PATENTEN.
UIT illElïË.
No. 120.
Drie en Bfegentigste (Jaargang.
1891.
WOENSDAG
7 OCTOBER.
Officieel Gedeelte.
W inter dienstregeling.
PATMTII,
De Voijaarspatenten
FARIJ8CHE BRIEVEN.
FE UILLETO N.
Buit enland.
De Directeur van liet Postkantoor te Alk
maar maakt bekend, dat ten zijnen kantore
verkrijgbaar gesteld zijn de W niter-
«iieiistre4*-elÏBig-eii voor 10 cents
het exemplaar. De Directeur voornoemd
(10 W E.
De SUPPLETIE-PATENTEN, dienst 1S91|92,
van de Buitengemeente n, kunnen
ter secretarie afgehaald worden tot en met
den 17 October 1891, van des morgens 9 tot
's namiddags
2 uren.
van ingezetenen der gemeente Alkinaar.
aangevraagd in MEI, JUNI en JULI 1891, kun
nen ter gemeente-secretarie alhier worden
afgehaald tot en met Zaterdag 10 October 1891,
op alle werkdagen, 's morgens van 9 tot
des namiddags 2 uren.
UkMAAIISCIIE COURANT
Deze Conrant wordt IMnsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar 0,80franco door het
geheele rijk 1,
De 3 nnmmors O,©6.
Prijs der gewone Advertentiën:
Per regel ©,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Telefoonnummer 3
ymm
Gisterenavond na eene korte wandeling door het Pare
Morcean een der schoonste squares van Parijs werden
wij bijiciider verrast door den roep der eourantenventers
die met, luider stemme verkondigden »leest het avondblad
»Paris", leest den zelfmoord van generaal Bonlanger".
Nauwelijks konden wij onze ooren geloovenen hoe wij
ook thans over den stm&ve général" mogen denken wjj
bekennen, het eerlijk-dat wij in het eerste oogenblik zeer
pijnlijk werden aangedaan, Nog geen drie jaren geleden
scheon Bpulanger meester van den toestand in Frank
rijk, honderdduizenden .kiezers hadden hem in drie de
partementen tegelijk tot him afgevaardigde verkozen in
het begin va:i 1889, het jpbilé-jaar der groote revolutie,
bevestigde Parijs op sehittereude wijze het veto der
departementen, en heden sterft diezelfde man een onge
lukkigen bjjna lafhartigeu .dood vergeten en verguisd
dopr bijna al ïjjne vroegere aanhangers. Heden bespreken
alle dagbladen deze gebenrteaisdiehoewel zij in
Brussel plaats ^ondtoch ,een echt Parijsek karakter
draagt door de personaliteit van den eenmaal goo popu-
iairen minister wan oorlog. Ware Boulanger eenige
jaren vroeger overleden dan zou de geschiedenis aan
(33)
©OOK
1. M. BOSTOJS3WIKÏ,
Than« kent .de opgewondenheid der toeschouwers geen
grenzen meerd -Die zinsnede werd zoo seheimsch met
zulk een spotachtig en zegevierend gebaar uitgesproken,
dat men onmogelijk nalaten kon ze toe te juichen. Maar
Kedril's gelnk is nisi van langen duur. Nauwelijks heelt
hij de wijuü-woh gegrepen, een flink glas volgeschonken
en dit aan de lippen geUraokf,, of de duivels keeren terug,
sluipen stil achter hem en grijpen üem aan. Kedril jam
mert als een bezetene. Maar hij durft niet om te
Bij zou zich wel willen verweren maar kan niethij
jheeft zijn handen vol aas de flesch en aan liet glas en
daarvan wil hij niet scheiden; met opgespalkte oogen en
een van angst halfgeopenden mond, blijft bij het publiek
eemoogenblife aanstaren met zulk een grappige uitdrukking
van lafhartigheid, dat ze waarlijk eenig is. Eindelijk sleurt
men Jjem weghij zwaait en spartelt met armen en
beenenterwijl hij maar steeds zijn flesch krampachtig
vasthoudt en al door schreeuwt. Zelfs nog achter de
coulissen hoort men zijn gekerm. Het scherm gaat neer.
