Rooken als ziekteverschijnsel. Buitenland. >Eoht Ameriknanschtuit geneggw, mm goed a Stoomde Hems. Coster k Soon, schadelijk voor 's lands militairen on ambkilijkon dienst om dergelijke feiten van al of niet bevordering te be- oordeelen. Dit was niet het terrein van de Kamer. In de Eerste Kamer had hij werkelijk gezegd, dat de heer Land niet geschikt was voor hoogeren rang. Dat woord is hem ontsnapt; hij was niet van plan de loopbaan van den heer Land in het openbaar te beoordeelen. Voor eene voorafgaande waarschuwing aan den heer Land be stond geene wettelijke aanleiding, alleen wanneer de rap porten over een officier ernstige klachten bevatten die van invloed zjn op de bevordering, wordt hem daarvan kennis gegeven. De heeren van Houten en Roosoboom spraken mede hunne afkeuring over 's ministers houding uit, ter wijl de heeren van der Kaay, A. van Dedem en Borgesius opnieuw hun afkeurend oordeel nader toelichtten. De minister van koloniën, door den heer Bor gesius in de beraadslaging geroependeed opmerken dat den minister van marine het oordeel staat of een officier volgens de wet de vereischte geschiktheid tot bevordering bezit. Moet hij de redenen van dat oordeel nu opgeven? In zulke zaken is de regeering steeds uiterst voorzichtig te werk gegaan, omdat men zeer licht gevaar loopt, dat de beoordeeling van motieven voor een bevor dering bij de Kamer overgaat. Dit acht hij in het al gemeen niet in 's Lands belang. En nu wilden de heeren v. Houten en Borgesius komen tot preciseering van do feiten. Niet om ze te beoordeelen, zegt men; maar waartoe dan? Dit moet wel tot een oordeel leiden en dat ware een ingrijpen in het benoemingsrecht. De heer VanHouten stelde de volgende motie voor >De Kamer, van oordeel zijnde dat de regeering, zon der goede gronden, in gebreke is gebleven inlichting te geven omtrent de redenen waarop het lid der Tweede Kamer, de heer Land, niet is bevorderd op het tijdstip waarop hij, krachtens art. 13 en 16 der wet van 1851, daarop aansprak verkreeg, gaat over tot de orde van den dag." Deze motie is eene waarschuwing aan de regeering om den grondwettigen weg te bewandelen. De heer van Lö ben Seis betreurde hetdat de persoonlijkheid van den heer Land in de besprekiug hoofdzaak is geworden. Dit was onnoodig, want moreel was de heer Land niet getroiïen. In deze omstandighe den had de minister moedig genoeg moeten zijn om de kwestie van vertrouwen te stellen. Hij constateerde voorts, dat stellig in dezen de wet niet is nageleefd. De heer Viruly wijzigde zijne motie aldus: »de Kamer, betreurendo de houding, door den minister van marine b j deze interpellatie aangenomengaat over tot de orde van den dag." Het voorstel Levyssohn om de bespreking tot don 20 te verdagen, werd verworpen met 45 togen 39 stemmen. De motie van Houten werd verworpen met 49 tegen 35 en do motie Viruly aangenomen met 66 tegen 17 stemmen van de heeren Lucasse, van der Eeltz, Donner, Reekers, Schimmelpeuninck van der O je, de Vries, van der Borch Brautsen, van BerckelBrantsen van de Zijp, G. van Dedem, van Asch van YV jok, Schimmelpenninck Mackay, Oppedjk, van Bijlandt en den voorzitter. Zitting van den 20. De Postwet werd met algemeene stemmen aangeno men, na goedkeuring van eenige wijzigingen van taal kundigen aard, in het ontwerp gebracht in overleg met de commissie