Kt tfl
UIT SXB
IE.
No. 105.
Drie en Negentigste Jaargang.
1891.
WOENSDAG
2 SEPTEMBER.
Officieel Gedeelte.
Vetsmelter ij.
Maandag 7 Sept. 1891.
Landbouwtentoonstelling.
Onbestelbare Krieven
Buit enland.
FEUILLETON.
Binnenland.
VERMETELE MENSCHEN. LUTSCHKA.
ALKIAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar O,SO; franco door het
geheele rijk 1,
De 3 nummers 0,06.
Prijs der gewone Advertentiën
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Telefoonnummer
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
I brengen ter algemeene kennis
dat heden op de gemeente-secretarie ter visie is gelegd
het aan hen ingediend verzoekmet de bijlagen, van
j JAN DE ROO honigzoetfabrikantom vergunning tot
het oprichten van eene vetsmelterij achter het per-
I ceel aan de Oudegracht, wijk D, No. 266, en dat op
Maandag 14 September 1891 's middags te twaalf
uren ten raadhuize gelegenheid wordt gegeven om tegen
het oprichten van die inrichting bezwaren in te dienen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. Maclaine Pont.
31 Aug. 1891. De Secretaris,
Nuhout van der Veen.
Burgemeester en Wethouders van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennisdat zij geeue vergun
ning verleenen tot het plaatsen van tenten
kramen of uitstallingen op gemeentegrond gedu
rende de aanstaande laudbouw-tentoonstelling.
Burgemeester eu Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
27 Aug. 1891. De Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
verzonden in de le helft van Augustus 1891:
A. J. Donus Amsterdam Schönlau, idem; H. S. To
bias Zn., Rijp.
Van H e i 1 o o
J. de Boer. Amsterdam.
Van Oudkarspel:
C. M. Paber, Haarlem.
Amerika:
R. Bruins, Chicago.
Dl iTSCIILlXD. De bijeenkomst van den Keizer
met den Keizer van Oostenrijk en den Koning van Saksen
J is op den 3 bepaald te Hom iu Stiermarken.
EAtïELAMIi. Generaal Whichcote op één na de
laatste officier, die den slag van Waterloo bijwoonde
is overleden. In Liverpool woont nog de 96jarige lui
tenant-kolonel William Hemeth, die een half jaar jonger
is dan de nu overleden generaal.
B
(23)
DOOR
I. M. DOSTOJEWSKlÏ
VIII.
Over vermetele menschen is het moeielijk te oor-
deelen in het tuchthuis zijn er, als overal, betrekkelijk
weinig. Daar is een naar het uiterlijk te oordeelen ver
schrikkelijk mensch; men denkt aan wat van hem verteld
wordten ontwijkt hem. Een gevoelwaarvan ik mij
geen rekenschap bon geven deed mij in den beginne
zulke menschen zelfs mijden. Later heb ik mijn oordeel
zelfs over de afgrijslijkste moordenaars gewijzigd. De
eene heeft geen moord begaan en hij is slechter dan een
ander die om zes moorden in het tuchthuis is gekomen.
Over enkele misdaden was het moeielijk zich zelfs een
oppervlakkig begrip te vormen zooveel zonderlings lag
in het plegen. Ik zeg dit speciaal om reden dat bij ons
onder het gemeene volk sommige moorden uit de won
derlijkste oorzaken voortkomen. Er bestaat b.v., en
zelfs zeer dikwijls, de volgende type van een moordenaar.
Er leeft iemand stil en tevi'eden voor zich heen. Het
lot is hardhij moet ontberingen dulden. Laten we
aannemen hij is boerdaglooner burger of soldaat.
