No. 133.
Drie en Negentigste jaargang.
1891.
Y R IJ I) A (1
6 NOVEMBER,
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
EERSTE BLAD.
Cremeenteraad.
UJtll WRNi m: (OI IHM.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar j 0,8©franco door het
geheele rijk 1,
De 3 nummers O,©6.
Prijs der gewone Advertentlën
Per regel ©,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. OES
TER ZOON.
Telefoonnummer 3.
No. 12. WDllASD.AU -4 HOVËHBËR 1891.
Voorzitter de Burgemeester A. Maclaine Pont.
Tegenwoordig aanvankelijk 15, later 16 leden. Afwezig
de heer 0. J. Canters.
De Voorzitter opent de vergadering, waarna
1. de notulen der twee vorige vergaderingen worden
gelezen en goedgekeurd.
2. Deelt de Voorzitter mede, dat burg. en weth.
I den heer dr. M. N. J. Mollzer een lokaal van de
burgeravondschool hebben aangewezen ten dienste van
het door hem te geven hooger onderwijs
II op 30 September het nieuwe lokaal der algemeene
bewaarschool in de Doelenstraat opgenomen en in orde
bevonden hebben, tengevolge waarvan de door den ge
meenteraad bij besluit van 11 Pebruari 1891 n°. 9 toe
gezegde subsidie van f 2000 aan het bestuur dier school
uitbetaald is, zijnde in verband met dat raadsbesluit be
paald, dat de jaarlijksche subsidie van f 500 ingegaan is
1 October 11
III naar aanleiding van de klachten van den directeur
der gemeente-reiniging over de in de Pieterstraat heer-
schende duisternis, waardoor hij in dezen tijd van het
jaar die straat na afloop der markt niet kon schoon
maken, een gaslantaarn geplaatst hebben aan het pak
huis van den hoer Paleari aldaar, na ^.artoe van dien
heer toestemming te hebben gekregen
IV. op Zaterdag 3 October 11., des namiddags te half
twee, de overdracht van het voor de Cadettenschool be
stemde terrein door den heer W. F. Stoel, industrieel
alhier, aan den Staat der Nederlanden, behoudens goed
keuring bij de wetheeft plaats gehad bij notariëele akte,
verleden voor den notaris H. J. de Lange en dat over
eenkomstig de door den heer Stoel gestelde voorwaarde
de betaling der koopsom ad 28300 op dien dag heoft
plaats gehad; dat gelijktijdig bij onderh. akte door den
heer Stoel aan de gemeente Alkmaar overgedragen is
het perceel, kadastraal bekend in sectie E No. 268, na
betaling van den koopprijs van 300; dat voor de be
taling van dien gezamenlijken koopprijs op dien dag bij
de Nederlandsche Bank tijdelijk ter leen opgenomen is
de som van 28500;
V. een onderzoek naar de mogelijkheid, om den toe
stand der sloot in het begin van den Heiloërstraatweg
te verbeteren tot uitkomst heeft gehad dat het polder
bestuur van Overdie en Achtermeer beslist bezwaar had
tegen de uitdieping dier sloot, terwijl sommige bewoners
de daarover liggende bruggen ook bepaald wenschten te
behouden dat andere plannen tot verbetering zoowel bij
het polderbestuur als bij de bewoners op bedenkingen
stuittendat de duiker in den dam, toegang gevende
tot het land van den heer M. Jonges Kz., op uitnoodi-
ging van burg. en weth. aan het polderbestuurdoor
dien heer verlaagd en verbeterd is geworden, waardoor
de doorstrooming aanmerkelijk verbeterd isdat den
gemeente-architect thans opgedragen is de sloot verder
schoon te maken.
Voor kennisgeving aangenomen.
Brieven van Ged. Staten ten geleide van
3. het goedgekeurde raad-besluit tot vaststelling der
jaarwedde van de onderwijzeres aan de openbare school
voor meisjes, benoemd in plaats van mej. Musquetier,
op f 800
4. het voor zooveel noodig goedgekeurde raadsbesluit
in zake de cadettenschool;
5. de goedgekeurde le suppletoire gemeente-begrooting,
dienst 1891
6. het goedgekeurde raadsbesluit tot vaststelling der
jaarwedde van den directeur der burgeravondschool op
1000 en van den leeraar in de wiskunde op 300;
7. het goedgekeurde raadsbesluit tot aankoop van de
bonwkweekerij Middenhout
8. het goedgekeurde raadsbesluit tot het verleenen
eener toelage van 2000 aan het Hoofdbestuur der
Holl. Maatschappij van Landbouw voor de hier gehouden
tentoonstelling
9. de goedgekeurde gemeente-rekening, dienst 1890.
