in de landweer het grootste bezwaar tegen de wet, n.l.
wegens de herhalingsoefeningen tot den leeftijd van 28
jaar bij het leger en daarna nog bij de landweer. De
oproeping van personen van 28 tot 33 jaren zal een
groote last wezen voor de steden en het platteland hij
wilde dit beginsel niet zonder schadeloosstelling voor de
familiën, waaruit de landweermannen voortkomen. Hij
stelde in dien zin als amendement voortoekenning
eener toelage (behalve de gewone soldij) uit 's Rijks
schatkist na afloop van de oefeningen.
Een voorstel van den heer van VI ij men om over
art. 226 en de voorgestelde amendementen te beslis
sen, na de bepaling van den diensttijd, werdna be
strijding door den Voorzitter, verworpen met 53 tegen
30 stemmen. Het einde van de daarna gehouden bespre
king was, dat de heer Bahlmaun zijn amendement introk,
om overeenkomstig den raad des ministers deze zaak
waarvoor hij minister in beginsel wel iets gevoelde ter
sprake te brengen bij art. 243; dat het amendement der
commissie verworpen werd met 51 tegen 41 stemmen;
dat een amendement Rooseboom verworpen werd met
57 tegen 35 stemmen en het artikel aangenomen met
53 tegen 37 stemmen.
Daarna kwamen in behandeling de art. 22, 23 en 26
(contingent en diensttijd).
De heer Seyffardt lichtte de amendementen der com
missie toe, strekkende om: 1°. uit de wet te lichten al
wat betrekking heeft tot de legerorganisatie2°. art. 26
te lezen: «De dienst duurt, ongeacht het tijdstip waarop
de inlijving plaats had, tot 1 Juli van het jaar, waarin
de zesjarige dienst is of zou worden volbracht.
De heeren Kolkman c. s. stelden voor in art. 23
(contingent van 1° ten hoogste 13.200 dienstplichtigen ter
volledige oefening en 2° van ten hoogste 2500 dienst
plichtigen voor korte oefening, bestemd voor de depót-
troepen van de infanterie en van de vestingartillerie) te
lezen de cijfers ad 1° van 11500 en ad 2" van 2200.
Bij de toelichting van dit amendement, zeide hij, dat
de bedoeling der voorstellers was om de organisatie pas
klaar te maken voor het aantal manschappen in plaats
van omgekeerd zooals in het stelsel der regeering.
De heer Van Houten had voorgesteld jaarlijks bij
het leger in te lijven: 1° ten hoogste 7000 dienstplich
tigen voor dienst en oefening en 2° ten hoogste 4000
dienstplichtigen enkel voor oefening. Na de beslissing
van den 13 over het amendement van de comm. v. rapp.
trok hij het in.
De heer H a ff m a n s lichtte toe het door hem en 4 an
dere leden voorgestelde amendement om te bepalen «Jaar
lijks worden bij het leger ingelijfd ten hoogste 11100 dienst
plichtigen." Het leger was volgens hen thans niet te
klein de uitbreiding er van was noodeloos en gevaarlijk.
De heer Land stelde voor om bij de actieve zeemacht
niet meer dan 500 dienstplichtigen in te lijven.
In verband met dit amend, stelde hij verder voor, te
bepalen, dat de dienst bij de zeemacht, ongeacht het tijd
stip waarop de inlijving plaats had, zal duren tot 1 Juli
van het jaar, waarin een achtjarige dienst is of zou wor
den volbracht.
Een derde amendement van dien heer strekte om den
dienst bij de zeemacht op drie, aieu bij de laudmacii.. op
vijf jaren te bepalen.
De heer A. van Dedem verklaarde, ook namens vele
zijner vriendendat voor hen het hooge contingenu
een struikelblok was tegen deze wet. Hij ondersteunde
het amendement Kolkmanbij welks aannemingmet
een diensttijd van 8 jaren, een contingent van 11.500
man voor eerste oefening en van 2200 man voor tweede
oefening, men ongeveer hetzelfde eindcijfer verkrijgt vooi
de legersterkte als in het stelsel der commissie met zes
jarigen dienst.
Het verslag van de zitting van den 15 volgt in het num
mer van woensdag.