Plotseling wordt hem iets afgeperst; hij duldt het niet en
stoot zijn vijand en onderdrukker mot een mes neer. Nu
begiut het zeldzame; eeu tijd lang overschrijdt de mensch
allo grenzen. Den eerste heoft hij als zijn onderdrukker
en vijand vermoorddit is, hoewel misdadig toch be
grijpelijk; hier was een aanleiding voor; maar later ver
moordt hij ook hen, die niet zijn vijanden zijn, vermoordt
FRA1VH.RIJH. De minister de Freycinet heeft
den 29 admiraal Gervais, nadat deze hem mededeeliug
gedaan had van den uitmuntenden indrukdien zijn
tocht overal gemaakt hadhartelijk geluk gewenscht
met de wijze waarop hij zich van zijne taak had ge
kweten.
Te Saint-Etienne is den 30 tot lid van den Senaat
gekozen de republikein de la Berge met 533 st. tegen
317 st. op den candidaat der onafhankelijken.
ITAIilE. De Popoio Romano de Italiëde Tri-
buna en de Opinione beantwoorden een artikeldat de
parijsche Temps aan den toestand der italiaansche geld
middelen gewijd had. Zij betoogen dat de begrooting
over het loopende jaar zonder tekort sluit en die van
het volgende jaar een batig slot zal opleveren.
OOSTENRIJK-HONGAR1JE!. Het officieele blad
bevat eene verordening van den minister van oorlog
waarbij, krachtens besluit des Keizers, vier nieuwe com
pagnieën infanterie iu Bosnië en de Herzegowina worden
gevormd, met ingang van I Sept. a.s.
Op de grenzen van Oostenrijk en Italië barstte den
26 een buitengewoon zwaar onweder loswaarbij te
Dobra eene vrouw in hare woning door den bliksem
dood geslagen werd. Te Tualis werd de kerk getroffen,
terwijl zij vol menschen was. Nadat de pastoor de
hevig onstelde schare tot kalmte gebracht had bleek
hetdat drie vrouwen gedood wareu. Te Pian sloeg
de bliksem iu eene afdeeling van 28 hongaarsche sol
daten zij vielen allen op den grond doch slechts één
was doodtwee waren zwaar en één licht gekwetst.
Van twee hunner waren de geweren vernield.
Het Fremdenblatt, het regeeringsorgaan, vestigt de
aandacht op een dezer dagen te Weeuen verschenen bro
chure, waarin betoogd wordtdat het oostenrijksche
leger behoefte heeft aan eene uitbreiding. Het aantal
der wetenschappelijk gevormde officieren zou met 2000
vermeerderd de onderofficiers-premie verhoogd en de
sterkte van elke compagnie in vredestijd op 76 a 100
manschappen gebracht moeten worden. Verder zou de
cavalerie der landweer uitgebreid en aan het verplegings-
wezen grootere zorg besteed moeten worden. Eindelijk
zou de artillerie met 14 officiereu 2600 manschappen,
980 paarden en 84 kanonnen versterkt moeten worden.
Deze gezamenlijke verbeteringen zouden de uitgaven met
18.000.000 florijnen per jaar doen klimmen.
RIJSljAAD. De Keizerin die met haren zoon de
wintermaanden te Algiers zal doorbrengen zal vermoe
delijk met het rnssische eskader, dat het bezoek der
fransche vloot te Cherbourg zal beantwoordennaar
Cherbourg gaan om van daar over Parijs naar Algiers
te vertrekken.
RUMEÏSTE. Koningin Elisabeth (Carmen Sylva) is
te Venetiewaar zij vertoefdeplotseling door eene
gedoeltelijke verlamming aangetast. Haar toestand is
ongunstig.