Ns. 3 tot en met 9 voor kennisgeving aangenomen.
Van Bnrgemeester en Wethouders.
10. Brief ten geleide van het proces-verbaal van op
neming der kas en boeken van den gemeente-ontvanger
op 29 Sept. 11.
Voor kennisgeving aangenomen.
11. Brief ten geleide van een schrijven van het hoofd
der openbare eerste tussclienschool, waarbij deze
verzoekt in het eerste lokaal dier school een schot te
plaatsen, ten einde de zoo wenschelijke afscheiding tus-
schen de beide laagste afdeelingen te verkrijgen. In dat
lokaal zitten 113 leerlingen, waarin maar 84 plaatsen
beschikbaar zijn, 't geen de orde niet kan bevorderen.
De daar werkzame onderwijzeressen moeten elkaar na
tuurlijk bij het les geven telkens hinderen. Burg.
en weth. achten het niet raadzaam in de lokalen dezer
school eenige verandering te brengen, zoolang geene be
slissing genomen is op de nog steeds aanhangige vraag,
of tot vergrooting der tusschenscholen zal worden over
gegaan doch oordeelen het wenschelijkdat de raad
bij het nemen dier beslissing kennis draagt van den in
houd van dit schrijven daarom bieden zij het den raad
ter kennisneming aan. Ter lezing gelegd.
12. Mededeeling, dat volgens den architect do stoot-
paal aan de noordoostzijde van de Rootorensbrug in
het kanaal sedert korten tijd, waarschijnlijk ten gevolge
van aanvaring, los is en hot niet onmogelijk isdat zij
gebroken is. Vervanging dier paal door eene nieuwe is
in ieder geval noodig, maar. daar die paal veelal de
kracht van de het Luttik-Oudorp binnenvarende schepen
moet stuiten, verdient het naar zijne meening overwe
ging haar te vervangen door een due d'alve. De kosten
van eene paal, van zwaardere afmetingen dan de tegen
woordige, zullen ongeveer 90, die van eene due d' alve
ongeveer 250 beloopen. Daar op de gemeente-begroo
ting voor 1891 voor die onvoorziene uitgaaf geen geld
beschikbaar is gesteld, verzoeken zij den raad te beslissen,
tot de plaatsing waarvan zal worden overgegaan en hen te
machtigen tot de uitvoering in den door den raad te
beslissen zin over te gaan.
Gesteld in handen dor vaste commissie van bijstand in
betrekking tot het beheer en onderhoud der plaatselijke
werken en eigendommen om bericht en raad.
13. Rapport op het voorstel van drie raadsleden om
gedurende een vol jaar de botermarktbij wijze van
proef, te houden op de overdekte graan- en zaad markt,
om na afloop van dat proefjaar te beslissen, op welke
plaats die markt verder zal worden gehouden. Burg.
en weth. wonnen zoowel omtrent dat voorstel als
omtrent de adressen, zoo vóór als tegen ingekomen,
het gevoelen van de kamer vau koophandel en fa
brieken in. Het van dat college ontvangen advies
wordt overgelegd. Aan dat advies worden de vol
gende bijzonderheden ontleend. Het voorstel beoogt
die verplaatsing, bij wijze van proef, gedurende
eene aanmerkelijke tijdruimte. De noodzakelijkheid al
thans de wenschelijkheid dier verandering, moest dooi
de voorstellers overtuigend worden aangetoond. Immers,
men doet geene proefnemingen allerminst op het gebied
van het marktwezen alleen om te zien of het op eene
andere wijze of op eene andere plaatsmisschien
beter of slechter gaat. In de memorie van toelichting
wordt gezegd dat het Pand van het Waaggebouw is
1°. tochtig en in den winter zeer koud2°. vrij
duister gedurende het grootste deel van het jaar; 3°.