Op het Museum van kunstnijverheid te
Haarlem zullen den 17 en volgende dagen tentoonge
steld worden twee groote decoratieve paneelen, «de Dans
en de Muziek" voorstellende, en eenige kleinere decoratieve
stukken met kinderfiguren, voorstellende het heldenlied
het minneliedhet ceremoniëele en het feestlied. Deze
decoratieve stukken versierden de muziekzaal van den
zoon van mijn erf gezet zoo fatsoenlijk als men dit onder
zulke misselijke omstandigheden doen kan. Baak heeft
hem verder uitgeleide gedaan en hoe dat in zijn werk is
gegaan zal uw zoon u beter kunnen vertellen dan ik
want ik was er niet bij tegenwoordig."
Ik opende de kast, waarin ik Lambert's hoed had opge
hangen lichtte dien van den haak en bood hem Parel
man aan.
Het vroeger zoo keurig hoedje zat nog vol zand en had
eenige deuken en kneuzingen welke me bij nadere be
schouwing bleken de kunst van den besten hoedenmaker
te kunnen trotseeren.
«Dit Parijsch modehoedje," hernam ik, Parelman den
hoed aanbiedende, waarin Lambert's kaartje was geplakt,
«zal u zeggen dat uw zoon door een harde hand is
uitgeleid. De meid vond het in den tuin waarin Baak
het heeft geslingerd, na er zich eerst van bediend te heb
ben op een wijze, die deze deuken welsprekend aantoo-
nen. Zoo is de zaak, Parelman en wat ge nu eigen
lijk van me verlangt, begrijp ik niet recht. Heeft uw
zoon u verzocht zijn hoed terug te halen hier is hij.
Moet hij zijn haar terughalendan dient hij zich tot
Baak te wenden die hem in dien brief zulk schoone ge
legenheid er toe aanbiedt. Meer weet ik u niet te
zeggen."
Parelman bekeek den bodem van den hoed door zijn
gouden knijper, als staarde hij op een serpent. Hij grie
zelde, misschien nog wel het meest om mijn volslagen
gemis aan eerbied voor zijn persoon.
»Ik begrijp," zei hij na een poos, »dat mijn zoon hier
de handen in een wespennest heeft gestoken."
>0, begrijpt u dat, Parelman zei ik, den hoed voor
zijn voeten latende vallen. Zoo-zoo Dan begrijpt
u de zaak heel anders dan ikmaar dat is natuurlijk.
Uwe en mijne begrippen verschillen tegenwoordig hemels
breed van elkaar, en om een natuurlijke reden. We zijn,
geloof ik, eens vrienden geweest, ten minste, ik was
uw vriend, want ik meende het goed gij waart toen
een vroolijke, geestige jongen en ik zag zelfs hoog tegen
u op, omdat ge, door uw omgang met voorname lui,
heer J. T. Cremer en werden voor eenigen tijd ter ten
toonstelling aan het Museum in bruikleen afgestaan. De
merkwaardige verzameling van antieke juweelkistjes, doo-
zen, étuis enz., die thans eveneens in het Museum te zien
is, wordt druk bezocht. Uit alle provinciën van ons land
worden inzendingen ontvangonvan af het vorstelijk
juweelkistje tot de koperen tabaksdoos zijn exemplaren
voorhanden en geven aan deze tentoonstelling een echt
nationaal karakter. Gedurende de Pinksterdagen is het
Museum geopend.
- Bij kon. besluit van den 11 is benoemd bij de dienst
doende schutterij te Haarlem tot 2en luitenant la suite
de heer mr. H. P. 't Hooft; bij die te Purmerend
tot 2en luitenant a la suite de beer G. J. A. M. Wap
thans schutter.
De gemeenteraad van Amsterdam heeft den 13
tot directeur van den gemeentelijken gezondheidsdienst
benoemd don heer dr. B. A. Saltet en o. a. tot onder
wijzeres mej. A. Boon te de Waal op Texel.
Den 13 zijn te Amsterdam twee van de drie voor
onderwijzeres in de handwerken geëxamiueerden geslaagd,
namelijk de dames J. A. Endt van Zaandam en W.
Groot van Enkhulzen.
Bij kon. besluit van den 13 is benoemd tot burge
meester' van Broek op Eangedijk de heer A. Slot
en van St. Pankras de heer L. van de Vijzel hoofd
der school aldaar.
Bij kon besluit van den 13 is aan den heer dr.
