336e Staats-Loterij.
Raadsvergadering
Ns. 789, 1661, 9281, 14048, 19091 en 19428 f 1000;
Ns. 8770, 10141, 11331, 18712 en 19376 f 400Ns.
5630, 5910, 6062, 8118, 19817 en 20279 200Ns.
8682, 11556, 13070, 13794, 14351, 15322, 18733 en
19145 100.
Ns. 16743 en 19467 1000; Ns. 342, 2079, 11513
19125 400; Ns. 970, 1126, 1192, 5506200Ns.
2978, 3456, 6969, 7068, 8828, 10840, 11692, 12041,
14027, 14673, 15791 100.
\*2
aangeteekende brieven met eene geldswaarde boven 600.
Het bestunr van de »Vereeniging tot bevordering van
de belangen des boekhandels" heeft zich gewend
tot de Tweede Kamer der Staten Generaal naar aanlei
ding van het ontwerp van wet op het faillissement
en de surséance van betaling. Hoofdzakelijk betoogt zij
de noodzakelijkheid in haar adres om in het ontwerp
zoodanige wijzigingen te brengendat minstens twee
curators in een faillissement worden benoemd waarvan
minstens één uit de vakgenooten van den gefail
leerde.
Met een woord van aanbeveling van E. Laurillard
kwam bij den uitgever D. B Centen te Amsterdam, een
gewijzigd „Wilhelmus" en „Wien STeerlandsch
bloed" uit. Verder ontvingen wij van de redactie van
de Avondpost" eene bewerking van laatstgenoemd lied,
dat dit voordeel heeft, dat er niet meer veranderingen
in zijn gebracht dan met het oog op de gewijzigde om
standigheden noodzakelijk is, zoodat men dus geen geheel
nieuw lied behoeft te leeren.
5e klasse, 6e lijst, 20 Mei.
5e klasse 7e lijst21 Mei.
No. 6. Woensdag 20 Mei 1891.
Voorzitter de Burgemeester A. Maclaine Pont.
Tegenwoordig 14 leden. Afwezig met kennisgeving
de heer Conijn en wegens uitstedigheid de heer H. J.
Bruinvis.
De Voorzitter opent de vergadering waarna
1. de notulen der vorige vergadering gelezen en goed
gekeurd worden.
2. Deelt de Voorzitter mede, dat bij kon. be
sluit van den 13 April 1.1. No. 69 de jaarwedde van den
commissaris van politie met ingang van 1 Mei 1.1., be
paald is op f 1800. Voor kennisgeving aangenomen.
Zijn medegedeeld de sedert de vorige
vergadering ingekomen stukken.
Van Gedeputeerde Staten.
3. Brief ten geleide van het goedgekeurde raadsbe
sluit tot afstand van grond aan den Geestersingel aan
J. P. Schouten, boekhouder alhier.
4. Brief ten geleide van het goedgekeurde raadsbe
sluit tot voldoening uit den post voor onvoorziene uitgaven
der gemeente-begrooting voor 1891 van 300 aan de
afd. Alkmaar der Holl. Maatschappij van landbouw voor
subsidie aan hare Paaschtentoonstelling en van 427.50
aan het Bestuur der bad- en zweminrichting.
5. Brief ten geleide van het goedgekeurde raadsbe
sluit tot voldoening uit den post voor onvoorziene uit
gaven der gemeente-begrootiug voor 1891 van 277 aan
den heer G. Bossert Rz. voor vergoeding van hem toe
gebrachte schade en tot het verleenen van 2000 toe
lage aan het bestuur der algemeene bewaarschool.
6. Brief, houdende mededeeling, dat over 1889 ƒ8.125
door de gemeente te veel genoten is aan voorschot op
de kosten van het lager onderwijs, dat in dit jaar afge
trokken zal worden van de Rijksvergoeding.
7. Berichtdat het voorschotwaarop deze gemeente
krachtens art. 5 der gewijzigde wet op lager onderwij
over 1891 aanspraak heeft, door den minister van binn.
zaken bepaald is op f 10762,50 en dat het eerste kwar
taal 1891 betaalbaar gesteld wordt op 1 Mei.
