No. 38.
Vier en Negentigste Jaargang.
1892.
ZONDAG
27 M A A R T.
EERSTE BLAD.
I)it nummer bestaat uit 2 bladen.
De reizen van Generaal Booth
Binnenland.
ALKIA ARSCHE COIBAM.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar 0,8»; franco door het
geheele rijk 1,
De 8 nummers O,©6.
Prijs der gewone Advertentlën
Per regel f O,IS. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Telefoonnummer 3
te
in vier werelddeelen.
Men schrijft ons uit Amsterdam van Vrijdagavond
Enkele dagen geleden schreef prof. Quack, dat de na
komelingschap eenmaal zal aantoonen, dat het beste boek,
in 1890 in het licht gegeven, naast Ruskin's «Fors Cla-
vigera" het welbekende werk van Generaal Booth »In
Darkest England and the way out" is geweest. Wat den
stichter van het Leger des Heils onderscheidt van den
idealist John Ruskin is, dat de eerste een doeltrelfend
middel heeft bedacht om den misdeelden en uitgewor-
penen onzer samenleving de hand te reiken, terwijl de
ander wel streed en arbeidde om de maatschappij edeler
en reiner te maken, doch met zjjn St.-George-gild niet
den rechten snaar wist aan te roeren. Het sociale her
vormingsplan van William Booth is niet hot werk van
een dweper; naast het streveu naar een ideaal vindt men
daarin wol degelijk den geest van een practicus. Van
daar dan ook, dat het begin der verwezenlijking van des
Generaals plannen niet aanstonds gestrand is op de klip
der onuitvoerbaarheid, zooals het lot was van zoo menig
ontwerp, door den idealist op zijn studeerkamer samen
gesteld. Het eerste middel, door Booth aanbevolen tot
leniging van maatschappelijke nooden, wordt reeds toe
gepast en werkt reeds heilzaam, zoodat men met ver
trouwen ook de werking der verdere geneeswijze mag
afwachten.
De voorgestelde oprichting van stedelijke, landelijke
en overzeesche kolonies, achten wij genoegzaam bekend.
Teneinde een geschikt terrein voor deze laatste te vinden,
heeft de Generaal den reisstaf ter hand genomen en is
hij naar overzeesche werelden gevaren, waar hij als echt
Salvationist tevens een gretig gebruik heeft gemaakt
van de gelegenheid tot propaganda. Van die reizen gaf
de Generaal hedenavond verslag in de schouwburgzaal
van het Paleis voor Volksvlijt. Bij zulk een rijkdom van
feiten als hier werd medegedeeld kan natuurlijk geen
sprake zijn van eene getrouwe weergave en moeten wij
slechts hier en daar enkele grepen doen.
Den 20 Juli 1891 verliet de Generaal Londen, waar hij
met alle eerbewijzen werd uitgeleid Eerst werd Madera
aangedaan waar hij 's avonds om tien uur aankwam
Ondanks het late uur moest hij aan wal stappen en nog
dienzelfden avond eene bijeenkomst leiden. De reis ging
verder naar Kaapstad waar Booth in eene vergadering
van 3000 personen werd verwelkomd, die uit een zeld
zaam gemengd publiek bestond. Er was zeer veel be
langstelling, die evenwel getemperd werd door de vrees
dat de Generaal de paria's naar dit land zou zenden. Te
Kimberley bezocht hij de verwonderlijke diamantmijnen
waarvan het product hem vrij onverschillig liet, terwijl
hij daarentegen vol belangstelling was voor de 2100
zwarten die in deze mijnen werkten. Hoe hard hun
bestaan in menig opzicht ook wastoch waren deze
werklieden tevredenhetgeen de Generaal een gevolg
noemde van de totale onmogelijkheid om sterken drank
te verkrijgen. De terugreis ging over Grahamstown, Porth
Elisabeth en Kaapstad. Overal vond de Generaal be
hoefte aan werkvolk en telkens dacht hij aan Europa
met zijne duizenden, die niet weten wat zij moeten doen.
Van Afrika ging de tocht naar Australiëwaar de
Generaal na een 14 daagsche onstuimige reis aankwam.
Ook te Melbourne was de ontvangst weder zeer hartelijk.
