UIT SIBERIË No. 129. Drie en Megentigste jaargang. 1891. WOENSDAG 28 OCTOBER. Onbestelbare Hrieven - Amsterdamsche Brieven. FEUILLETON. Buit e n 1 a n d. ALKMAARSCHE KM BAM Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Katerdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar j 0,80franco door het geheele rijk 1, De 3 nummers ©,©6. Prijs der gewone Advertentiën Per regel f la. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. GAS TER ZOON. Telefoonnummer verzonden in de le helft van October 1891 Wed. H. A. de Jong, A. van Dijk, Amsterdam; L. H. Roelfsema, Breda. Van Grootschermer: T. Hemis, Koog Zaandijk. Van Koedijk: Lourents, Nijmegen. Duitschland: de Scbach, Schalke. Hef afscHeid van iequaii. Onze stad heeft een van hare aantrekkelijkheden ver loren Sequah is heengegaan. Vrijdagavond j.l. kwam hij plotseling met de mededeeling dat bij zijn laatste avond-séance hield, eene tijding, die op het gelaat van honderdeu de bitterste teleurstelling afteekende. Want al gelooft het volk ook nog zoo heilig in Sequah, toch wil het er bij de menschen nog niet goed in, dat de geneziugen van rheumatiek uitsluitend teweeggebracht worden door de olie en men Sequah zelf daarbij gerust kan missen. De algemeene opinie was evenweldat Charlos Daveerport te groote weldaden aan het volk be wezen had om hem niet een schitterend uitgeleide te bezorgen. De laatste middag-séance op Zaterdag j.l. werd daartoe uitgekozen. Nog dichter drommen dan gewoonlijk begaven zich toen naar »het Park" om getuige te zijn van het afscheid van den man, die veel is aangevallen, maar ook menigvuldig is geëerd. Met de uitvoering van het ge wone programma van werkzaamheden werd een aanvang gemaakt. Daarbij viel het mij evenwel op dat het ge halte der patiënten aanmerkelijk was vooruitgegaan. De blauwkiel dien wij vroeger beschreven had plaats ge maakt voor een welgedaan manufacturier uit de Kalver- straat wel een bewijsdat het Sequah-geloof niet alleen meer onder de heffe de3 volks bestaat. Een respectabel aantal flescbjee olie werd uitgegoten op het omvangrijke lichaam van deu lijder, daarna werd .met alle kracht gewreven en ften slotte trad onze manufac turier voor tiet publiek op met de verklaring, dat de ■behandeling «et Sequah's .middel hem reeds dadelijk in •staat stelde tet bewegingen, die hem langen tijd geheel onmogelijk waren geweest. Soortgelijke verklaringen wer den achtereenvolgens afgelegd door een lange reeks van .genezen'en die telkens met daverend gejuich werden bêloond. Prefester PretesterPrefester V\ zoo zei een dier mannen, „hebben me allegaar behandeld, maar dat gaf geen steek en dk zou nog aan rheumatiek Ijjden, als deze l'örave man f' Eu als hij daarbij Sequah «p den schouder klopt, schjjntaan het enthousiasme geen einde te zullen komen. Maar toch nog grooter is de geestdrift, als de gonezenen besluiten met een vroolijk patertje langs den kant. Nu komt Sequah aau het woord. Na hetgeen het publiek gezien heeftvraagt hij of 't billijk is hem .<41) DOOK 1. 91. DDSsTOJ EWiKY. Zoo herinner ik mij nog een zeer zonderlingen krank zinnige. Ia den zomer werd op zekeren dag een veroordeelde in onze zaal gebracht, die ongeveer vijf-en-veertig jaar kon zjjn en er reeht krachtig en gezond uitzagzijn ge laat had een sombere uitdrukking en was bovendien van de pokken geschonden zjjn oogen waren rood en gezwollen. Hij zette zich naast mij neder en scheen in een zeer kalmen gemoedstoestand te verkeerenhij sprak tot niemand en was blijkbaar bij voortduring over iets, dat hom ernstig bezighieldin gedachten verzonken. De avond viel plotseling richtte hij zich zonder de minste aanleiding tot mij vertelde mij op een toon alsof' hij mij het