Buitenland.
Binnenland.
BELGIE. De begrootingen van binnenl. zaken en
van onderwijs zijn den 18 met 73 tegen 24 stemmen
door de kamer aangenomen.
BUITSCHLAB7D. De op den Oostertrein beroofde
reizigers deelen allerlei bijzonderheden' mede omtrent
hnn verblijf bij de roovers. Het afscheid was zeer har
telijk geweestze waren door hen omarmd en op beide
wangen geknst.alsof zij de beste vrienden waren. Zij
hadden het echter zeer slecht gehadin de eerste
dagen kregen zij alleen water en brooddoch later
ook schapenvleesch in acht dagen waren zij niet
nit de kleeren geweest en alle nachten hadden zij
langs onbegane wegen zware marschen moeten maken.
Zoo zij niet mede konden gaan luidde de bedreiging
dan zonden zij dood geschoten worden. Zij werden over
de rivieren gedragen en zoodra hunne schoenen nat
geworden waren bij het doorwaden der moerassen, werden
deze voor hen gedroogd. Ook werden hunne kleeren her
steld, wanneer deze bij het gaan door de struiken ver
nield waren. De dagen werden doorgebracht in een
afgelegen hoekje van het bosch en de reizigers mochten
niet hardop sprekenook werd geen vuur aangelegd
om, de aandackt niet te trekken. Met de afgenomen horlo
gies speelden de roovers voortdurendzij waren spoedig
bedorven. Er heerschte onder hen de grootste tucht
de bevelen van hun opperhoofd Athanasius werden stipt
uitgevoerd. Voor hunne wapenenMartini-geweren
pistolen en sabels droegen zij de grootste zorg. Het
losgeld werd overeenkomstig den eisch gebracht door
een man op een wit paard vergezeld van vier andere
mannen, in vier zakkensamen 80 P. wegende. De
hoofdman hield 25000het overige werd verdeeld
Aan de reizigers werd reisgeld ter hand gesteld.
De politie te Berlijn heêft een streng geneeskundig
toezicht ingesteld op de uit Rusland over Berlijn naar
Hamburg verdreven wordende joden wegens den hoogst
armoedigen toestand waarin, vele joden zich bevinden en
het gevaardat zij besmettelijke ziekten overbrengen
omdat velen hunner ziek zijn.
Pruisen. Huis der Afgevaardigden. Den
11 heeft de heer Rickert zijn voorstel betreffende de graan
rechten ingediend. De kanselier von Caprivi verzocht
namens de regeering dit voorstel af te wijzen. Zij' kon
niet nader op de zaak der graanrechten ingaan; er was
geene reden het op den 1 dezer maand ingenomen stand
punt te verlaten.
Reeds sedert het einde van April werd van regeerings-
wege een onderzoek ingesteld en op deze wijze om beweging
te vermijden. De aldus verkregen gegevens gaven de
overtuiging, dat er geen gebrek aan graan is. Om de
opgewekte beweging te bevredigen, verzocht de regeering
ook inlichtingen aan partic'ulieren en aan de consulaten,
maak alvorens alle gegevens bijeen waren, werd zij ge
noodzaakt hare omzichtige houding op te geven. Het
verkregen materiaal bestaat uit ramingen die van
zeer veel waarde zijn, ofschoon zij niet kunnen wor
den overgelegd, omdat er geene namen bij kunnen ge
noemd worden.
De regeering is zich hare verantwoordelijkheid ten
volle bewast en verzocht den heer Rickert, ook aan zijne
verantwoordelijkheid te denken met het oog op het nadeel,
dat hooggaande meeningsverschillen, in deze zaak geuit,
buiten het Parlement zouden kunnen veroorzaken.
Een voorstel van den heer Rickert om de regeering
nit *te noodigende gegevens over, te legen op grond
van welke zij de schorsing der invoerrechten geweigerd
had, werd met 223 tegen 20 stemmen verworpen.
EKGEL^KD. De Staatscourant bevatte den 13 de
mededeelingdat kolonel William Gordon Cumming
wien in het bekende rechtsgeding de eisch tot schade
loosstelling wegens laster ontzegd i», van de ranglijst
der officieren van het engelsche leger geschrapt was.
