No. (>2*.
Vier en Negentigste Jaargang
1892.
ZONDAG
22 MEI.
TWEEDE BLAD.
Anisterdamsche Brieven.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Katerdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het
geheele rijk 1,
Do 3 nummers O,OS.
Prijs der gewone Advertentlën:
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER k ZOON.
Telefoonnummer3
LXV.
Als wij deze correspondentie beginnen met eene be
spreking van Nieuwer-Amstelsche zakeu, dan is dat, wijl
wjj jegens IVleuwer-Amstel iets goed te maken hebben.
De vele belangrijke gebeurtenissen en vergaderingen, die
in den laatsten tijd de hoofdstad kenmerkten, zijn na
melijk de oorzaak geweest, dat wij Amsterdam's troetel
kind tegen wil en dank zooals Nieuwer-Amstel gek
scherend wel eens genoemd wordt onwillekeurig
veronachtzaamd hebben. Een Nieuwer-Amstelaar in hart
en ziel vergeeft zoo iets niet gemakkelijk en thans zou
hij werkelijk eenige reden tot ontevredenheid hebben,
omdat zijne gemeente in de afgeloopen weken inderdaad
reuzenstappen gedaan heeft op den weg, die van een dorp
tot een groote stad voert. Dat de oer-bewoner dit streven
toejuichtzouden wij overigens niet gaarne willen be
weren. De macht der indertijd met blijdschap begroete
vreemdelingen doet zich krachtig gevoelen en het verzet
daartegen kan op den duur niet baten.
De slecht georganiseerde brandweer van Nieuwer-
Amstel was velen een grief en de vergelijking met de
stad, wier bluschwezen zoo voortreffelijk is ingericht, lag
niet verre. Nu is het een feit, dat een brand te Nieuwer-
Amstel tot vóór korten tijd het grootst mogelijke tooneel
van wanorde te aanschouwen gaf en het gemis aan lei
ding vaak meer waterschade deed aanrichten dan er aan
de vlammen werd ontwoekerd. Thans is een stoomspuit
aangeschaftdie door rappe gasten wordt bediend een
commandant is benoemd, kortom net geheele brandwezen
is gereorganiseerd. Als men nu dachtdat de klagers
tevreden waren, vergist men zich deerlijk. De stoomspuit
is veel te kolossaal zoo wordt er gemopperd de arme
paarden trekken zich dood en tegen zulk een gevaarte
is het plaveisel niet bestand. Twee stoomspuiten, en dan
van kleinere afmetingen had men moeten aankoopen
dat zon verstandig geweest zjjnMet het oog op do
verbazende uitgestrektheid van Nieuwer-Amstel zijn de
motieven der ontevredenen niet van allen grond ontbloot.
B. en w., die eenmaal verkondigden dat de ervaring
had geleerddat er in Nieuwor-Amstel geen branden
kwamen waarover zij waarschijnlijk genoog berouw
hebben gehad, nu in den laatsten tijd het brandsignaal her
haaldelijk werd gehoord zullen zich nu zeker vleien met
de verwachting, dat gelijktijdig uitbreken van het vuur
op verschillende plaatsen wel nimmer zal voorkomen,
't Is voor de ingezetenen te hopen, dat't met deze illusie
niet zal gaan als met de vorige, want als de stoomspuit
hare diensten b.v. verleende in het Willemspark, zou 't
er geleerd uitzien, wanneer b.v. aan de Ringkade nabij
het gebied van Watergraafsmeer eens brand ontstond.
Van nog wijder strekking is het raadsbesluit tot op
richting van eene Hoogere Burgerschool met driejarigen
cursus. Zeker zou men daartoe niet zijn overgegaan, als
het besluit van den amsterdamschen gemeenteraad tot
verhooging van het schoolgeld voor buitenwonende leer
lingen niet ware gevallen. Thans stond men echter voor
een moeilijke zaak Werd niet voorzien in de behoefte
van den middenstand aan middelbaar onderwijsdan
zouden verscheidene gezinnen naar de hoofdstad verhuizen,
terwijl men voor menigeen de vestiging in Nieuwor-
Amstel onmogelijk maakte. Aan den anderen kant wor
den in den laatsten tijd zulke zware offers van de ge
meentelijke financiën gevraagd, dat men huiverig wa9,
nog zulk een duren onderwijspost voor zijne rekening te
nemen. Bij den burgemeester wogen de eerste overwe
gingen het zwaarst, bij de beide wethouders daarentegen
de laatste. Het dagelijkseh bestuur gaf derhalve een
afwijzend praeadvies en menig gezin met kinderen in
Nieuwer-Amstol vreesde het ergste. Dat dit gevaar is
afgewend, heeft men gedeeltelijk aan den burgemeester,
gedeeltelijk ook aan het raadslid dr. Blink te danken.