De predikanten en alle overheidspersonen kwamen in
corps tot den Generaal om hem te verwelkomen. Op
weg naar Sydney was hij genoodzaakt, aan alle stations
uit te stappen, omdat de saamgestroomde menigte niet
ophield met het dringende verzoekhem te zien en te
hooren spreken. Hoe vermoeiend dat was, laat zich den
ken. »Ik had veel van een wild dier uit een dierentuin",
zei de Generaal, »dat nu en dan werd aangepord om te
brullen. Welnuik heb gebruld en ik hoop dat 't tot
heil van de menschheid is geweest en zal zijn." Wat
de sociale toestand van Australië aangaatklerken en
hunsgelijken waren daar in overvloed, maar aan lieden
ter bewerking van den bodem was volslagen gebrek.
Op zijne hoogst eigenaardige wijze deed de Generaal het
verkeerde van dien toestand uitkomen en beschreef hij,
hoe veel benijdenswaardiger het lot is van den landman
dan van den klerk, die, altijd op zijn kruk vooroverge
bogen, nooit eens een stoel onder zich krijgt.
Op Ceilon leerde hij de nijvere Koelies kennen die
hem als lui waren afgeschilderd, doch op hem eengansch
anderen indruk maakten. Op datzelfde eiland ontmoette
hij een lange reeks van bedelaars, zooals die in Indië
worden gevonden. De Generaal sprak tot hen, en ter
stond werden 200 Boeddhisten tot een beter leven be
keerd.
Uitvoerig stond de heer Booth stil bij de geschiedenis
van het Leger in Voor-Indiëwaarbij hij roemde in
zeldzame voorbeelden van toewijding aan de zaak der
armen en ongelukkigen. De resultaten daarvan zijn, dat
de Salvation Army in dat land zooowel onder de
Hindoe's als onder de Christenen talrijke voorstanders
telt. Met groote hartelijkheid werd de Generaal dan ook
Madras ontvangen. Niet minder was dat het geval
te Guyarat, waar de bevolking bijna uitsluitend Heidensch
is en het optreden van den Generaal voor honderden de
aanleiding was om de goden hunner voorvaderen af te
zweren. De Mohammedanen en vuuraanbidders van
Bombay bleven niet achter in het bewijzen van hulde
aan den heer Booth doch hier stuitte hij bij vele an
deren op tegenstand. Bidt daarom voor Indië dus
sprak de Generaalopdat zij worden bekeerd en het
ware geluk smaken."
Met eene krachtige opwekking om zich los te maken
van het egoïsme dat maar al te vaak het Christendom
kenmerkt en zich aan te sluiten bij het Leger dat
slechts het heil van anderen beoogt, besloot de Generaal
zijn rede, die onmiskenbaar indruk maakte.
De gebruikolijke collecte met herhaalde opwekkingen
om veel te offeren bleef ook ditmaal niet uit.
Na muziek en gezang trad de Generaal andermaal
naar voren om zijn hulde te brengen aan de Nederlan
ders en hun het sociale werk des Legers krachtig aan
te bevelen.
TH KKDK It Dl Ell.
Eenheid van tijd
Den 22 was aan de orde de interpellatie van den heer
Beelaerts van Blokland omtrent de invoering van den
middelbaren tijd van Greenwich (Gordelstelsel
De interpellant stelde bij de bestaande onzekerheid en
twijfel omtrent hetgeen te wachten was op het gebied
van deu tijd op 1 Mei a.s. de beide volgende vragen aan
de regeering 1°. In hoeverre is eene vorandering in do
tijdrekening aanstaande 2°. Welke maatregelen worden
voorbereid dat uit de voorgenomen verandering geene
ongelegenheid ontsta V
Deze vragen lichtte hij uitvoerig toe.
Uit het antwoord van don minister van binnenl. zaken
bleek dat hij de regeling van den tijd voor eene wet
niet vatbaar achtteook om handhaving der vrijheid
van de gemeentebesturen door deze niet aan banden te leg
gen. De gemeentebesturen zijn intusschen tijdig op de zaak
aandachtig gemaakt. Van het geven van voorschrijten was
echter geen sprake, alleen van voorlichting. De heer Far n-
combo Sanders achtte de Kamer ongeschikt voor
de behandeling eener technische kwestie als deze maar
meende te moeten opkomen tegen de onbeperkte vrijheid
die do regeeriug in deze aan de gemeenten wil laten.
Er behoort een uniforme regeling te bestaan. Elders
heeft men begrepen dat wettelijke algemeene maatregelen
voor den tijd noodig zijnzooals Italië eu Frankrijk.
Verschuiving van 20 minuten zal inderdaad van grooten
invloed zijn op het openbaar leven.