De omnibusdienst te Londen is den 14 hervatnadat
de vereeniging der beambten den 12 des avonds goed
gekeurd had de door .tussehenkomst van den Lord-Mayor
tot stand gekomen grondslagen voor eene schikking.
terwijl hij de hand van den ouden heer in do zijne
namen hem smeekend aanzag, ging hij op gevoelvollen
toon voort; «Ik herinner mij dat ik eens, toen ik nog
jong was, eene preek van u gehoord heb over de gelijkenis
van den verloren zoon, en ik toen diep getroffen werd door
de wijzewaarop n de vergevende liefde des vaders
schetstet. O 1 zie in mij ook zulk een berouwhebbende
die uwe hulp en bescherming vraagt om op het goede
pad terug te keeren en stoot mij niet afmaar toon
mij uw vertrouwen ik beloof ubij al wat heilig is,
dat ik dat vertrouwen niet zal beschamen."
De grijsaard was zichtbaar getroffen in zijne vrien
delijke oogen stonden tranen, en het zenuwachtig beven
zijner lippen verried mede zijne aandoening.
«Het is goed, dat gij mij aan die gelijkenis herinnert,
Otto", klonk het op hartelijken toon«vergeef mij mijn
twijfel, het was geen egoïsme, dat mij zoo deed spreken,
zelfs al was het, dat ge niet spoedig het geleende terug
kondet gevenwat beteekent het dan nog voor mij
onden man die zoo nabij den eindpaal van het leven is,
of ik eenige honderden guldens armer of rijker zal zijn
bij mijn dood Zeg mij slechts ten naaste bij hoe
groot uwe schuld isen hoeveel ge terstond dringend
noodig hebt, en ik zal u helpen, voor zoover ik contanten
heb, terstond, en verder zoo spoedig mogelijk. Kom, hef
het hoofd omhoog, struikelen doen wij allen, ik oordeel
je daarom niet, het was slechts omdat ik begreep met
hoeveel bezwaren gij zult te worstelen hebben dat ik
zoo tot je sprak ik weet hoe moeielijk het is eene
vrouw die zich tot het leven in de wereld voelt ge
trokken, meer dan tot hare huiselijke plichten, er toe
te brengen om van die genietingen af te zien, maar kom,
wij zullen daar niet meer over sprekenvoor den ver
loren doch teruggekeerden zoon werd het gemegte kalf
geslacht, en ik heb je nog niet eens iets aangeboden ik
denk echter, dat mijn goede Werner hot maal wel gereed
heeft en wel gezorgd zal hebben, dat gij er aan deel
kunt nemen al was het gemeste kalf dan ook niet bij
de hand; ik geloof zelfs, dat zij daar al aankomt, zij
begrijpt zeker, dat het tijd wordt."
Lagerhuis. Den 10 gaf het jaarlijks terugkeerend
wetsvoorstel, om het huwelijk met de zuster eener over
leden vrouw toe te staan, weder aanleiding tot langdurige
bespreking. Ten slotte werd eene motie van orde om
de verdere behandeling van dat ontwerp te verdagen
aangenomen.
FBMKBIJH. Een 80 jarige rentenier te Créteil,
onder Parijs, Darleux genaamd, die uit een open venster
met een revolver schoot om de vogels uit zijne vrncht-
boomen te verdrijven heeft zijne 69 jarige vrouw die
in den tuin wandelde en door de bladeren voor hem
onzichtbaar was, dood geschoten.
De commissie uit de Kamer heeft besloten de akte
der Brusselsche-anti-slavenhandel bijeenkomst niet ter
goedkeuring over te dragendan nadat Koning Leopold
van België de verzekering zal hebben gegeven dat de
Congo-staatdie invoerrechten heftzal ophouden zelf
handel te drijven. Ook de Kamer zelve wordt gezegd
niet bereid te zijn. die goedkeuring te verleenen.
Een orkaangepaard met hagel en onweerheeft
den 15 groote verwoestingen aangericht in het departe
ment Charente. De schade wordt op 1,500,000 begroot.