Iedereen lacht, iedereen is opgetogen. Het orkest valt in
en nadat dit een poos heeft gespeeld begint de pantomime
met muziek. Hot tooneel goeft het inwendige van een
woonvertrek of .isba te zienwaarin een molenaar met
ziju vrouw gezeten zijn; de eene is aan 't oplappen, do
andore aan hot vla«spiunou. Sirotkin speelt de rol van
(le vrouw, Neschwatajew die van den molenaar.
Onze decoraties waren erg armoedig. In dit stuk zoowel
als in de voorafgaande, moest de verbeelding aanvnllen
wat er aan de werkelijkheid te kort schoot. In plaats
van een muni' op den achtergrond yan het tooneel, zag
•zijn naam verbonden, eene schoone bladzijde in de later6
fransche historie beslaan; thansïs zijn dood zelfs niet eens
meer een politiek feitzijne partij is dood en was
voor goed gedood toen de zoo over het paard getilde
chef de vlucht nam uit vrees voor de justitie van zijn
vaderland. De naam van »boulangist" wordt thans slechts
minachtend nitgesproken en de handvol aanhangers
van Laur, Millevoye en een dozijn andere heethoofden
was zelfs niet in staat de voorstellingen te beletten van
de opera Lohengrin, het schoone werk van den
hier gehaten Wagner. Ook ten opzichte van Wag
ner's werken heeft de publieke opinie eene totale ver
andering ondergaan, de muzieklief hebbers, zoowel als allo
andere bezadigde Franschen zijn thans van oordeeldat
men zeer goed den Dnitscher kan haten, zonder daarom
belachelijk te worden door halstarrig te weigeren den
Lohengrin Tannhauser enz. aan te hooren, terwijl deze
werken in de geheele beschaafde wereld een buiten
gewoon succes hebben. Met enkele uitzonderingen heeft
het Parijsche publiek den raad gevolgd vanCh. Laurent,
den hoofdredacteur van het blad »Le Jour", die een
voudig zeide »Gaat naar de Lohengrin, bevalt u de opera,
zoo applaudiseert, en bevalt ze u niet, zoo fluit haar uit";
dit laatste was gelukkig niet noodig, en de vertooniu
van Lohengrin op het eerste theater der wereld is een
succes voor den componistvoor den voortreffelijken
orkestdirectenr Lamoureux, en voor alle artisten. voorna
melijk den tenor van Dijk en de chanteuse Caron.
Voor allen, die van schoon tooneelspel houden, en ook
die kunst naar waarde weten te schatten, is de dood van
den voortreffelijken acteur Marais een treurige slag. Ma
rais had zijne kunst hartstochteljjk liefhij speelde met
buitengewoon veel vuurde natunr had hem begaafd
met een prachtige stem. eene buitengewone werkkracht
•een fraai gebouwd lichaam en sprekende oogen. Zijn
spel als ^Michael Strogoff, den koerier van den Czar"
•was een ware triomf, en avond aan avond juichte het
publiek hem tas wanneer hij met vuur uitriep»voor
•Godhet vaderland en den CzarLater hadden wij
nog het genoegeu hem te bewonderen in »Patrie" van
Bardon naast Dnmaine en Aimée Tessandieren in
Theodora" naast Sarah Bernhard. Marai's droom echter
«was het Théatre framjaiszijn eerste debuut in den
»Menschenhater" .van Molière slaagde naar wensch
doch jammer genoeg werd zijn tweede debuut in »Ther-
midor" plotseling ..afgebroken door het verbod van re-
geeringswege dit stuk verder te spelen. Van toen af
nam de groote zennwkrankheid van den artist steeds
toe, hij leed bepaald nan vervolgingswaanzin, overal zag
hij vijanden die hem beletteu wilden voor het publiek
op te treden het gevolg was dat de .ongelukkige eerst
totaal waanzinnig weed en thans dood is. Wie weet
of zonder het kabaal .van een troep -schreeuwersdie
oorzaak warendat minister Constans de voorstellingen
v&u »T'harmidor" moest verbieden, de zoo .geliefde acteur
niet nog in leven zon zjjn f
Weder had hier vlak bij Parijs een misdrijf plaats
hetwelk bepaald veel gerucht maakt.
