlijk getroffen door dit aauzoek dat Adolph zoo aarzelend en bescheiden deed. Zij zag hem met een droevig lachje aan en zeide »Ik weet, dat gij het goed met mij meent, Adolph, en daarom zou ik liever sterven dan u een groot ver driet berokkenen. Maar ziet gij, er zijn zoo van die be zwaren die men niet goed zeggen kan. Men kent ze zelve eigenlijk niet goed, maar zij zijn er en zij hebben invloed op het nemen van onze besluiten. Ik kan u niet anders zeggen dan dat het mij onmogelijk is uwe hand aan te nemen. Gij zijt altijd een trouwegoede vriend voor mij geweest en daarvoor ben ik u dankbaar. Gij zult echter begrijpendat men om man en vrouw te zijn, elkaar toch nog auders moot liefhebben. Ik houd veel van umaar ik moet het u zeggen en gij moet het mij niet kwalijk nemen Ik houd niet genoeg van u om uwe vrouw te worden." Adolph's hoofd zonk hoe langer hoe dieper op zijne borst. »Ik begrijp u, Grete. Ik heb dat juist zoo gedacht maar ik kon toch niet nalaten het u te zeggen. Gij bo- hoeft niets voor mij te verzwijgen ik weet toch alles Zeg het maar ronduitgij bemint een ander." «Neen antwoordde Grete snel, bijna onnadenkend. Daarna bleef zij echter voor zich staren en zij had een gevoelalsof de duisternis om haar heen plotseling ver licht werd. Zij haalde diep adom en haar arm beefde in dien van Adolph. »Ja, het is toch waar", sprak zij. «Gij hebt gelijk Ik bemin maar ik heb het zelve niet geweten Ik heb het niet willen weten. Thans hebt gij het mij gezegd. Zult gij niet boos op mij zijn Goeden nacht Adolph Zij drukte hem hartelijk de hand en steeg in de tram. Evenals des middags nam zij in een hoekje plaats en staarde recht voor zich uit. Alles wat zij doorleefd en ondervonden had hare eenzaamheidhare wandeling laDgs het onvriendelijke water van de Spree, hetgeen mevrouw von Sellnitz haar van Bruno en Regine verteld hadhaar gesprek met Adolph alles alles ging hare afgetobde ziel voorbij. Afgemat sleepte zij zich over het breede plein van het gestichten met een hart vol aandoeningen en een hoofd vol bezwaren begaf zij zich ter ruste. Zoo was haar eerste uitgang die haar moest opfris- schen en opvroolijken HOOFDSTUK XIV. Het was lente, zonnige, heerlijke, malsche lente, zoo als Regine die nog nooit had gekend. Zijdie in eene kleine stad geboren en in eene groote opgevoed was kende de lente slechts uit de liederen der dichters. Sedert zij geleerd had met hare verstandige oogen om zich heen te zien nadat haar blik jaren lang door steenen muren was begrensd geweest en in de straten van de hoofdstad slechts met moeite een stukje van den blauwen hemel had kunnen ontdekken sedert zij op Mahldorff was, zweefde haar blik vrij over de groenende velden en den spiegel van het meer naar de hoogten aan de overzijde. Uren achtereen kon zij voor het open raam van haro gezellige kamer zitten turen in die heerljjke omgeving, naar die ontluikende natuur, die zich iederen morgen weder schooner vertoonde dan den vorigen dag. Nu en dan bekroop haar het angstige gevoel, dat de betoovering, waarin zij verkeerde, zou verbroken worden, en te gelijk was zij innig dankbaaromdat zij thans voor (legeerste maal ondervond hoe heerlijk God's schoone natuur is. Met volle teugen ademde zij de frissche lucht in en voelde zich verlicht en blijde als eene herstellende. En inderdaad zij was eene herstellende. In de drie maandenwelke zij thans buiten Berlijn had doorge bracht, had er langzamerhand eene geheele verandering in Regine's leven plaats gevonden. De norschheid en on tevredenheid die in de droevige jaren hare jeugd had den vorgald, waren geheel verdwenen. Zij had zelve niet geweten, wat haar ontbrak, en in eene geheel verkeerde richting gezocht naar hetgeen de vreeselijke leegte in haar leven moest aanvullen. Zij had gemeend de genoe gens te moeten najagen, die haar werden onthouden en zoo ruimschoots het deel waren van andere jonge meisjes, dat zij behoefte had aan uitgaan om hare frischheid en vroolijkheid te behouden. In waarheid zou dit echter volstrekt niet bet goede geneesmiddel voor haar zijn

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1890 | | pagina 5