Hel werkplan der Hepering. UIT SIBERIË. No. 140*. Drie en Xüegentigste Jaargang. 1891. Z 0 N1) A <J 22 NOVEMBER. TWEEDE BLAD. Officieel Gedeelte. Stads-V roedvr ouwen. FEUILLETON. ALkHUItSCHÏ. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar j 0,8©franco door het geheele rijk 1, De 3 nummers ©,©6. Aria vAi Telefoonnummer 3. (lOI'RAAT. Prijs der gewone Advertentiën Per regel O,IS. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. CuS- TER ZOON. Burgemeester en Wethouders van ALKMAAR brengen ter kennis van belanghebbenden, dat zij, tenge volge van de ongesteldheid van mej. C. C. BESlJN waardoor deze verhinderd is de betrokking van stads- vroedvrouw in de wijken C, D en P waar te nemen, aan mej. MöIjDER, voorloopig gevestigd ten huize van mej. C. C. Besijn, aan het Luttik-Oudorp, Tan af heden opgedragen hebben de waarneming van de betrekking van stads-vroedvrouw in die wijken. Burgemeester en Wethouders voornoemd Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 18Nov. 1891. De Secretaris, NUHOUT VAN DER VEEN. «Voorloopige gedachtenwisseling" noemden wij in ons artikel van 25 October 11. het onderzoek der wetsvoor- drachten in de afdeelingen der Kamer en het antwoord dat door de Regeering wordt gegeven op het daarvan opgemaakt verslag. Een paar dagen te voren was toen het verslag verschenen van het afdeelingsonderzoek der Staatsbegrooting voor het volgende jaar; sinds een paar weken heeft thans de memorie van antwoord van de Regeering het licht gezien. Wat lezen wij daarin naar aanleiding van de tot haar gerichte vragen en opmer kingen Wat de bedenkingen omtrent de wording van het Ministerie betreft, schaart de regeering zich aan de zijde van die leden der Tweede Kamer, die elke vraag om inlichtingen omtrent vertrouwelijke besprekingen en het raadplegen van personen voordat aan een lid van het nieuwe Kabinet de samenstelling van een Ministerie is opgedragen, een inbreuk achten op de vrijheid der Kroon in de keuze harer raadgevers. «Al had de Regeering dienaangaande volledige wetenschap, wat natuurlijk bet geval niet is" aldus luidt haar antwoord «zou een mededeeling hieromtrent nimmer het onderwerp van parlementaire gedachtenwisseling kunnen zijn." Wij behoeven niet te herhalendat wij van dezelfde mee ning zijn. Evenmin wenscbt de Regeering zich in te laten met de beantwoording van de vraag, of het Ministerie, nu niet één der invloedrijkste personen op politiek gebied met zijne samenstelling werd belast, wel als een parle mentair Ministerie kan beschouwd worden. Het genoegen om daarover te twisten laat zij aan anderen over; maar wat zij verder zegt is van meer belang. Hare leden zijn eenstemmig omtrent de gedragslijn die door haar zal worden gevolgdde beginselen en de geest waarin zij hunne taak wenschen te vervullen, zijn dezelfde die zij steeds op parlementair gebied hebben voorgestaan. Naar (54) DOOR I. n. BOITOJEWSKY. Wij moeten hard werken en wij krijgen slecht eten momelde iemand in de keuken. Wanneer je dat niet bevalt, moet je pudding be stellen," antwoordde een ander. Koolsoep? Dat is een heer lijk eten, waarvan ik bijzonder veel houd riep een derde. «Zeer sappig En wanneer ge geen ander voedsel dan het afval van een os kreegt, zoudt ge dat ook lekker vinden?" Jadat is waar men moest ons vleesch geven beweerde een ander; «wij werken hard op de fabriek, en wanneer wij onze taak volbracht hebben lijden wij nog honger afval voedt niet," Omdat zij ons dat niet geven voeden zij ons met allerlei andere vuiligheid." Ja, het eten is al heel slecht." Hij vult zijn zakken, daar kunt ge verzekerd van zijn." Dat raakt je niet." Wien