Algemeene Collecte.
Waarschuwing.
No. 113.
1891.
Drie en Negentigste Jaargang.
ZONDAG
20 SEPTEMBER.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
EERSTE BLAD.
Officieel Gedeelte.
Donderdag- 24 September a.s.
De Troonrede.
Binnenland.
ALKIAARSCHE COIJRAAT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Saterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar O,SO; franco door het
geheele rijk 1,
De 3 nummers 0.O6.
Prijs der gewone Advertentiën:
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Telefoonnummer 33
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAiR
brengt ter algemeene kennisdat op
door de gemoenteboden aan de huizen der ingezetenen
de collecte zal plaats hebben, tot het houden waarvan
bij kon. besluit van 29 Juli 1891 No. 50 aan de Ver-
eeniging «Trouw aan Koning en Vaderland" vergunning
verleend is tot vorming van een ondersteuningsfonds voor
behoeftigen gerechtigd tot het dragen van bet Meta
len Kruis en de C i t a d e 1 - M e d a i 11 e.
Alkmaar, De Burgemeester voornoemd
18 September 1891. A. MACLAINE PONT.
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR
brengt ter algemeene kennis
dat van af 25 September a.s. tot nadere aankondiging
gCHIËTPKOBVËN In de Sclioorlsche duinen
zullen worden genomen
dat op de dagen, waarop die proeven geschieden tel
kenmale eene roode vlag zal worden geheschen op een
der meest zichtbare toppen aan den binnenrand der
dninen, alsmede aan het begin van de spoorbaan in de
duinen, nabij de hoeve van van Lente en de Franschman;
dat op de dagen, waarop vorengemelde roode vlaggen
geheschen zijn, onveilig zijn
1°. bet strand en de zee tot op 7 kilometer in den
omtrek van de roode vlag aan den buitenrand dei-
duinen
2°. de duinen zelvevan af strandpaal No. 27 tot
strandpaal No. 36, en wel over eene breedte van 2500 M.,
gerekend van af de strandlijn.
Voorts wordt de aandacht nog gevestigd op de houten
waarschuwingsborden welke in de duinen op de meest
zichtbare punten zullen worden geplaatst, en welke on
geveer de lijnen aangeven binnen welke het ten hoogste
gevaarlijk is zich te begeven, wegens de scherven van
granaten enz., welke binnen die lijnen neervallen.
Alkmaar, De Burgemeester voornoemd,
18 September 1891. A. MACLAINE PON1.
Aan een Troonrede waren wij niet meer gewoon. Ge
durende zijn laatste regeeriugsjaren werd onze overleden
Koning door den slechten toestand zijner gezondheid
verhinderd de zitting der Staten-Generaal in persoon te
openen. Ook den 15den September 1,1. bleef de troon in
de vergaderzaal der Volksvertegenwoordiging ledig, maai
de Koningin-weduwe-Regentes, die het Koninklijk gezag
waarneemt, deed dit ook bij de opening van het nieuwe
zittingjaaren staande naast den troon waarop hare
dochter, wordt ons aller wensch vervuld, eenmaal zal
plaats nemen, las zij de troonrede en opende «in naam
der Koningin" de gewone zitting der Staten-Generaal.
De weinige zinsneden waarin volgens gewoonte ge
tracht wordt eenige mededeelingen te doen omtrent den
toestand van land en volk, van handel, scheepvaart, nij
verheid en landbouw, waren, evenals die omtient onze
zee- en landmacht, mede volgens gewoonte, te algemeen
en te onbeduidend om indruk te maken; maar sterk was
de aandacht gespannen ten aanzien van hetgeen zou
volgen, en reeds de eerste zinsnede was .wel geschikt om
haar nog te verscherpen. Duidelijk is bij de laatste
verkiezingen opnieuw de. wenschelijkheid gebleken
zoo klonk het uit den mond Harer Majesteit dat op
ordelijke wijze, zonder langere vertraging, in wetgeving
en Staatsbestuur de hervormingen worden tot stand ge
bracht, waarvan de noodzakelijkheid is erkend en waartoe
de Grondwetsherziening den weg heeft geopend. Daar
heen zal mijn streven zijn gericht.
