De Dram naar liet festen. No. 82. Vier en Negentigste Jaargang. 1892. ZON DAG m 10 J L I. Dit nummer bestaat uit 2 bladen. EERSTE BLAD Stedelijk Museum te Alkmaar. Nog eens JBismarck. FEUILLETON. Binnenland. COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Katerdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per •3 maanden voor A 1 k maar 9,8®; franco door het gebeelc rijk. J 1, De 3 nummers f 0,96. Telefoonnummer: 3, Prijs der gewone Advertentlën: Per regel j 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Dezlelitiglng tegen 1® ets. de persoon op Kondag ÏO Juli, 's namiddags van 1—3 uren. Kostelooze bezichtiging op Xondag 17 Juli, 's namiddags van 13 uren, waarvoor toegangskaarten te verkrijgen zijn ter vergadering der Commissie op Don derdag 14 Juli 1892, 's namiddags van 23 uren, ten stadshuize. Aan en voor kinderen beneden 13 jaren worden geene toegangskaarten afgegeven. Verder is het museum te bezichtigen tegen betaling van 25 ets. de persoon op Maandag en Vrijdag van iedere week, van des namiddags 1-3 uren. Welk een mam is hij geweestWie kou, jaren lang. een overzicht schrijven over de belangrijke gebeurtenis sen van den dag, zonder zijn naam te noemen? Die naam staat voor altijd geschreven in de geschiedenis der wereld hij is onafscheidelijk verbonden aan de stichting van het Duitsche Keizerrijk. Hoe lang heeft hij de lei ding der zaken, in Duitschland, in Europa in zijne hand gehad, en hoe krachtig was die hand. hoe was die lei ding altijd zichtbaar en vastnooit aarzelend nooit weifelend. De verklaarde vijand en openbare tegenstander is hij geweest van alle vrijzinnigen, door .bloed on ijzer" heeft hij Pruisen verheven tot den eersten Staat in Duitsch land, welks Koning de aangewezen vorst zou zijn om de Duitsobe Keizerskroon te dragen. Door dat groote werk heeft hij menigen voormaligen tegenstander ontwapend of zelfs tot een bondgenoot bekeerd. Later besliste zijn inzicht over den weg die gevolgd werd, en bleef zijn raad de wet des lands, totdat de jonge Keizer optrad, die sioh aan zulk een leiding niet kon onderwerpen. Bismarck is afgetreden, en hij begrijpt zelf, dat iemand van zijn gewicht niet kan terugkeereu. Zulk een man blijft aan het gezag zoolang hg k.an hij laat de teugels niet loe, voordat hg ze neerleggen moet.; maar dan is het ook onmogelgk ze na enkele jaren weer op te nomen. Zijn persoon ljjkheid beheerscht allen en alles.; na zgn vertrek springt men uit den band, alles komt uit de plooi, waarin het zich zoolang heeft moeten schikken maar het ban daarin ook niet weer worden teruggebracht, men kan den ouden band niet weer aannemen. Wat heeft dan een staatsman van zoo groote bet eekenis te doen wanneer de leiding hem niet langer wordt toevertrouwd? Het eeaig antwoord op die vraag schjjnt te zgn:: zich terug trekken, geheel, in alle opziehten, niet op andere wijze trachten nog invloed uit te oefenen. Aftreden van het tooneel, verdwijnen en een historische figuur worden, die niet wordt vergeten, maar van wien gesproken wordt als de groote gebeurtenissen van vroegere jaren worden verhaald. i) HOOFDSTUK I. In het nieuw gebouwde huisin de Thiergarte-n-Staasze werd voor de eerste mafil een bal gegeven het was te- wens het eerste bal van dien winter. Ton einde het feest luister bg te zettenwaren de groote gaslantarens aan het inrghek en ter weerzgden vac het afdak boven de stoep aangestokenen stond de .breedgeschouderde portier, in schitterende livreizoo recht als eene kaars bg de huisdeur. Hg droeg violet zijden kousen als een kerkvorst, een lang vest van de zelfde kleur en een stroogelap, rok van zwaar laken met violetkleurige opslagen; de kraag en de steek waren met breed gouden galon afgezet. Onbewegelijk