grootste geheim toevertrouwde, dat hem twee duizend stokslagen moesten worden toegediend doch dat hij niets te vreezen had, omdat de dochter van kolonel G. ten zijnen gunste zou spreken. Ik zag hem verbaasd aan en antwoordde lietn dat de dochter van kolonel G. in zulk een geval weinig vermocht. Ik had nog niet vermoed met wien ik te doen had want hij was als een lichamelijk zieke en niet als een krankzin nige in hot hospitaal gekomen. Ik vroeg hem toen aan welke ziekte hij leed, waarop hij mij antwoorddedat bij er niets van wist, dat men hein om de eene of andere reden naar ons gezonden had maar dat hij zich nitstekend wel bevond en dat de dochter van deu ko lonel verliefd op hem was; twee wekeu geledou was zij, in een rijtuig, juist op het oogenblik dat hij door het getraliede venster had gekeken, de wacht voorbij gereden en alleen door zijn aanblik was zij in liefde voor hem voor een kwakzalver uit te maken. Een donderend neen" is het antwoord maar als dat verstomtklinkt boven het wegstervende gegons het geluid van een jongmensch JaNatuurlijk wordt iemand met zulk een »courage de sou opinion" dadelijk uit de zaal gesmeten. Sequah keurt dat niet goed, maar weet dit voorval alweer ten eigen bate aan te wenden. »Ziet ge", dus zegt hij, »als er onder mijne duizenden toehoorders slechts één is, die beweert dat ik een kwakzalver ben, dan kan ik gerust zijn." Het vervolg zijner toespraak is minder onschuldig. Daarin zegt hij dat de politie hem geweigerd heeft, Maandag nog een séance te geven en dat hij van dion- zelfden kant bet verbod heeft ontvangen om zijn rijtuig in zegepraal door het volk te laten voorttrekken. In een land, zoo prat op zijne vrijheden heeft hem dat verwonderd. Na deze min of meer opruiende woorden, wordt Sequah banaalhetgeen echter op het volk^ des te dieper indruk maakt. Hij daukt Goddat hij de Sequah-maatscbapprj het middel heeft doen ontdekken om het menschdom van zijne pijnen to verlossen. Maar de oolijke Davenport houdt femelarijen niet lang achtereen vol en weldra toont hij zich in zijn ware gedaante. De bespreking van de tegenwerking der doctoren is namelijk aan de orde. Hij vertelt, dat de scheikundigen zijne olie ontleed hebben: »toen hebben ze gevonden terpentijn, toen hebben ze gevonden een vette olie, toen hebben ze nog een boelen boei meer gevonden, maar waar t juist op aankomt, dat hebben ze niet ontdekt. Wat zouden zij er voor geven, als zij dat eens wisten Zou t hun honderd gulden waard zijn vraagt hij met den gui- tigsten blik ter wereld. »Zou 't hun duizend gulden waard zijn'? Zon 't hun honderdduizend gulden waard zijn?" En steeds weder gilt het publiek: »Ja, ja, ja!" Eindelijk is de séance afgeloopen. De menschen ver laten wel de zaal, maar blijven staan in den tuin van »het Park". Een mijner collega's op de tribune vraagt Sequah, of 't waar is dat de vorige duitsche consul te Amsterdam, die zijn betrekking wegens zijn rheumatiek heeft moeten opgeven, 'hem een tonne gouds beloofd heeft, als hij hem van zijne kwaal geneest. Gevat als Daven port is, geeft hij daa/rop een wijdloopig antwoorddat intussehen niet de minste opheldering brengt, maar wèl zegt hijdat hem persoonlijk niets bekend is van plan nen tot oprichting eemer Sequah-maatsehappij in Am sterdam, zooals het Handelsblad dezer dagen wist te meld rs. Inmiddels is het volk buiten de zaal druk in de weer.. Het wil de paarden van des dokters coupeetje losmaken en -zichzelf daarvoor spannen.. De politie kan dat echter niet toestaan, waarmee het volk evenwel niet eer genoegen neemt, voordat Sequah Eelf tusschenbeide treedt met het verzoek, de paarden voor het rijtuig te laten hij zou dan wel stapvoets laten rijden. Na heel