8. Herinnering aan het inzenden der gemeente-rekening
over 1890 met de bijlagen uiterlijk op 31 Augustus a.s.
Nos. 3 tot en met 8 voor kennisgeving aangenomen.
Van Burgemeester en Wethouders.
9. Brief, ten geleide van het uitvoerig onberedeneerd
verslag over den toestand dezer gemeente in 1890.
Voor kennisgeving aangenomen. Het verslag wordt
reeds gedrukt en weldra zal aan ieder lid een afdruk
ter hand gesteld worden.
Openbare school voor onvermogenden en
tusschenscholen.
10. Brief, waarbij overgelegd worden de van de hoofden
gevraagde opgaven van het aantal leerlingen op de openb.
school voor onvermogenden en de beide openb. tusschen
scholen, na de met 1 Mei 1.1. plaats gehad hebbende
toelating van leerlingen. Uit die opgaven blijkt, dat de
school voor onvermogenden bezocht wordt door 598
de eerste tusschenschool door 284 en de tweede tusschen-
school door 259 leerlingen. Verder wordt medegedeeld,
dat met 1 Mei voor 135 kinderen op de school voor
onvermogenden plaatsing verzocht werd, doch dat slechts
106 kinderen toegelaten werden. De overige 29 werden
om verschillende redenen geweigerdverscheidene, omdat
de ouders genoegzaam gegoed geacht werdenom het
schoolgeld te betalen. Daardoor werd het aantal leer
lingen op de tusschenscholen natuurlijk grooter. Nu de
aanvraag tot toelating op de school voor onvermogenden,
overeenkomstig de verwachting, blijft toenemen; op de
eerste tusschenschoolbestemd voor 252 leerlingen het
aantal leerlingen geklommen is tot 284 en op de tweede
tusschenschoolbestemd voor 240tot 259 leerlingen
en de bevolking van 1 Januari tot 1 Mei 1891 wederom
met 63 personen toegenomen is, gelooven burg. en weth.,
dat eene beslissing omtrent de nog steeds bij den raad
aanhangige plannen tot schoolbouw niet langer uitgesteld
mag worden. Het laat zich toch aanziendat zeer
spoedig kinderen geweigerd zullen moeten worden
wordt niet op de eene of andere wijze in het gebrek
aan ruimte voorzien. Zij deelen daarom mededat zij
voornemens zijn in eene der eerstvolgende vergaderingen
die plannen tot schoolbouw aan de orde te stellen.
11. Rapport op het adres van de 4 marktmeesters
der kleine veemarkten en van den marktmeester der
groentenmarktwaarbij zij mededeeldendat zij voor
het eerst over het dienstjaar 1889/90 in de pa
tentbelasting voor ongeveer 2 ieder aangeslagen
warendat op hun verzoek om vrijstelling van die
belasting of vermindering van hunnen aanslag af
wijzend beschikt waswaarom zij verzochten hun
eene kleine geldelijke tegemoetkoming of vergoeding voor
de aldus minder genoten jaarwedde te verleenen. Burg.
en weth. deelen mede, dat werkelijk zoowel voornoemde
marktmeesters als de marktmeester der graan- en zaad-
markt voor het eerst in de patentbelasting over het
dienstjaar 1889/90 aangeslagen zijn in klasse 13 B, be
dragende met de Rijksopcenten en de kosten van be
schrijving voor ieder 1.995en dat Ged. Staten op
hun verzoek om vrijstelling afwijzend beschikten. Daar
die beslissing aan hen voorkwam niet in overeenstemming
met de bepalingen der patentwet te zijn, voor een deel
misschien het gevolg daarvan, dat eene verkeerde opvat
ting omtrent de betrekking van marktmeester bestond,
richtten zij zich tot den minister van financiën.