Een vaat -die gevaarlijke vrouwen, die zoo .gemakkelijk
men een tapjjt of een paardedek; rechts stonden een paar
gehavende zijschermen en aan ..den linkerkant, waar het
tooneel niet afgesloten was had men het vrije gezicht
op de veldbedden. Maar de toeschouwers zijn niet veel-
eischeud en willen zich gaarne het ontbrekende verheel
den. Is er eenmaal gezegddat is .een tuin, welnu,, dan
is 't een tuin;! ^egi men dat is een kamer, een isba
welnu best, veel omslag behoeft er niet gemaakt. Sirot
kin zag er alleraardigst uit in vrouweakleeren. De mole
naar staakt den arbeid, grijpt zijn muts en zijn zweep,
treedt op zijn vrouw toe en geeft haar door teekens te
kennendatals zo in zijn atwezigheid iemand bij zich
durft ontvangen, zij met hem te doen zal krijgen en
daarbij dreigt hij met zijn zweep. De vrouw hoort hem
aan en knikt bevestigend met het hoofd. Die zweep is
haar stellig goed bekend. De man vertrekt. Nauwelijks
heeft hij zijn hielen gelicht of de vrouw zet hem een vuist.
Er wordt geklopt en de deur gaat open; er komt een
buurman binnen ook een molenaar van zijn ambacht
t is een gehaarde boer met een lange jas aan. Hij brengt
een rooden zakdoek ten geschenke. Do jonge vrouw lacht
hem toe, maar juist nn de oolijkert haar omhelzen wil,
hoort men opnieuw aan de deur kloppen. Waar zich te
bergenZij verstopt hem onder de tafel en gaat weer
aan het spinnewiel zitten. Een tweede aanbidder komt
nu opdagen: 'tis een schrijver in onderofficierstenu. Met
een vervaarlijken tooneelpas komt hij aanzetten, werpt
hij elke schrede het hoofd in den nek en kijkt zegevierend
rond. Hoe vreemd ook al die aanstellerij vooral in een
blijspel was, het publiek liet 't zich als iets heel natuur
lijks aanleunen en maakte er geen aanmerking op. Het
duurt echter niet lang of er wordt alweer geklopt. De
gastvrouw raakt de kluts kwijt. Waar nu mot den tweeden
aanbidder heen? In den koffer maar, die gelukkig open
staat. De schrijver verdwijnt er in, en de moleuaavsvronw
laat het deksel dichtvallen De nieuwaaugekomene is
even goed als de anderen een verliefde, maar van een
hijzonder slag. 't, Is een Brahmaan in zijn priestergewaad.
Met een schaterend gelach der toeschouwers wordt hij
ontvangen. Die Brahmaan is niemand anders dan de
vele eerlijke mannen ongelukkig maken, was wederom
oorzaak van een bijzonder groot ongeluk. Een dentist,
de heer Genisset, had jaren lang geleefd met eene Ma
dame Raybaud die zelve gehuwd was, en wier echtge
noot zichzelven van kant had gemaakt. Deze dame
verliet vervolgens den ongelukkigen Genisset, die bepaald
dol verliefd op haar was en ging toen leven met den
heer Breton militair docter en ridder van het legioen
van eer. Herhaaldelijk vielen heftige tooneelen voor
tusschen de heeron Breton en Gonisset, tevergeefs gaven
de vrienden van Genisset aan dezen den welgemeenden
raad die slechte vrouw toch te vergeten en liever met een
fatsoenlijk meisje te huwen niets hielp en toen zelfs
Madame Raybaud zelve aan haren vroogeren minnaar
schreefdat zij met den heer Breton te Courbevoie
woonde, reisde Genisset daarheen, en beging toen Breton
in een vlaag van waanzinnige drift een vreeselijken
moord en schoot den ongelukkigenbedrogen minnaar
dood. Alzoo twee geëerde menschen totaal ongelukkig
om eene vrouw die stellig zoovele opofferingen niet
verdiendeen die dan ook als medeplichtige vervolgd
wordt.
Parijs, 1 October 1891. J. M. T.