In die woorden is inderdaad de toestand met volkomen
juistheid geschetst. Over hervormingen in wetgeving en
Staatsbestuur werd bij de laatste verkiezingen gesproken,
op hervormingen werd aangedrongenondubbelzinnige
gezindheid om tot die hervormingen mede te werken
werd verlangd en aan den dag gelegd. Tot nog toe
waren zij uitgebleven ofschoon de Grondwet op menig
punt was gewijzigd om haar gemakkelijker te maken.
Zonder langere vertraging behooren zij daarom tot stand
te worden gebracht. Zóó is de toestand, en een Regee
ring die dit openlijk verklaarttoont den toestand te
begrijpen.
Hooren wij, wat na dien duidelijken en juisten aanhef
in de eerste plaats wordt genoemd.
«De indiening van een wetsontwerp tot regeling van
het kiesrecht, deze noodzakelijke voorwaarde van blijvende
verbeteringwordt voorbereid." Geen blijvende verbe
tering van den toestand alzoo zonder regeling van het
kiesrecht. Willen wij voortgaan op den weg van den
vooruitgang, van bestendige, aanhoudende verbeteringen,
dan moet het kiesrecht beter worden geregeld. De te
genwoordige regeling is gebrekkig, ongelijkmatig, onvol
doende voorloopig. Dat wordt vrjj algemeen erkend.
Een betere regeling moet worden voorbereid. Zoolang die
voorbereiding duurt en totdat de betere regeling zal zijn
tot staud gekomen zullen enkele zaken moeten blijven
rusten. Dat spreekt van zelf. De Regeering zegt het
onmiddellijk in de troonrede zelve, die aldu3 voortgaat
«Herziening der provinciale- en gemeente-wetten zal
daarop moeten volgen. In afwachting daarvan kunnen
tijdelijke maatregelen getroffen worden tot ondersteuning
van te zwaar belaste gemeenten."
Maar gelukkig behoeft niet alles op do herziening van
het kiesrecht te wachten. Er zijn onderwerpen die niet
alleen voor een goede regeling vatbaar zijn, maar waar
van het belang van het land verbiedt de regeling
langer uit te stellen. De Regeering noemt ze opals
zij verder zegt
«Verbetering van het Rijksbelastingstelsel is een drin
gende eisch der rechtvaardigheid. Wetsontwerpen om
hieraan te voldoen, zullen u spoedig bereiken."
Dat zijn inderdaad gulden woorden, en wij zijn over
tuigd dat de Regeering, door ze te bezigen, naar het
hart heeft gesproken van bet Nederlandsche volk. Ziehier
een onderwerp dat rijp is voor afdoening en waarvan de
afdoening met ongeduld wordt verlangd. Reeds te lang
wordt door de ingezetenen in vele opzichten op in het
oogloopend ongelijkmatige en daarom onbillijke wijze
bijgedragen in de algemeene kosten van het staatsbestuur
en de steeds zich uitbreidende staatszorg. Reeds te lang
betaalt de een te weinig en de ander te veel. De klach
ten daarover hebben eindelijk lang genoeg geduurd, hare
rechtmatigheid is reeds lang erkend, en daarom begint
het geduld zijn grenzen te naderen. Tegemoetkoming aan
die klachten, herstel van dat onrecht want een on
recht is het behoeft niet, mag niet wachten op
herziening van het kiesrecht. Daarom is het geen over
drijving, wanneer in de Troonrede verbetering van het
Rijksbelastingstelsel wordt genoemd een eisch, een drin
gende eisch der rechtvaardigheid en een natuurlijk
uitvloeisel van deze verklaring is de daarop volgende
belofte «Wetsontwerpen om hieraan te voldoen, zullen
n spoedig bereiken." Spoedig, binnen korten tijd
alzoo zullen de wetsontwerpen tot verbetering van ons
belastingstelsel worden ingediend, en vermits niet door
de indiening, maar door de aanneming dor ontwerpen
het onrecht hersteld, en aan den eisch der rechtvaardig
heid voldaan kan worden, zal dit onderwerp afgedaan
moeten worden, voordat een nieuwe regeling van het
kiesrecht de werkzaamheid van Regeering en Staten-
Generaal komt schorsen.
