FAILLIETENRECHT. Stadsberichten. Gemeentelijke Huishouding. de behandeling van het politie-reglement het sluitings uur voor de vergunningslokalen bepaald op 12 uur. De gemeenteraad van Kralingen heeft den 19 het door burg. en weth. voorgestelde plan tot waterver- versching aangenomen, waarvan de kosten geraamd zijn op 150,800met een jaarlijksch bedrag aan exploi tatie-kosten van 12168. Bij kon. besluit van den 20 is benoemd bij den grooten staf, tot generaal-majoor, commandant der stel ling van Amsterdamtevens bevelhebber in de eerste militaire afdeeling, de kolonel jhr. L. J. van Teylingen, van den staf der genie, thans commandant in het 2e genie-commandement. De kamer van koophandel en fabrieken te Am sterdam heelt zich den 20 vereeuigd met het plan Krasnapolsky voor den beursbouw. Den 21 zijn te 's-Gravenhage geslaagd voor nuttige handwerken de dames J. H. Knottenbelt, J. van Eek, G. F. Kesper, H. B. Scholten, J. Aten en J. A. de Koek, allen van Haarlem. Den 21 is de Volendammer vischschuit uommer 64 bij Egmond op een wrak gestooten, vermoedelijk van het aldaar vroeger gezonken stoomschip Earl of Durham, en gezonken. De bemanning is gered. Den 21 is te 's-Gravenhage voor de fraaie hand werken geslaagd mej. C. H. de Rooy van Zaandam. Den 21 is te Pnrinerend een te Amsterdam woonachtige gehuwde remmer van een aan het station aanwezigen goederentrein, die zich over de rails naar zijne plaats wilde begeven en den plotseling uit den mist opdagenden markttrein van Hoorn niet tijdig genoeg opgemerkt had, door dien trein gegrepen en vermorsel. Bij het afbreken van den toren te Scharwoude, gem A v e n h o r n, geraakte de loodgieter Woestenburg bij het aflichten van het kruis en den haan zoodanig bekneld dat hij dientengevolge met een gebroken been naar Hoorn zijne woonplaats moest worden vervoerd. De Yereeniging tot instandhouding en uitbreiding der Zaanlandsche Oudheidkundige Verzameling »J. Honig Jz. Jr." te Zaandijk, heeft een schrijven gericht tot vele ingezetenen der gemeenten aan de Zaan en omstreken om geldelijke bijdragen ten einde de verzameling boeken geschrifteneen historische en typografische atlas en andere voorwerpen allen betrekking hebbende op ge schiedenis volksleven handel en nijverheid der Zaan streek in de door de gemeente Zaandijk beschikbaar te stellen vertrekken in het gemeentehuis zóó voor een blijvende tentoonstelling te plaatsen, dat die gemakkelijk door het publiek kunnen worden bezichtigd. De gemeenteraad van Purmerend heeft besloten geene instemming te betuigen met het bekende adres van de heeron Kaan, Breebaart en Waller in zake het wets ontwerp tot wijziging der gemeentewetwat betreft de gemeente -belastingen. Tot hoofdingelanden van het waterschap de Pur- mer zijn gekozen de heeren W. van Beers te Bussum, H. Beets Pz., J. Noome en P. de Waal in de Purmer. De jaarwedde van de wethouders der gemeente Haarlem is met ingang van 1 Januari 1891 vastge steld op 1200 voor ieder. Van don 22 wordt uit Texel gemeld dat sedert drie dagen de Tesselstroom weer vol drijfijs is zoodat de overtocht op nieuw met de ijs vlet moest plaats hebben. De visschersvloot kon niet in de haven komen en moest terug naar de haven te Nieuwediep. Door de Afdeeling Schermeer der Hollandsche Maatschappij van Landbouw is aan de Afdeeling Alk maar voor de aanstaande Paaschtentoonstelling eene bij drage van 10 toegezegd. Den 22 dezer sprak de heer F. Domela Nieuwen- huis te Winkel voor eene