Op dat schrijven ontvingen zij een antwoord, waaruit
blijkt, dat Z. E., het gevoelen van Ged. Staten deelende,
den aanslag te recht geschied acht. Na deze beslissing
gelooven zij, dat aan de zaak niets te veranderen valt,
en dat de marktmeesters den aanslag moeten betalen. Het
bedrag van den aanslag is echter te onbeduidend om
daarom verhooging van jaarwedde te verleenen. Zij
stellen dan ook voor, aan de verzoekers mede te deelen,
dat uit een ingesteld onderzoek is geblekendat hun
aanslag in de patentbelasting geschied is overeenkomstig
de bepalingen der wet op het patentrecht van 21 Mei
1819 (Staatsblad No. 34) doch dat er geene termen
bestaan om de aan hunne betrekking verbonden jaar
wedde te verhoogen, daar deze belasting gedragen moet
worden- door den patentplichtige en het niet aangaat, dien
aanslag voor rekening der gemeente te nemen nu ge
bleken is, dat zij ten onrechte jaren lang van die belas
ting zijn vrijgesteld.
Nos. 10 en 11 ter lezing gelegd.
12. Brief van de vaste commissie voor de gasfabriek
ten geleide van de rekening en het verslag der fabriek
over 1890.
Het verslag is gedrukt en daarvan zal aan ieder lid
bij het gemeente-verslag een afdruk ter hand gesteld
worden de rekening met de bijlagen gesteld in handen
der vaste commissie van financien.
Jaarverslagen.
13. Jaarverslag van de stads-apotheek over 1890. Er
werden gereed gemaakt 21920 recepten, tegen 21564 in
1889 zijnde per dag 60 tegen 59 in 1889. De drukste
maand was Januari met 3214, de stilste September met
1507 de drukste dag was 23 Januari met 168 de
stilste 7 September met 9 recepten. L8019 recepten
werden kosteloos gereed gemaakt, 1576 meer dan in
1889, als
algemeene armen 14820 of 501,i
israëlitische 201 28,f meer dan
burgerweeshuis 418 gelijk 1 in 1889
gasthuis 2580 1038,1
Tegen betaling 3901 recepten, 1220 minder dan in
1889.
Diaconiehuis 800 282 meer
Huizen v. bewaring 1036 549 minder j
Rijks opvoedings- 1
gesticht
Pius-gesticht
2043 948
22 22 meer
1 Ci C3
c3 -e
f 128,20
i» 208,15
404,82)
3,30
samen 744,47)
daarvoor werd be-
6 KGr. chinine werden gebruikt
taald f 199,20.
14. Jaarverslag van het burgerweeshuis over 1890.
Op 31 Dec. 1889 werden verpleegd 18 j. en 20 m.
op 1 Mei 1890 vertrokken 2 j. en 2 m.
bijgekomen
alzoo
16 j. en 18 m.
4 j. en m.
alzoo op 31 Dec. 1890 20 j. en 18 m.
waarvan 3 bestedelingen.
Elf jongens waren op verschillende ambachten het
arbeidsloon bracht f 598.01 op, waaronder van één meisje
12 begrepen was.
Van de op 1 Mei 1890 ontslagenen zijn 2 meisjes als
dienstbode geplaatst, 1 jongen als kaaskoopersknecht en
1 letterzetter.
De gezondheidstoestand was, behoudens 19 gevallen
van influënza'in het begin dos jaars, gunstig. In het R. K.
weeshuis werden op 31 Dec. 18 weezen verpleegd, n.l.
9 j. en 9 in., waarvoor de overeengekomen uitkeering
betaald werd. In het geheel werd 764.05 voor die
weezen uitgekeerd. Huiselijke feesten hadden plaats op
St. Nicolaas- en Oudejaarsavond, alsmede naar aanleiding
vau eene van den heer T. G. van den Bosch bij gele
genheid van zijn zilveren huwelijksfeest ontvangen ge
schenk voor de weezen.
15. Jaarverslag van de kamer van koophandel en
fabrieken over 1890.
16. Jaarverslag van de commissie van toezicht op het
middelbaar onderwijs omtrent den toestand van dat on
derwijs over 1890.
17. Jaarverslag van het burgerlijk armbestuur omtrent
den toestand van het armwezen in 1890.