raakt het dan? Mijn maag raakt hetWan neer wij allen klaagden, zondt ge eens zien Ons beklagen Ja." Hebben zij ons dan niet genoeg voor onze klachten geslagen Dwaas die gij zijl Dat is waar," voegde een ander, die schijnbaar zeer slecht geluimd was, er aau toe, «haastige spoed gaat zelden goed. En waarover zoudt ge je ook be klagen Dat weet ik wel. Wanneer iedereen ging zou ik ook gaanwant ik sterf van honger. Zij die nog ander eten bovendien gebruikenkunnen gemak die beginselen en in dien geest wenschen zij het algemeen Volksbelang te behartigen en aan de voorschriften der Grondwet uitvoering te geven. Eendrachtig hopen zij daartoe met de Staten-Generaal samen te werken. Daarom kan het onverschillig zijn wie voorzitter is van den Raad van Ministers. Een Leider of vasten Voorzitter kent het Reglement van Orde van dien Raad nietelk lid heeft het recht om achtereenvolgens het voorzitterschap te bekleeden. Geheel in overeenstemming met hetgeen de Regeering bij de behandeling van het adres van antwoord op de Troonrede verklaarde, deelt zij thans mede, dat de voor bereiding van de wetsvoordracht tot regeling van het kiesrechtonmiddellijk na haar optreden ter hand ge nomen geregeld wordt voortgezet; maarde verza meling en bewerking der noodige bouwstoffen en gege vens vorderen »eenige tijdsruimte." Zoodra de voordracht echter gereed en de Raad van State er over gehoord zal zijn, zal zij ook worden ingediend, en de Regeering ver trouwt dat de Kamer alsdan met bekwamen spoed de overweging en afdoening zal willen bevorderen. Aldus werpt de Regeering de verdenking van zichwaarvan zij zich in de oogen van sommige Kamerleden maar niet schijnt te kunnen schoonwasschen, dat zij de herziening van het kiesrecht opzettelijk wil vertragen en zooveel mogelijk naar den achtergrond dringen. Laat ons hopen, dat er thans ook bij deze Kamerleden genoeg vertrouwen is gewekt om de Regeoring rustig aan het werk te laten en dat hunne zenuwachtige gejaagdheid tot bedaren is gekomen. Er zijn nog audere belangrijke zaken te re gelen dan het kiesrecht, en, zegt de Regeering, «waar zoo menige voorziening noodig isschijnt de beschik bare tijdsruimte te moeten aangewend worden om zooveel mogelijk voor te bereiden en, zooveel het kan, tot stand te brengen. De overweging, dat eene nieuwe kieswet to eeniger tijd den arbeid der Kamer zon kunnen doen staken, mag wellicht een spoorslag zijn tot voortvarende werkzaamheid." Zoo zij hetFlink ter hand genomen wat voldoendo is voorbereid, rustig en met voortvarend heid gearbeid aan hetgeen door de Regeering wordt in gediend en afgedaan wat voor afdoening rijp isnaar den eisch van tijd en omstandigheden. Zoo eischt de nood van sommige gemeenten onver wijlde hulp, die niet kan wachten op een herziening van de Provinciale- en de Gemeentewet. Wel maakte ook van die herziening de Troonrede gewag, maar met het oog op al den anderen arbeid meende de Regeering haar in tijdsorde te moeten stellen na de regeling van het kiesrecht. Bij de herziening der Gemeente wet zal men bedacht moeten zijn op een billijker verdeeling van lasten tusschen Rijk en Gemeenten. Meermalen is er op gewezendat de kosten der uitvoering van rijkswettenvan voorschriften van den wetgever in het algemeen volksbelang, voor het geheel of voor een te groot deel drukken op de gemeenten. De wet op het lager onderwijs wordt veelal als sterkspre- kend voorbeeld genoemd maar zij is de eenige niet. Van die kosten wenscht de Regeering een grooter deel ten laste van het Rijk te brengen en daardoor de fmancieële ju» i ir ip yü Jfc kelijk tevreden zijn maar zij die het gewone