Openbare Verkooping Boerenwoning Wei- en Hooiland, Buitenland. Kantongerecht te Alkmaar. KAASMARKT. Woensdag 30 Dec. 1891. Advertentien. Invoer van Nederlandscli vee in Engeland. Arrondissements-Rechtbank te Alkmaar. hechtesterke en goed onderhonden bjj Geel geen sprake integendeel blijkt zijn ijver om de arbeiders van bet juk der slavernij te verlossen steeds grooter te worden Zoo iemand gratie te verleenen zon, naar onze bescheiden meening, onverantwoordelijk wezen; zijn de woorden van Domela Nieuwenhuis waar, dan kan men zelfs met vreeze den terugkeer van Geel in de maat schappij terugzien, want waartoe moet iemand, die reeds met voorbedachten rade een moordaanslag durfde ple gen wel niet in staat zijn als de kerker hem nog gestijfd heeft in zijne verbittering tegen de bezitters en de handhavers der orde? Had prof. Allard Pierson toen hij van Domela Nieuwenhuis een schrijven ontving om te willen medewerken tot de in vrijheidstelling van »een jongmensch, dat een strafwaar dige daad pleegde", geweten, dat diezelfde Domela Nieuwen huis op de meeting Geel's moordaanslag verheerlijken zon, gewis, hij had zijne adhaesie niet geschonken. En wat moet men zeggen van den leider der socialisten, die Pierson's woorden »hoe schoon zon het zijn als het Kerst feest den ongelukkige gelouterd aan de vrijheid weder gaf" in znlk een daglicht stelde, als zou ook de hoog leeraar onder dat gelouterd" eene versterking in de beginselen der socialistische partij hebben verstaan Dat is weer een mooie bijdrage voor den schrijver der bro chure: Domela Nieuwenhuis ontmaskerd. Op verzoek der redactie van het Dagblad »de Amster dammer" heeft de heer Gerritsen zijne verklaringen voor de enquöte-com missie dezer dagen in genoemd blad gepubliceerd. Zooals men weten zal, hebben de burge meester en de beer Pijnappel zich in den gemeenteraad met hand en tand verzet tegen de opname daarvan in het Gemeenteblad, omdat zij daaraan geen officiëel ka rakter wilden geven. De wijze, waarop de heer Gerritsen zich tot ziiDo medeleden in den raad had gewend, deed bij velen hot vermoeden ontstaan, dat wij aan den voor avond stonden van verschrikkelijke onthullingen over de wijze, waarop de gemeente hare werklieden exploiteerde. Als men de bewuste verklaringen evenwel leest, krijgt men dien indruk volstrekt Diet. Den algemeenen loon- standaard in aanmerking genomen, betaalt de gemeente volstrekt niet benoden de markt; alleen de arbeiders in dienst van den aannemer der meststoffen een con cessionaris alzoo hebben aanspraak op lotsverbetering. Een storm in een glas water zoo zal zeker eenmaal de historieschrijver van Amsterdam de discussie noemen, ovor de verklaringen des heeren Gerritsen in den gemeen teraad gevoerd. Nieuwe heeren nieuwe wetten dat ondervindt, de hoofdstad ook. De voordracht van het vroegere dagelijk- gche bestnnr om het schoolgeld der Hoogere Bur- gersèJtool met vijfjarigen cursns van 60 op 100 te brengen, geen genade kunnen vinden in de oogen van de nn aan het i"0?r staande b. en w. Zij willen die f 60 niet alleen behondeh maar tevens tegen veel ge ringere vergoeding de gelegenheid openstellen tot het bijwonen van de lessen in enkele vakkè2. Zeer humaan is hun voorstel om noch voor de H. B. 8. noeh VOOr de Handelsschool bijdragen te vorderen van leerlingen die uitmunten door bekwaamheid en aanleg en wier ouders of voogden onvermogend zijn tot het betalen van het schoolgeld. Het bestnnr der afdeeling Amsterdam van het Alg. Ned. Werkliedenverbond „Patrimonium", dat voort durend teekenen van leven geeft, doet ook dezor dagen weder van zich spreken, nn het zich met een adres ge wend heeft tot de Tweede Kamerwaarin met groot leedwezen wordt herinnerd aan de verklaring van den minister van marine, dat de nieuw aan te bouwen sche pen voor de zeemacht in Indië misschien alle in het buitenland zullen worden vervaardigd. Steunende op de gnnstige meening van den tegenwoordigen minister om trent de «Reinier Claessen" en »de Koningin Wilhel- mina der Nederlanden", beweren adressanten, dat de be wuste schepen even goed op de particuliere werven in Nederland of op 's Rijks