stond hg daar. in het volle besef van zijne waardigheid, de glad geschoren lippen vast op elkasder geklemdmet een gelaat zonder eenige uitdrukking. Volkomen overbodig maar voornaam. Alleen de hellebaard ontbrakanders zou men hein voor een Zwitser hebben kunnen aanzien, die gereed stond voor de ontvangst voor een hertog of een gezant. Een jongere bediende, in hetzelfde livrei, doch zonder het gouden galonopende de portieren van de rijtuigen, die sedert half tien, bgua onafgebroken, voor re en, en was de gasten bg het uitstappen behulpzaam. Het was een echte Novemberavond, zoo nat-koud. Des te aangenamer gewaarwording ondervonden de gasten reeds omniddelijk bg het binnentreden, door het vrien- delgke licht, de warmte en de geur dor kolossale bloem ruikers, die ter versiering van de prachtige vestibule waren aangebracht. In het midden stond een beerlgk Dat heeft Bismarck niet gedaan. Hg heeft zich terug getrokken maar niet om afscheid te nemen. Toen hij niet meer kon handelen, ging hij de handelingen van zijn opvolger beoordoolen en, zooals wel niet audars kon, veroordeelen Iemand als Bismarck kan niet goedkeuren wat een ander doet op zijne plaats, op de hooge plaats die hij naar zijne meening nog moest innemen. Hg heeft die plaats te lang bekleed en heeft er zich te krachtig doen gelden, om zich te kunnen voorstellen, dat ook een ander haar naar behooren zou kunnen vervullon. De gzeren kanselier is tegen zgn wil heen gegaanniet vermoeid, niet verlangend naar rust, niet met vertrou wen den staf overgevend aan den opvolger zgner keuze, aan den door hem gekozen, den door ham geleiden en gevoricdeu plaatsvervauger, aan den jongere op wiens schouders zgn mantel was gevallen. Hg word verdrongen. Afgeleefd, zwak en ziekeljjk, gaf Karei V vrijwillig den Keizersstaf over aan zijn eigen zoontoch vond hg in het klooster van Yusten geen rusthg kon het tooneel zgner rnstelooze werkzaamheid niet vergeten. En Bis- mack zou rust hebben kunnen vinden op Friedrichsruhe Aan eerbewijzen en huldebetoon van de zgdo der burgerij heeft het Bismarck op zgn reis naar Woenen niet ont broken maar de machthebbenden, de iuvloedrgkeu van den dag, de hooge staatsdienaren, de geheele officieële we reld zoowel in Duitschland als in de Staten van den Ooston- rgkschen bondgenoot, hebben hem ODtweken. Veel heeft hij niet gesprokenmaar wat hg sprak, getuigde niet van de ruime, kalme, onpartjjdige opvatting van een staatsman in rnste, die alleen oog heeft voor de groote algemeeue belangen, waaraan hg zgn leven heeft gewgd en tot bevordering waarvan hg, zoodra het noodig of wenschelijk blgkt, zich terugtrekt en zgn eigen persoon zou willen uitwisschen. Wat hjj sprak betrof hem zelveu, hem, Bismarck en het groots werk dat hij tot stand ge bracht en beveiligd had en dat in gevaar werd gebracht eoor het wanbeleid van anderen. Aan hem was woleer de goede verstandhouding met Rusland te danken ge weest. Nu was alles veranderd. Rusland vertrouwde Duitschland niet meer, omdat de Czaar niemand onder de Duitsche staatslieden vertrouwde. Mem vertrouwde de Czaar, hem en uicmuiio. anders u geloof en u ver trouw ik" had de machtige monarch bg de laatste ontmoeting tot bem gezegd; .maar zgt gjj er ïeker vanda„ ge uw ambt steeds zal blgven bekleeden Toen had hij vreemd opgezien en gezegd dat hg daar aan niet twijfelde. Inderdaad, zoo was het. Bismarck was volkomen op recht toen hg zoo sprak of, zoo men betwijfelt of hij zich wel zoo sterk tegenovor den Russischen Keizer zal hebben uitgelaten, hg meende, hg geloofde het althans zeker. Vandaar zgn telleurstelling, zgn ontgoocheling, zgn verbittering zgn onverantwoordelijk spreken waardoor bg zelfs zijn aanhangers en vereerders heeft