„KANT."
No. 41*.
Vier en Negentigste Jaargang
1892.
3 A P R 1 L.
ZONDAG
TWEEDE BLAD.
Verkoop van oud papier.
Stads-V roed vrouw.
STEDELIJK MUSEUM
te Alkmaar.
Drankwet.
Amsterdamsche Brieven.
FEUILLETON.
Toelating van Leerlingen op
Openbare Scholen.
Roman uit het Berlijnsche leven,
COURANT.
Prijs der gewone .Advertentlën
Per regel O,IA. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieyen franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
ALkHAARSCIIi:
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag, en
Zaterdagavond uitgegeven. A bonn ementspr ijs per
3 maanden voor Alkmaar 0,80; franco door het
geheele rijk 1,
De 3 nummers 0,06.
Telefoonnummer3
Ter gemeente-secretarie van Alkmaar worden vóór
A April a.s. inschrijvingsbiljetteu ingewacht voor oene
in het stadshuis aanwezige partij oude schoolboeken
(volgeschreven) en schoolschriften.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kenni3 van belanghebbenden, dat mej. 6J.
t>. MöIjDESU, den 23 dezer door den gemeenteraad
benoemd tot stads-vroedvrouw in de]wijken
C, D en F, hare betrekking aanvaard heeft en woon
achtig is in het huis aan het Luttik-Oudorp No, 45,
door hare voorgangster, no wijlen mej. C. C. Besijn,
bewoond geweest.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. Maclaine Pont.
29 Maart 1892. De Secretaris,
Nuhout van der Veen,
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
noodigen belanghebbenden, die met 1 Mei a.s. kinderen
op de openbare school voor on vermogenden of op een
der openbare tusschenscholen toegelaten wenschen te zien,
uit, daarvan uiterlijk vóór 15 April 1892 aangifte te
doen bij de hoofden dier scholen, onder overlegging van
het geboortebriefje en het inëntingsbewijs dier kinderen.
Voor d6 aangifte aan de eerste tusschenscho®l
(hoofd de heer A. P. Zeilmaker) bestaat de gelegenheid
aan het schoolgebouw op den Koningsweg des morgens
tusBchen 8 en 9 uren.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar. A. MACLAINE PONT.
31 Maart 1892. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
Do commissie van toezicht op het Stedelijk Museum
tie Alkmaar, daartoe gemachtigd door Burgemeester ep
Wethouders van Alkmaar, brengt ter konnis van de inge
zetenen, dat, na de in 1891 wel geslaagde proefneming, weder
om,, tegen betaling van één gulden per gezin, voor 1892 fainl-
lickaarteu Ier bezichtiging van het Museum
beschikbaar gestold worden, op vertoon waarvan de leden
van een te Alkmaar woonachtig gezin, daaronder begrepen
de tijdelijke logés en de kinderen boven 12 jaren
deze Matsten natuurlijk altijd onder geleide het Museum
sullen kunuen bezoeken op Maandag en Vrijdag van iedere
weet tnsschen één en drie uren des namiddags. Die
kaarten, door do commissie op aanvrage aan de hooiden
der gezinnen af te geven, zullen op uaam staan, moeten
bjj het bezoek telkens vertoond en mogen in geen geval
aan anderen afgegeven worden.
Ingezetenen, die voor het jaar 1892 van deze gelegen
heid gebrnik willen maken tot het bezichtigen van het
Museum richten hnnae aanvraag om eene familiekaart
tot een der leden van de commissie van toezicht vóór
15 April 1892 na dien lijd worden dergelijke kaarten met
meer afgegeven. De Commissie voornoemd,
C. W. BRUINVIS, Voorzitter.
Alkmaar, A. KLiiSENER.
1 April 1892. J. MASDORP.
J. NUHOUT VAN DER VEEN
Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van Alkmaar brengen
ter algemeene kennisdat aan hen vergunning is ge
vraagd door KLAAS WILLIG wonende te Beemster
tot het voortzetten van den verkoop vaE sterken drank
in het klein in het perceel aan het Pnidsen wjjk C
No. 68en zulks met ingang van 1 Mei a.s., welke
vergunning thans ten name staat van J. KEURIS.