Iloewol de eerste tot de anti-revolutionnaire partij behoort,
heeft hij zijne persoonlijke antipathie tegen het middel
baar onderwijs ter zijde gesteld om slechts met de be
langen zijner gemeente rekening te houden. Aan dr. Blink
komt de eer toe, dat hij het argument der tegenstanders,
als zou het zielental van de kom der gemeente de oprich
ting eener burgerschool niet wettigenvolkomen heeft
ontzenuwd Met behulp van een zorgvuldig bijeengezameld
statistisch overzicht toonde hij aan dat verschillende
steden met een veel geringer bevolkingscijfer zich de
kosten eener hoogere burgerschool getroostten en Nieuwer-
Amstel niet mocht achterblijven. Het praeadvies werd
dan ook verworpeu en met bekwamen spoed zal uitvoe
ring gegeven worden aan de wenschen der meerderheid
van den raad.
De inwijding van het nieuwe raadhuis in Nieuwer-
Amstel is reeds te lang geleden dan dat wij daarvoor nu
nog Wij leven immers zoo snel belangstelling
zouden mogen verwachten Wel kunnen wij verzekeren,
dat het meerendeel der ingezetenen 't volstrekt niet
billijkt, dat de vroede mannen zooveel geld hebben be
steed om zich een waardig vergaderlokaal te bouwen.
Waar zooveel innerlijke verbeteringen steeds weder
tegenstand vinden met een beroep op de financiën, grenst
't aan lichtzinnigheid om voor uiterlijk vertoon schatten
te besteden. Dit alles neemt intusschen niet weg dat
alle Nienwer-Amstelaren zich geërgerd hebben aan een
artikel van het Handelsblad op den dag der inwijding,
waarin gezegd werd, dat het nieuwe raadhuis mettertijd
aan Amsterdam good te pas kon komen als een gebouw
voor den openbaren dienst. Wie strijden wil voor de
annexatie doe dat met eerlijke middelen doch niet op
zulk een gnieperige manier.
De houding van burgemeester Van Son in de burger-
school-quaestie en zijne medewerking in den raad om den
onderwijzers in Nieuwer-Amstel een beter salaris toe te
kennenheeft hem onder de liberalen vele vrienden
bezorgd. Anti-revolutionnair moge hij zijn doch hij is
van zulk een goedig soort, dat vrienden van den vooruit
gang van hem niet te vreezen hebben. Misschien wel
daarom blijven de roomsch-katholieken hom nog steeds
even vijandig gezind en waar »De Amstelbode" slechts
even gelegenheid heeftverzuimt zij nietden burge
meester bittere verwijten naar het hoofd te slingeren.
Zooals men weet. gaan bij de verkiezingen liberalen en
katholieken in Nieuwer-Amstel steeds vereond ter stem
bus; menigeen is zeer nieuwsgierig, wat er van dit bond
genootschap zal overblijven, als weldra de hoer Van Son
moet aftreden als lid van den raad. Indien de liberalen
hem dan niet andermaal candidaat stellen, maken zij zich
aan grove ondankbaarheid schuldig en proclameoren zij
geen tegen-candidaatdan dreigt het bondgenootschap
met de katholieken verbroken te wordenwaarvan het
gevolg zon zijndat een groot aantal zetels voor do
liberalen in de staten en den gemeenteraad verloren gaan.
Nog zullen wij Nieuwer-Amstel niet verlatendoch
thans begeven wij ons op een gansch ander terrein. Op
Nieuwer-Amstelsch grondgebied toch is het Bcdoeïnen-
kamp opgeslagen waarvoor in Amsterdam geen gast
vrijheid was te vinden. De arme woestijnbewouers hebben
't, in de eerste dagen al bitter slecht getroffen met het
weer; rillende lagen zij onder uitgespannen zeilen, rillende
begaven zij zich in de arena om hunne kunsten te ver-
toonen. De heer George W. van Bienede eigenlijke
ondernemer, doet de karavaan voorkomen als eene ethno-
graphische verzameling; toch gelooven wij, dat 't hem
minder aangenaam zou zijn indien oen volkenkundige
eens ging navorschon, wat waarheid en wat hambug is.
Op ons maakte 't een zonderlingen indruk, dat de Soeüheli's
van de kust van Zanzibar dansen uitvoerden voor oen
Pacha in hot gebied van het Mareotis Meer in het
gebied van de Nijl-delta en wij waren zoo vrij
daarover een der in egyptisch kostuum gestoken Eu
ropeanen op het terrein der vertooning te interpolleeren.