van rapporteurs. Het wetsontwerp, houdende bepalingen ter voorkoming van aanvaring of aandrijving op de openbare watoren in het Rijk, die voor de scheepvaart openstaan. Aan de alge meene beraadslaging namen alleen deel de heer van Delden en de minister van waterstaat. Art. 1 werd goedgekeurd. Bij art. 2 wérden door den minister twee amendemen ten van den heer van Karnebeek overgenomen, ter wijl een derde amendement van dien heer verworpen werd met 56 tegen 4 stemmen. Art. 2 werd aangenomen met 54 tegen 8 stemmen Art. 3 word goedgekeurd. Het ontwerp werd zonder stemming goedgekeurd. Met 37 tegen 26 stemmen worden op voorstel van den heer Tak de door den minister van buitenl. zaken overgelegde stukken omtrent de Congo-zaak gesteld in handen eener commissie, waartoe benoemd werden de heeren Mees, Tak, Reekers, van Bijlandt en Brant- ijOu van de Zijp, (Wordt later vervolgd.) Den 18 is de schuit van den reeder Brink te Sche ven ingcn op zee in aanvaring geweest met een vaartuig van reeder Vrolijk. Laatsgemelde schuit is onmiddellijk gezonken, maar de bemanning werd gered en overgebracht op eerstgenoemde schuit. Bjj kon. besluit vau den 18 is met ingang van 1 Mei benoemd tot directeur van het postkantoor te Hoorn de heer W. F. G. L. Koppen, thans commies der pos terijen van de eerste klasse. Den 18 was te 's-Gravenhage ter eere van den 2t> jarigen gedenkdag der Parjsche Commune bjj de druk- kerjj van Recht voor allen eeue roode vlag uitgehangen en dat blad zelf op rood papier gedrukt. Den 18 is tegen W. 8. Solterman, laatstelijk pro visor te Waalwjk thans in hechtenis eene gevange nisstraf van 3 jaren geëisoht als beschuldigd van door middel van stricbnine z jne echtgenoote44 jaren oud te hebben vermoord. Bij vonnis van den 19 heeft de arr. rechtbank te Haarlem Jan Schramonderwjjzer te Oosthuizen wegens ontucht veroordeeld tot l jaar gevangenisstraf, onder aftrek van de voorloopige hechtenis. Den 19 zijn te Utrecht voor de nuttige handwer ken o.a. geslaagd de dames W. Blokker van Purmer en C. Spruitenburg van Haarlemmermeer. Den 19 hebben verscheidene hootdoffieieren der marine en der landmacht ten Hove het middagmaal gebruikt. Den 19 des nachts is aan den Steonweg te Utrecht een felle brand uitgebroken bjj den apotheker A. G. H. van Spanje. De voorzjjde van het huisdrie verdie pingen hoog, is geheel uitgebrand. Van de 5 kinderen sliep het jongste op eene kamer bjj de kinderjuffrouw diewakker wordendede kamer in allerjjl verliet zonder het kind mede te nemen. Toen zij bjj de andere hnisgenooten op straat was en het kind vermist werd kondon eerst pogingen tot redding aangewend worden welke niet slaagden. Het kind was raods doof den rook gestikt, Den 19 waren ongeveer 150 tusschendeks-reizigers bij aankomst te Rotterdam vau het stoomschip Edam van Buenos-Ayre3 niet in staat de kosten voor hunne verdere reis te betalenterwjjl zij eigenlijk in lompen gehuld waren. Zij klaagden zeer over de toestanden in Zuid Amerika eu werden door eenige consuls en do Ned Amerikaansche stoomvaartmaatschappij voorzien zoo van het noodigeals van spoorwegkaartenom de plaat: hunner bestemming te kunnen bereiken. Te Purmerend is de ploegbaas bij de Holl. spoor wegmaatschappjj, Zweekhorst, verdronken. Te Helder zjjn volgens de herziene lijsten 1629 kie zers voor de Tweede Kamer te