wat moeite stelde de stoet zicli in beweging. Halverwege het portier van -de coupé hing een dikke vrouw, zooals de amsterdamsekq achterbuurten die te aanschouwen geven, ja, waar het rijtuig maar een plaatsje aanbood zaten opgewonden bewonderaars. Terwijl de menigte steeds aangroeide, .trokken de dichte drommen verder en menige zweetdroppel werd gestort, vóór »Café Suisse" «ntvlamd. Sinds dat oogenblik was zij driemaal ouder ver schillende voorwendsels in de wacht gekomende eerste maal met haar vader, naar het heette om haar broeder te zien, die officier van dienst wasde tweede maal met haar moeder om aalmoezen onder de gevangenen te ver- deeletn: in het voorbijgaan had zij hem toegefluisterd dat zg hem liefheid en dat zij hem uit de gevangenis be vrijden zou. Deze dwaasheid, welke alleen in zijn ver beelding bestond, vertelde hij mij in alle mogelijke bijzon derheden hij geloofde inderdaad, dat zijn straf hem zon worden kwijtgescholden. Hij sprak met zekerheid en kalmte over de hartstochtelijke liefdewelke hij deze jonge dame had ingeboezemd. Deze zonderlinge en ro mantische vinding de genegenheid van een jong wel opgevoed meisje voor een man van omstreeks vijftig jaar, met zulk een afzichtelijk gelaat, deed zien wat de vrees voor straf van dat bedeesde schepsel had gemaakt. Mis schien had hij werkelijk iemand van uit zijn venster ge zien en ha'd de waanzin, waarvan de steeds toenemende angst de kiem in hem had gelegd, dezen vorm aangeno men. Deze ongelukkige soldaat, die zich ongetwijfeld al zeer weinig met dames had beziggehouden, had plotseling dezen roman uitgedacht en zich vol hoop aan dat stroo- halmpje vastgeklemd. Ik luisterde stilzwijgend naar hem en vertelde later zijn geschiedenis aan de kameraden. Toen deze hem nieuwsgierig ondervroegen, bewaarde hij zeer bescheiden het stilzwijgen. Den volgenden dag ondervroeg de dokter hem en, nadat hij verzekerd had volkomen gezond te zijn, werd hem verlof gegeven het hospitaal te verlaten. Later hoorden wij, dat de genees heer i>Sanat est" op zijn verklaring had geschreven en toen was het helaaste laat om hem te waarschuwen. Bovendien wisten wij evenmin met juistheid te zeggen waaraan hij leed. De fout lag hij het gezaghebbend bestuur, dat hem naar ons had gezonden, en verzuimd had te melden om welke reden hij in het hospitaal moest worden opgenomen. Dat was inderdaad een onvergeef lijke onachtzaamheid. Hoe het zij twee dagen later onderging de ongeluk kige ziju straf. Door deze onverwachte wending scheen in de Kalverstraat bereikt werd. Daar zaten op de door den dokter gehuurde eerste étage mevrouw Davenport met een aanvallig dochtertje reeds te wachten op de terugkomst van man en papa. Vlug als een eekhoorn sprong Sequah uit het rijtuig, de trap op. De volks menigte wist echter van geen aftrekken en bleef, waar zij was, onder het zingen van lofliederen op den dokter. Sequah moest zich vertoonen Aan dien vurigen wensch voldeed de Engelschman ten slotte. Hij ging naar een der zijramen, leunde met zijne ellebogen op den raam post en knikte op onbeschrijfelijk komieke wijze naar de manifestanten. Later herhaalde hij deze manoeuvre voor een ander raam, hetgeen telkens tot de uiting van de meest luidruchtige geestdrift aanleiding gaf. Hoeden en petten zag men zwaaien en de enge Kalverstraat davei'de van hethoera hoera voor Sequah Zoo is de man, voor wien de Vereeniging tegen de Kwakzalverij zoo ernstig waarschuwde, heengegaan met eeu eerbetoon, waarop menig vorst jaloersch zou kunnen zijn. Van Charles Davenport moet de onpartijdige zeg gen, dat hij kwam, wreef en overwon. Niet aan ons is het om de waarde zijner medicamenten te beoordeelen maar toch stemt het tot