13 weezen en verlaten kinderen, tegen 11 in 1889, ver-
eischten 979.25 en 108 brooden aan bedeeling en be-
stedingskosten en 153.01 aan kleeding en gereedschap
pen. Bovendien werden 7 doorloopend en 1 tijdelijk te
Neerbosch verpleegd tegen eene vergoeding van 750
4 doorloopend in de landbouwinrichting de Heibloem
tegen 300 1 in het r.k. gesticht te Deurne voor
100.151 in het St. Josephgesticht te Bethel voor
114.
Eigen armen. 29 werden doorloopend en 10 tij
delijk bedeeldzij vorderden in geld 1335.50 en 1393
brooden.
R. K. armen. 67 werden doorloopend en 17 tijdelijk
bedeeld zij vorderden in geld J 2963.35 en 3419 brooden.
Geref. armen. 24 werden doorloopend en 10 tij
delijk bedeeld zij vorderden in geld 1481.85 en 1245
brooden.
Verder werd nog uitgegevenvoor één verpleegde,
sedert jaren, 75 voor 4 personen, verpleegd in het
Diakoniehuis der ned. herv. gemeente, 392.50; bijdrage
voor de verpleging van een kind in het doofstommen-
gesticht te Groningen, j 35.10 en voor verpleging van,
7 lijders in de inrichting voor ooglijders te Amsterdam
136.50.
De kosten der bakkerij beliepen 1351.67 aan turf
ten behoeve van de bedeelden werd 247.673 uitgegeven,
aan verpleging in het gasthuis 718.85 en aan begra
feniskosten f 54.95.
De toenemende vestiging van arme gezinnen de bui
tengewoon strenge winterde bestedingskosten voor
verlaten kinderen waarop bij het opmaken der begroo
ting niet gerekend kon worden en de grootere uitgaven
voor gasthuisverpleging waren oorzaakdat eene supple-
toire begrooting ingediend moest worden,
Nos. 14 tot 17 voor kennisgeving aangenomen. De
verslagen blijven voor de leden ter lezing liggen.
18. Bericht van het r. k. parochiaal armbestuur, dat
op de kiezerslijst geene personen voorkomen, door dat
bestuur in 1890 bedeeld.
19 Gelijk bericht van diakenen der christ. geref.
Nos. 18 en 19 voor kennisgeving aangenomen.
20. Brief van mej. J. Bolten, houdende kennisgeving
van het overlijden van haren vader C. G. Bolten, onder
dankbetuiging voor het aan hem toegekende wachtgeld.
Voor kennisgeving aangenomen.
21. Adres van den heer J. Temme, leeraar voor tee
kenen en timmeren aan de eerste ambachtschool te Am
sterdam, houdende verzoek in aanmerking te mogen komen
bij mogelijke benoeming van een directeur aan de bur
geravondschool.
Ter lezing gelegd om daarop bij eene eventueele be
noeming zooveel acht te slaan, als de Raad vermeent te
behooren.
22. Adres van mevrouw de wed. W. A. Koning-
Vrendenberg te Haarlem, als moeder en verzorgster der
belangen harer dochter C. S. Koning, voormalig onder
wijzeres aan de openbare school voor meisjes alhier,
waarbij zij mededeelt, dat de minister van binnenl. zaken
ten tweeden male afwijzend beschikt heeft op het ver
zoek om betaalbaarstelling van het door den Raad aan
hare dochter toegewezen wachtgeld of welke de naam
moge zijn voor de bedoelde toelage en verzoekt, van den
raad te mogen vernemen, op welken voet of langs welken
weg hare dochter in het bezit kan geraken van het haar
toegezegde, en subsidiair, onder herinnering, dat het raads
besluit in zake 't ontslag harer dochter genomen is, na
afwijzing van haren wensch, om tijdelijk eene plaatsver
vangster te mogen aanbieden, dat aan deze dochter min
stens niet zal worden onthouden het aandeel, dat de ge
meente Alkmaar besloten heeft bij te dragen in de haar
toegelegde som.
De Voorzitter stelt voordit adres te stellen in
handen van de vaste commissie van financiën om bericht
en raad.
De heer Kraakman acht dit onnoodig. Hij ziet niet
in, welk nut dit zou hebben. De raad heeft eenmaal een
besluit genomen en dit handhaaft de raad welke be
slissing de minister ook moge nemen. Hij gelooft niet,
dat hieromtrent twijfel kan bestaan. Daarom ziet hij
voor die verzending geene noodzakelijkheid.
