„K A ÏST T." No. 13. Vier en Negentigste Jaargang, 1892. VRIJDAG 29 JANUARI. Officieel Gedeelte. A insterdamsche Brieven. FEUILLETON. Buitenland. Roman uit het Berlijnsche leven, UMltAltSCIll COURANT. Deze Couiant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar O,WW; franco door het gebeele rijk 1, De 3 nummers f 0,06. Prijs der gewone Ad verten tiën Per regel J 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Telefoonnummer: KATIOAAIiE 1HIL1TIE. De onderstaande personen volgens de bevolkingregis ters geboren in 1873 en bier verblijvendeworden ver zocht ter gemeente-secretarie inlichting te geven omtrent hnnue inschrijving voor de nationale militie: Johan Heinrich Bernard Bischoff. Bernardus Beekman, Geert CarstDirk üeutekomPieter Fraij Johann Heinrich Feldhaus Pieter Hoeker Pieter de JongJo seph Lindenborn Corns, van der OordW. J. J. H. Schuurman Dirk van der Stok Hendrik Thon Frede- rik Visser, Pieter Dekker, Fredrik Koorn LVII. (S 1 o t.) In het gebouw der Vrije Gemeente" heeft dezer dagen de heer J. F. h. Blankenberg een zeer interes sante voordracht gehouden over de verzorging van armen in groote steden. Uit zijue veeljarige ervaring als secretaris van „liefdadigheid naar Vermogen", gaf de spreker wijze lessen ten beste en uit do drukke opkomst bleek, hoe groot de belangstelling is voor het door hem behandelde vraagstuk. Verscheidene liefdadig heidsverenigingen van buiten om eens een echt am sterdamsche uitdrukking te bezigen hadden deputa ties gezonden, die voor hare moeite ruimschoots beloo ning hebbeu gevonden. Na eene bespreking van de moei lijkheden om do armenzorg waarlijk teu uoede te doen komen aan hen die zulks verdienen, gaf de heer Blan kenberg een schets van het zoogenaamde Elberfe'idsche stelsel, waarvan de grondidee isGeen hnlp dan nadat eerst de noodzakelijkheid daarvan is gebleken. Zal dit sehoone denkbeeld behoorlijk toegepast kannen worden, dan dient men over een groot aantal werkkrachten te kunnen beschikken. In Elberfeld mogen b.v. de door den gemeenteraad benoemde armbezoekers niet meer dan vier gezinnen voor hunne rekening nemen. De benoeming tot znlk een post geldt als eerbewijs eene streelende uit drukking voorverplichting waaraan men zich moeilijk kan onttrekken. Personen, die namelijk voor de eer be danken, worden dubbel in de belasting aangeslagen en voor drie jaren van hun kiesrecht vervallen verklaard. Men moet Duitscher zijn om zich bij zulk maatregelen neer te leggen in Nederland zou eene dergelijke bepa ling de geheele armverzorging in het riet sturen. Overi gens is uit dat Elberfelder stelsel ontzaglijk veel to leeren, want de uitkomst heeft bewezon, dat daardoor de ar moede is verminderd, terwijl tegelijkertijd de kosten in verhouding zijn afgenomen Zooals wij onlang3 reeds meedeelden, wil .Liefdadigheid naar Vermogen" zich de voordeeleu van dat stelsel insgelijks ten nutte maken. Na verscheidene weken van drukke correspondenties en velerlei onderhandelingen is het Genootsehap thans zoo ver gevorderddat het weldra gereorganiseerd zal op- 20) DOOK l'AUL LIADAIT. De vorst stond als verplet. Hij kon haar niet dadelijk antwoorden, daar de dans hem eenige oogenblikken van haar verwijderde. Even daarna ontspon zich in de pau zen tnsschen de verschillende toeren en gedurende den gemeenschappelijkeu dans een levendig gesprek, dat door de onverbiddelijke wet der quadrille telkens afgebroken en weer aangeknoopt werd. »Maar dat is onmogelijkgravinzeide Ulrich op hartelijken en tevens eerbiedigen toon. »Ik verzoek u dringend, mij toe te staan de verklaring daarvan nog eenige dagen uit te stellen