te klein op drukke marktdagen; 4°. te zeer in de onmid
dellijke nabijheid van de veemarkt. Van de overdekte
graan- en zaadmarkt daarentegen wordt gezegd, dat zij
alle voordeelen aanbiedt, welke men denken kan, dat zij
is helder, ruim en rein. Dat zij minder tochtig en koud
is in den winter dan het Pand wordt niet gezegd, en is
dan ook zeer zeker niet het geval. De open lucht heeft
daar vrij spel, des wiuters jaagt somtijds de sneeuw bij
hoopen onder het afdakdes zomers vallen de zonne
stralen met verzengende hitte op het weinig beschutte
terrein. Reeds daarom is die plaats voor de botermarkt
niet geschikt te achten. Boter is een veel gevoeliger
artikel dan granen en zaden. Het stof, dat in de open
ruimte der graan- en zaadmarkt, alleen van boven door
een aldak en aan ééne zijde door een muur beschut, door
den wind wordt opgejaagd, is even verderfelijk voor bo
ter als onschadelijk voor granen. Zoo is het ook met de
werking der zonnestralen.
Is dus naar hare meeningde overdekte graan- en
zaadmarkt op zich zelf een ongeschikt terrein voor de
botermarkt, de ligging van dit terrein is zoodanig, dat zij
in ieder geval de voorgestelde proefneming sterk moet
ontraden. Wat de voorstellers aanmerken als een gebrek
van de tegenwoordige marktplaats voor boter, dat zij is
gelegen in de onmiddellijke nabijheid van de veemarkt,
acht zij juist een groot voordeel, aan de tegenwoordige
plaats verbonden. Die plaats toch ligt in het centrum
van het marktverkeer. Dientengevolge kunnen de koop
lieden bijna gelijktijdig aanwezig zijn op de veemarkt,
de botermarkt, de kippen- en eendenmarkt en de ijzer-
markt, op het Hof gehouden en de eierenmarkt in de
Langestraat. Brengt men de botermarkt buiten dit
centrum dan is het gevaar grootdat die markt zal
verloopen. De kamer wees er reeds op in haar schrijven
van No. 16 van 4 October 1890 aan den gemeenteraad,
hoezeer groote omzichtigheid noodzakelijk is bij het maken
van veranderingen in een bestaand marktverkeer. Het
gold toen de verplaatsing van de eierenmarkt uit de
Langestraat naar het Hof De Raad besloot met alge
meene stemmen, conform dat advies, om op het verzoek
tot verandering dier marktplaats afwijzend te beschikken.
Dezelfde motieven, die toen tot de afwijzende beschikking
leidden, gelden thans tegen het voorstel tot verplaatsing
van de botermarkt. Zijn er gebreken in de tegenwoordige
inrichting der markt,, men ver betere die. Men zij in die
verbetering zoo vrijgevig mogelijk men ontzie deswege
geene kosten. Immers die kosten worden rijkelijk ver
goed door het voordeel van een bloeiende markt. Maar
men late die markt op de plaats waar het verkeer die
heeft geschapen
Burg. en weth. herinneren, dat zij van eene verplaat
sing der botermarkt van het Pand van het Waaggebouw
naar de overdekte graan- en zaadmarkt voor goed nimmer
voorstanders zijn geweestzooals duidelijk blijkt uit
hunne rapporten omtrent dat punt reeds ten vorigen
jare uitgebracht, toen die verplaatsing ter sprake kwam.
Evenmin kan eene proefnemingals thans voorgesteld
wordt, door hen ondersteund worden. Volkomen stemmen
zij in met de bezwaren daartegen door de Kamer van
Koophandel en Fabrieken ingebracht. Proefnemingen op
het gebied van marktwezen zijn naar hunne opvatting
alleen dan aanbevelenswaardigwanneer die door de
groote meerderheid van belanghebbenden gewenscht wordt.
En dit is in deze zaak volstrekt niet het geval. Ver
reweg de meerderheid der bij die markt belanghebbenden
zijn tegen de verplaatsing gestemd en waarom zal, de
gemeente dan eene proef nemen, waarvan de mislukking
nadeel zal doen ontstaan terwijl zij slagendenooit
voordeel zal aanbrengen. Werden voor den boterhandel
van het terrein der graan- en zaadmarkt geene nadeelen
gevreesd, als de Kamer van Koophandel uiteenzet, het
ware nog een ander gevalmaar met die bezwaren
rekening houdende, zou- de verplaatsing der botermarkt
meer tengevolge hebben verplaatsing dan opheffing dei-
aangevoerde grieven, welke overigens bij de onmiddellijk
belanghebbenden bij dien handel niet zoo zwaar schijnen
te wegen. Zij vinden dus geene vrijheid het voorstel dei-
drie raadsleden te ondersteunen en stellen aan den ge
meenteraad voor, zich daarmede niet te vereenigen.