stampvolle zaal over het onderwerp «Noch liberaal, noch clericaal". Eerst ging de spreker na wat door de liberalen was gedaan in zake^ van het onderwijs, daarna op het gebied der belastingen, vervolgens opdat van 's lands defensie en ten slotte op dat der sociale wetgeving en het resultaat was in de oogen van D. N. niets". Zoo kwamen de clericalen er ook af Nadat de redevoering geëindigd was nam dr. v. Balen Blanken van Spanbroek het woordom de liberale partij te verdedigen, ofschoon deze volgens zijn zeggenniet verantwoordelijk mocht worden gesteld voor hetgeen hij zou zeggen. Hij noemde welke wetten en verbeteringen door de liberale partij waren tot stand gekomen «en waar", zoo eindigde hij »D. N. de libera len verkiezingsmanoeuvres verweet, mocht hij wel zwijgen. Indien er één lid der 2e Kamer door eene verkiezings list zitting heeft erlangd op het Binnenhof, dan is het wel de afgevaardigde van Schoterland." Deze verdediging der liberale partij werd evenzeer toegejuicht, als de rede van Domela Nienwenhuis. Op dien dag werd hetzelfdejonderwerp ook te Haring- huizen behandeld. Dirk Roggeveen Pz., leerling der openbare school te Sclingen, is behoudens een proeftijd van 2 maan den benoemd tot leerling kaartengraveur bij het ministerie van marine, op eene jaarwedde van 400. Ruim 100 personen veel te weinig voor zooveel goeds luisterden j.l. zondag in het lokaal van den heer Kos te Schagcn naar de opvoering van Multatuli's Max Havolaar, door het gezelschap van de heeren Kreuk niet, Bigot, Poolman en Blaaser. Zoo het ooit geldt, dan geldt het hier: de afwezigen hadden ongelijk want heerlijk was de vertolking van Multatuli's schoone schep ping. Daverend werden de tooneellisten dan ook toe gejuicht en het was geen wonder, dat de heer Henri van Kuijk de bewerker van het tooneelstuk door het dankbare publiek meermalen werd terug geroepen, ie meer daar hij zelf de rol van Max Ha velaar ver vulde. Eere wien eere toekomt Een bal besloot den avond. Te Hoogwoud is den 20 overleden de oud-strijder P. Ligthart, in den ouderdom van 86 jaren. In 1832 maakte hij deel uit van de bezetting der citadel van Antwerpen en heeft als krijgsgevangene eeuige maanden in Frankrijk vertoefd. Indien aan onze wetgeving gebreken kleven, dan ligt dit noch aan den tijd, noch aan de moeite, die besteed worden om verbeteringen tot stand to brengen. Reeds in 1879 werd eene Staatscommissie tot herziening van het Wetboek van Koophandel ingesteld, en thans, bijna 12 jaren later vindt men eindelijk in de bijlagen tot de handelingen der Staten Generaaleen ontwerp van wet op het faillissement en de surséance van betaling. Tot de samenstelling van dit ontwerp werkten onze knndigste geleerden medeMrs. Kist, Verniers van der Loeff, Fruin, Asser, Pijnappel, Beelaerts van Blokland, Diert van Melissant en Moleugraaff. Het bevat niet minder dan 233 artikelenderhalve om één artikel tot stand te brengen, verliepen gemiddeld 18 dagen. Gelukkig voor Napoleon Idat hij juristen ter zijner beschikking haddie eenigszins vlugger arbeidden anders had hij waarschijnlijk niet eerder dan als banne ling op St. Helena, over de door hem gewenschte wets ontwerpen bespiegelingen kunnen houden en adviezen kunnen uitbrengen. Ook' in ons land voerde Napoleon spoedig tal van wetten in. En hoe men over de waarde van deze wetgeving moge oordeelen, het is een feit, dat wij bij het herkrijgen van onze onaf hankelijkheid, zijne wetten voorzeker niet als