Kamer. Den 12 interpelleerde de heer Baudin de
regeering over de onbeschofte manier van handelen der
politie tegen de socialisten en anarchisten, die den 7 schan
dalen uitgehaald hadden op Montmartre bij gelegenheid van
de inwijding der kerk van het Heilige Hart van Jezus. Vol
gens hem hadden zij zich als lammeren gedragen en
waren zij door de politiedienaren mishandeld. De minis
ter van binnenlandsche zaken antwoordde dat hij het
gebeurde geheel voor zijne verantwoording nam. Er was
gehandeld op zijn last. De politiedienaren waren geen
personen, die, zonder zich te verdedigen, zich maar moesten
laten trappen, zooals sommigen schenen te meenen. Op het
gezegde van den heer Baudin, dat het republikeinen waren,
die gemanifesteerd hadden antwoordde hijdat hij ook
een republikein was van ouder dagteekening zelfs dan
die heer, maar was dat een reden om de openbare orde
te verstoren en de politiedienaren geroepen om haar te
verdedigen aan te vallen De door den heer Baudin
voorgestelde motie, om de regeering uit te noodigen maat
regelen te nemeneen einde' te maken aan de on
beschoftheden der politie, die haar zoo zeer eigen waren,'
Werd met 438 tegen 75 stemmen aangenomen.
ITALIË. De in de vorige week aangevangen wer~
king van den Vesuvius blijft aanhouden. De lava
stroomt uit drie kleine kraters terwijl de hoofdkrater
kleine steenen uitwerpt en eene dikke rookkolom uit de
diepte opstijgt.
Den 13 werd door den Senaat de begrooting van
buitenlandsche zaken behandeld. De minister-president
verklaardedat de door Italië aangegane bondgenoot
schappen geetie wapeningen op gematigde schaal gedoog
den. Het drievoudig verbond had geen aauvallend doel
het- Was van volkomen vredelievenden aard, zooals uit
zijn tienjarig bestaan gebleken was.
OOSTEARIJK-flOlVttAItlJE. De begrootings-
commisse heeftde begrooting en het daarbij gevoegde
rapport van den minister van finanpiën goedgekeurd.
Het batig slot bedraagt 3,798,524 florijnenterwijl de
raming slechts 2,285,624 fl. bedroeg. De minister brengt
in zijn verslag in herinnering, dat deze begrooting de
gunstigste iswelke sedert den aanvang der grondwet
tige -regeering is ingediend.
De Oostenrijksche Rijksraad heeft een wetsontwerp
aangenomenwaarbij eene aanzienlijke vrijstelling van
belasting wordt verleend aan eigenaars van wijnbergen,
die door de druifluis schade hebben geleden.
Te Weenen zijn acht personen in hechtenis genomen,
onder beschuldiging van deelneming aan den dynamiet-
aanslag den 7 tegen de huizen van eenige" manufactu-
riers gepleegd, en van deelgenootschap aan eene anar
chistische samenzweering.
Den 13 is het in oostenrijksch Silezië beginnen te
sneenwen.
ZWTTSERLA1VI). De Bondsraad heeft met. 21
tegen 18 stemmen een nieuw artikel 36 der grondwet
aangenomenwaarbij het monopolie van het uitgeven
Inderdaad stak de bejaarde vrouw het hoofd om den
hoek der kamer en vroeg vergunning de tafel te dekken.
«Mijnheer blijft toch zeker ook eten", zei ze, »ik heb er
tenminste maar op gerekend al is het ook moeielijk
iemand goed te onthalen indien men er nipt op voor
bereid is, gasten te krijgen."
«Maak het u om mij maar niet moeielijkvrouw
Werner", zei Otto, «ik heb weinig behoefte en vertrek
van avQnd weer."
«Kom kom het zal wel in orde zijn Stijntje", viel
de oude heer met een glimlach in, «disch maar spoedig
op en vergeet nieteen extra flesch uit den kelder
te krijgen."
Weldra zat het tweetal aan den eenvoudigen, maar over-
vloedigen disch. De oude heer was zeer spraakzaam; hij
roerde allerlei onderwerpen aan; hij bemerkte echter wel,
dat Otto verstrooid was en vermoedde terecht dat
zijn gedachte te veel door zijne eigene zorgen waren
ingenomen, om veel belangstelling in andere zaken te gevoe
len Juist wilde hij dus nog eens op het vroeger bespro
kene terugkomen, toen er gebeld werd en de baron van
Heteren werd aangediend.
