„KANT." 181)2. V R IJ 1> A (I FEUILLETON. 3 J U N I. No. 66. Vier en Negentigste Jaargang. Gevonden Voorwerpen Nationale Militie. Buitenland. Emmerich vrijheer Von Saza." Kantoor yan den Gemeente-Ontvanger. Roman uit liet Berlijnsche leven, VLkMAARSCIIB 01 Kt\T Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar 0,80; franco door het gebeele rijk j 1, De 3 nummers f O,<16. Prijs der gewone Advertentiën: Per regel J 0,16. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. in de maand Mei 1892 Eenige sleutels; messen; hondenpenningen met en zonder halsband; een halve meter; een notitieboekje; een porte- monnaie, inh. f 0,315; een meetkundig cahier; een ver zameling staatsregelingen een zilveren oorknopje een 8portgordel; een zakdoek met gekleurden rand; twee r. c. kerkboekjes; een zwarte dameshandschoen; 2 schoolboekjes; een kousenband; een bankbiljet van f 25; eenig wasch- goed (haakwerk); een zwarte handschoen; een gekleurd zakje, inh. een broodje; een porte-jupe; 2 fransche boeken; een kaart met ankertjeseenige gouden oorknopjes of Btnkjes daarvan; een nickel armbandje; een kinderschoentje; een paar dameshandschoenen; een glacé handschoen en een gouden broche. Alkmaar De commissaris van politie voornoemd, 1 Juni 1892. F. G. C. J. FUNDTER. De GEMEENTE-ONTVANGER te ALKMAAR brengt ter algemeene kennis, dat hij den heer GERRIT GILLIS TOIH, alhier, onder goedkeuring van Bur gemeester en Wethouders van Alkmaar krachtens hun besluit van 31 Mei 1892, aangewezen heeft om hem bij afwezigheid, ongesteldheid of ontstentenis op het kantoor te vervangen, doch alleen voor het geval van ziekte of af' wezigheid van zijnen gewonen gedelegeerde, den heer D. POLL. Alkmaar, De gemeente-ontvanger voornoemd, 1 Juni 1892. J.LATENSTEIN VAN VOORST. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaaii roepen mits deze op de verlofgangers van de Militie te land, binnen deze gemeente hun verblijf houdende, van alle lichtingen, dus ook van de lichtingen 1886 en 1887 alsmede zijdie zijn ingedeeld voor de lichting 1885 voor zoover zij op den datum voor het onderzoek bepaald, niet gepasporteerd en vóór 1 April 1892 in het genot van onbepaald verlof waren gesteld om zich op WOENSDAG 16 JUNI 1892, des voomiddags te negen uren te laten vinden voor het raadhuis dier gemeente, om aldaar door of vanwege den militie-commissaris te worden onderzochtgekleed in uniform en voorzien van al de door hen van het korps medegebrachte kleeding- en equipementstukken, benevens zakboekje en verlofpas. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 1 Juni 1892. De Secretaris, NUHOUT VAN DER VEEN. 71) DOOR PAUL LINDAU. HOOFDSTUK XXII. Op Zaterdagavond van den 22sten September 1883 heerschte er in Berlijnsche kriugen eene buitengewone opschudding en het was een artikel in een diep ver acht schendblaadje, dat deze beweging te voorschijn had geroepen. De kranteuverkoopers werden feitelijk bestormd met vragen naar het bewuste nummermen betaalde het tieu- ja het twintigvoud van den eigenlijken prijs. Deze uitslagdie de stoutste verwachtingen overtrof gaf dan ook den vol zelfvoldoening meesmuilenden redac teur van den Rechtsstaat aanleiding om in het middag uur nog eene nieuwe oplaag van tienduizend exemplaren te doen drukken. Hij was zelf in het bureau van ver zending aanwezigen streek zich lachend over zijne dikke zwarte snortoen hij zag hoe de verkoopers zich hijgend verdrongen om zoo snel mogelijk in het bezit der nog vochtige bladen te geraken, waarop de koopers met onstuimige begeerte wachtten. Het artikel luidde aldus »Zijne Doorluchtigheid do Kantenvorst." Ons opstel van verleden week over do vermakelijke verandering van nagemaakte kant in echte heeft zijne werking niet gemist. Zij, die wij hebben willen treffen hebben zich wer kelijk getroffen gevoeld. Men heeft den schrijver die er zijne goede redenen voor hadniet dadelijk zijnen naam te noemen van lafheid beschuldigd, men heeft hem zelfs met eene aan klacht wegens laster bedreigd. ia -v LL-r~ Telefoonnummer: 3. DUITSCHLAND. Do Staatscourant van den 30 bevat eene verklaring van den minister van oorlog, dat de door de firma Löwe geleverde 425,000 geweren alle voldoende beantwoorden aan den eischdat zij voor den oorlog bruikbaar zijn. De bij de troepen gesprongen geweren waren niet uit de fabriek van Löwe af komstig. De Nordd. Allg. Zeitung voegt daarbij dat het nn reeds thans gebleken isdat een deel der feitelijke be weringen van Ahlwardt geheel onwaar zijn en dat