De Voorzitter, die dit gevoelen van den heer
Kraakman geheel onderschrijftantwoordtdat in den
vorm, waarin de som van 300 op de gemeente-begrooting
uitgetrokken is namelijk voor wachtgeld, na den
loop, dien de zaak genomen heeft, verandering zal moeten
komen, want op die wijze kan die uitgave niet geschieden.
En nu is de bedoeling van zijn voorstel niet anders, dan dat
de commissie zal overwegen, in welken vorm, hetzij van
gratificatie, hetzij onder andere benaming, dat bedrag in
uitgaaf zal kunnen worden gebracht. Na die toelichting
vereenigt de heer Kraakman zich met het voorsteldat
vervolgens aangenomen wordt.
23a. Verzoek van mej. H. C. van Middendorp, b. van
mej. A. J. Elfrink, om benoemd te worden tot helpster
in de nuttige handwerken aan de openb. school voor
onvermogenden.
Ter lezing gelegd, om daarop bij de straks aan de orde
komende benoeming zooveel acht te slaan als de raad
vermeent te behooren.
24. Verzoek van M. Schenke en 222 mede-ondertee
kenaren burgers van Alkmaarom de welwillende po
gingen, door de Vereeniging tot instandhouding der alge
meene bewaarschool aangewend, op zoodanige wijze
te ondersteunen, dat het bestaan der school verzekerd zij
en de belangen der kinderen van Alkmaar's mingegoede
burgers niet worden benadeeld. De opheffing dier school
zou Daar hun bescheiden oordeel voor den werkenden
stand een groot verlies ja eene ware ramp zijn daar
de meesten van hen die tot die klasse behooren door
den arbeid waarmede zij hun brood moeten winnen
gedurende vele uren van den dag verhinderd zijn om
hunne kinderen zóó te verzorgen en op te leiden als
noodig is. Zij achten hunne kinderen in die school goed
verzorgd en nuttig bezig gehouden.
Ter lezing gelegd, om daarop zooveel acht te slaan als
de raad vermeent te behooren, wanneer deze zaak straks
aan de orde komt.
Lokaal-spoorweg AlkmaarHoorn.
25. Adres van de heeren C. Bosman en mr. A. P.
de Lange waarbij zij kennis geven, dat zij, naar aan
leiding van de bij raadsbesluit van 11 Februari 1891
aan de gemeentelijke subsidie van 40000 ten behoeve
van den lokaalspoor AlkmaarHoorn verbonden voor
waarden, over een exploitatie-contract hebben onderhan
deld met de Holl. Spoorwegmaatschappijwelke Maat
schappij hare medewerking afhankelijk heeft gemaakt
van eene wijziging in de door hen ontworpen richting
zooals op de overgelegde topographische' kaart aangewezen
isdat zij in het midden latendeof die wijziging de
voorkeur verdient boven bet eerste ontwerp gemeend
hebben, met deze wijziging genoegen te moeten nemen
omdat het zeer zeker in het algemeen belang en in dat
der gemeente is dat de exploitatie van de verbindings
lijn AlkmaarHoorn in dezelfde hand met die der be
staande vereenigd zij en mede, omdat in dat geval de
spoorweglijn Alkmaar—Hoorn niet als lokaal-spoor, maar
geheel als een normaal spoorweg zal worden gebouwd aan
gelegd en geëxploiteerddat zij evenwel tot die wijziging
toestemming van den raad noodig hebben dat zij de hoop
uitspreken dat hun die toestemming verleend wordt
voor welk geval zij de verzekering kunnen geven dat het
werk zal worden uitgevoerd met zoodanigen spoed als met
in acht name van de wettelijke voorschriften en met eene
goede uitvoering bestaanbaar is dat, zoo de raad toestem
ming verleent, als gevolg daarvan eenige wijziging zal moe
ten worden gebracht in de reeds gestelde voorwaarden
dat toch dientengevolge de artikelen 1 en 4 zullen ver-