nadenken dat Dr, Vestdijk daarvan verklaart, dat de resultaten, door hem met Sequah's Oil bij zijne patiënten verkregen, zijne verwach ting verre hebben overtroffen. Als deze brief mijne lezers bereikt, is Davenport waar schijnlijk in Alkmaar druk bezig met het maken van reclame voor zijne artikelen. Zal de stad, waar van eenmaal de victorie uitging, ook weerstand kunnen bieden aan den gesle pen Engelschman? FStA\E4ÏUJS4. De door de regeeriug uitgenoodigde aanschrijving aan do hooge geestelijkheid om tegen te gaan de verdere deelneming aan do bedevaarten naar Rome, gaf den aartsbisschop van Aix Gouthe-Soulard aanleiding onder dagteekening van den 8 in antwoord daarop een brief aan minister Paillières te schrijven waarin o. a. het volgende voorkwam »Het regelingscomitó heeft de bedevaarten geschorst wanneer zij weder beginnen zal ik in het belang mijner diocese doen wat ik wil. Uw brief was dus onuoodig. Het gebeurde in het Pantheon was een tegen Frankrijk op touw gezet geval naar aanleiding van de bedevaart gangers Gij hadt iets beters te doen dan u te haasten om. een brief te schrijven, welke een treurig en hatelijk onding, wordt". En aan het slot Wij gevoelen ons vernodei'd door de jammerlijke ge beurtenissen in Italië en in Frankrijk, waar de regeer ders van den dag geen enkele gelegenheid laten voorbij gaan om den katholieken godsdienstwelke Italië en Frankrijk gemaakt heeft wat zij zijn, aan te vallen en te hooneu. Soms neemt gijlieden het woord vrede op de lippen, maar in de daden straalt altijd do haat en de vervolgingszncht door, omdat de Vrijmetselarij, deze oudste dochter des satans, regeert en beveeltduizendmaal hij verbluft te zijntot op het laatste oogenblik dacht hij vrijgesproken te zullen worden en, toen hij eindelijk voor het front van het bataljon gebracht werd, riep hij luidkeels om hulp. Daar er in onze zaal ten eerste plaats, en ten andere kribben ontbraken zond men hem naar de infirmerie later hoorde ik dat hij acht dagen lang geen enkel woord had uitgebracht en zeer droevig gestemd was geweest. Toen zijn wonden genezen waren, werd hij weggevoerd Nooit heb ik meer over hem hooren spreken. Wat de geneesmiddelen en de behandeling der zieken betreftmoet ik opmerken dat zij die licht ongesteld waren nooit de voorschriften van de geneesheeren in acht namon en geen artsenijen gebruikten terwijl de ernstige zieken over het algemeen de aanwijzingen stipt volgden zij namen huu dranken en poeders in om kort te zijn, zij verzorgden zich gaarne en gaven daarbij de voorkeur aau uitwendige middelen. Koppen bloed zuigers aderlatingen waarin het volk een blind ver trouwen steltstonden in ons hospitaal hoog aange schreven men liet ze met een zeker genoegen op zich toepassen. Een zonderling feit echter boezemde mij veel belang in menschen die zonder een zucht te slaken de vree- selijkste smarteu, door stokslagen en spitsroodeu veroor zaakt, verdroegen, kermden en klaagden over de minste kleinigheid, bijv.over het zetten van koppen. Ik durf niet zeggen dat zij comedie speeldenHet zetten van koppen ging bij ons op eeu zeer eigenaardige wijze. Daar het instrument, waarmede de vluchtige insnijdingen in de huid worden gedaan, defect was, moest men zich van een lancet bedienen. Om één kop te zetten, moeten er twaalf insnijdingen gedaau wordeu welke geen pijn veroorzaken, wanneer men het daartoe vereischte instrumentje gebruikt, want dat) geschiedt het in minder dan eeu oogonblik doch met de lancet is het oen geheel andere zaak zij gaat langzaam te werk en doet den patient veel pijn lijden; wanneer er tien koppen gezet moeten worden, moet de

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1891 | | pagina 1