Texel 595. Bljjkens telegram van den gouverneur-generaal van Nederl. Indië van den 19 wordt de gonvernements koffieoogst op Java voor dit jaar thans geraamd op 351,745 picols. Bjj de den 21 door stemgerechtigde ingelanden van de Starnmeer en Kamerhop gehouden verkiezing werden als hoofdingelanden herkozen de heeren H. Schoe' hujjs en D. Wagenmaker. Den 22 zal te Graft in het lokaal van den heer Koelemejj aldaar door eenige dames eene openbare uit voering gegeven worden. De tooneelstukjesdie opge voerd zullen worden, zjn getiteld: »De Gouvernante »Üe Teleurstelling", .Hardhoorig", .Het Testament van de weduwe Poot". Na afloop kannen liefhebbers van dansen buu bart ophalen. Bjj kon. besluit van den 20 is met ingang van April o.a. benoemd tot ambtenaar van het openb. minis terie bij de kantongerechten voor de kantons 's-Gravem bage en Delftstandplaats 's-Gravenhagede heer mr A. Maclaine Pout, thans in gelijke betrekking werkzaam te Hoorn, voor de kantons Hoornen Medemblik en in zijne plaats voor die kantons benoemd de heer mr. J. F Houwing, advocaat en procureur te Leiden. Daar zijn gewoonten en gebruiken in onze maatschap pelijke samenleving, die, hoewel hoogst nadeelig, ja zelis als zoodanig bekendniet dan mot zeer veel moeite worden nagelaten, geheel of ten halve, maar aan den anderen kant hun burgerrecht verkregen hebben, zoodat ze niet zjn uit te roeien. Ik noem u bijvoorbeeld het jenever drinkon der man nen en de nauwe corsetteu onzer dames. Tegen die twee te strjjden is haast even onvruchtbaar als het zaaien op steenrotsen. Men hoort en gelooft u gaarne, maar overigens slaat men de beste raadgevingen in den wind en miskent uwe moest humane bedoelingen. Toch is er een nog grooter kwaad dan de twee ge noemde niet zoozeer om de gevolgen alleenofschoon die soms hoogst nadeelig kunnen ziju, als wel omdat men ten eerste de hoegrootheid van het kwaad niet in ziet en ten tweede omdat het bjjua algemeen voorkomt. Onze lezers zullen uit het opschrift boven dit opstel reeds begrepen hebben, dat wij met het nog niet genoem de kwaad het rooken bedoelen. Misschien hebben ze zich reeds afgevraagd: »ls rooken dan zóó nadeelig, dat ons het genot van een hoerljjko havanna, als ge het betalen kunt, of een pijpje tabak na volbrachten arbeid, indien ge minder met aardsche rijkdommen zjjt ge zegend, nadeel zal berokkenen?" 8tel u gerust ,gjj grooten en volwassenen, we hebben meer het op oog uw kroost dan op u zelve Onze kinderen rooken! ziedaar het kwaad. Dat dit een kwaad is van nog al eenig belang, hoop ik u aan te toonen. De tabak behoort tot eeno familie van planten, waar toe ook onze aardappel, het bitterzoet en de zwarte wilde bessen onzer tuinen behooreu. De meeste dezer planten bevatten vergif. Ook de aardappel, waar het echter uit gekookt wordt en in het water achterblijft, en de tabak, zijn vergiftige planten. De tabak gedroogd bezit dit vergif ook. Het heet nicotine (naar Jean Nicot die in 1560 de eerste tabaksplanten als geneesmiddel (nota bene!) in zjnen tuiu aankweekte). Alle tabakssoorten bevatten echter niet evenveel nico tine. Dit loopt uiteen van '/i tot 8 procent, m. a. w. van 1j1 tot 8 H. G. of onsen vergif in de 10 K. G. of 20 zoogenaamde oude ponden. De slechtste tabak bevat de meeste schadeljke bestanddeelen zoodat die uatuurljk ook het meest is af