verschrikt, waardoor hij thans bgna geheel Duitschland zich van hem' ziet terugtrekken, als van iemand die het land in gevaar zon kunuen brengen. Aan landverraad grenst uwe taal. voert hst orgaan van den tegenwoordigen Rijkskanselier hem te gemoet. Wg zouden in staat zijn u te logenstraf- beeld, voorstellende een »iazzarone," in eene van de over moedigste houdingen der .tarantella." Het beeld had op eene der laatste tentoonstellingen ieders bewondering weggedragen en den naam van een jong beeldhouwer op aller lippen gebracht. De .Nationalgalerie" had het volstrekt willen aankoopenmaar mevrouw Stephanie Wilprecht was nu eenmaal smoorlijk verliefd geworden op den jeugdigen danser. Zg had haar echtgenoot, den han delsraad Maiimiliaan Wilprecht, zóólang met haar smeek beden vervolgd, dat deze eindelijk zulk een hoogen prijs geboden had, .dat de openbare .Galerie" van den aankoop had moeten afzien. Iedereen, die binnenkwam, bleef voor den danser staan die hen in de nieuwe woning als een oude bekende be groette en over wien in alle bladen van de hoofdstad zooveel geschreven was, dat de heeren, die hunne in de toiletkamer bezig zijnde dames waehtten, elkander veel- beteekende blikken toewierpen, het ondeugende in de houding, de gelukkige behandeling van de kleedinc veel kleeding had hg niet aan en de meesterlijke modelleering van het naakt konden bespreken. Ontelba i r waren de opmerkingen die nog gemaakt werden, terwijl de dames hare slepen in orde brachten, de kleine ruikers, die zg op den boezem droegen, recht zetten en met groote voorzichtigheid de laatste hand aan haar kapsel legden, en men langzaam de breede, met een hoog rood tapijt belegde trap opging naar de eerste verdieping waar zich de receptie-zalen bevonden. Op ge lijkmatige afstanden van drie of vier treden stonden a°an beide zijden bedienden in de Wilprochtsche livrei, kaars recht, als soldaten op hnn post, en begroetten ieder dor gasten met eene diepe buiging. In weerwil van de Wilp- recbtsche huislivrei werden eenigen van hen doorlasten die bij dergelijke gelegenheden dezelfde gehuurde knechts in hunne livreien hadden gestoken, met een minzaam knikje herkend. De receptie-zalen in de nieuwe woning waren ontegen zeggelijk vorstelijk ingericht. Daarover klonk slechts ééne stem. De minder rijken, wien het onmogelijk was met het Wiipreehtsche vermogen en den Wilprechtschen bluf fen door de openbaarmaking van officieële stukken, die aan het departement van Buitenlandsche Zaken berusten, laat Caprivi schrijven, maar wij willen dat niet, om het vertrouwen niet te schenden, aan buitenlandsche regee ringen verschuldigd. Wjj onthouden ons, omdat naar onze opvatting het belang van het Rjjk dit van ons vordert. Ook op andere punten wordt de gewezen Rijkskanselier te recht gewezen, en vergoelijkend wijst men op zijn hoogen leeftijd, waardoor zekere zwakheid van geheugen verklaarbaar zon worden. Geen blad van eenige betee- konis kiest zjjn partij zjjn aanhangers zijn met de zaak verlegen en verzoeken hem dringend zjjn opvolger, wiens taak reeds zwaar genoeg is, niet verder te bemoeieljjken. Zelfs de Russische bladen geven hem ongelijk en ver klaren dat de verstandhouding tnsschen Rusland en Duitschland na zjjn aftreden eer beter dan slechter is geworden. Zjjn oude vrienden in Dnitschlaud weten ten slotte niets beters voor hem te doen dan een beroep op de lankmoedigheid en de verdraagzaamheid der Regee ring. Laat toch de regeering niet krachtig tegen hem optreden, smeeken zjj daardoor zou zijn nederlaag min der zwaar worden. Overschat de beteekenis en den invloed van Bismarck niet, raden andoren het vertrouwen in de Regeering is door hom niet geschokt een krachtig optreden van de Regeering