en mij te gelooven, wan neer ik n zeg: ik mag niet!" »Gij hebt het nooit gemoogd en toch gedaan »Ik kan mij in deze niet rechtvaardigen 1" flnisterde do vorst met eenen blik op Alix, die tegen hem lachte. »Ik herhaal het uIk mag nw bevel niet opvolgen." »En ik blijf het bevelen Ik weet alles Denk niet, vrees niet, dat ik door list of geweld, door de wapenen van verteedering of toorn weder wil terugwin nen, wat mij ontrukt is. Ik hob het misschien nooit be zeten misschien heb ik mij slechts verbeeldhet te bezitten Voor zóó laag behoeft gij mij niet te hou den." .Opletten, vorstriep Alix hem toe van den anderen kant. waarheen hij nu een paar passen moest gaan en waar hij te buigen had. .Ik zeide zooeven", hervatte de gravin, toen Ulrich treden. De heer Blankenberg wist daaromtrent reeds het een en ander mee te deelen. De werkzaamheden zullen verdeeld worden over dertig districten, waarvoor het gelnkt is, vijfhonderd vrijwillige armbezoekers te vinden. Aau het hoofd van ieder dier districteu staat eoo pre sident, die in wekelijksche vorgaderiugen met de arm bezoekers overlegt omtrent de ingekomen aanvragen tot ondersteuning. Het is weder een nieuw bewijs voor den amsterdatnschen weldadigheidszin, dat het Genootschap van alle kanten aanbiedingen hoeft ontvangen om bij de nieuwe regeling gratis diensten te verleenen. Het is trouwens een edele werkkring die van den armbe zoeker. Slechts vijf gezinnen mag hij behandelen, maar jnist door het geringe aantal heeft hij gelegenheid de oorzaken der nooddruft op te sporen en het kwaad bij den wortel aan te tasten. Wie gedachteloos geld weg geeft aan ieder, die zich arm noemt, stijf menigeen in het kwaadwie naspeurt, welke de oorzaken zijn, die sommigen in den strijd om hot bestaan doen bezwijken on dan die bezwaren uit den weg rnimt, verricht een daad, edel in den volsteu zin des woords. De armbe zoekers met een nauwgezette opvatting van de taak. die zij op zich hebben genomen, kunnen de reddors zijn van menig gezin, aan hen is de macht, het vonkje van moed en hoop, dat door armoede dreigt verstikt te worden weder te doen gloren, ja, menige physieke en moreole wedergeboorte hebben zij in hnn hand. Dat sehoone uit zicht moge hnn steeds blijmoedigheid schenken, zoo dik wijls zij bemerken, dat de ingeslagen weg ook bezaaid is met distels en doornen, dat veinzerij en huichelarij zoo gemakkelijk misleiden. Hoe noodig het is om zich niet te honden aan hot voorschrift, dat de rechterhand niet weten zal wat de linkerhand doet, blijkt woder duidelijk uit de staaltjes, die de amsterdamsche bladen dezer dagen vermeld heb ben omtrent den handel in spijskaartjes en bons, door gegoede ingezetenen aan zoogenaamde behoeftigen ver strekt. Menige bedeelde maakt daarvan geen gebruik, maar verkoopt de kaartjes liever voor enkele centen aan opkoopers, die ze weer met een kleine verdienste bij ande- ron plaatsen. Ja, de beor Blaukonberg heeft wel golijk was de amsterdamsche armverzorging maar wat meer georgani seerd! Een onderlinge bond van de verschillende colleges behoorde gevormd te worden hunne ondervindingen te zamen genomen, zonden het gemakkelijker maken om het kaf van het koren te scheiden. Dan zou ook voorkomen worden dat de leden van één gezin zich 's morgens verdeelen om ieder op eigen hand eene specu latie te doen op de liefdadigheid zoodat zij 's avonds met elkaar een niet onaanzienlijken buit verkregen hebben. In de tegenwoordige dagen van slappe werkzaamheden is de sneeuw voor menig amsterdamsch arbeider een ware uitkomst geweest. Dan heeft de Amst. Omnibns- Maatsehappij terstond honderden handen