Bemerkende met iemand te doen te hebben die op
ethnographisch gebied geen volslagen vreemdeling is
stond hij een oogenblik bedremmeldtotdat hij zich
eindelijk leelijk vastpraatte door de verklaring, dat allen
uit Egypte afkomstig waren. En dan de Soeaheli's
van Zanzibar herhaalde ik. Ja, die komen van de
oostkust van Centraal-Afrika, was het antwoord. Maar
hoe is 't mogelijk dat bij de gebrekkige afrikaausche
verkeerswegen enkele vertegenwoordigers der oorspron
kelijke bevolking van Zanzibar heel in het noorden van
Egypte verzeild zijn geraakt hield ik vol. O, beweerde
miju egyptenaardat was gemakkelijk te begrijpen, en
dat zou hij mij ook graag uitleggendoch op het
oogenblik werd zijn tegenwoordigheid ergens anders
vereischt.
Men doet derhalve het verstandigst, aan de karavaan
den maatstaf van een kermistroep aan te leggen. Even
zonderling als de heer Simons zich onlangs heeft aange
steld, toen hij in de Haarlemsche Courant een open brief
tot Oscar Carré richtte om hem eens de les te lezen
dat hij Rembrandt in zijn circus had gebracht een
strafpredicatie, die vooral in literaire kringen tot ver
velens besproken is, even dwaas zou het zijn tegen
de Bedoeïnen-karavaan uit te varenomdat deze niet
beantwoordt aan den schijn van wetenschappelijkheid,
dien zij aanneemt. Wat doet het er voor de groote me
nigte op stuk van zaken ook toe, of mou met een Soedan-
neger dan wel met een Soe&heli te doen heeft Als men
nagaathoeveel zwart gemaakte europeauen op onze
kermissen dienst doen om eene aanschouwelijke voorstel
ling te geven van de bevolking van het Donkere Wereld
deel is het al heel mooidat men hier ten minste
echte negers heeft, tot welken stam zij dan ook behooren.
Het rijden van de Bedoeïnen op hunne kleine, maar
vurige arabische paarden is oen gonot voor de oogen.
Als men dat ziet, kan men zich voorstellen, dat zij meer
malen in Egypte de voortreffelijke turksche cavalerie in
het zand hebben doen bijten. Die tijd behoort echter
voor een groot deel tot het verledone. Voor zijne militaire
expedities hoeft Mehemed Ali de Bedoeïnen van het
meerendeel hunner paarden beroofd, terwijl de in Egypte
ingevoerde europeesche tactiek met hare bajonetten en
haar verdragend geschut het hare heeft bijgedragen om
de woestijnridders onschadelijk te maken. De aanvallen
op goed gewapende karavanen, zooals die op het Nieuwer-
Amstelsche terrein worden vertoond, hebben dan ook
slechts eene historische waarde. Wel worden nog roof
tochten ondernomen, doch dan zijn alleen kleine reisge
zelschappen of eenzame reizigers daarvan het slachtoffer.
Tal van Bedoeïnen hebben heden ten dage hunne oude
gewoonten afgelegd en doen dienst als kameeldrijvers of
bewakers van karavanen. Tot hun eer moet gezegd wor
den, dat zij in dit nieuwe ambt meestal van groote
nauwgezetheid blijk geven. Bedenkt men dat, dan is het
vnur, waarmee de naar Europa overgebrachte Bedoeïnen
hun vroeger handwerk bedrijven, begrijpelijk hoe innig
zullen zij wenschen, dat hetgeen na vertooning is nog
weder eens werkelijkheid werd en met welk een wee
moed zullen zij denken aan de ure. waarop zij van een
bewonderd woestijnzoon weder afdalou tot dienstknechten.
Eertijds zagen zij met minachting neer op de egyptische
Fellahs, de diep rampzalige landbouwers van Egypte,
thans is hun lot niet veel beter. Ook deze Fellahs geeft
de karavaan te aanschouwen. Moge het niet aangenaam
voor hen zijn, eiken dag door eene zich verdringende
menigte begluurd te worden als waren zij geen men-
schen, doch bewoners van een dierentuin, toch moet het
voor hen een verademing zijn, nu zij althans enkele
maanden bevrijd zijn van den druk van het egyptische
juk. Grooter ellende dan waaraan deze egyptenaren in
hun vaderland ten prooi zijn is moeilijk te denken.