voor oen ander deel zijn betoog in geen geval eene juists voor stelling van de zaken geeft, zoodat alle gevolgtrekkingen betreffende de deugdelijkheid van do door Löwe geleverde wapenen gewaagd zijn. De Norddeutsche Zeitung bevatte het volgende Met onverdeelde vreugde ziet de duitsche natie de jeugdige Koningin der Nederlanden en hare Koninklijke Moeder als gasten van het Keizershuis. Holland en Duitschland kunnen hunne roeping in de wereldgeschiedenis zooveel te beter vervullen naarmate zij vreedzamer naast elkan der wonenzooveel te ongestoorder naarmate elk zich volgens eigen aard ontwikkelt. Geen der twee Rijken wil daarom het andere wat afhandig maken het nut dat beide elkander onder omstaudigheden kunnen bewij zen is zeer groot. Naarmate de hollanders meer erken nen dat de duitschers, naar gelang zij sterk zijn gewor den ook zooveel te moor in de werken de3 vredes zich beijveren en het algemeene welzijn najagen zooveel te minder zullen zij wantrouwen koesteren tegen de neven van denzelfden stam. Het bezoek doet wenschen uit spreken dat de in beide landen hieruit ontstane plichten en weldaden steeds juister erkend en gewaardeerd worden De op den 31 des morgens te 9 uren op het Tempel- hoverveld gehouden parade (wegens de warmte een uur vervroegd) werd door de Koningin-Regentes en de Keizerin, in een met zes paarden bespannen rijtuig gezeten, bijge woond. Toen de Keizer langs het front der 20000 man troepen reed reden Hare Majesteiten vlak achter hem. Daarna trokken de troepen tweemaal voorbij hen. Toen het vierde garderegement oprukte, stelde de Koizer zich aan het hoofd en leidde het met getrokken sabel voor de Koningin-Regentes die hij verzocht als chef van dit regement te willen optreden, hetgeen toestemmond boantwoord werd. Des namiddags te half drie ontving de Koningin-Regentes de afgevaardigden der te Berlijn woon achtige nederlanders. De voorzitter, de heer van der Ploeg, overhandigde aan H. M. met eene toespraak een prachtig uitgevoerd adres. H. M. sprak geruimen tijd met de leden der commissie. Des namiddags had in de mar meren zaal van het Nieuwe Paleis te Potsdam een gala maaltijd van 80 personen plaats. Des avonds had de taptoe plaats van zestien muziekkorpsen van de garni zoenen van Berlijn, Potsdam en Spandau, terwijl het paleis schitterend verlicht was door lampions en bengaalsch vuur. De Keizer en de Keizerinnen vorschenen met beide Het verwijt van lafheid zal niet meer kunnen gelden. Aan het slot van dit artikel vindt men den naam van den schrijver voluitdie ook tevens bekent de schrijver te zijn van het vorige artikel. Hoe het met dien laster gesteld is zal het volgende verhaal der feiten leeren. Nu ik zelf met mijnen naam voor den dag kom is er voor mij geene reden meer de namen van hen die in deze comedie der vergissingen eene hoofdrol spelen, te verzwijgen, Wij zullen dus nu zoo duidelijk zijn als men het maar wenschen kan. Zijne Excellentie de geheimraad in werkelijken dienst en president graaf Albrecht von Iseneck heeft verschei dene jaren geleden aan zijne veel jongere vrouw, gravin Juliane geboren gravin Wiking, de kunstige nabootsing eeuer beroemde antieke kant ten geschenke gegeven. De jonge gravin schjjut zich voor dit schooue geschenk echter niet dankbaar genoeg getoond te hebben. Hoe dan ook zij heeft van de vrij vaak voorkomende af wezigheid van haren man gebruik gemaaktom op on gewone uren, op uren waarin noch jonge vrouwen heeren- bezoek ontvangen, noch jonge heeren bij dames bezoeken afleggen eenen jongen, interessanten huisvriend te ont vangen, nadat zij eerst geregeld hare kamenier uit hare nabijheid had weten te verwijderendaar deze haar bij het bezoek natuurlijk tot last was. Deze huisvriend was zijne Doorluchtigheid vorst Ulrich von Eugernheim heer van Biesingen-Kypstein op het oogenblik geplaatst bij de ambassade te Petersburg. Nu heeft Zijne Doorluchtigheid zich voor do vele vrien delijkheden, die hij van de gravin mocht ontvangen, hier door erkentelijk zoeken te toonen, dat hij de nagemaakte kant, die zij van haren echtgenoot had ontvangen, met de echte kantdie in zijn bezit was, heeft gewisseld. Tot zoover kan alles er nog mee door. Doch nu wordt er bij Iseneck ingebroken. De kant wordt gestolen. Het ongeluk wil, dat in dienzelfden nacht Zijne Doorluchtigheid mevrouw gezelschap houdt Zijne Doorluchtigheid die als getuige voor de recht bank wordt gedaagd, verklaart, dat hij op het bewuste verdachte uur niet in de huizinge Iseneck