Blijkbaar was deze geen ongewoon bezoeker bij den
emeritusalthans hij werd zonder veel plichtpleging
ontvangen, ofschoon de heeren nog aan tafel zaten.
De baron een man van middelbaren leeftijd, met een
aristocratisch voorkomenen een paar doordringende
grijze oogen boog slechts vluchtig toen de heer van
den Heuvel Otto als dokter van Voorne een onver-
tvachten gast, aan hem voorstelde blijkbaar was de man
geheel vervuld met een onderwerp, dat het doel van zijn
komst uitmaakte, althans hij begon terstond terwijl hij
ging zitten «Ik zal u niet lang ophouden, dominee,
ik wilde alleen jé raad eens inwinnen. Ik heb eenige
brieven ontvangen op een door mij geplaatste advertentie,
ter vervulling van de betrekking van bibliothecaris
daar de heer Wels zooals u weet in het buitenland
waar hij voor zijne gezondheid wasis overleden. U
kent zooveel knappe lui, en dus zon ik zeer gaarne willen,
dat u mij een weinig voorlichtet bij mijne keuze. Ik heb
van bankbiljetten aan de regeering der Republiek ver
blijft, zonder echter te bepalen, of dat monopolie zal
worden uitgeoefend door eene Staatsbank of door parti
culiere banken.
De spoorwegbrug bij Mönchenstein (eerste station
bezuiden Bazel) is den 14 des ochtends ingestort, juist
op het oogenblik, dat een lange trein met twee locomo
tieven er over reed. De twee locomotieven en een wagen
met reizigers stortten in het riviertje de Viersetwee wagens
•bleven hangen, waardoor.de volgende niet naar beneden
stortten. In genoemd dorp zou een muziekfeest plaats
hebben, waardoor het aantal reizigers buitengewoon groot
was. Ongeveer 50 personen zijn verdronken, waaronder
de conducteur, de machinist en de stokers, en tal van
personen gewond. Het fpest te Mönchenstein ging
ging niet door.
5EUID-AMERIK.A. De Congrespartij verwerpt elk
van president Balmaceda uitgaand voorstel omdat zij
hem als een overweldiger beschouwt.
Uit Buenos-Ayres wordt gemeld dat het Congres
eene wet aangenomen heeftwa'arbij uitstel van
betaling voor tien maanden wordt verleend voor alle
in goud of in zilver te betalen schuldbrievenuitge
zonderd 's lauds belastingen.
Den 15, des voormiddags ten half elf uur, had de
jaarlijksche vergadering van onderwijzers en onderwij
zeressen in het arrondissement Helder in het lokaal van
den heer Kos te Schagen plaats. 114 Personen waren
tegenwoordig, waaronder de burgemeesters van Petten en
Barsingerhorn. De burgemeester van Schagen kon door
omstandigheden niet aanwezig zijn. Nadat de voorzitter,
de heer Büclmer, den vergaderden een hartelijk welkom
had toegeroepengaven eenige dames en heeren onder
leiding van den heer Kuyk, een paar schoone zangnum
mertjes ten beste, waarop de notulen werden voorgelezen
en goedgekeurd. De heer Büchner deelde daarna mede,
dat de regeering weder 75 had uitgekeerd voor aan
koop van boeken voor de arrondissements-bibliotheek.
Verder werd den Helder als plaats aangewezen voor de
vergadering in het volgende jaar. Het zal dan juist 50
jaar geleden zijn, dat de eerste vergadering van onder
wijzers en onderwijzeressen in het arrondissement Helder
■plaats had. Het aftredende bestuurslid, de heer Bergman,
werd vervolgens bij acclamatie herkozen, waarop de heer
P. Stadt het woord verkreeg ter inleiding van het on
derwerp het onderwijs in de spraakkunst op de lagere
school. In eene boeiende rede betoogde de heer Stadt,
dat de tegenwoordige taalboekjes over het algemeen te
veel geven ten opzichte van de spraakkunstdat de
leerstof tot het hoog noodige beperkt moet worden en
dat het onderwijs in de spraakkunst alleen ten doel
moet hebbende leerlingen taalkundig juist te leeren
schrijven. Een kort debat volgde.