Alkmaar1 April 1891.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
A. MACLAINE PONT.
De Secretaris
NUHOUT VAN DER VEEN.
LXII.
Wat nyeuws! Er is geen nyeuws,'t. is alles ouds Dat
woord van een rederijker der 17e eeuw vindt men dage
lijks bevestigd. Werkelijk doet men dan ook verstandig,
als men eene beweging, hoe nieuw zij ook moge schijnen,
steeds aan de geschiedenis toetst, vóór men haar als f i n
de siècle betitelt. Ziet daar, waarde lezers, mijn ge-
dachtengang, toen ik dezer dagen, in een oud boek bla
derende, een zeventiende-eenwsch pleidooi ontmoette om
»de vronw meer opperwaerdigheyt te geven." De onge
noemde schrijver meende dat doel het best te kunnen
bereiken door de vronw te laten blijven in den haar
eenmaal aangewezen werkkringdoch haar daarin te
vervolmaken. Vakkendie door alle eeuwen heen het
uitsluitend domein der mannen zijn geweest, wonschte
hij de mannon te laten behouden voor de vrouwen was
daarentegen zijn ideaal het stichten van academies, waar
zij zich tot doctoren in do bakkunst, naaikunst en andere
dergelijke vakken konden verheffen. Tot universitair on
derwijs in koken braden japonnen naaien en kousen
mazen is het niet gekomen, maar de kookscholen en
naaldwerk-ateliers van onzen tegenwoordigen tijd zonden
toch zeker ook wel de goedkeuring verworven hebben
van dien onden pleiter voor de rechten der vrouw.
Of deze ook reeds verlicht" genoeg was om mee te gaan
46) DOOR
PAUL. L.IAD.AU.
En zoo had dan in het midden van April de open
bare behandeling der zaak plaats. De kleine tribune der
toehoorders in het paleis van justitie was slechts bezet
door nauwelijks een twaalftal personen uit den minderen
stand, trouwe bezoekers der rechtszittingen. Van de ver
tegenwoordigers der pers was er slechts één aanwezig.
De beschuldigden: de kamerdienaar Johan Hotte (31
jaar), de colporteur Frits Wildicke (33 jaar), de kame
nier Bertha Schmider (26 jaar), Rosa Moockel, zonder
beroep (23 jaar), en de commissionair Eduard Freeder
(58 jaar), werden binnengeleid en namen plaats achter
de door tralies afgescheiden rnimte. De vijandige par
tijen wierpen elkander woedende blikken toe. Ieder der
beschuldigden achtte zijne eigene zaak reddeloos verloren,
en ieder was van plan, den ander als don hoofdschuldige
aan te wijzen.
De verdedigers waren gaan zitten, de rechters waren
binnengetreden en de griffier las de zeer uitgebreide
akte van beschuldiging voor.
De president, de heer Hillstadt, ondervroeg vervolgens
de beschuldigden scherp en zakelijk en sneed hun bij
elke poging, om van de zaak af te dwalen en door on
gepaste gezegden de behandeling te verlengen en inge
wikkelder te maken behendig den pas af. Noch het
openbaar ministerie, noch de verdediging vond aanleiding,
den president te verzoeken om bijzondere vragen tot de
beschuldigden te richten. Op deze wijze nam het verhoor
betrekkelijk slechts zeer korten tijd in beslag.