C. M. Francken. met ingang van 15 Sept.. eervol onslag
verleend als hoogleeraar in de faculteit der letteren en
wijsbegeerte aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, met
dankbetuiging voor de door hem gedurende vele jaren
bewezen diensten en tot hoogleeraar aldaar benoemd, om
onderwijs te geven in de latijnsche taal en letterkunde
en de romeinsche oudheden, de heer dr. J. van der Vliet,
conrector van het gymnasium te Haarlem.
Den 13 heeft de centrale liberale kiesvereeniging
in het hoofdkiesdistrict Helder met algemeene stemmen
den heer S. T. Land candidaat voor de Tweede Kamer
gesteld.
Den 14 is door het provinciaal bestuur van Noord-
hollaud bij enkele inschrijving aanbesteed 1°. het voort
zetten der verbetering van den omringdijk op het eiland
Marken, geraamd op 3500. Laagste inschrijver de heer
W. Blankevoort Cz te Maarssen voor 3750; 2°. het
verdiepen van eenige gedeelten van het Noordhollandsch
kanaal, geraamd op 23300. Laagste inschrijver de heer
A. Visser te Haarlem voor 21870.
De kiesvereeniging 's-Gravenhage heeft den 14 can
didaat gesteld voor drie leden der Tweede Kamer de
heeren J. P. W. Conrad met 258, J. M. Pijuacker Hordijk
met 256 en H. D. Guyot, aftr. lid, met 192 van de 264
uitgebrachte stemmen.
Den 14 is in het boofdkiesdistrict Amsterdam
tot lid der provinciale Staten van Noordholland gekozen
de heer H. F. Groen van Waarder lib met 3435 van
de 5002 uitgebrachte stemmen. Van onwaarde waren 175
stemmen, waarvan 165 in blanco. De heer W. Hovy,
anti-rev., bekwam 1286 stemmen.
Den 14, des morgens, is te Berlikum het lijk op
gehaald van den heer Geijtenbeek, notarisdie den 13
des avonds nog vrij laat in een logement aldaar vertoefd
had. Het lijk werd gevonden bij de brug, waarover hij
gaan moest, om zijne woning te bereiken.
De gemeentelijke gasfabriek te Deventer heeft in
1890 eene zuivere winst van 29408.65 behaald.
De katholieke kiesvereeniging te Leiden heeft be
sloten tot samenwerking met de anti-revolutionairen in
dat district.
De lijst der hoogst aangeslagenen in 's rijks directe
belastingen bevat voor Gelderland 341 namen. Hoogst
aangeslagene is de heer mr. J. baron van der Feltz, te
Voorst, met 7798.73; laagste de heer G. A. van Steenis,
te Buren, met 381.idem voor Zeeland bevat 132
namen hoogste aanslag is die van den heer D. F. P.
Seydlitz te Hulst, met 4421,04; laagste, die van den
heer J. W. Wagtho te Tholen met 380,40die van
Noordbrabant bevat 339 namen, waarvan de hoogste is
de heer li. P. A. van Loon te Roozendaal, met 2897.831/a,
en do laagste de heer J. J. Fens te Eindhoven, met
298.90.
zelf iets voornaams hadt gekregen omdat ge gevat en
buigzaam waart en een onnavolgbaar slag hadt, de men-
schen naar uw hand te zetten. Maar ge hebt één voor
één al uw vrienden die u niet meer konden dieneu
los gelaten en wat opmerkelijk isge zijt die vrien
den als vijanden gaan beschouwen en hebt hen als zoo
danig behandeld, overal waar ze u iu den weg kwamen.
Hoe hebt ge mij bejegend, Parelman, toen ik u in den
Haag ontmoette, in gezelschap van uw vriend, den comte
De Bourriquette Hoe hebt ge mij bejegend, toen ge
pas minister waart? Ge zijt nu inderdaad een groot man,
maar als ge over ploerten wilt spreken betracht dan
eerst u zelf eens nauwgezet en onpartijdig.
«Of is het misschien hoog fatsoen, door een huwelijks
speculatie rijk te worden; door manoeuvres in de Kamer
te komen en minister te worden titels en decoratiën te
veroveren en zijn oude vriendendie nederigmaar
rechtuit hun weg gaan te verloochenen en te mishan
delen Is dat fatsoen Parelman
»U bentgek," zei Parelman, opstaande en, onge
lukkigerwijs, Lambert's hoed vertrappende; «en het spjjt
me zeer, dat ik deze démarche heb gedaan."