ZWIÏiERLAAD. T wee meisjes uit Lyon leden
den eerste den beste die hem in den weg komt, moordt
uit genot, om een ruw woord, om een blik, om een zeker
aantal oilers te krijgen hij zegt bij zich zelf alsof het
niets is: »Uit den weg, kom niet onder miju bereik, ik
ga op hem los Hij is alsof de man dronken was
alsof hij ijlde. Het schijnt, nadat hij eenmaal de grenzen,
die hem heilig moesten zijn, overschreden heeft, er voor
hem niets meer heilig is; het drijft hem in zekereu zin aan,
zich in eens over iedere wet en macht heen te zetten en
tot de onbeteugelste en grenzelooste vrijheid, om den ziele-
angst te genieten, die uit do vrees, die hij door de nood ge
drongen voor zich zelf gevoelt, ontstaat. Hij weet daar
enboven, dat een verschrikkelijke straf hem wacht. Dit
alles is misschien hetzelfde als het gevoel, dat men heeft
als men van een hooge toren in de diepte ziet, zoodat men
eindelijk zelfs blijde is, zich met zijn hoofd naar beneden
te storten »Sneller en alles is uit En dat alles komt
zelfs voor bij de bedaardste menschondie tot dusver
onopgemerkt geleefd hebben. Sommigen hunner zijn in
dien toestand zelfs trotsch op zich zelf. Hoe gedrukter
hij vroeger geweest is, des te krachtiger wordt hij thans
gedreven zich te verhoovaardigen om vreesin te boezemen.
Hij verheugt zich in die vreesgeniet zelfs in den af
schuw dien hij anderen inboezemt. Hij laat over zich
een zekere wanhoop komen, en zulk een wanhopige ver
wacht soms snellere strafhij verwacht dat men hem
vonnissen zal, omdat het hem teu laatste drukt de wan
hoop, waaraan hij zich overgegeven heeft, te verdragen.
Het is interessantdat over 't algemeen deze geheele
stemming deze geheele drang der wanhoop tot de ge
rechtsplaats duurt en dan als afgesneden is. Hier wordt
de mensch plotseling gedwee verkeert hij eenigszins in
een deemoedige. Op de gerechtsplaats weent hij en bidt
het volk om vergeving. Hij komt in de gevangenis en
daar ziet men hem geheel anders hij klaagt, hij jammert
zoo, is zelfs zoo terneêrgedrukt, dat men zich over hem
verwondert: »Is dat dezelfde man, die vijf tot zes men
schen vermoord heeft
Natuurlijk bedareu enkelen in de gevangenis niet zoo
spoedig. Er wordt nog altijd een zekere kracht, een ze-
van de fransch-alpijnsche clnbhebben onder leiding
van drie gidsen den Mont-Blanc beklommen en gelukkig
volbracht.
ZOD-AiVEKIKA. Na eene werkeloosheid van
drie dagen verlieten de soldaten van Balmaceda, president
van Chili, den 27 des ochtends hunne versterkte stellin
gen en vielen de congrostroepen aan, onder bescherming
van het vuur hunner batterijen. De congres-troepen,
die zich goed verschanst hadden openden een moord
dadig vuur op hunne aanvallers zoodat deze herhaalde
malen moesten terugtrekken. Twee generaals o. a. de
bevelhebber van Balmaceda's leger, sneuvelden en vele
officieren werden buiten gevecht gesteld. Toen liepen
geheele regimenten van Balmaceda's leger tot de congres
troepen over, die vervolgens op hunne beurt tot den
aanval overgingen en de nog overgebleven troepen van
Balmaceda's leger op de vlucht sloegen. Het gevecht
duurde 5 uren. Vijf duizend soldaten werden buiten
gevocht gesteld. De inwoners van Valparaiso begroetten
de congres-troepen bij het binnenrukken met gejuich.
De Admiraute Cordellhet oorlogschip van Balmaceda
gaf zich na een scherp gevecht gedurende eeu kwartier,
aan de congres-troepen over. Volgens nadere berichten
is Santiago zonder tegenstand door de congrestroepen
bezet en de nederlaag van Balmaceda's troepen volkomen.
Het gepeupel schijnt zoowel te Valparaiso als te Santiago
verscheidene huizen van aanhangers van Balmaceda ver
nield te hebben.