Na de pauze werden we ét een paar zangnummertjes
ten gehoore gebracht, waarnh, de heer P. Uurbanus het
woord verkreeg ter bespreking van de beweging in de
onderwijzerswereld. De heer Uurbanus toonde aan dat
die bewegifag alleszins verklaarbaar was (te lage tracte-
menten enz.) dat zij echter niet in de goede richting
werkt en tot overdrijving voert. Jonge onderwijzers wees
hij er vooral op, dat zij het goed onderwijs geven toch
als hoofdzaak zouden beschouwen, bij ouderen, die met de
vooruitstrevende jongeren kennis mochten maken, drong hij
er op aan, dat, wat er ook mocht gebeuren, het goede en
ware toch altijd te voorschijn zou komen. Daar het debat
over dit onderwerp spoedig werd gesloten, verkreeg de heer
W. Kuyk het woord ter bespreking van hypnotische
invloeden in de school. In eene vrij uitvoerige rede
vertelde de heer Kuyk wat hypnotisme waswees op
proeven, die men kon nemen, bestreed de ongeloovigen
aan spiritisme en haalde eenige voorbeelden aan van den
hypnotischen invloed vau mensehen op meuschen (Na
poleon I, A. Kuiper, enz.) Weer volgde een kort debat,
waarop nog een paar zangstukjes gezongen werden en
eindelijk de vergadering op de gebruikelijke wijze door
deu voorzitter werd gesloten.
Den 12 werd te Wierlngerwaard eene verga
dering gehouden van de afdeeling der Hollandsche rnaat-
u, meen ik al gezegd, dat ik als bibliothecaris iemand
wenschte aan te nemen die tevens de betrekking van
gouverneur bij mijn zoons wilde vervullen en zoo mogelijk
mijn oudste voor de Akademie bekwaam maken. Natuurlijk
zou ik iemanddie aan al die vereischten voldeed een
hoog salaris' geven het spreekt echter ook van zelf, dat
ik liefst goed op de hoogte word gebrachtaleer ik
mijne keuze bepaal."
Ds. van den Heuvel wisselde een blik van verstand
houding met Otto, en sprak toen, terwijl hij met eene hand
beweging de aandacht van den baron op dezqn vestigde
«Hier zit een man die vast beter dan ik in staat zal
zijn u daarin van dienst te wezen. Ik geraak toch wat
uit den tijd doch deze mijn vriend die zelf dr. in de
letteren is zal ongetwijfeld wel jeugdige letterkundigen
kennen, die gaarne zulk eene betrekking aanvaarden
en er de geschiktheid toe bezitten."
Do baron zag nu Otto voor het eerst wat opmerk
zaam aan en sprak Het zal mij hoogst aangenaam zijn.
mijnheer, indien u mij in dezen raad kondt gevenmijne
bibliotheek verkeert wel eenigermate in verwarden staat,
doordien de overledene langen tijd zieken daardoor
ongeschikt voor zijne betrekkking geweest iszoolang
er nog hoop op herstel bestond, wilde ik den man niet
verstooten, doch nu heb ik iemand noodig, die ijver aan
bekwaamheid paart, om alles eens flink in orde te bren
gen, en zooals ik reeds zeide, ook de leiding van mijn
zoons op zich kan nemen. Nu heb ik eenige brieven
ontvangen doch zij voldoen mij eigenlijk niet; ik ken
de lui nietbij wien zij opgeven, dat informatiën te
verkrijgen zijn, en een paar briefschrijvers komen mij
zoo verwaand voor, dat ik geen lust heb, met hen in
correspondentie te treden."
«Hebt u de brieven bij u, baron" vroeg Otto.
«Zeker, hier zijn ze", met deze woorden gaf de baron
een zestal brieven aan dr. van Voorne ovèr. Deze door
liep vluchtig den inhoud. Slechts een paar der sollicitanten
waren hem persoonlijk bekend. Van den één wist hij
dat het iemand wasdie zeer druk had geleefd en zijn
^ijd aan de academie tamelijk verkwist had, zoodat hij