«Ik vind uw démarche ook vrij dwaas," liet ik er
terstond op volgen. «Maar knappe diplomaten, zooals gij,
doen allerlei dwaasheden in het gewone leven dat voor
hen een gesloten boek is. Gij ziet te ver, mijuheer om
goed in uw onmiddelijke omgeving te kunnen zien. Uw
zoon doet wat hij wilen dat merkt gij niet. Hij steekt
zijn hand in een wespennest, en gij moet hem nu het
te laat is, voor de wespensteken behoeden. Ik ben niet
gek, mijnheer Parelman dit weet ge ook welmaar ik
duid u dien uitval volstrekt niet ten kwade, och
neen 1 Ik moet u veeleer bedanken voor uw bezoek. Het
is zeer vereerend voor me. Dat ge mij benadeelen zult,
zooveel in uw vermogen is, weet ik maar al te goed
maar toch ben ik niet bang voor u."
»U bent nog in staatsdienst, geloof ik zei Parelman,
me door zijn bril vrij valsch aankijkende.
«Om u te dienen," antwoordde ik; «tijdelijk ontheven
van mijn betrekking."
Te Hulst is tot lid der Provinciale Staten van Zeeland
gekozen do heer Camille IJsebaert (k.), burgemeester van
St. Jansteen. met 906 stemmen. Op den heer F. Hem-
bach (k.) waren 414 en op den heerJ. A. van Boven (1.)
347 stemmen uitgebracht.
Het provinciaal kerkbestuur van Noordholland heeft
benoemd tot lid der Synode van de ned. herv. kerk
ds. J. W. van Hoogstraten van Edam; tot secundus-lid
ds. A. H. Claasen van Egmond-blnnen en tot secundus-
lid-ouderling de heer J. van Leeuwen van Monni
kendam.
Te Roermond is tot lid van den gemeenteraad ge
kozen de heer Scheuler, candidaat der clericalen, met.
405 van de 765 uitgebrachte stemmen; de heer Telders
liberaal, bekwam 328 stemmen.
De bevolking der provincie Utrecht bedroeg op
1 Januari 1891 110674 m. en 113327 vr., samen 224001
tegen 221007 (109100 m. en 111907 vr.) op 1 Januari
1890. De bevolking van Utrecht beliep 86116 en van
Amersfoort 15550.
Gedurende 1890 zijn aan 's Rijks muni. vervaardigd
en afgeleverd voor rekening van den Staatin Neder
land 200.000 kwartjes, 1.600.000 dubbeltjes en 2.000.000
21/2 cent stukken; in de overzeesche bezittingen 1.140.000
x/4 guldens Ned. Indië, uitmakende eene nominale waarde
van 545.000. Voor rekening van particulieren werd
niets aangemunt.
Den 14 is te Haarlem overleden dr. H. Smeding,
sedert 1873 predikant bij de ned. herv. gemeente aldaar.
Te Hoorn is aan den kerkeraad de machtiging
verleend tot het benoemen van ouderlingen en diakenen
en het beroepen van predikanten.
Te %msterdam moet voor twee leden van den
gemeenteraad herstemd worden tusschen de heeren P.
Nolting met 2409, Mr. W. H. K. Mouthaan met 2124,
Hugo Muller met 1734 en mr. R. van de Werk met
1302 van de 5095 geldige stemmen. De anti.-rev. can-
didaten, de heeren J. A. Wormser en mr. D. P. D.
Fabius, bekwamen 1166 en 1153 stemmen. Den 25 heeft
de herstemming plaats.
Het ontbrekende bedrag van 117000 aan de on
langs door de gemeente Utrecht uitgeschreven 31/2 pet.
geldleening, is toegewezen aan den heer Julius Oppeu-
heim te Groningen.
De r. k. kiesvereeniging Recht en plicht te Enschede
heeft met algemeene stemmen als haar oordeel uitgesproken,
dat de billijkheid vordert, dat dit keer een katholiek
candidaat wordt gesteld.