werf te Amsterdam gebouwd kunnen worden. FRANKRIJK. Kamer. Den 21 werd het wetsontwerp tot verlen ging der handelsverdragen behandeld. De heer Deloncle stelde de verdaging van dit ontwerp voor. Naar zijn inzien was het uit een staatkundig oogpunt gevaarlijk en ongrondwettig. De minister van buitenl. zaken de heer Ribotantwoordde dat hij niet begreep in welk opzicht dit wetsontwerp ongrondwettig kon zijn. De regeering wilnoch rechtensnoch feitelijk iets prys geven van de voorrechten van het uitvoerend gezag. De heer Léon Say stelde als amendement voor, de handels verdragen voor den tijd van zes maanden te verleugen, opdat de regeering in de gelegenheid mocht zijn hare maatregelen op economisch gebied voor te bereiden. Dit amendement werd met 440 tegen 94 stemmen verworpen. De heer Deloncle stelde daarop de onbepaalde verdaging van het wetsontwerp voor op den reeds door hem aan- gevoerden en hierboven medegedeelden grond. De heer Méline vroeg, in het belang des lands, voor het kabinet het recht om meester te blijven van de tarioven. Men late de regeering volle vrijheid van handelen. De door Duitsehland gesloten verdragen waren geene werkelijke ver dragen, maar eenvoudig handelsovereenkomsten. Italië verbond zich voor slechts 58 van de 840 artikelen België voor 62, DuiLchland voor 86 van de 922. Bij het slniten dezer overeenkomsten was het Dnitschland's doel, Frankrjjk mede te sleepen op de sedert 1869 be treden helling. Frankrijk's rol was: toezien en afwachten. Minister Ribot verklaarde, dat hij vertrouwde in de voordeelen van het stelsel der dubbele tarieven. Het thans aangeboden wetsontwerp heeft niets ongrondwet tigs en verbindt de regeering niet. Laat ons hopen, zeido hij, dat de door het Parlement goedgekeurde verdragen door do vreemde natiën worden aangenomen. Zweden en Noorwegen, Nederland, België, Zwitserland en Spanje zullen ons geen tarieven-oorlog aandoen. Laat ons hopen, dat Italië onze tarieven zal aannemen. Tegenover deze verklaringen van den minister trok de heer Deloncle zjjne motie tot verdaging in. Na aanneming van art. 1 en art. 2 werd ten slotte het ontwerp in zijn geheel goedgekeurd. Op voorstel van den heer Méline werd besloten, den 22 het toltarief in behandeling te nemen. De commissie, belast met het onderzoelf vau de vraag. of de algemeene akte der internationale Congo-conferentie te Brussel moet worden aangenomen heeft daarin toe gestemd, omdat door de aangebrachte wijzigingen, strek kende om voorloopig eenige artikelen in overweging te houden, voldoening aan de Kamer werd gegeven. De beraadslaging over bedoelde akte is aan de orde gesteld. Ken hulde aan Holland uit Amerika. Wij ontvangen uit Amerika» De Zegevierende Rupubliek." Dat is de vertaling van Andrew Carnegie's Triumphant Democracy. Het is vertaald door den heer George W. van Siclen, die als lid van »the Holland Society" verleden jaar Holland bezocht. Hij vertaalde het om zijn sstamgonooten van het va derland bekend te maken met de stoffelijke welvaart welke het gevolg is van de beginselen der burgerlijke en godsdienstige vrijheid van het Holland der 16e eeuw in het land, waar in het begin der 17e eeuw zijne voor ouders zich bet eerst vestigden." Met »Oranje boven!" besluit hij de voorrede van dit boek dat gedrukt is bij Friesema brothers Detroit Michigan. De heer Carnegie gaf vergunning tot de vertaling en drukt de hoop uit»dat sommigen van den ouden stam daardoor aangespoord zullen worden zich aan de Re; u- bliek der V. S. aan te slniten. De Nederlanders zijn van hooge waarde voor elk land, waar zij zich vestigen Nu, te rekenen van 1 December 1891, de additioneele quarantaine, waaraan Nederl. vee bij invoer in Engeland sedert den laatsten tijd onderworpen is geweestwerd ingetrokken en teruggebracht op het wettelijk minimum van 12 urenachten de ministers van binnenl. zaken en van waterstaat het nuttig te doen uitkomendat ditzoo niet geheeldan toch voornamelijk te danken is aan de stipte naleving der voorwaardenwaaraan de landing van Nederl. vee in Engeland onderworpen is. Zij meenen belanghebbendenmet herinnering aan het bericht, opgenomen