Aan gravin Juliane en hen die haar vergezelden, den
president en den geheimraad dr. Lohansen, had de voor
zitter zijne kamer ter beschikking gesteld. Diezelfde gunst
had hij ook vorst von Engernheim aangeboden. Doch
deze had van dit vriendelijk aanbod geen gebruik ge
maakt en bad zwijgend in den corridor op en neer ge-
loopen. Hij groette diep toen de gravinJennende op
den arm van haren echtgenooten door haren dokter
gevolgd, hem voorbijging en de door den bode geopende
gerechtszaal binnentrad. Eene ijskoude rilling beving
hem. Het was de eerste maal dat hij haar weerzag
Wat was er van de arme Juliane geworden Van deze
lustigeovermoedigelevendige jonge vrouw met hare
fonkelende oogeu en hare weelderige zwarte lokken
Zij was volslagen vergrijsd, hare gelaatskleur was vaal,
hare oogen stonden dofen met vermoeidenloomen
tred sleepte zij zich als het ware voort. Eene oude vrouw
van vijf-en-twintig jaren
Ook op de leden der rechtbank maakte de verschijning
der ongelukkige vrouw eenen diepen indruk en zelfs
Bertha bedekte zich het gelaat, en snikte hevig. De pre
sident liet stoelen brengen en verzocht met ontroerde,
zachte stem de getuige te gaan zitten, daar zij zich blijk
baar nog zwak voelde. Hij gaf den graaf von Iseneck
en den huisdokter verlof naast de gravin plaats te nemen.
Langzaam en tamolijk zachtjes zeide de voorzitter, nadat
de gewone formaliteiten in acht genomen waren en de eed
was afgelegd: »Ik zal zooveel mogelijk het verhoor tot
de hoofdpunten beperken. De voornaamste feiten zijn
door het verhoor en de bekentenis der beschuldigden
vastgesteld. De volgende getuige zal slechts hebben te
verklarenof deze feiten voorzoover zij op haar be
trekking hebben, waar zijn. In den nacht van 21 op 22
December heeft men de brandkast in uwe kleedkamer
opengebroken en daaruit kleinoodieën van aanzienlijke
waarde gestolen. Gij waart in de kamer daarnaastde
zoogenaamde parkkamer. Gij hadt het vertrek even te
voren verlaten om nit de huisapotheek in de aangren -
zende kamerhet slaapvertrek van uwen echtgenoot
een bruispoeder te balen. Is dit juist
met hen die de vrouw ontheffen willen van een deel
der zorgen voor de bevrediging der stoffeljjke behoeften
van het huisgezin Zoo ja dan was hij zijn tijd een
heel eind vooruit, want twee eenwen later blijkt het nog
tamelijk moeilijk om do meening ingang te doen vinden,
dat het onverantwoordelijk is om de vrouw der burger
klasse, sinds er wasch-machinos ziju uitgevonden, toch
nog een zesde van haar leven aan de waschtobbe te doen
doorbrengen. In het Gebouw der Maatschappij voor den
Werkenden Stand werd in de afgeloopen week door een
twaalftal amsterdamsche vereenigingen een vergadering
belegd, ten einde een eerste poging to doen om aan dien
afkouringswaardigen toestand een einde te maken. Juf
frouw ürucker was presidente en de heer Daan de Clercq
uit Haarlem leidde het debat in. Volgens den laatste
was de vrouw te lang als huissloof gebruikt, waardoor
er voor haar maar al te dikwijls geen tijd kon over
schieten tot zelfontwikkelingtot toewijding aan de
hoogere belangen van het gezin en tot lichamelijke en
zedelijke opvoeding der kinderen. Die tijd zou ten deele
kunnen gevonden worden door de vronw niet langer
elke week uren en dagen aan haar wasch te doen beste
den. Dat dit denkbeeld niet hersenschimmig is, leert ons
Glasgow, waar een stedelijke stoomwasscherij bestaat. De
vrouwen huren daar een plaats voor 10 15 cent, komen
met hun vuile wasch, die zij in de badkuip der machine
stoppen on binnen korten tijd wordt het linnengoed ge-