De minister van financiën heeft op het adres van
gepensioneerden, die zich bezwaard gevoelden door de
heffing van leges van hun pensioen geantwoord, dat op
grond van het duidelijk voorschrift der wet niet kon worden
afgeweken van de heffing van loges, ook van de militaire
pensioenen boven de 600.
De Koningin en de Koningin-Regentes zullen den 26
te Amsterdam aankomen Des avonds wordt ten paleize
cour voor dames gehouden. Den 27 des morgens groote
audiëntie voor autoriteitendie uiterlijk te 12 uur
moet zijn afgeloopen. Des namiddags te 3 uren
plechtige begroeting in de Nieuwe kerk, waarbij aan
H. H. M. M. van gemeentewege een medaille zal worden
aangeboden. Den 28 des morgens particuliere audientië
en des namiddags te 2 uur steenlegging van het Buiten-
Gasthuis, bij welke gelegenheid liederen gezongen zullen
worden door een kinderkoor van 5000 leerlingen der
openbare en bijzondere scholen, versterkt door een man
nenkoor van 600 zangers van vorschilleude Vereenigingen.
Vóór de steenlegging worden gezongen Vlaggelied,
Marschlied, Welkomstlied, Mijn Neder
land: na de steenlegging een lied op de wijze van Wil
helmus. De aan te bieden herinneringsmedaille, ontworpen
door den heer Bart ten Hovedraagt aan de voorzijde
de borstbeelden der twee vorstinnen en aan de keerzijde
het Amsterdamsche wapen. Den 30 wordt een bezoek
aan Rotterdam gebracht.
Onder de gemeente Vledder is eene woning tot
den grond afgebrand, waarbij een kind van bijna vier
jaren omgekomen is.
Te Edam is tot lid van den gemeenteraad geko
zen de heer D. F. Pont
De Nederl. Tramwegmaatschappij keert over 1890
2 pet. dividend uit.
«Ah. ja-wel. Uw dienaar, mijnheer."
Ik lachte, en Parelman draaide zich toornig om.
«Ik verkies niet uitgelachen te worden 1"
«Gij zijt gek!" riep ik op mijn beurt. «Denkt ge nu,
me vrees aan te jagen Ik heb een eerlijke loopbaan
achter me en ik zou wel eens willen zien dat in ous
vrije Nederland al wordt er ook geknoeid door u en
consorten die hun geheimen invloed uitoefenen in hooge
kringeneen eerlijk ambtenaar naar Siberie werd
gezondenWe zijn, goddank, niet in Rusland. Knoei
zooveel ge wiltmaar ik ben een vrij man een
Hollander; en pas op, dat ik u niet aan de kaak stel..."
Ik was driftig geworden er lag me zooveel op het
harten het moest er nu maar ineens af.
Parelman grinnikte iets van le pot de verre en le pot
de fer en ging naar de deur. Ik raapte Lambert's hoed
op, die er nu hopeloos uitzag, en volgde Parelman.
Ik deed hem uitgeleide tot aan zijn rijtuig. Hij was zoo
opgewondendat hij niet naar me omzag. Toen de pal
frenier het portier dicht sloegmaakte ik eene diepe
buiging en vroeg door het geopend raam Wil mijnheer
de baron den hoed van den jonker ook meenemen
Parelman was zoo bleek als een doode. Hij strekte
de hand uit naar den noodlottigen hoedmaar ik trok
hem terug en zei «Ik zal hem bij gelegenheid wel laten
bezorgen. Het is goed, koetsier," en ik ging met den hoed
naar binnen.
Ik beefde een weinig dit moet ik bekennen, maar
ik voelde me toch sterk, vooral van verontwaardiging.
De koetsier was voortgereden maar tot mijn groote
verwondering koerde het rijtuig op den weg nog voordat
ik mijn deur had bereikt. Parelman stapte uit, en kwam
met zijn dik lichaam het hek weer binnenwaggelen.
«Mag ik u nog even spreken?" vroeg hij.
Ik bracht hem in een afgelegen hoek van ons tuintje
daar was een soort priëelwel wat eng en onpractisch
maar het was toch een eerwaardig ond-hollandsch scha
duwplekje zoo zedig mogelijk met een verweerd
waggelend tafeltje en twee dito houten bankjes aan weers
zijden. Ik ging zitten op de eene bank en Parelman
deed hetzelfde op de andere. Wordt vervolgd.