geweest is. Koninginnen op het balkon. Bij den aanvang en het slot werd het Wilhelmus gespeeld, eerst in de nieuwe, daarna in de oude zetting. De op den 1 te Potsdam gehouden parade werd door de beide Koninginnen uit het venster beschouwd. Koningin Wilhelmiua stond bij de zonen des Keizers. Toen de Kroonprins in krijgshaftige houding voorbijkwam, klapte Wilhelmina herhaaldelijk in de handen. ENGELAND. Mevrouw Osborne, bekend door den diefstal van paarlen en juweelen te Londenis van eene dochter bevallen. Lagerh ills. Den 30 deelde de onder-secretaris voor buitenlandsche zaken Lowther mede dat het te Madrid gesloten protocol betreffende de valsche verklaringen van oorsprong voor koopmansgoederen ouderteekend is door Engeland Frankrijk Spanje Portugal Zwitserland BraziliëTunis en Guatemala. De ratificatie van het verdrag is op 15 Juni bepaald. Duitschland en de Ver - eonigde Staten hebben niet geteekend. De wet op het lager onderwijs in Ierland werd bij tweede lezing met 152 tegen 53 stemmen aangenomen. Het voorstel van den heer Raschom den eersten Juni wegens de Derby-wedrennen goene zittiug te houden, is den 31 met 158 tegen 144 stemmen verworpen. FRANKRIJK. De Nederl. Vereeniging van lief dadigheid te Parijs hield den 30 hare gewone jaarlijksche vergadering. De ontvangsten over 1891 bedroegen 7287,05, de uitgaven J 5468,40. Het ledental bedraagt 252 tegen 237 ten vorigen jare. In de gebouwen der Omnibusmaatschappij te Parijs heeft een zware brand geheerscht. Van de gebouwen zijn alleen de muren overgebleven. De paarden werden geredde graanzolders zijn daarentegen vernield. In de algemeene vergadering van aandeelhouders der Suez-Kanaalmaatschappij werd medegedeeld dat de tonnenmaat der schepen die het kanaal waren doorge gaan in 1891 met 1,807,263 is toegenomen. Het di vidend werd vastgesteld op fr. 105,50. Het tarief wordt van 1 Juni 1893 af verlaagd met 50 centimes per ton. vier aftredende beheerders werden herkozen. Te Corbeil bij Parijs zijn de graanpakhuizen bij de molens aldaar behoorendeafgebrand. Het afgebrande groote pakhuis was 7 verdiepingen hoog, 76 el lang en 18 diep. Deze molens leveren dagelijks ten minste 300,000 P. meel. Bij dien brand zijn acht personen omgekomen. Kaïner. Prins Arenberg vroeg den 31 inlichtingen aan de regeering over de wanordelijkheden in Oeganda. De minister van buitenl. zaken Ribotzeidedat, zoo dra de engelsche regeering op de dezerzijds ingediende vertoogen zou hebben geantwoord de franscho rogoering zou beslissenwelke houding zij in deze zaak zou aam- nemen. Deze mededeeling werd toegejuicht. De heer Soubeyran ondervroeg de regeering over de Welnude kamenier heeft den vorst het park zien binnentreden. Ik, de ondorgeteekende, heb hem het park zien verlaten. De vorst hoeft bij het hek in de Königgrützerstrasse eene droschke genomen en is naar Kroll gereden. De ongelijke, karakteristieke sporen in de sneeuw zijn door de politie onder proces-verbaal vastgesteld. Men moet weten, dat de vorst aan eene zwakte van den lin kervoet lijdt en de beide voeten niet gelijkmatig kan opheffen. En bij deze onmiddellijke bewijzen komt nog het mid dellijke zeker wel het neest overtuigende bewijsdie ruil van de kant, achter den rug van den echtgenoot om Voor deze feiten roep ik op als getuigen Gravin Juliane von Iseneck, geboreno gravin Wiking. Mejuffrouw Bertha Schmiderindertijd kamenier bij de gravin. August Spiddel, indertijd koetsier eeuer droschke. Den heer commissaris van politie Beijer. Zijne Excellentie graaf von Iseneck. Den heer Sparber, koopman in antiquiteiten. En ik zelf verlang als getuige gehoord te worden. Deze feiten, welke gemakkelijk gestaafd kunnen wor den, heeft Zijne Doorluchtigheid vorst Ulrich von Eugern heim als getuige onder eede geloochend. Dientengevolge heb ik bij de bevoegde macht van deze feiten aangifte gedaan en tegen Zijne Doorluchtigheid den vorst von Eugernheim eene aanklacht wegens meineed ingediend. Ik verwacht, ik eisch, dat aan mijne aanklacht gevolg gegeven worde. Ik eisch. dat tegen zijne Doorluchtigheid vorst Ulrich von Eugernheim wegens meineedof tegen mij den ondorgeteekende, wegens opzettelijk valsche beschuldiging, eene aanklacht worde ingesteld. Het een of het ander! Ik eisch dit als mijn goed recht. En wanneer in ons land het beweren dat er gelijk recht voor allen bestaatgeene holle phrase is dan zullen wij eens zienwelk verloop de zaak neemt. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1892 | | pagina 1