in de Staatscourant van 4 September 1889 opnieuw met den meesten aandrang te moeten wijzen op het gewicht van alleen in alle gevallen gezond vee naar Engeland uittevoeren en hen tot de grootst mogelijke waakzaamheid aan te sporen, opdat de dezer zijds en door Engeland voorgeschreven maatregelen stipt in acht worden genomen. In verband hiermede wordt hunne aandacht opnieuw gevestigd op de bepalingen van hoofdstuk 32 van de Animals order of 1888" en voornamelijk op de voorwaarden waaraan de landing van Nederl. vee in Engeland is onderworpen van welk een en ander in de Staatscourant van 19 December eene vertaling wordt gegeven waarbij in acht is te nemen dat ten opzichte van het veeartsenijknndig staatstoezicht de Board of Agriculture" sedert in de plaats van de »Privy Council" is getreden. Arbeids-lnspectie. De eerste jaargang is verschenen van de verslagen van de inspecteurs van den arbeid; zij loopen over 1890. De inspecteur in de eerste arbeidsin spectie, die 401 fabrieken en werkplaatsen bezocht, meldt, dat de uitvoering der arbeidswet vooral in den beginne nog zeer veel te wenschen overliet, voorname lijk omdat vooral de kleinere werkgevers nog niet ge noegzaam bekend waren met de bepalingen der wet en sommige werkgevers het er aanvankelijk maar eens op waagden om al of niet bekeurd te worden. Onder de bedrijven, die al te groote moeielijkheden ondervonden van de arbeidswetbehoorden 1° de oesterputten 2 de beetwortelsuikerfabrieken 3° fabrieken van „evapo rated vruchten. De bezwaren, door werkgevers tegen de arbeidswet ingebrachtkomen in hoofdzaak hierop neder dat voor jeugdige personen en voor vrouwen het einde van den werktijd op 7 uren 's avonds is bepaald. Wat betreft de inrichting der fabrieken en werkplaatsen, constateert hij, dat de werkgevers wel de goede richting willen volgen. De tijd moot en zal hier ongetwijfeld voel verbeteriug brengen. Tegenover allerlei tekortkomingen kan ook dikwijls reeds op zeer voldoende toestanden worden gewezen. De beveiliging der werklieden tegen ongevallen door werktuigen laat echter nog veel te wenschen overal streven reeds vele fabrikanten naar verbetering. Behalve pensioenfondsenheeft hij nog geen in stellingen van eenige beteekenis in het belang der werk lieden aangetroffen. Winkelnering, vooral do gedwongeue verdwijnt meer en meer. De meeste fabrieken en werkplaatsen hebben een ziekenfonds. Slechts 9 fabrieken verzekerden de werklieden tegen invaliditeit en ongelukken. De inspecteur in do tweede inspectie deelt mededat hom niet alleen bij alle autoriteiten maar ook bij allo fabrikanten en werkgevers eeue hoogst aangename ontvangst ten deel viel. De meeste der door hem geconstateerde overtredingen bleken te geschieden te goeder trouw en nit onbekendheid met de wettelijke bepalingen. De steenfabrikanten beklaagden zich over het verbod, om des Zondags door jeugdige personen en vrouwen arbeid te laten verrichten. Ook deze ambtenaar vernam in de wasch- en bleek- iurichtingen vele klachten over de verplichtingom de werkzaamheden des avonds to 7 uren te laten eindigen. In de textiele nijverheid warden vele bezwaren genit. Of de invoering der arbeidswet in de kleinere bedrijven eene vermindering van het aantal jeugdige personen ten gevolge had is voorloopig moeielijk nit te maken. De algemeene dispositie der gebouwen in grootere in richtingen liet in den regel niet veel te wenschen over. In de meeste der 413 door hem bezochte fabrieken en werkplaatsen verkreeg hij den indruk dat geene maatregelen althans niet op voldoende wijze genomen waren om de arbeiders tegen mogelijke gevaren te be schermen. De inspecteur in do derde inspectie meldtdat verschillende arbeidgevers de wettelijke zorg voor een deel hunner werklieden vrij overbodig achten. De inrichting der 423 bezochte fabrieken en werk plaatsen ten opzichte van de gezondheid liet meermalen te wenschen over. Ook de veiligheid tegen ongevallen in fabrieken enz werd meestal beschouwd als een factor van onderge schikten aardwaarmede weinig rekening is gehouden. 