De heer Reekers zag ook bezwaar in de volkomen
vrijheid der gemeentebesturen eu de heer v. Houten
gaf in overweging om voorloopig althans eene dubbele
tijdsbepalingnaar de spoorwegklok en de plaatselijke
klokken, te behouden. De heer Beelaerts bleef aan
dringen dat da nieuwe regeling beperkt bleef tot de
spoorwegen. Eenige wettelijke voorziening is anders
onvermijdelijk. Daarom stelde hij de volgende motie voor
»De Kamer, gehoord de inlichtingen der regeering,
van oordeel dat de uitbreiding der voorgenomen veran
dering van den spoorwegtijd niet behoort te geschieden
zonder voorafgaande voorziening bij de wet, gaat over
tot de orde van den dag."
De minister van binnenl. zaken meende
wat de motie betrof, dat eene wetenschappelijke bespre
king der zaak in de Kamer toch niet kon gebeuren
en ten andere behoort niet rauwelijks ingegrepen te
worden in de vrijheid, door de gemeentebesturen genoten.
De heer Haf f mans achtte alle geopperde bezwaren
hersenschimmigmen schermt tegen windmolens. Wij
hebben eenvoudig onze klokken en horloges op 1 Mei a.s.
s morgens 20 minuten achter te zetten. Geschiedt dit
algemeen dan zal niemand er iets van merken en alles
van een leien dakje gaan. Laten wij ons niet ongerust
makenanders wordt het volk ook maar ongerust.
De heer van Velzen ondersteunde de motie Bee
laerts terwijl de minister van waterstaat op eene vraag
van den heer Hartogh antwoorddedat hij ook de vrij
heid van de gemeentebesturen eerbiedigen en geen pres
sie uitoefenen wilde. Maar als beheerder van een groot
aantal klokken (van post- en telegraaf kantoren], moest
hij eenheid van tijd bevorderen en deze vindt men alleen
bij het spoorwegwezen. Deze moest dus gevolgd worden
Hij zou zorgen, dat het publiek goed op de hoogte zou
worden gesteld zoo noodig door aanwijzing van tweeër
lei tijd. Het publiek kan echter er toe medewerken om
die eenheid in de hand te werken. In Belgie en Oos
tenrijkHongarije is het ook zeer goed geschikt Na
eenige bespreking trok de heer Beelaerts zijne motie in,
en ving de beraadslaging aan over het wetsontwerp tot
verlenging van de schorsing van het uitvoer
recht op suiker in Nfederl. Indië.
De heeren van Alphen, van Nunen en Bahl-
m a n n bestreden dat wetsontwerp, terwijl de heer van
Karnebeek ook huiverig was om wederom 6 ton
voor de schatkist prijs te geven en vooral om eene be
slissing in beginsel in deze te nemen. Hij vroeg echter
aan den ministerof hij stellig uitzicht kon geven dat
de nieuwe belastingmaatregelen bij de aanstaande iudi-
sche begrooting voorgesteld zouden worden.
De heer O r e m e r ving zijne rede aan, om deze den
26 voort te zetten. Hij verdedigde het ontwerp. De heer
Geertseina beschouwde deze wet als noodwet en zou daarom
voor stemmen, üe hoeren Mees, Pijnacker Hordijk en
Levyssohn Norman raadden de aanneming aan, welke door
de heeren Keucheniu3 eu Bahlmann bestreden werd.
Deu 29 voortzetting.
Met afwijking van de vroeger bepaalde orde kwam den
26 in behandeling hot ontwerp tot goedkeuring van het
protocol der Brusselsche vorgadering voor de algemeene
anti-slavernij-akte (Congo). Met algemeene stemmen werd
dit wetsontwerp goedgekeurd, nadat het door de meer
derheid der commissie van rapporteurs voorgestelde en
bij monde van den heer Levy toegelichte amendement,
oin ook het protocol van 2 Juli 1891 aan de wettelijke
bekrachtiging te onderwerpen, als bevattende eene wij
ziging van de algemeone akte ingetrokken was, na de
door den minister van buitenlaudsche zaken gegeven
inlichtingen.
Bij kon. besluit van den 24 zijn met 1 April be
noemd tot lid van den Raad van Toezicht op de spoor
wegdiensten de heeren E. D. Kits van Heyningen te
Amsterdam en E. H. Stieltjes te 's-Gravenhagen.