SJELtilE. In den omtrek van het door Bonlanger
in de straat Montoyer te Brussel bewoonde huis was
den 3 tegen het uur der begrafenis zulk eene groote me"
nigte bijeengekomen, dat de politie niet bij machte was>
do orde te handhaven en zich genoodzaakt zag den bij
stand der gendarmes in te roepen. Eerst te half vier,
nadat de orde hersteld was, kon de stoet zich in bewe
ging zetten. Aan het sterfhuis werd geene rede gehou
den. De lijkkist, bedekt met meer dan honderd kransen
met de fransche kleuren was geplaatst in eene zaal in
de eersto verdieping, die als »chapelle ardente" was in
gericht en een treffend schouwspel opleverde. In den
stoet liepen achter de lijkkoets twee personen van wie
de een de fransche en de ander de vreemde ridderorden
op een kussen droeg. Ongeveer 50 personen volgden
waaronder opgemerkt werden Rochefort en Déronlède.
Op het kerkhof werd de lijkkist zonder eenige redevoering
boven die van mevrouw Bonnemain bijgezet. Generaal
de Vogelsang liet vervolgens op de kist de driekleurvlag
leggen indertijd aan Bonlanger uit Metz toegezonden,,
en welke steeds op zijn bureau aanwezig was.
MÜITSCHEAAD, De duitsche bladen hechten geene'
staatkundige beteekenis aan het te Rome met de fransche
pelgrims voorgevallene. De Nat. Zeitnng meent, dat de
franseheu hieruit kunnen leeren, hoe diep het gevoel der
onaantastbaarheid van Rome in Italië is geworteld. De
Vossisehe Zeitnng schrijft, dat het aan de duitsche ultra-
montanen zal tooaen hoe govaarlijk het is het herstel
van de wereldlijke macht van den Paus te verlangen en
hoezeer het gevoel der italianen zich daartegen verzet.
De Germania zegt, dat het romeinsche gepeupel zich aan
een opruiend schandaal schuldig gemaakt heeft tegenover
gevangene Koschkin, die de rol uitstekend speelde, vooral
omdat zijn uiterlijk er zichzoo goed toe leent. Door
allerlei gebaren geeft hij zijn liefde voor de molenaarsvrouw
te kennenheft de armen ten hemel en krnist ze weer
over de borstOpnieuw wordt er aan de deur ge
klopt, of liever er wordt op gebonsd hot kan niemand
anders wezen dan de heer des huizes. De verschrikte
molenaarsvrouw is ten einde raad de Brahmaan loopt
als een dolle van den eenen hoek naar don anderen, al
smeekende dat men hem toch verbergen zal. De vrouw
helpt hem zich achter een kast verschuilen en zet zich
volijverig aan het spinnewiel, zonder de deur te openen..
Zij spint maar steeds vlijtig voort, en let niet op de ver
dubbelde slagen, waarmee haar man op de deur beukt.
Eindelijk trapt de molenaar de denr in en stuift met de
zweep in de hand op zijn vrouw los. Hij weet al wat
er gebeurd is, want hij heeft op den loer gestaandoor
teekens geeft hij zijn vrouw te kennen, dat zij drie be
zoekers heeft verstopt en hij gaat daarop terstond aan
het zoeken. Het eerst vindt hij den bnurman en jaagt
dien met vuistslagen de deur uit. De doodelijk beangste
schrijver hoopt te ontvluchten en licht met zijn hoofd even
liet deksel van den koffer, maar daardoor juist verraadt
hij zich. De molenaar rost hem met de zweep duchtig
at, zoodai' de arme stakker zijn tooneelpas geheel vergeet
en als een kakkerlak rondspringt. Nu blijft nog de Brah
maan over. Laugen tijd zoekt de bedrogen echtgenoot,
maar eindelijk ontdekt hij hem in zijn schuilhoek achter
de kast. Hij groet hem beleefd en trekt hem bij zijn
baard naar het midden van het tooneel. De Brahmaan
wil zich verdedigen en roeptVervloektVervloekt
(do eenige woordon die gedurende de gausche pantomime
geuit worden) maar de molenaar luistert er niet naar en
vereffent de .rekening zijner vrouw. Deze begrijpt dat
't' nu haar beurt wordtzij schopt het spinnewiel van
zich af en vlucht de kamer uit. De gevaugonen schateren
het uit van lachen. Aleï grijpt, zonder mij aan te zien,
mijn hand en roept: Kijk kijk dien Brahmaan toch
eens!" Hij kan niet meer rechtop blijven staan van al het
lachen. Het gordijn valt, en er volgt een nieuw tooneel-