Kunnen wij dus weldra de indiening van wetsontwer
pen tot verbetering van het Rijks-belastingstelsel ver
wachten ook omtrent den leerplicht zullen wettelijke
bepalingen worden voorgedragen en in deze zitting kan
de indiening van het ontwerp van een wetboek van mili
tair strafrecht worden te geinoet gezien. Toezeggingen
waarover wij ons mogen verheugen. Tegenover plicht-
vergeten ouders is de invoering van leerplicht een plicht
van den Staat, waaraan de tegenwoordige regeering zich
niet wil onttrekken. Het doet ons genoegen te vernemen,
dat zij er prijs op stelt zich van die taak zoo spoedig
mogelijk te kwijten, en de gelegenheid om dit te doen
voor zich niet in gevaar wil brengen door de herziening
van het kiesrecht voorop te stellen. Vervanging van het zeer
oude en zeer verouderde, algemeen veroordeelde wetboek
van militair strafrecht door een wetboek, dat aan de eischen
van onzen tijd voldoet en voor een volksleger bruikbaar
is, kan niet anders dan eenige bezwaren tegen een leger
vorming op den grondslag van den persoonlijken dienst
plicht uit den weg ruimen, en daarom is ook deze toe
zegging ons bijzonder welkom.
En wat vernemen wij nu omtrent een nieuwe leger-
wet Zooveel als onder de tegenwoordige omstan
digheden verwacht kon worden. Van den heer Seyffardt
kon niemand onderstellen, dat hij het ontwerp van den
heer Bergansius met eenige wijzigingen zou overnemen.
Nieuwe voorstellen worden daarom in gereedheid ge
bracht de Troonrede zegt het onsen zij voegt er bij
«tot eene organisatie der landmacht en tot vorming dor
levende strijdkrachten welke, zonder te groote. persoon
lijke en geldelijke offers de weerbaarheid van ons volk
kunnen verzekeren." Wij hebben nooit iets anders
gewenschten wij meenden dat bet ontwerp-Bergansius
aan die eischen voldeed. Levert de heer Seijffardt een
ontwerp waarvan hetzelfde gezegd kan worden ook al
is het niet gebouwd op dezelfde grondslagen ieder die
zijn vaderland lief heeftzal het gaarne ondersteunen
al moet hij afstand doen van eenige persoonlijke voor
liefde voor een ander stelsel. Met dat «in gereedheid
brengen" der ontwerpen is echter tijd gemoeid en voor
dat eene nieuwe legerinrichtiug niet alleen in de wet
is afgekondigd, maar werkelijk is ingevoerd, zal alweer
heel wat tijd moeten verloopen. Begrijpelijk is het
daarom en goedkeuring verdient het tevensdat de
nieuwe Regeering inmiddels een voordracht aankondigt
tot tijdelijke versterking der nationale militie.
«Van andere deelen onzer wetgeving zal een herzie
ning worden ter hand genomenzegt de Troonrede.
Iets anders kon dan ook moeilijk worden verwacht
maar meer dan deze algemeene toezegging verdient de
aandacht de mededeeling dat maatregelen worden be
raamd om het materieel der zeemacht te verbeteren
en dat de wettelijke regeling der administratieve recht -
spraak wordt voorbereid. Voor het laatste is reeds een
Staatscommissie benoemden men mag aannemen dat
haar verslag tijdig genoeg gereed zal zijn, om tot grond
slag eener regeeringsvoordracht te kunnen dienen, zoodra
het parlementaire werk, dat vooraf moet gaan tijd zal
laten om haar in behandeling te nemen.
De Regeering kan er voorts staat op makendat
nota zal worden genomen van de verklaring, dat het
vakonderwijs ten behoeve van handel, zeevaart, nijver
heid en landbouw op haren steun kan rekenen, zoowel
als van de mededeeling dat maatregelen worden ont
worpen in het belang van de veiligheid en de gezond
heid in de fabrieken en werkplaatsen en tot verzekering
van het lot van oude of verminkte werklieden. Ook
omtrent het bestuur van Nederlandsch-Indië en de
wenschelijkheid eener eendrachtige samenwerking met
de Koloniale Staten in Suriname verkondigt de Troon
rede inzichten, waarmede wij geheel kunnen instemmen.