wasschen, gedroogd, gomangeld, gesteven en gestreken
door de machine afgeleverd. Op de internationale ten
toonstelling te Amsterdam in 1883 was zulk een toestel
in werking te zien en ik herinner mij nog zeei goed,
hoe geëmploieerden van inzenders op deze expositie hnn
bundeltje vnil goed geregeld naar de wasch-machine brach
ten om bet eenige minuten later kant en klaar terng te ont
vangen. Het machinaal verrichten van huiswerk behoorde,
volgens den heer de Clercq, hoe langer hoe meer in de
mode te komen, waarbij Engeland en Amerika het voor
beeld geven. Daar toch wordt een schoenenpoets-machine
reeds druk gebruikt, terwijl een amerikaansche dame
een toestel heeft bedacht om de grootste eetserviezen in
drie minuten machinaal te wasschen en te drogen. Vol
gens den spreker moest men zich ook in Nederland in
die richting bewegen voor het oogenblik zon echter al
veel gewonnen zijn, indien te Amsterdam twee stoom-
wasscherijen op den voet van die to Glasgow werden
opgericht. Een gemeentedie een schouwburgleeniug
garandeerde, zon zeker geen bezwaren hebben om het
geld voor dergelijke nuttige instellingen beschikbaar te
stellen
Wacht even, mijnheer de Clercq, dat ben ik volstrekt
niet met u eons. Waar zon het heengaan, als de gemeen
teraad van Nederland's hoofdstad, om enkelen te gerieven,
gelden toestond ter bevordering van een zaak die wel
veel aannemelijks heeft, maar nog veel meer gevaarlijks I
Ja, gevaarlijk 1 Al sluit men de oogen niet voor de wel
daden van het toenemende arbeidsveld der machine, toch
behoeft men daarvan ook niet de schaduwzijden te ver
helen. Waarvoor vroeger duizenden handen Doodig waren,
zijn thans slechts enkele vereischt, die de groote macht
»Ja, mijnheer de president."
Eensklaps hoordet gij den hond in de kamer aanslaan.
Gij geboodt hem zich stil te honden. Het dierdat u
anders onvoorwaardelijk gehoorzaamt, was echter bijna
niet tot bedaren te brengen. Gij moest hem herhaalde
lijk koest toeroepen. Toen hoordet ge een zonderling
geluid. Terecht begreept gij dat er dieven waren. Gij
deedt zachtjes de deur der kleedkamer open waar het
geluid vandaan kwam en riept den hond bij u om u
te beschermen. Gij hebt bij die gelegenheid niet gezien
wat er in de kleedkamer gebeurde
»Neen, mijnheer de president; ik hield mij achter de
deur verborgen."
»Goed. Toen hebt gij alle denren op slot gedaan. Na
tuurlijk zult ge u door uwe zeer begrijpelijke zenuw
achtigheid niet precies kunnen herinnerenin welke
volgorde gij de verschillende denren gesloten hebt. In
elk geval zijt gij ook weer in het zijvertrek geweest
ditmaal in gezelschap van nwen hond
»Ja, mijnheer de president."
Daarmee zou dan de mogelijkheid geconstateerd zijn,
dat een der medeplichtigen uit de kleedkamer door de
parkkamer ongemerkt naar het park had kunnen ont
snappen", voegde de president er bijterwijl hij zich
tot zijne mederechters wendde. »Eu ten slotte, mevrouw,
hebt gij door op de electrisehe schel te drnkken de
bedienden geroepen de politie laten halen en van dit
oogenblik niets meer met de zaak uitstaande gehad?.
Dan zijn hiermee de vragen, die ik n te doen had, be
antwoord. Het openbaar ministerie heeft geene verdere
vragen te doen of de verdedigers of de beschuldig
den
Bertha wilde opstaan. Haar verdediger, die haar scherp
in het oog had gehouden boog zich tot haar over en
fluisterde haar op bevelenden toon toe»Ga zitten
Bertha wierp eenen blik op de gravin, de tranen spron
gen haar weer in de oogen en snikkende gehoor
zaamde zij.
Dan geloof ik dat wij het verhoor der getuige als
afgeloopen mogen beschouwen."