gedachtenis, maar toch langen tijd hebben bewaard. Zooals bekend is werden in 1838 onze «nationaio" wetboeken ingevoerd, die evenwel grootendeels eene min of meer nauwkeurige vertaling van de fransehe wetten inhieldenen waarin de oorspronkelijk nederlandsche bepalingen niet altijd tot de gelukkigste behooren. Ons faillietenrecht.is dan ook alles behalve voortreffelijk. De wetgever van 1838 had zooals de Staatscommissie zegt, «geen helder inzicht in de natuur van het faillis sement en hij verstond niet voldoende de kunst, om zijne gedachten op eene duidelijke ondubbelzinnige wijze uit te drukken." Er is in de wet eene tweeslachtigheid die bij hare uitlegging en toepassing tot allerlei moeielijkheden en twistvragen aanleiding geeft. Oppervlakkig zou men meenen terwijl bijna geen courant verschijnt of zij bevat advertentiën betreffende faillietverklaring met benoeming van rechtsgeleerde rech - ter-commissarissen en curatorsdat men eindelijk de bedoeling des wetgevers van 1838 begrepen had en dat, met den loop der jaren eenige zekerheid omtrent den rechtstoestand van den failliet zou bestaan. Dit is echter niet het geval. Ofschoon van 1876 tot en met 1888 9372 personen zijn failliet verklaardheerscht de zonderlingste onze kerheid. Doctrine en jurisprudentie missen de noodige vastheid. Zoo beschouwen sommigen, beschikkingen van den ge failleerde over zijne goederen als absoluut nietig en van onwaarde. Mrs. üiephuis en Gregorij meenen dat een failliet zijn goed niet geldig kan verkoopen. Anderen meenen van wel. Mr. van Riemsdijk acht de beschikking relatief nietig, in dier voege, dat slechts de schuldeischers zich op die nietigheid kunnen beroepen. Volgens sommigen krijgt de gefailleerde na ontslag van den curator, beheer en beschikking over zijn ver mogen terug, (mrs. Kist, Hingst, Oijens) anderen ont kenden dit (mrs. Diephuis Holtius, de Geer.) De rechtspraak is evenzeer verdeeld. De rechtbank te Amsterdam besliste in 1865, dat de gefailleerde ook na het ontslag van den curator zoolang hij niet is gere habiliteerd onbevoegd is om verbintenissen aan te gaan. Tien jaren te voren omhelsde diezelfde rechtbank juist het tegenovergestelde gevoelen. (1) 25 Maart 1884 oor deelde zij dat de gefailleerde ook na het ontslag des curators geen inschuld kan invorderen, die deel uitmaakte van zijn indertijd insolvent verklaarden boedel. 10 Juli van datzelfde jaar was de rechtbank te's-Her- togenbosch van eene tegenovergestelde meening. De rechtbank te Alkmaar overwoog in 1885 dat de homologatie van een sluipakkoord (aan eenige schuld eischers waren meer voordeelen toegekend of beloofd, dan de bij het akkoord aangeboden percenten)niet mag worden geweigerd. Deze volgens de Staatscommissie «de zedelijkheid ver slappende jurisprudentie" vindt bij andere rechtge leerden volstrekt geene instemming (2). Weinig moeite zou het kosten, om tal van dergelijke voorbeelden aan te halen. De ontwerpers stelden zich voornamelijk ten doel, om aan de rechtsonzekerheid een einde te maken. Het ontwerp is dan ook geen uitvloeisel van nieuwe theoriönmaar beoogt niet anders dan eene loutering van het thans geldend -recht. Het beperkt 't faillissement niet tot kooplieden alleen, maar maakt het toepasselijk op iederen schuldenaar die niet in staat is om te betalen. Uitgaande van het beginsel, dat het faillissement een gerechtelijk beslag is op het geheele vermogen des schul denaars, bevat het ontwerp de consequente ontwikkeling