No. 61.
Drie en Negentigste Jaargang.
1891.
ZONDAG
24 M E I.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
EERSTE BLAD
De bijeenkomst van den
beer
FEUILLETON.
MIJN VRIEND PARELMAN.
Proy. Staten v. Aoordholland
Novelle vail P. F. BRUNIN1JS.
Al.kAIAARSCIlE 101 RAM
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar 0,§0franco door het
geheele rijk 1,
De 3 nummers 0,©fi.
Prijs der gewone Advertentiën:
Per regel O,ld. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Telefoonnummer 23.
Een welwillend, goedhartig, goed gevoed en welgedaan
heer. Met grijzend haar, en iets gemoedelijks in zijne stem.
Iemand, die het goed meent, die vast gelooft, dat de sociale
quaestie wol kan worden opgelost, omdat er op de rijke
aarde nog zoovele .hectaren" onbebouwd land zijnl)ie,
als hij een radicaal denkbeeld uit, er onmiddelijk eene
beperking achter doet volgen, als schrikte hij van zijne
eigene stoutheiddie eene rede vol van tamelijk gema
tigde liberale denkbeelden tot verbazing van iedereen
besluit met de mededeeling, dat hij geen vertrouwen heeft
in de liberale partij. Die de mededeeling van zijne wis
selende opiniën, vroeger dacht hij er anders over
voor argumenten houdt; die soms in den preektoon ver
valt en dan vergelijkingen uitspint over koeien en loco
motieven. Iemand met een naïef geloof aan de macht van
phrases. Die zijnen tegenstanders de onmogelijkste argu
menten toeschrijft, en ze dan triomphantelijk weêrlegt
met een: »ik vind," en .is het niet zoo?" en «moet
men niet erkennen Een man, op wien men niet boos
kan worden, en met wien men niet debatteeren kan
een braaf man, zeker een goed huisvaderiemand met
de beste bedoelingen, die de delicatessenwinkels en de
kleêrenmagazijnen zoude willen openzetten voor iedereen
zonder betaling, maar toch nog voorzichtig genoeg, om
die socialistische invallen vast te knoopen aan het be
zoek van de Kalvorstraat dooreen mannetje uit de maan.
Iemand, die succes verwacht van de mededeeling, dat in
.echte kant" de ziel van een kind is overgegaan, en daar
om .echte kant" voor de kenners iets anders, iets meer
en iets beters is dan machinale kant. Woordenmuziek en
woordenpraal. In de geheele rede geen enkel cijfer, geen
jaartal, geen enkel scherp omschreven denkbeeld.
Geen andere sprekers dan de daarvoor uit Amsterdam
aangevoerde.
De heer Gerritsen, zijne grieven luchtende tegen de
liberalen in de hoofdstad, tegen .Burgerplicht" en de
conservatieve liberalen. Zich inbeeldende, dat omdat in
Amsterdam eenige jongere liberalen eene nieuwe
kiesvereeniging hebben opgericht, het geheele land ver
plicht is, in die afgescheidene liberalen eene zelfstandige
radicale partij te eerbiedigen. Moeilijk sprekende en daar
door in weinige minuten een aantal onderwerpen
behandelende. Of liever aan een groot getal onderwerpen
de eer van eenen volzin gunnende. Aan het slot een
beetje in de war blijkbaar eeuigzins onder den indruk
van zijne candidatuur in Schagen, door landbouwers op
geworpen, en daarom eenige hoopvolle volzinnen ten beste
gevende over landbouw, mutatierechten, vastgoed in de
doode hand credietwezen voor den landbouw alles in
wilden galop; één onderwerp per minuut, en zonder eenig
verband met de rede van den inleider.
En eindelijk aan het slot mr. Calisch. Een ernstig en ver
diend, hoewel humaan ingekleed, verwijt aan den spreker,
dat hij volmaakt verzuimd had datgene te doen, waarvoor
hij gekomen was, volkomen verzuimd had aan te toonen,
waarom algemeen kies- en stemrecht de eerste, alles
overheerschende eisch van de radicalen is en moest zijn.