maal alleen Wat heeft die afgunstige kameraad een doordrin genden blik Zijn oogen schitteren reeds alleen door te zien wat hem niet toebehoort. Komaan kameraden waarom nemen wij geen be sluit Wij hebben genoeg geleden, zij laten ons dood hongeren, die ellendelingen. Kom, laten wij gaan!" Waartoe zou dat dienen Zij zouden het eten voor je moeten kauwen, he? en het in je mond stoppen, niet waar Zie mij nu zulk een dwaas aan Bedenk toch dat wij dwangarbeiders zijn Daarin ligt juist de oorzaak van alles." En zooals het altijd gaat, het volk sterft van hon ger, terwijl de meerderen zich te goed doen." Zoo is het. Onze achtoogige wordt aardig dik. Hij heeft pas een paar nieuwe schimmels gekocht." Hij houdt toch niet van drinken zeide een der gevangenen op spottenden toon. Eenigen tijd geleden heeft hij veel met kaartspel verloren. Twee uren lang heeft hij gespeeld, zonder een cent op zak te hebben. Fedka heeft het zelf verteld. Daarom krijgen, wij koolsoep met het afval der koebeesten." Jelui zijt allen groote dwazen Wat raakt ons dat?" Zeker raakt ons dat, wanneer wij allen gezamelijk klaagden, zouden wij kunnen zien, hoe hij zich tracht te rechtvaardigen. Laten wij het eens beproeven." Zich rechtvaardigen Hij zou je zijn vuist eens la ten gevoelen en verder niets." Dan moet hij voor het gerecht komen." AI de gevangenen waren hoogst opgowondon, want ons voedsel was inderdaad afschuwelijk en wat de alge meen e ontevredenheid ten top deed stijgen, was de angst, de voortdurende kwellingen, de onrust. De dwangarbei ders zijn twistziek van aard, doch zelden staan zij in me nigte op, daar zij het nooit onder elkaar eens zijn dat ge voelde ieder van hen, daarom gaven zij eerder hun gemoed in een vloek lucht, dan dat zij krachtdadig op traden. Ditmaal, echter, had de ontevredenheid ernstiger lasten der gemeenten te verlichten. Met het oog op die nieuwe verdeeling van lasten moeten doen ook de regelen omtrent de heffing der plaatselijke belastingen worden herzien en de bevoegdheden der gemeentebesturen op dit gebied worden vastgesteldmaar daarop kunnen alle gemeenten niet wachten er zijn er onder die met recht den naam van «noodlijdende" dragen; haar moet tijdelijke steun worden verleend, totdat de nieuwe regeling zal zijn tot, stand gekomen. De Regeering wenscht dit reeds voor het volgende jaar te kunnen doen en zal de daartoe strekkende voorstellen indienen, zoodra zij van de Gede puteerde Staten van alle provinciën de noodige door haar gevraagde inlichtingen zal hebben ontvangen, wat, naar zij verwacht, spoedig het geval zal zijn. Nog op een ander gebied zijn tijdelijke voorzieningen noodig. «Omtrent de noodzakelijkheid eener spoedige en behoorlijke regeling onzer levende strijdkrachten" schrijft de Regeering «kan moeielijk verschil van gevoelen bestaan." Wat zij er aan toevoegt zal wel voor niemand een verrassing wezen, die zich herinnert hoe bij de behandeling der legerwet van den Minister Bergansius de liberale partij gelegenheid vond om zich althans omtrent één hoofdbeginsel te verklaren toch zullen velen de volgende woorden met genoe gen in het antwoord der Regeering lezen «Dat de invoering van den persoonlijken dienstplicht daarbij op den voorgrond moet worden gesteld, staat bij haar vast." Maar ook de wet tot regeling van den verplichten krijgs dienst eischt zorgvuldige voorbereiding en onderzoek, en kan zelfs na hare verschijning inhet Staatsblad hare wer king eerst na verloop van enkele jaren doen gevoelen. Toch bestaat de mogelijkheid, dat vóór dien tijd onverwachts, ons leger wordt opgeroepen tot een taak, waarvoor zijne krachten volgens