van dit beginsel. Elk vermogensdeel, geen uitgezonderd, is aan het be slag onderworpen. Het faillissement betreft uitsluitend de goederen van den schuldenaar, niet ook diens persoon. De failliet blijft derhalve bekwaam om te handelen speciaal om overeenkomsten te sluiten; hij kan zich ver binden gelijk voorheen. Verkoopt hij b.v. een voorwerp, tot den boedel behoorendedan zal de kooper niet de nietigheid der overeenkomst kunnen beweeren, doch al leen de overeenkomst niet tegen den boedel kunnen executeeren namelijk zoolang het Faillissement niet is opgeheven, daarna wel. Voorts blijft de schuldenaar eigenaar van zijn ver mogen, hij blijft de gerechtigdo en de verplichte persoon. De gezamenlijke schuldeischerste wier behoeve het gerechtelijk beslag gelegd wordt, die dus inbeslagnemers zijn zijn als wettelijke vereffenaars of liever als exe cutanten optredende, de plaatsvervangers, de vertegen woordigers van den schuldenaar. Daar zijeene toevallige vereeniging van personen moeielijk zelf kunnen optreden wordt door de wet de curator aangewezen, om voor en namens hen op te treden. Rechtens is de curator dus uitsluitend vertegenwoor diger van de schuldeischersmaar juist daardoor ook via deze, van den schuldenaar. Al deze beginselen zijn duidelijker bepaald dan in onze wet 't geval is. Indien wij onze lezers toewenschen, dat zij van heden af, tot de invoering van het besproken wetsontwerp, niet tot bijwoning van verificatie-vergaderingen worden (1) Weekblad v. h. Recht No. 1719, 2956. (2) Rechtsgel. Bijdragen 1887, blz. 169. opgeroepen en niet in procedures over de toepassing der bestaande wetgeving zullen gewikkeld worden dan is het met de hoop dat zij bij invoering van 't ontwerp wellicht van beter conditie zullen zijn. Wij zijn er evenwel van overtuigd dat niemand hunner, als 't ontwerp wet wordt, zelfs zijn aartsvijand zal toewenschen, dat hij met de betaling zijner schulden ingebreke blijft. Onder vigueur van de voorgestelde wetgevingzal de toestand van den failliet verschrikkelijk zijn Ofschoon volgens de memorie van toelichting het faillissement zijn grens vindt in de realisatie van het vermogen treden de schuldeischers na afloop daarvan, in al hnnne vroegere rechten van executie tegen den persoon en op de toe komstige goederen van den schuldenaar voor het nog onvoldaan gebleven deel hunner vorderingen. Een schuldenaar die niet betalen kan, zal verkeeren ongeveer in den toestand van een gejaagd hert. Zoo weinig benijdbaar wordt zijn lot, dat men er bijkans de voorkeur aan zon geven, om aan de andere zijde van den Tiber als slaaf te worden verkocht, gelijk bij de wet der XII tafelen was bepaald dan onder deze wet te blijven voortleven. Want de schuldeischers verkrijgen voor 't geen zij te kort komen(volgens artikel 196 ontwerp) zoodra de vereffening is afgeloopen een voor ten uitvoerlegging vatbaren titel op en tegen den schuldenaar. Men stelle zich den ongelukkigen failliet voor, die door veertig vijftig en misschien meer schuldeischers wordt achtervolgd, welke allen met een executorialen titel, geheel gelijk staande met een rechterlijk vonnis, ge wapend zijn en die hem zoodra als hij eenige guldens in huis heeft, onmiddellijk zullen executeeren. De ongelukkige zal nergens rust vinden. Feitelijk zal het faillissement voor hem die niet in staat zal zijn om eenig vermogen te bezitten en die geheel van de welwillendheid van zijne crediteuren af hangt eerst eindigen met zijn