Er zal later gelegenheid te over zijn om van deze
plannen nader kennis te nemon. Vooreerst hebben wij
genoeg aan de bepaaldo toezeggingen van ontworpen die
wij weldra te wachten hebben en zonder aarzelen kun
nen wij tot ons genoegen daarmede onze ingenomen
heid betuigen.
TWEEDE KAMEB.
Zitting van den 18, des voormiddags 11 uur.
De heer Gleichman aanvaardde het voorzitterschap met
de volgende rede. 4
Mijne Heeren
«Op uwe vereerende voordracht door Hare Majesteit
de Koningin-Weduwe-Regentes tot voorzitter benoemd
gevoel ik levendig het gewicht van de mij opgedragen
taak.
«Al mijne krachten zal ik inspannen om haar naar
behooren te vervullen. Ik vraag daarbij den steun van
u allen, mijne heeren.
«Ik vraag dion met aandrang, waar ik de plaats in
neem door zoo velen voor mij ook door mijn geachten
onmiddellijken voorganger, aan wiens bekwame leiding
ik hulde breng, zoo talentvol bekleed.
«Groot verschil van gevoelen zal ook in het nieuwe
tijdvak, dat wij ingaan, zich onder ons openbaren. Mijn
streven zal het zijn overeenkomstig de goede overlevering,
waardoor onze vertegenwoordiging zich kenmerktde
onbelemmerde uiting van ieders meening te helpen ver
zekeren.
«Uwerzijds zult gij, zoo mag ik hopen, mij ter zijde
staan bij de handhaving van orde en regelmaat naar de
bepalingen van ons reglement van orde.
«Waarin wij voor het overige ook mogen verschillen
in verknochtheid aan het Huis van Oranje, in ernstige
opvatting van onze plichten jegens het vaderland zullen
wij één zijn. Beantwoorden wij het in ons gesteld ver
trouwen door ons van die plichten ijverig en vastbe
raden te kwijten.
«Ik breng mijn dank aan den waardigen tijdelijken
voorzitter voor de vriendelijke en door mij op hoogen
prijs gestelde woorden, tot mij gesproken.
«Met den wensch dat onze beraadslagingen en besluiten
bevorderlijk mogen zijn aan het heil van het geheele
Nederlandsche volk, dat wij vertegenwoordigen, verklaar
ik het voorzitterschap van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal te aanvaarden".
De mededeeling van ingekomen stukken werd tot een
naderen dag uitgesteld en de vergadering geschorst tot
half drie, om den minister van financiën gelegenheid te
geven de staatsbegrooting aan te bieden.
Te half drie werd die begrooting aangeboden bij eene
rede, waaraan de volgende bijzonderheden werden ont
leend.
De dienst 1889 leverde volgens de ten vorigen jare
uitgesproken verwachtingen een batig slot van f 204.827
die verwachting is overtroffen. De rekening over dat jaar
wijst een voordeelig slot aan van ƒ481.314. De oorspron
kelijke raming, die van 1888, wees een tekort aan van
4.954.422.
Volgens de voorloopige uitkomst van 1890 zal het te
kort "bedragen f 22.348.974 terwijl gerekend is op
26.000.000. Voor een deel is deze uitkomst toe
te schrijven aan het niet afbetalen der som van
f 2.400.000, door het Rijk aan de Amstordamsche Kanaal
maatschappij verschuldigd, waarop aanvankelijk gerekend
was. Dit tekort op don gewonen dienst 1890 slinkt eigen
lijk tot 2.484.321 In verband met de plaats gehad
hebbende operation als gevolg van de overname van den
Rijnspoorweg enz.
De dienst 1891 zal waarschijnlijk een te kort opleveren
van 3.400.000.
Voor dienst 1892 zijn de middelen 1,064.125 h o o g e r,
de uitgaven daarentegen 7.376.624 lager geraamd.
Het belangrijk verschil op de uitgaven is veel ge
ringer dan het schijnt, want voor ver het grootste ge-