T« Koog aan »le Zaan moet voor 5 leden van
den gemeenteraad herstemd worden tusschen de heeren
A. Graftdijk D. de Vries C. van Wijngaarden J. van
der Meer, P. Klnyver Az., J. Crok, C. de Jager, A.Veen,
E. G. Day vis en A. Honig.
Wegens ongesteldheid van den arr. schoolopziener
André de la Porte is door den minister van binnenl.
zaken de tijdelijke waarneming van den dienst in het
arr. Zaandam opgedragen aan den heer H. J. Calkoen,
schoolopziener te Edam.
De Amsterdamsche Courant" heeft een wedstrijd
uitgeschreven voor amateur-photographen.
Den 27 is te Haarlem aanbesteed het onder
hond der Keulsche vaart in de provincie Noordholland,
van den dag der gunning tot en met 31 Dec. 1893
geraamd op 7500. Van 7 inschrijvers was de heer N.
Mühl te Muiden voor f 8980 de laagste.
Bij de op den 27 te Kuilenburg gehouden hard
draverij van paarden van zessen klaar onder den man
waaraan negen paarden deel namen, werd de prijs van
250 gewonnen door den bruinen ruin Premier van
den heer J. P. Mooiman te Stoinpwijk, de eerste premie
van 150 door den bruinen ruin »De Prins" van P.
van Santen te Rotterdam en de tweodo premie van f 50
door de Bruine merrie, Wilhelmina III van den heer
C. Bon te Zaandam.
Door den heer A. van der Stempel Jr. is aan den
gemeenteraad van Hoorn eervol ontslag gevraagd als
kere pralerij bewaard; »ziet, ik ben niet wat gij van mij
denkt; ik ben iemand met zes zielen." Maar ten laatste
komt hij toch tot kalmte. Slechts af en toe troost hij
zich met de herinnering aan zijn vermetel handelen
aan zijn zwelgen, dat hij eens in zijn leven gedaan heeft,
toen hij wanhopig was en als hij maar een goedgeloo-
vige vindtdie hem wil aanhoorensnijdt hij voor hem
op, en vertelt hem zijn daden, zonder zich overigens den
schijn te geven, dat hij zelf er gaarne over spreekt.
En met welke slimheid wordt deze eigenlievende voor
zichtigheid beschouwd als van achteren naar voren en
onverschillig wordt soms zulk een verhaal gedaan. Welke
gemaakte spot klinkt in den toonin het geringste
woord van den vertellerEn waar heeft dit volk dat
geleerd
Eens in de eerste dagen op een langen avond toen
ik moe en treurig op mijn brits lag, hoorde ik zulk een
gesprek, eu in mijn voortvarenheid hield ik den verteller
vooi een grooten, vreeslijken booswicht, voor een onge
kend ijzer karakter, terwijl ik op hetzelfde oogenblik over
Petrow bijna lachte. Het onderwerp van het verhaal
was, dat hij, Lukas Kusmitsch, om geen andere reden als
slechts tot zijn genoegen, een majoor »over hoop gesto
ken" had. Deze Lukas Kusmitsch was dezelfde kleine,
magere gevangene met spitse neuseen Kleinrus
waarover ik vroeger reeds gesproken heb. In werkelijk
heid was hij Rus en slechts in het Zuiden geboren, naar
ik vermoed als onderdaan van een landeigenaar. Hij
had iets scherps en hoogmoedigs »de vogel is klein
maar zijn nagel is scherp Maar de gevangenen beoor-
deelen de menschen instinctmatig. Men had eenige ach
ting voor hem. Hij zat dien avond op de brits een hemd
te naaien. Het linnen-naaien was zijn handwerk. Naast
hem zat een stompzinnige eu bekrompen jonkman, maar
goed en vriendelijk ijverig en grootzijn buurman op
de brits, de gevangene Kobyliu. Lutschka 1) had tenge
volge der nabuurschap dikwijls twist met hem en be
handelde hem doorgaans uit de hoogte, spottend en ge-
1) Verkleinwoord van Lukas.