dood. Doch neen ook dan is 't einde niet gekomen. De volgende afdeeling draagt het opschrift «Van het faillissement eener Nalatenschap". De geduldige lezer zal die afdeeling wel zelf willen naslaan. Den 23 trad voor de afdeeling Alkmaar en om streken van den JVederlandschen Protestanten bond als spreker op de heer mr. W. van der Vlugt hoogleeraar in de rechten te Leiden, met een onderwerp getiteld: «wat ons rest". De mensch heeft behoefte aan gemeenschap met God, maar ten gevolge der vele twijfe lingen, is het hem moeielijk zijn godsgeloof te rechtvaar digen. Veel toch is ons ontzonken. De vier goddelijke merkteekenen- der r. c kerk, eenheid, heiligheiij, katho liciteit en trouw aan het apostolisch christendom, hebben voor ons alle waarde verloren. Ook de Heilige Schrift, in haar geheel genomen als onfeilbare codex, als afge sloten goddelijke openbaringkan ons niet dienen. Op de vraag b. v. «Wie was Jezus?" ontvangt de recht zinnige drie antwoorden in de drie Christustypen, die der Synoptici, de Paulinische en do Johanneische, terwijl de geloofsbelijdenis nog onverzoend een vierde type daar nevens stelt. Toch is het niet goheel onmogelijk ons eene voorstelling van Jezus en diens werk te vormen en dan vinden we in hem de mandie optrad tegen de wettelijke moraal van zijnen tijd vol ontferming jegens anderen, naar dien hij gestreng was voor zich zeiven. Die Jezus vond steun voor zijn beginselen in zijn geloof in den Homelschen Vader. De getuigenis van ons geweten zegt ons, dat zijn heerlijk beeld steeds meer in ons moet worden opgenomen. Doze keurige, door gekuischtheid van taal, rijken woordenkeus diepte van gedachte en. schoonheid van stijl, uitmuntende rede, werd door een zeer talrijk publiek met ademlooze stilte aangehoord. (Ingezonden.) Een stadgenoot beklaagt zich over den hoogst onregel- matigen gang van het uurwerk van den Waagtoren. Bijna geen dag gaat voorbij of het wordt eenige minuten verzet. Hij geeft in overweging om de tijd te regelen naar dien van den Rijkstelegraaf, wiens kantoor in hetzelfde ge bouw is gehuisvest. Mogelijk zonden dan alle ge meente-uurwerken daarnaar geregeld kunnen worden of is er een afdoende reden voordat de klok van de Groote Kerk altijd achter is bij dien der Waagtoren Zoo ja, dan zou het aanbeveling verdienen deze reden bekend te maken. Zeer zeker zou het gemeente-bestuur velen verplichten deze zaak eens ter hand te willen nomen BURGERLIJKE STAND. GETROUWD. 22 Feb. Willem Abraham Timmer en Aaltje de Vries. GEBOREN. 21 Feb. Lolkje, D. van Lolke Poeze en Jantje Huigen. Johannes Nicolaas, Z. van Johannes Lauwers en Geertje Bijvoet. 22 Jan, Z. van Evert Wils en Jannetje Blankman LouiseD. van Hermanns Frikkee en Johanna van Veen. 23 Maria Catharina JosephinaD. van Gerhard Hermann Kosters en Elisabeth Haakman. OVERLEDEN. 22 Feb. Jonkvr. Jeaunette Agnes van Foreest, wed. van Pieter Lncins Wentholt, 68 j. 23 Maartje Kuijpor, echtgen. van Dirk Dekker, 59 j. 24 Johannes FranciscusZ. van Bernardus Hendri- cus Vaske en Adriana Josepha Maria Wortel, ruim 13 m. A RRONDIS S E M E NTS RECHTBANK. Zitting van 24 Februari 1891 W. B. W., Hoorn, mishandeling, 4 maanden gev. C. T., Egmondbinnen, jachtwetovertreding, 3 boeten van f 10, subs. 3 dagen hecht, voor elke boete. W. d. J., Helder, mishandeling, 8 boete, subs. 3 dagen hecht. Tevens werden 4 bedelaars tot verschillende B traffen veroordeeld.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1891 | | pagina 3