te keuren, doch helaas! door ouzo jongens het meest gerookt wordtwat deels een gevolg is van hunnen 19den eeuwschen handelsgeestdie veel eischt voor weinigdeels ook aan de mindere .gespekt heid" van hunne beurzen moet worden toegeschreven. De nicotine is een langzaam werkend vergif, nadeelig voor hart en zenuwen. Het belemmert de spysvertering, vermindert den eetlust en kan ontsteking van de oogen of het sljmvlies der keel tengevolge hebben. Voorwaar al genoeg, dankt u zeker, niet waar? Dat dit werkeijk alles zoo is heeft men door alle eeuwen heen in meerdere of mindere mate gevoeld. Bilderdykde groote denkerdichter eu geleerde noemde het nageslacht .Rammelend vee, met kwik bevracht" wat hij onder meer ook toeschreef aan het rooken Hij schreef ten minste: .Die hebb' met Godvergeten hand Zjns gi jzen vaders nek gebroken Die 't eerst dat heilloos, stinkend rooken Heeft ingevoerd in 't vaderland." Andore groote mannen, als Taine, Emile Zola, Alexander Dumas en Octave Fenillet schreven over de nadeeligo werking, die het rooken vooral op hun denkvermogen had. Vooral de laatste twee werden er zeer duizelig van en lieten het daarom na. Ook verschillende regeeriugeu zagen eu zien nog (maar helaas, buiten Europal) den schadeljken invloed vau het rooken der kinderen in. In 1848 was het rooken op straat in sommige landen van Europa bj de wet verboden. In 1856 mocht in Pruisen niemand jonger dan 16 jaren rooken. i Tegenwoordig is het in sommige Noord-Amerikaansche blaten streng verboden. In Connecticut wordt ieder, die sigaren of tabak, in weikeu vorm ook, te koop aan biedt wegschenkt of op een andere manier aan knapen doet toekomengestraft met eene boete van noogsteus 50 dollars en ieder kinddat rookende wordt aange troffen, met 7 dollars boete hoogstens. begrepen on ten zegen van Amerika's jeugd zeker, durl ik er bjvoegen vooral als ik u verteldat do onder wijzer" in Minneapolis bewezen, dat a/3 gedeelte hunnei leerlingen rookt. Nu, zoo org is het hier nog, Goddank, niet, maarzoo erg kan het worden, zoo erg moet het worden, zou ik bjua zeggen, als ik mijne eigen omgeving zie. Als onderwjzer aan eene plattelandsschool jvert schrj- ver dezes natuurlijk togon rooken en gelukkig met eenig succes. In het oorst verbood ik den jongens het rookenwat niet belette dat ik ze soms tegenkwam met de eene hand op don rug, de andore dienst doende om te groeten, terwijl een opstjgend blauw rookwolkje de aanwezigheid van pjp of sigaar verried. Meer succes geeft het onderhandelen met de ouders. Doordrongen van de waarheid: het rooken is scha lij k voor elk kind, trachtte ik ook ieder ouder daarvan te overtuigen, wat mj dan ook meerendeels, ge lukkig geholpen door een bjua sprekenden getuige waarover nadergelukte. De ouders zageu ia dat dit nu eens niet één van die diugen wasdie zoo licht doen mompelen»Je zei weldra niks meer raaggen"; ze begrepen wat kwaad gesticht wordt met: »nu nu, van één sigaartje zal je niet doodgaan" en ze verboden hunnen jongens het rooken. M jn getuige, zooeveu genoemd, bestond uit een dubbel Ijstje, dat ik uatuurljk niet letterlijk kau mededeolen, waut .Namen noemen isdaarom een surrogaat, maar volstrekt gelijk aan het andere wat het getal der namen betreft. Ik had dan a. een lijstje met de achterljkeleorlin- gen en de meer vlugge. Daarop duidde een sterretje aan, wie al eens, of meer dan eens nadat hj op school was gekomen .niet verhoogd" was. Ziehier so a o Vlugge leerlingen. M. P. H. G. R. T. H. R. K. B. A. Z. J. P. G. J. Minder vlugge leerlingen. B. KU V. SU S. J. S. P.