noodig om de rails schoon te vegen en het pad voor de paarden te be strooien dan neemt de Stadsreiniging honderden losse arbeiders in dienst engeprikkeld door dit voorbeeld der overheid in zake werkverschaffing, geeft ook menige particnlier een toestemmend antwoord, als een man met weder naast haar stond, .dat ik volstrekt geene scène wil maken en de trenrige rol der verlaten Elvire denk te spelen. Doch ik wil mij niet zonder één enkel woord laten afschepen. Ik verlang van u, dat ge mij ouder vier oogen spreekt, en dat ge mij aanhoort. Dat is toch werkelijk niet te veel gevergd, zou ik denken »Ik zal n alles zeggen, zoodra het mij vergund is te spreken. En niemand zal het vóór u van mij vernemen. Ik zal uwen zeer rechtmatigen toorn niet kunnen ont wapenen, maar ik zal door volkomen openhartigheid ten minste trachten nw oordeel te verzachten. Ik voel zelf dringend behoefte om n alles te zeggen wat mij op het hart ligt, en het gevoel van dankbare en innige vereeringdat ik voor u koester, sluit reeds van te voren elke verkeerde uitlegging van het stilzwijgen, dat mij nu nog opgelegd is, uit." »Gij moogt reden hebben om te zwijgen, ik heb reden tot spreken. En ik wil n nog heden spreken. Ik ver zoek het n niet, ik verlang het van n Morgen ben ik niet meer alleen. Hoe ik over die mooie phrasen van diepe en dankbare vereering denk, wil ik n heden nog zeggen. Het is wel een zeer twijfelachtig genoegen, dat n te wachten staat. En gij hebt het volkomen in uwe macht, n aan die onaangenaamheid te onttrekken. Gij kunt het u zeer gemakkelijk maken Gij kant de meest ge gronde redenen aanvoeren Om een voorwendsel be hoeft ge, denk ik, wel niet verlegen te zijn. Gij hebt immers plichten tegenover anderen En ge waart zooeven al onbeschaamd genoeg, om daarop te zinspe len. Ik zal u niet vragen of go ook niet tegenover mij eenige plichten te vervullen hebt al waren het slechts de afschuwelijkstegewone beleefdheidsplichten. En dus, indien het u behaagt niet te komen welnulaat mij dan gerust voor het breede venster wachtenMaar sta mij dan ten minste het recht toen voor datgene te honden, waarvoor ik n vroeger nooit had aangezien voor eenen lafaard!" Ulrich verbleekte. Hij trilde en trad onwillekeurig eene schrede achteruit Grande promenade klonk het. schop en bezem zich mot een .Schoonmaken meheer tot hom wendt. De sneenw zoo verwenscht als zü wordt door voetgangersmoet toch do eere hebben dat zij een ideaal-werkgeefster is. Niemand anders wordt daardoor het werk uit de handen genomen, wat van kunstmatige werkverschaffing lang niet altijd kan gezegd worden. En nn bobben wij ijs in de grachten waarvan de waterstaud bij het dichtvriezen golukkig zoo laag was, dat een bruggetje onvermijdelijk is om erop te komen! Dat geeft weer wat verdienste en bovendien heeft het ijs de merkwaardige eigenschapdat het iemand die anders nooit aau de liefdadigheid doet, beweegt om een centje te offeren aau den baanveger. Slechts oon paar dagen vóór zijn vertrek naar de Ver- eeuigde Staten van Noord-Amerikais het Kamerlid Van llouten nog opgetreden in eene vergadering der afdeeling Arasterdam van den Soeinal-Deitiocra- tlsclien Bond. Als men zulk een verre reis gaat onder nomen zou iedereen de dagen voorafgaande aan het vertrek bij voorkeur aau eigen belangen wijden dat de heer Van Houten ondanks al zijno drukten toch nog tijd vond om aan de uitnoodiging van den Bond te voFdoen zon op zichzelf reeds waardeeiing verdienen. Maar voor waardeering moot men bij de socialisten niet wezen Zondigende tegen alle wetten vau gastvrijheid werden in het debatdat op de lezing volgde zulke