Den 25 des middags te 12 uren heeft een brieven
besteller te Breda eerst zijne 26jarige vrouw, met wie
hij slechts enkele maanden gehuwd was en voortdurend
in onmin leefde, met een revolverschot gedood en daarna
zich zeiven.
Bij kon. besluit van den 25 is aan den gepensioneerden
schout-bij-nacht-titulair W. L. A. Gericke de titulaire
rang verleend van vice-admiraal.
Met ingang van 1 Mei a s. is bij kon. besluit van den
24 benoemd tot directeur van het post- en telegraaf
kantoor te Eginond nan Zee de heer H. M. Hylkema,
thans directeur van het Rijkstelegraafkantoor en brie
vengaarder aldaar.
De Eerste Kamer is bijeengeroepen tegen den 29
des avonds half negen.
H. M. de Koningin-Regentes hoeft den burgemees
ter van Amsterdam doen weten dat zij met innig
leedwezen de tijding van de verschrikkelijke ramp in de
Hnidenstraat hoeft ontvangen en oprecht deel neemt in
hot lot der slachtoffers. Do in het gasthuis opgenomen
gewonden gaan goed vooruit.
Te Groningen is bij herstemming tot lid van den
gemeenteraad gekozen de heer Jz. J. Brugmans met 441
stemmen tegen 368 op den heer H. Smithdie bij de
eerste stemming reeds tot raadslid gekozen was.
Den 29 zal te gchermerhorn de verkiezing
plaats hebben van een lid voor den gemeenteraad, in de
plaats van wijlen den heer T. Leeuwenkamp.
Onder beheer van den bouwkundige A. Weeshoff
te Sehermerliorn is den 23 onderhands aanbesteed
de opbouw van het 4 Maart 1.1. verbrande woonhuis met
broodbakkerij, toebehoorende aan den heer J. de Boorder,
aan den Stompetoren. Het werk is gegund aan den heer
H. J. Wansink, timmerman aldaar.
Tot directeur van het Instituut tot onderwijs van
blinden is, in de plaats van wijlen den heer J. H. Meijer,
benoemd de heer H. J. Lenderink, leeraar aan het gym
nasium te Delft.
Burg. en weth. van Groningen hebben aan Oscar
Carré vergunning verleend tot hot geven van voorstel
lingen van 15 Oct. tot 15 Nov.
Door den raad der gemeente Spanbroek is tot
onderwijzeres aan den openbare lagere school aldaar
benoemd mej. J. J. Camphuijs te Oldenholtpade.
Den 23 geraakte het tweejarig zoontje van den heer
B. te Obdam in een onbewaakt oogenblik in eene nabij
zijnde sloot. Ofschoon spoedig daarna op het droge gebracht,
waren alle pogingen om de levensgeesten weder op te
wekken vruchteloos.
Beroepen bij de evangelische lnthersche gemeente
te Kijp ds. B. H. d' Auzon, te Edam.
Den 24 trad te kolhorn in de kolfbaan van den
heer Kist voor het publiek op de heer H. J. ter Hall Jr.,
van Anna Paulowna. De opkomst was niet groot. Van
de aanwezigen verwierf zich de heer Ter Hall den alge-
meenen bijval.
In den polder Waard en droet zijD thans alle
arbeiders weder aan het werk. Er is nu zelfs zoo van
alles te gelijk te doen, dat er veeleer handen te kort
komen. Zaaien is vooreerst de hoofdzaak de grond is
fijn en droog (goed doorgevroren) en laat zich uitmuntend
bewerken.
Beroepen bij de herv. gemeenten te Eenlgenberg
en te Woedijk de heer A. L. Th. van der Ven, cand.
te Leiden.
Den 21 hield de vereeniging «Onderling Hulp
betoon" te Driehuizen en Zuid-Schermer hare
jaarvergadering. Uit de rekening bleek dat in het af-
geloopen jaar een batig saldo verkregen werd van ruim
165,Ads bestuursleden werden herkozen de heeren
H. Punt en H. Sellemausterwijl in de plaats van den
heer S. Steenmeijerdie naar elders verhuisdewerd
gekozen de heer C. H. van Reenen. De vereeniging stelt
zich ten doolin ziektegevallen haren leden en on ver
mogenden met hulpmiddelen als anderszins bij te staan.
Reeds 15 jaar is zij aldus werkzaam en geniet zij de
algemeene sympathie.
Dank zij het omslaan van het weer zijn de be
woners der warmoezenierstreek in 't groot, Iiangedijk-