En ditmaal werkelijk argumenten, voorgedragen met
overtuiging, helder, goed gezegd, begrijpelijk en ernstig,
zonder schampscheuten op tegenstanders. Het groote en
eenige argument voor algemeen stemrechtdat het volk
lijdt onder wetten, die nooit zouden zijn gemaakt, indien
het volk daarbij en daarover geraadpleegd ware geworden.
Geen schijn van onpartijdigheid, geen woord ter aan
duiding, ter bespreking of ter weerlegging van de gronden
der tegenstanders. Partijdig en eenzijdig, maar volkomen
eerlijk en loyaal. Eene rede, die tot debat prikkelde.
Waartegenover andere argumenten andere gronden en
andere overtuiging met gelijke partijdigheid, maar ook
met gelijke loyauteit konden en moesten worden geplaatst.
Maar toen viel de hamer, en kreeg de heer Bax het
woord om nederig te erkennen dat hij het er minder
goed had afgebracht. Wezenlijkde heer Bax is een
braaf man.
Als de radicale club in de hoofdstad weer eens
een bijeenkomst wil orgauiseeren in deze stad, dan doet
zij beter, de heeren Bax en Gerritsen tehuis te laten.
Althans hun te verzoeken, zoo weinig mogelijk mede te
praten. Liefst te zwijgen. Voor den heer Gerritsen geldt
in hooge mateSi tacuisses, philosophus mansisses.
Maar een ernstig en warm debat met mr. Calisch moet
een aangename en nuttige zaak zijn. hoewel gemak
kelijk zal het niet zijn, een spreker te vinden, die tegen
hem is opgewasseneen evenknie.
42) o—
Dit is maar een kleine uitweiding, die natuurlijk wijd
en zijd tegenspraak zal vinden, indien dit fragment
uit mijn levens-verhaal wijd en zijd mocht gelezen wor
den, wat ik betwijfel. Nu, ik laat me geduldig
tegensprekenik ga met mijn kinderen om, zooals ik
wil, en ik geef den brui van alle mogelijke opvoeders en
paedagogen. die het anders willen. Dixi.
.Hoe is het gekomen, Louise?" had ik gevraagd.
»Ik weet niet, papa," antwoordde Louise, verlegen
naar haar schoentje kijkende.
Het was voor het kind een lastige vraag, en ik moest
haar te hulp komen.
.Louise," hernam ik, »je moet me alles zeggen.
Je behoeft immers niet verlegen voor m ij te zijn
Ik dacht dat je niet van hem hieldt. van Baak, bedoel ik.'
.Waarom dacht n dat, papa?" vroeg Louise, altijd
haar schoentje in het oog houdende, omdat ze niet goed
durfde opzien.
.Omdat je in de laatste dagen met dien Parel
man
.Och, papa," viel Louise ongeduldig in, »dat was
immers zijn eigen schuld
.Wiens schuld?"
.Wel, van Willem. Ik ben immers altijd vrien
delijk tegen hem geweest, omdat ik wel merkte, dat
hij hoe zal ik het zeggen
.Dat hij verliefd op je was
.Neen, dat zeg ik nietzei Louise met dieD coquet-
ten heerlijken glimlach, dien het onschuldigste meisje
niet kan verhelenals men haar een verovering toe
van 22 Mei.
De buitengewone zitting werd door den voorzitter ge
opend met de volgende rede, die door de leden staande
werd aangehoord
»Ik kan deze vergadering.de eerste die de Staten van
Noord-Holland houden na het overlijden van onzen ge-
ëerbiedigden Koningniet openen zonder te gedenken
aan den rouw, dien het geheele Nederlandsche volk, en ook
niet in de minste plaats onze Provinciete dragen heeft.
.Diep gevoelen wijwat ons vaderland verloren heeft
in dien Vorstonder wiens bestuur de meest volkomen
vrijheid heeft bestaan van ontwikkeling op stoffelijk en
geestelijk gebied en onder wiens regeering een tijdperk
van wellicht nooit gekenden bloei en voorspoed geheerscht
heeft. Dankbaar zal het nageslacht zijne herinnering in
eere houden.