platte be schuldigingen naar het hoofd van den spreker geworpen, dat ieder meer ontwikkelde ook onder de sociaal democraten daardoor hoogst onaangenaam werd aangedaan. Men mag denken van den heer van Houten, wat men wilmaar 't is om zich dood te ergeren als een kw&jongen opstaat om des sprekers beschouwing over het arbeidsloon die voor zijn klein verstand wef- licht nog te diepzinnig was uit te maken voor klets praatjes, die een kind van twaalf jaar, maar dm in schooner vorm zou kuunon voordragen." De socialisten klagen altijd over de behandeling der kapitalisten en moord en brand zouden zij geschreeuwd hebben, als eens een hunner was genoodigd in oen gezelschap van aanzien lijken, feitelijk alleon om genegerd te worden. Wie klaagt over de manieren van anderen doe niet als de amster damsche sociaal-democraton. BËLttlE. De generaal baron Chazal, die in 1847 en 1859 minister van oorlog was, is in den ouderdom van 93 jaren o vei leden. Kamer. Don 25 is hot ontwerp-handelsverdrag me^ Dnitschland en Oostenrijk-Hongarije in behandeling "geno men. De minister-president Beernaert logdo den toestand bloot; hij hoopte, dat het verzet tegen het ontwerp volkomen zou bedaren, wanneer men bekend werd met de uitkomsten door de nieuwe verdragen verkregen. Door verbodstarie ven aan te nemen, noodzaakte Frankrijk Belgie zich tot andere landen te wenden. Het cijfer van den uitvoer naar Duitschland bedraagt een vierde van de handelsbewering van België en dat cijfer wordt voortdurend grooter.^ In de verdere toelichting van het met Dnitschland gesioten Hij reikte Juliano zijnen arm, een gedwongen lachje ver toonde zich op zijn gelaat, en terwijl hij de sidderende vrouw geleidde, boog hij zich tot haar en zeide zachtjes "Ik ben geen lafaard, ik zal komen... Gij hebt een afschuwelijk woord uitgesproken. Gij hebt er zelve geen vermoeden van, hoe afschuwelijk het is! Ik heb een ge voel alsof gij een niet gering deel mijner schuld met geweld hadt geïnd." Changez les dames Toen hij den arm der bekoorlijke Alix in den zijnen voelde, ademde hij weer vrijer, en onwillekeurig drukte hij dien arm even tegen zijne borst. Alix keek hem ver baasd en vragend aan toen lachte zij en sloot, alsof zij zich vol vertrouwen onvoorwaardelijk aan hem overgaf hare oogleden. Hij kon nn geen woord over zijne lippen brengen. Alix voelde, dat hij om de eene of andere reden wilde zwijgen, en onderwierp zich volkomen vrijwillig. Met een betooverend lachje sloop zij weer naar haren cavalier terug. Ook tusscheu Jnliane en Ulrich stokte het gesprek nn. Na het einde van den dans bracht de vorst Jnliane naar hare plaats terug, maakte eene diepe buiging en verliet haar.. »Ik ga dadelijk heen", zeide de gravin tot hare nicht. Maak mijne excuses bij uwe mama, dat ik geen afscheid van haar genomen heb. Ik voel mij werkelijk niet recht goed." Ik kan het u aanzien, Liane Nn, van harte beterschap Morgen vroeg kom ik eens hooren hoe het u gaat." Adieu, Alil" Jnliane had ongemerkt den uitgang bereikt. In de voor kamer wachtte Johann reeds, die haar behulpzaam was bij het aantrekken der bonten schoentjes en haar eenen langen pelsmantel om de schouders wierp. Zij werd vrjj onmiddellijk door verscheidenen gevolgd die zich vóór het souper uit de voeten maaktenom nog een paar nren op het gemaskerd bal bij Kroll door te brengen, lot deze jongere lieden behoorden ook de legatieraad. Von Berwitz, de beer Von Diinenhorn en graaf Von Pagger, Ulrich had Alix naar het souper geleid. Gij blijft natuurlijk tot het eind van het bal?" zeide-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1892 | | pagina 1