tegen hem zou onrust kwee ken en dat vertrouwen verminderen. Een ding vergete men niet, aldus luidt het laatste en van het Duitsche standpunt zeker het beste, dat in Bismarck's belang is gezegd, één ding vergete men niethij is na den dood van Keizer Wilhelm I en von Moltke de eenige overgebleven groote figuur uit den roemrijken tijd van vóór 20 jaren; voor hetgeen bij tot de voorbereiding en den goedenuit- slag van het groote werk dier dagen heeft verricht, is en blijft het Duitsche volk hem dankbaar, en aan die dankbaarheid gaf het uiting bjj gelegenheid van zijn reis naar Weenen. Grootscher en schooner kon de avond van het leven eens staatsman zjjn, dan wanneer te zijnen behoeve een beroep moot gedaan worden op de lankmoedigheid van zjjn opvolger, en tot zijn verschooning een herinnering noodig is aan hetgeen vroeger in 's lands belang door hem is verricht. Eene toespraak door Bismarck tot de saamgestroomde menigte gehouden, slechts ééne, de kortste, was volkomen juist gedacht en onverbeterlijk goed uitgedrukt »mjjn, plicht is zwijgen. Hij heeft alle roden om te betreuren, dat hjj zich daaraan niet gebonden heeft. Zal hij het in het vervolg kannen doen De Negotiatie .Land is zekere bezitting" te 's-Gra- venhage, bezittende 1700 bunders land met 18 daarop staande bon wmanswoningen onder HillegersbergBerg- schen Hoek en Bleiswijk, keert over 1891 f 105 uit, tegen f 100 over 1890. Aan landpacht werd f 79280 ontvan gen aan belastingen werd f 24100 betaald en aan onder hond en vernieuwingen van woningen f 18199. gelijken tred te houden spraken onbewimpeld hnnne bewondering uit over de prachtdie hen omringde en den smaak waarmede het geheel was ingericht. Anderen die reeds sedert langen tijd trotsch waren op den glans van hnnne eigene woning, gaven niet min der luid aan die bewondering lachtmaar al spraken zij het met uit, er was toch in hnnne beoordeeling een niet te miskennen gevoel van jaloezie. .Het is prachtigmaar het riekt nog naar den behanger 1". kon men een van hen hooren fluisteren. .Zonder twijfel verraadt de kleurmengeling een zekeren smaak. Och het is in den tegenwoordigen tijd geen kunst goeden smaak te hebben men behoeft er zich zelf niet mede te be moeien maar kan het geheel aan den architect en den decorateur overlaten die zorgen voor alles Het is een zegen, dat wij tegenwoordig zulke uitstekende kunste naars en bovendieu zulke verstandige mannen hebben, die, in het bewustzijn van hunne eigene onvolmaaktheid zich _er toe bepalen de rekeningen te betalen en voor het overige de mannen van het vak vrij laten. Er kan dus natuurlijk geene sprake zijn van een bepaalden smaak van eene inrichting, die overeenkomt met het karakter en de eigenaardigheden van de bewoners. Men is eigenlijk met bp den heer des huizes, maar bij den architect to gast. Eene woning moet zich langzamerhand en eeniger- mato volgens den smaak en den kunstzin van den be woner ontwikkelen. Zulke paleizen, die op bevel van den lastgever op een bepaalden dag kant en klaar worden afgeleverd al zijn zij ook nog zóó kostbaar ingericht en al hebben de kunstenaars ook nog zooveel succes zij doen altijd denken aan kleedingstukken, die men gemaakt in den winkel koopt: al is de stof ook nog zoogoed en de snede nog zoo onberispelijk, zjj zitteu toch nooit goed." W6rd de verschillende hoekjes van de receptie zaal gesproken, nadat men zich met een vluchtigen blik overtuigd had, dat gastheer en gastvrouw elders bezig gehouden werdeu en dat geen bepaalde huisvriend of vneudin in de nabijheid was. Stephanie en de handelsraad vernamen niets dan uit roepen van bewondering en geestdrift. De handelsraad

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1892 | | pagina 1