18 December. G. K. Jz., CastricnmC. G. Az., R. G. Dz., E. W. Ez., Egmond aan Zeestrooperij ieder f 1 boete of 1 dag hecht. C. W. en K. W., Bergen, als boven, ieder f 0,50 boete of 1 dag heoht. W. K., Alkmaar, ijkwet-overtreding2 boetenelk van f 0,50 of 1 dag hecht vo >r elke boete S. K., Alkmaar, N K., HeilooN. N Alkmaar, dron kenschap bij herhaling, de le f 5 boet of 3 dagen hecht., de 2e twee dagen hecht., de Se 3 dagen hecht. J. B., Alkmaar, M. V., Limmen, W. BMiddelie C. Z., Zuidscharwonde, C. V., Alkmaar, allen dronken schap, de 4 eersten f 0,50 boete de 5e f 1 boete of l dag hecht, voor iedere boete. W. V. Pz., Egmond aan Zeezich met wildstrik ken in het veld bevinden f 3 boete of 2 dagen hecht. P. v. T.Uitgeestovertreding der wet op margarine- boter, ontslagen van rechtsvervolging. P. D, Lz., Egmond aan Zeemaken van nachtelijk burengeruchtf 3 boete of 1 dag hecht. A. J. S., Alkmaar, jagen op eens anders grond zonder vergunning, f 3 boete of 1 dag hecht. L. L. te Velsen, loopen over eens anders grond en poging om wild te bemachtigen met strikken, 2 boeten, een van f 1 en een van f 10, of 1 en 3 dagen hecht. W. V. Pz., A. V. Wz., P. V. Wz., Egmond aan Zee, to zamen en in vereeniging loopen over eens anders grond en konijnen delven ieder 2 boeten van 1 en 3 of 1 en 2 dagen hecht. P. V. Wz., A. V. Wz., Egmond aan Zee, konijnen delven, ieder 3 boete of 2 dagen hecht. W. v. T.Bergen, in staat van dronkenschap zooda nig rijden met paard en wagen, dat de openbare veilig heid wordt bedreigd3 boete of 1 dag hecht. Zitting van 22 December. J. W. en C. W.Noordscharwoudemishandeling, de le 6 weken en de 2e 2 weken gev. J. K. en R. K.Helderopzettelijk onttrekken van goederen aan het daarop gelegd beslag beiden vrijge sproken. T. d. S, en A. d. R., Hoorn, meineed ieder 1 jaar en 6 maanden gev. P. d. H.Midwond misfcandslingf 30 boete, subs. 10 dagen hecht. L. F., Akersloot, jachtwetovertreding, 3 boeten van ƒ20 subs. 10 dagen hecht voor elke boete. J. G. M. en C. J. M., Alkmaar diefstalbeiden op zending naar een rijks-opvoedingsgesticht, de le tot 1 April 1896 en de 2e tot 23 Februari 1894. W. D., huisvr. van D. K.Alkmaar, vernieling 8 boete, snbs. 4 dagen hecht. M. M. en J. d. W.Zijdewind, diefstal, ieder 1 maand gev. E. L hnisvr. van W. d. V. en A. W. R. Helder mishandeling, ieder 8 dagen gev. P. B. en J. K., Hoorn, vernieling, ieder 5 dagen gev. A. K. huisvr. van W. M. Medemblikdiefstal6 weken gev. K. P Hoogcarspel, beschadiging, 3 weken gev. O. H., Andijk, strooperij, 2 dagen gev. G. K., Hoogwoud, beschadiging, vrijgesproken. K. d. V., Hoorn, bedreiging, 3 maanden gev. J. V. en D. V.Opperdoes, mishandeling, ieder 8 dagen gev. J. d. H.Zijpebedelarij, 5 dagen hecht, en voor 4 maanden opzending naar een bedelaarsgesticht. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van belanghebbenden, dat zij besloten hebbennaar aanleiding van den hun daartoe uitge sproken wensch, de kaasmarkt, welke zon invallen op Vrijdag 1 Januari 1893, te doen houden op op Woensdag 37 Januari 1893, bij opbod en afslag, van de perceelen afzonderlijk, en op Woens dag; 3 Februari daaraanvolgendein combina tiën en in massa, telkens voormiddags te ÏO uren preciesin do herberg *de Vriendschap"van den heer L. A. van Benthkm te Castricnm, ten overstaan van den Notaris W. BOERLAGE te VELSEN, van eene met BOFT en SCIIVIK, TUIN en BOÜCilLAND, staande en gelegen te CASTRICUM, in de O o s t e r- buurt en eenige daarbij behoorende perceelen zeer vruchtbaar, puik twee stukken nitmnntend BOUWLAND en de onverdeelde helft in een dito stuk LANDalles onder CASTRICUMté zamen ter grootte van rnim 20 hectaren bij aanplakbiljetten uitvoerig omschreven en behoorende aan de Erven van nu wijlen den heer F. GLORIE. Te aanvaarden: de Landerijen, met uitzon dering vau het perceel do Beemsterhock, ter stond na betaling van koopprijs en kosten en de g e- bonwen c. a. op 1 Mel 1893. Nadere informatiën zijn te bekomen ten kantore van genoemden Notaris BOERL&GE, alwaar de veilconditiëo, de eigendomsbewijzen en uittreksels nit den kadastralen legger en de kaart[intjjds ter lezing en Inzage zullen ligggen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1891 | | pagina 6