«Moeielijk en wie weet hoe zwaar kan mogelijk de
taak worden die onze jeugdige Koningin wacht. Maar
trouwe liefde voor deze laatste telg uit het Huis van
Oranje en op overtuiging gegronden eerbied voor hare
Moederonze Koningin-Regentes, zal het ons een gaarne
te vervullen plicht maken ons, waar noodig eendrach
tig rondom Haar te scharen en zoo te trachten Hare
zware taak te verlichten. Waar Zij ziet een eendrachtig
schrijft. .Neen, dat niet, maar dat hij attenties voor
me had."
Ik heb er niet veel van gemerkt, Louise, van de
attenties," zei ik.
.Ik wèl," antwoordde Louise, een der zijden strikjes
van haar kleedje glad strijkende»ik wèl. Toen u
op reis waart, heb ik nog een mooien bouquet van hem
gekregenmaar vroeger was hij altijd zoo, weet
u, zoo op een afstand, zoo bang, weet u
»Ah, ja-wel, bang! Je hebt ook wel zoo iets om bang
van je te worden. Ik kan het best begrijpen, Louisje.
En nu is hij niet meer bang van je
Neen, niet meer zooals vroeger," zei Louise
schuchter.
.Dat heb ik gemerkt, anders had hij je niet gekust,"
zei ik, met de deur in huis vallende.
Louise keerde me half den rug toe en toen zag ik, dat
haar oortje zoo rood was als bloed.
Ik vatte haar hand en trok haar in mijn arm. .Het
is goed, mijn kind," zei ik; .je ouders hebben nooit een
oogenblik verdriet van je gehad, integendeel je waart
altijd een goed lief kind, en nu maak-je mij gelukkig.
Baak is een brave, flinke jongen, en ik heb nooit een
beteren man voor je kunnen wenschen. Wees gelukkig,
miju lief kindEn ik kuste haar.
Ik geloof, dat ik een zwakheid verried, die een man
niet past. Ik stortte een traan, en de scherpziende Louise
merkte het terstond op. Ze sloeg haar lieve armen om
mijn hals en kuste haar weg.
Ze werd ook bowogen, en met haar lief stemmetje,
dat altijd muziek voor me was, fluisterde ze mij toe
.Piet, maak je Louise nu niet over stuur.
.Ik zal je moeten missen, mijn kind." zei ik ontroerd
Toen drukte ze mijn hoofd tegen haar borst, en ze zei
diep ernstig: .mijn vader blijft het liefste wat ik op de
wereld heb en mijn moeder en mijn broers en zusjes..."
Wat was ik gelukkig
En toen ik het hoofd ophief, daar stond Cateau voor
ons.
.Wat is er?" vroeg ze.
volk, dat vrij in zijne overtuiging, en welke richting
ook toegedaan eerbied heeft voor de wetook Haar
eerbiedigt en Haar lief heeftdaar zal Zij altijd trotsch
kunnen wezen de Koningin te zijn van het krachtige
hoewel kleine Nederland."
De onlangs verkozen heeren H. F. Groen van Waarder
en Joh. ter Hoffsteede werden als leden toegelaten. Met
34 van de 55 stemmen is tot lid van Gedeputeerde
Staten in plaats van wijlen den heer A. van Stralen
aan wiens nagedachtenis de Voorzitter een woord van
waardeering en hulde wijddegekozen de heer mr. J.
A. Sillem te Amsterdam, die in de vergadering niet tegen
woordig was.
De heer Th. J. Waller bekwam 10, de heer mr. M.
J. van Lennep 5, de heer K. Cz. de Boer 2 stemmen en
elk der heeren D. Gordes, mr. Th. Heemskerk, mr. E.
A. Jordens en mr. M. Buchner 1 stem.
De vergadering is daarna gesloten.
Beroepen bij de ned. gerei', kerk te Broek op
liangedijk G. van Goor te Bunschoten.
Om het concertgebouw te Amsterdam in stand
te kunnen honden, is eene vereeniging opgericht, die
uitgeeft eene premie-obligatieleeninggroot 500.000,
verdeeld in 2500 serieën, ieder van 10 stuks groot f 20
nominaal, aflosbaar binnen 65 jaren, na uitloting met ten
minste 25 en met premieën van 2000, 1000, 250
enz. De inschrijving heeft plaats op den 4 en 5 Juni a.s.
tegen den koers van 100 pet. Storting op 24 Juni.