een bijna eenstemmig oordeel te zwak zijn. Met het oog op die mogelijkheid zijn reeds her haaldelijk tijdelijke maatregelen genomen om in tijd van nood over meer manschappen te kunnen beschikken, dan onze militiewet met haar beperkte jaarlijksche lichting en vijfjarigen diensttijd aanbiedt. De tegenwoordige Re geering heeft dit voorbeeld gevolgd en mede als tijdelijke voorziening een noodwet ingedienddie thans bij de Tweede Kamer in behandeling is. Ook tot verdere ver betering van kazernen en kazerneleven zullen ten spoe digste de noodige maatregelen worden genomen. Behalve deze tijdelijke voorzieningen zal volgens het werkplan der Regeering althans één groot en belangrijk werk, niet van tijdelijken, maar van blijvenden aard, in dit zittingjaar tot stand kunnen komen, en wel wij vermelden het met groote ingenomenheid «de verbe tering van het Rijksbelastingwezen." Verscheidene wets ontwerpen zijn daarvoor in bewerking, die alle één geheel uitmaken en in de Memorie van Toelichting van het eerste ontwerp zal een uiteenzetting worden gegeven van het geheele plan. Dat ontwerp zal niet lang meer uit blijven; en wanneer samenwerking van Staten-Generaal en Regeering dit groote werk, de verbetering van ons Rijksbelastingstelsel, in den loop van dit zittingjaar tot stand brengt, zal het Nederlandsche Volk reden hebben tot tevredenheid. gevolgen. In de kazernen vormden zich groepen, die het slechte beheer van onzen majoor geducht hekelden en er al de geheime beweegredenen van trachtten te door gronden. Zooals het gewoonlijk met zulk een zaak gaat waren er bjjzonder ontevredenen, die de anderen ophit sten. Deze lieden zijn bij dergelijke gelegenheden zeer merkwaardige personen, niet alleen in de -gevangenissen, maar in alle vereenigingen van werklieden, bij de mili tairen, enz. Dat eigenaardige type is overal hetzelfde het zijn altijd vurige menschen, die rechtvaardig behan deld willen worden en zeer naïf en eerlijk overtuigd zijn, dat hunne wenschen niet onmogelijk te verwezenlijken zijn voorts zijn zij niet dommer dan de anderen men vindt er zelfs zeer ontwikkelden onder doch zij zijn te heftig om slim en voorzichtig te kunnen handelen. Wan neer men mannen ontmoetdie de menigte weten te leiden en hun doel weten te bereiken, behooren zij reeds tot een ander type van volksleidersdat bij ons uiterst zeldzaam is. Zij over wie ik spreek, de raddraaiers van opstandenbereiken bijna altijd hun doel doch komen ook bijna altijd iu de gevangenis Door hun on besuisdheid delven zij steeds het onderspit doch juist diezelfde onbesuisdheid geeft hun invloed op de menigte: men volgt hen gaarne, want hun ijver, hun eerlijke veront waardiging wekken ieder op, zoodat zelfs de meest beslui- telooze medegesleept wordt. Het blinde vertrouwen, dat zij. in het welslagen hunner pogiugen hebben brengt zelfs den meest verstokten scepticus iu verzoeking, niettegenstaande het op zulke onzekere, onpraktische gronden berust, dat men zich verwondert hoe iemand er zich door kan laten verleiden. Het geheim van hun invloed is, dat zij zonder voor iets vrees te koesteren voorwaarts gaan met ge bogen hoofd vaak niet wetende wat zij doen onder nemen zij een groote zaak. zonder dat praktische jezuitisme in het oog te houden, waardoor somtijds een laaghartig, baatzuchtig inensch zijn doel bereikt zonder het slacht offer van do zaak te worden. Zij echtermoeten ten onder gaan. Iu het gewone leven zijn het prikkelbare lastige menschen, soms zeer bekrompen wat overigens juist hun kracht uitmaakt. Betreurenswaardig is het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1891 | | pagina 5