Ter lezing gelegd.
14. Brief van de plaatselijke commissie van toezicht
op het middelbaar onderwijs ten geleide van een
afschrift van het door haar den 3 September 1891 aan
den Minister van binnenlandsche zaken gericht schrijven,
waarin zij gemeend heeft, den Minister in overweging
te moeten gevenn i e t te verleenen de bij raads
besluit van 29 Juni dezes jaars verzochte dispensatie
van het geven van onderricht in de natuur- en werk
tuigkunde aan de burgeravondschool, daar zij hot onder
richt in die vakken hoogst noodzakelijk acht voor eene
goede opleiding van de leerlingen dier school, waarom
zij dat onderricht dan ook vroeger zonder eenige be
denking in haar plan tot hervorming opnam.
Voor kennisgeving aangenomen.
15. Brief van regenten van het gasthuishoudende
aanbeveling van de heeren C. Janssen Cz en P. de Lange
PBz. ter verkiezing van een regent, in plaats van den
heer C. Janssen €z.met 31 Dec. periodiek aftredende,
doch herkiesbaar. Ter lezing gelegd.
16. Adres van den heer Jan Pot waarbij hij
veroekt in overweging te willen nemen om, indien het
mocht blijken wenschelijk te zijn over te gaan tot het
doen maken van een behoorlijken los- en laad steiger
aan de Kanaalkade, tusschen het Doodegat en de Bokke-
sluis, tegenover de gasfabriek of tegenover de Nieuwe-
sloothetzij één lange steiger (p.m. 30 M.) of wat vrij
zeker meer gewenscht is 5 of 6 korte steigers, ieder
p.m. 5 k 6 M. Nu het dagelijksch bestuur van Alkmaar
ongenegen blijktof het onmogelijk acht, den toestand
der stadswallen en grachten in overeenstemming te
brengen met de vermeerderde eischen van den tegen-
woordigen tijd en booten die vroeger in de stad laden
en lossen konden langs een omweg dwingt de Kanaal
kade tot ligplaats te kiezenvertrouwt hijdat een on
derzoek van deskundigen zal doen zien dat de gelegen
heid tot lossen en laden aan de Kanaalkade eene gemeente
als Alkmaar onwaardig isafgescheiden nog van de
totale afwezigheid van eenige mechaniek (kraan of bok) tot
het lossen en laden van zware voorwerpen. Dat vroegere
voorstellen indien ooit gedaan tot besteigering van de
geheele Kanaalkadeniet tot verwezenlijking gekomen
zijn, heeft misschien zijn oorzaak in onmogelijk kostbare
bouwplannen. Neemt men echter den steiger dor meel
fabriek tot modelof maakt men constructies met ge-
creosoteerd of anderszins bereid hout of ijzer voor palen,
gordingen en leggers dan vertrouwt hij dat een proef
met 2 of 3 steigers der gemeente geene te groote
offers zal kosten en zoowel den inwoners als vreemde
lingen gerieven.
De Voorzitter stelde voordit adres om bericht
en raad te stellen in handen van de vaste commissie
van bijstand voor de plaatselijke werken en eigendom
men. De heer Kraakman achtte het beter dit adres*
ter secretarie neder te leggen. Op deze zeer zeker niet
onbelangrijke zaak was de aandacht gevestigd en dit
kon aanleiding geven, dat burg. en weth., van wie hij
in ieder geval het liefst een voorstel ontving, aan die
verbetering hunne aandacht bleven wijden. De Voor
zitter heeft daartegen geen bezwaar. De heer Boel
mans ter Spill zag het adres dan toch liever in
handen van burg. en weth. gesteld ter overweging. Dit
denkbeeld werd ten slotte aangenomen; hadden burg. en
weth. eenmaal een voorstel gereed, dan zon de commis
sie van bijstand toch gehoord kunnen worden.
17. Verzoek van elf bewoners van de Wognumsche
buurt om verlichting van den grintweg van af het door
den heer Hemesath bewoonde huis tot aan het einde van
de op dien weg geplaatste boomen, daar de ondervin
ding geleerd heeft, dat het op dien weg in het najaar
en den winter zeer donker kan zijn en men niet in
staat is aldaar zonder gevaar te rijden.
De Voorzitter stelt voordit adres ter visie te
leggenom daarop zooveel acht te slaan als de raad
vermeent te behooren, wanneer eventueel uitbreiding der
gemeente-verlichting aan de orde wordt gesteld.