In het hoofdkiesdistrict Beverwijk is den 20
door de r.k. kiesvereeniging tot candidaat voor lid der
Tweede Kamer gesteld de heer W. Bos, burgemeester van
Oudorp, met 92 van de 95 stemmen. Drie biljetten
waren in blanco.
In eene flink bezochte vergadering der kiesveree
niging „Burgerplicht" te Heerhugowaard werd met
overgroote meerderheid van stemmen tot candidaat voor
het lidmaatschap der Tweede Kamer gesteld de heer C.
V. Gerritsen, lid van den gemeenteraad te Amsterdam.
Tot candidaten voor den gemeenteraad werden gekozen
de heeren P. Wonder Az. (aftr. lid) en Jn. Met te Veen-
huizen in plaats van den heer Jn. Boot, die wegens
hoogen ouderdom niet meer in aanmerking kan komen.
Op de voordracht voor hoofd der school No. 3 te
Heerliugowaard zijn alphabetisch gesteld de heeren
de Braai, h. d. s. te TexelRosier, ouderw. te Wormer-
veer, C. Sielïers, onderw. te Heerhugowaard en K. van 't
Veer, onderw. te Oudkarspel.
Het bouwen eener stoombleekerij voor den heer
Bijvoet te Bloemendaal is gegund aan den heer D. A.
Braakenburg, aannemer te Haarlem, voor 24198.
Den 20 kwam te Kolhorn een vaartuig met lam
meren aan van Texel. Bij ontscheping bleek hetdat
men de boot overladen had en dientengevolge vier dieren
door gebrek aan ruimtehet leven er bij hadden in
geschoten.
Bij kon. besluit van den 20 is benoemd tot heem
raad van den polder Wieringerwaard de heer J. Kooij Dz
en van den polder de Schermeer de heer P. Smit Cz.
We sprongen beiden overeind. Ik nam vrouw en doch
ter in mijne armen en toen ik terdege mijn hart had
opgehaald aan haar frissche -wangen riep ik Baak
De electrische vonk is verbazend snel, dit weet ge
maar sneller kan ze niet werken dan mijn roep naar den
man dien ik had geseind.
«Mijnheerklonk het terstond.
Een spoortrein is ook snelmaar sneller kan hij niet
loopen dan Baak toen deze veel belovende spoorweg
ingenieur het pad afrende om mijne «bevelen" te vragen.
«Baak," zei ik, toen hij ademloos voor ons stond
blootshoofds en tamelijk verwilderd, «wandel eens op met
mevrouw en vertel haar wat je mij hebt verteld.
Kom Louisje wij gaan een ander paadje om."
Ik nam Louise's arm en voerde haar weg.
Toen Cateau me 's avonds vertelde hoe Baak zich bij
hun wandeling in den tuin had gehouden schaterde ze
van lachen.
Hij had zwijgend naast haar gewandeld en hij zou
twintig maal den tuin met haar zijn rond gegaan, zonder
iets anders te zeggen dan dat het mooi weer was, een
waarheid voor geen tegenspraak vatbaar, dat rozen
mooie bloemen zijn met een fijnen geurdat reseda een
zedig plantje is en ook heel lieflijk geurt; dat het lommer
der boomen verkwikkelijk het gras groen en de hemel
blauw is en meer van die belangwekkende waarheden.
Maar Cateau sneed alle rozen en reseda's onbarmhartig
het hoofd afverdiepte zich ook niet in het diepe blauw
des hemels en vroeg prozaïsch of mijnheer Baak soms
verkouden was: hij sprak zoo heesch.
Toen had Baak zijn keel geschraapt en gezegd: «Me
vrouw En Cateau had gezegd «Mijnheer
Baak had toen geantwoord dat hij «een afzonderlijk
gesprek had gehad met juffrouw Louise." Tegen mijn
vrouw durfde hij niet familiaar over «Louise" spreken.
De arme jongen wist maar al te goed dat hij na Parel-
mau's optreden geen persona grata in de oogen mijner
vrouw was geweest.
«Zoomijnheer Baak had mijn vrouw op niet zeer
aanmoedigenden toon gezegd. Ze kon het hem blijkbaar