* R. WU O. AU R. KU H. AU (meisje) b. een 1 jstje van rookende en niet rookendo jongens (de meisjes bleven hier natuurlijk buiten rekening.) Ziehier L. P". G. C. D.W. J. Z. B. B. A. C. G. M. Rookers. B. KU V. SU S. J. S. PU R. WU O. A* Niet Rookers. R. KU H. G. M. P. T. Z. R. A. en H. J. Eene vergelijking van deze twee ljstjes gaf tot re sultaat le. Alle jongens die vlug zjnrooken niet. en 2e. Allo minder vlugge (op 1 na) rooken! Dit ééne paar ljstjes zj voldoende. Ik had er meer derevoor verscheidene klassen, die alle hetzelfde aan toonden zoodat ons uiot meer verbaasdewaarover we reeds jaren ons verwonderd haddendat nameljk in onze school de meisjes altjd vlugger en .beter" waren dan de jongens. Welmeenende ouders zullen onzen goeden raad wel niet van noode hebben; ze zullen weten, wat ze te doen hebben en ze zullen willen, omdat ze hunne kinderen lief hebben. Er ligt voor minder weldonkeuden eene harde waar heid in bovengenoemde feiten, vooral als ze rooken aan gemoedigd hebben, wat we niet hopen, want, met welke redeneeringen men zich zelveu de oogen ook tracht te sluiten, dit bljft waar, ook voor niet zienden Het rooken doodt de kinderen zedeljk en doet ze lichamelijk aanleg krjgen voor allerlei kwalen. Dat deze regelen door ouders ter harte genomen wor den en Neêrlands jeugd ten goede komen, is onze harteljk gemeende wensch. NAMOJA. Wfc.ï.AAlH. Volgens eon te Londen uit Gibral- tai ontvangen bericht is in de baai aldaar hot engelsche stoomschip Utopia met 830 reizigers aan boord meest landverhuizersna tegen de ram van het oorlogsschip Auson te z jn aangeloopengezonken. Reeds zijn 50 ijken gevonden. Gered werden 25 man der bomauning en 292 reizigers. Omtrent de overigen verkeert men nog in onzekerheid. Hoogerhais. De minsiter van koloniën stelde den 20 voor, over te gaan tot de behandeling van het wets ontwerp betreffende de visscherj langs de kusten van New foundland. De minister van buitenl. zaken zette de zaak uitvoerig uiteen. Hj herinnerde aan de aangewende pogingen tot verzoening en wees op den ern3tigen toe stand waarin de zaak onmogeljk langer kan bijven. De bewoners van Newfoundland znllen ten slotten moeten erkennen, dat Engeland bereid is hen te helpen. Daarna werd tot de arukelsgewjze behandeling overgaan. IRl\UltI.f34. Den 19 zjn te Parjs huiszoekingen gedaan by veie leden van den Patriotten bond. Eene lijst met de namen van 1200 zich aaneengesloten hebbende personen is in beslag genomen. Den 20 werd hiermede voortgegaan. Hamer. Den 19 vroeg de heer Montfort aan de re- geuring ïnlioktingeu over Tonkin, waar hj den toestand als zeer ernstig beschouwde. De zeeschnimerjeu namen toe. De heer Etieune, onder-3ecretaris voor koloniën, antwoordde, dat de toestand reeds verbeterd was, waarop de heer Montfort hernamdat deze hein tooh bezorgd heid inboezemde en hj eenig ongeluk vreesde. Daarme de liep de zaak af. BAAlIfiiBi De leden van den Senaat en afge vaardigden hebben een manifest openbaar gemaakt, waar in zj opkomen tegen de staatkunde der regeering.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1891 | | pagina 10