Gedwongen tot het opbrengen van hooge belastingen
die moeten dionen om aan de steden een europeescli aan
zien te geveD, wordt den armen landbouwer alles ont
nomen zijne woning is erger dan het ellendigste krot,
zijne kinderen wentelen zich in het slijk en ondanks de
winterkoude heeft hij ternauwernood een kleedingstuk
om zijne naaktheid te bedekken. Zijn voedsel bestaat uit
ongezuurd brood, zure melk en rauwe groentendikwijls
krijgt hij zelfs vele weken achtereen niets dan gedroogde
dadels. Toch klaagt hij niet 1 Hij doet als zijn ezel, die
even gelaten als onverschillig van den morgen tot den
avond in den tredmolen loopt. Zijne roemrijke voorvaderen
hadden het immers ook niet beter en waar deze het
konden uithouden zou het meer dan aanmatigend in
zijn oog zijn om naar verbetering te verlangen. Inshal-
lah 1 De hongerdood behoeft hij toch nog niet te sterven.
Kan het verwondering wekken, dat het beeld van den
Fellah ons voor oogen kwam, toen wij dezer dagen de
feestelijke opening van „Ons Sluis" bijwoonden. Bij
den egyptischen landbouwer alles duisternisbij zijn
europoeschen evenmensch wel niet alles licht, maar toch
een streven der meer gegoeden om aan de schaduwzijden
haar donkere kleur te ontnemen.
Hoe »Ons Huis" is ontstaan hebben wij vroeger reeds
geschetst. Toch willen wij nog even in herinnering bren
gen hoo de heer P. W. Janssen, directeur der Deli-
maatschappij, in den zomer van 189Ü een aanzienlijke
som gelds ter beschikking stelde van den heer J. A.
i ours te Amsterdam met de opdracht, daarvoor een
inrichting te stichten, die kon strekken tot het brengen
van meerdere levensvreugde onder de arbeidende klasse.
Verschillende plannen werden ontworpen, totdat mej.
Helène Mercier het denkbeeld opwierp, een gebouw te
vestigen, waar de werkman met zijn gezin na volbrachte
dagtaak ontspanning kou vinden in geestelijke ontwik
keling. Aan dit denkbeeld is thans op de amsterdamsche
Rozengracht vorm gegeven.
In de beide laatst verschenen nummers van Eigen
Haard" is het doel en de inrichting van »Ons Huis"
door den heer J. A, Tours voortreffelijk geschetst, zoodat
wij zeker wel naar dit algemeen bekende tijdschrift
mogen verwijzen. Den emeritus-predikant Tours kent
zeker iedereen uit zijno vele geschriften over liefdadig-
heidsvereenigingen en volksbelangen in Amsterdam. Voor
taan zal deze menschenvriend al zijne krachten wijden
aan »Ons Huis",, waarvan hij de directeur is. Van gan-
scher harte wenschen wij hem toe, dat hij steeds den
edelmoedigen oprichter zal kunnen wijzen op resultaten,
in overeenstemming met het schoone doel, en het aan
het ontevreden element der hoofdstad niet gelukken zal,
hier hun schadelijken invloed te doen gelden. Want dat
sociaal-democraten en hun aanhang een poging zullen
wagen om de schoone vrucht, die »Ons Huis" kan op
leveren, zoo niet te verstikken, dan toch in haar was
dom te belemmeren, zou ons niet verwonderen.
Naar onze meening is het goed gezien, dat de stichters
van »Ons Huis" deze inrichting niet willen doen voor
komen als eene philanthropische instelling. Daarom is
de bepaling gemaaktdat de verschillende gelegenheden
tot uut en genoegen slechts tegen betaling openstaan.
Wel is die contributie zeer gering, doch daardoor wordt
voor den arbeider het stuitende weggenomen dat hij
altyd weer van eens anders liefdadigheid profiteert. In
tusschen heeft het engere bestuur zich het recht voor
behouden om door uitreiking van kostelooze toegangsbe
wijzen ook totaal onvermogenden van de weldaden der
inrichting te doen genieten, doch in dergelijke gevallen
wordt de stiptste geheimhouding in acht genomen.
Nog een ander gebouw, doch van gansch andoren aard,
werd in de afgeloopen weok geopend. De amerikaansche
levensverzekering-maatschappij New-York" heeft namelijk
haar paleis op den hoek van Keizersgracht en Leidsche-
straat betrokken. De benedenverdieping daarvan wordt
geheel ingenomen door het magazijn van den heer F. A.
V. de <>my ter. De inrichting van dit laatste is zeker
eenig in Nederland. Maanden achtereen heeft de heer
de Gruyter de voornaamste stodeu van Europa bereisd,
om de geheimen der schoonste uitstallingen te bespieden
en zijn winkel is thans een combinatie van al die voor
treffelijkheden. üp den dag der opening waren een
menigte invitaties rondgezonden, waarvau een druk gebruik
werd gemaakt. Om half twaalf 's morgens werd aan