De Drang naar liet Westen.
In liet Enplscne Lagerhuis.
No. 97.
Vier en Negentigste Jaargang.
1892.
ZON DAG
14 AUGUSTUS.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
EEKSTE DL AD.
Gemeenteraad.
Nationale Militie.
FEUILLETON.
Vergadering op Woensdag 17 Augustus 1892.
ALKI1AARSCHE
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar franco door het
gebeele rijk j I,
De 8 nummers f 0,06.
iRiA^yC
Telefoonnummer: 3.
COURANT.
Prijs der gewone Advertentlën:
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
des namiddags I2f uur.
Punten van behandeling.
Van de vaste commissie van financiën
Rapport omtrent de rekening der gemeente-gasfabriek
over 1891.
Idem omtrent de rekening van het burgerlijk armbe
stuur over 1891.
Idem op het verzoek vau den stads-horlogemaker om
verhooging van jaarwedde.
Idem op het verzoek van K. Bakker Dz., tijdelijk
leeraar aan de burgeravondschoolom eene gratificatie.
Van Burg. en Weth.
Voorstel tot het verleenen van vergunning aan den heer
W. F. Stoel tot afscheiding zijner nieuw te bonwen
woonhuizen in bet Kennemerpark van den openbaren
weg door middel van honten schuttingen.
Ie Suppletoire gemeente-begrooting, dienst 1892, met
rapport der commissie van financiën.
Rapport op het verzoek van Jan Holland te Rotterdam
om concessie voor het aanleggen en exploiteeren eener
stoomtram tusschen Haarlem en Alkmaar en om eenen
rentewaarborg te verleenen.
Voorstel betrekkelijk de regeling van den borgtocht
van den gemeente-ontvanger, met rapport der commissie
van financiën.
Voorstel betrekkelijk de bnreankosten en de instructie
van den gemeente-ontvanger, met rapport der commissie
van financiën.
Voorstel in overeenstemming met de vaste commissie
van bijstand voor de gemeentewerken tot voortzetting
van de rioleering in het Fnidsen en tot het afmaken
der rioleering in de Achterstraat.
Rapport der speciale commissie in zake den schoolbouw.
Rapport der speciale commissie in zake de uitbreiding
der gemeente-gasfabriek.
Voorstel betrekkelijk de benoeming van eene helpster
bij het onderwijs in de vrouwelijke handwerken aan de
openbare eerste tusschenschool.
Opmaken eener opgaaf van personen voor de benoeming
van zetter voor 's Rijks directe belastingen, als gevolg
van de periodieke aftreding van eenige leden.
Namens den Voorzitter van den Raad,
Alkmaar, De Secretaris,
13 Augustus 1892. NUHOUT VAN DER VEEN.
De BURGEMEESTER van ALKMAAR gelast, krach
tens bekomen aanschrijving, de onderstaande, hier wonende
of tot deze gemeente behoorende verlofgangersom zich
tot bijwoning der oefeningen, 's namiddags vóór 4 nren,
bij hun korps te vervoegen als volgt
16) o
HOOFDSTUK IX.
Eene doordringende stallucht kwam hun tegemoet
toen zij den* circus binnentraden. De kapel speelde een
schitterenden marschop welks maat vier Trakhener
hengsten, gelijkmatig met het hoofd knikkend, den Spaan-
schen tred uitvoerden. Hot geheel gevulde, glansrijk ver
lichte gebouw bood een prachtigen aaublik.
Gnstaaf had gelijk gehad. Iedereen was in den circus.
Bijzonder talrijk waren de uniformen der cavalerie-offi-
cieren vertegenwoordigdalle ware Sportvrienden, de
meeste aanzienlijke jongelui uit de hoofdstad, de leden
van de »Unions club", de beste ruiters en amazonen uit
den Thiergarten allerlei zondagsruitersdie zich voor
deden als echte »Sportsmen'zich bijzonder interesseer
den voor alles wat op paarden betrekking heeft, omdat
zij daardoor hoopten do gewenschte aanraking te krijgen
met de echte liefhebbers en evenals deze sporen droegen
als ridders uit de middeneeuwen; kalme toeschouwers,
die zich verlustigden in de kunststukken der ruiters en
turners en in de dwaze streken van de clownsadel
lijken en beursmannende aanzienlijkste dames uit de
groote wereld en kunstenaressen met vijfenveertig Mark
salarisdie in ieder oor een inkomen van tien jaren
droegon in den vorm van diamanten knoppeu allen
waren vertegenwoordigd. Het binnentreden van het ele
gante bekoorlijke vrouwtje in haar sealskinmantel en
met het coquette mutsje en van dien grooten slanken
met zorg, maar eenvoudig gekleeden heer. die het lorgnet
had laten vallen, omdat hij door de beslagen glazen niet8
17 Augustus 1892.
2e Regiment vesting-artillerie lichting 1890, garnizoen
te Amsterdam, JOHAN GERARD HENDRIK EL-
FRING.
4e Regiment vesting-artillerie, lichting 1890, garnizoen
te Helder, CORNELIS DE JONG.
22 Augustus 1892.
Grenadiers en jagers, lichting 18s9. garnizoen te 's-Gra
ve n h age, JOHANNES WILHELMUS HAAKMAN.
4e Regiment Infanterielichting 1889, garnizoen te
Haarlem, JOHANNES VASBINDER, AREND JANSEN
VAN JORKSVELD.
De opgeroepenen hebben recht op vrij transport naar
hun korps en daggeld, dat ter gemeente-secretarie der
woonplaats tijdig moet worden aangevraagd.
Alkmaar, De Burgemeester voornoemd,
13 Augustus 1892. A. MACLAINE PONT.
De laatste verkiezingen in Engeland hebben aan de
volgelingen van Gladstone in het Lagerhuis de meer
derheid gegeven. Het tegenwoordige Ministerie zal
dientengevolge aftreden het was daartoe onmiddellijk
besloten nadat do uitslag der verkiezingen bekend was
geworden maar het wenschte bij zijn aftreden den ge
wonen vorm in acht te nemen. Het nieuwe zittingjaar
werd daarom met een Troonrede geopend, waarin echter
van de verplaatsing der meerderheid met geen enkel
woord werd gerept; het aftredend Ministerie wilde aan
Gladstone en de zijneu geen gelegenheid geven om hun
aanval vast te knoopen aan de eene of andere beschou
wing of verklaring in de Troonredezij moesten ge
dwongen worden geheel zelfstandig op te treden en hun
eigen beginselen en regeerinysplan te ontvouwen Glad
stone is van zijn kant niet miuder kort en eenvoudig
geweest. De regeeringspartj stelde volgens gebruik een
antwoord op de Troonrede voordat niets anders was
dan een eenvoudige weerklank; een lid der Gladstoniaan-
sche partij deed daarop het voorstel aan dat antwoord
de volgende weinige maar voelbeteekenende woorden toe
te voegen; »Wj achten ons intnsschen verplicht met
bescheidenheid onder de aandacht van Uwe Majesteit te
brengendat Hare Regeering het vertrouwen van dit
Huis en van het land behoort te bezitten en dat dit
vertrouwen niet meer gesteld wordt in Uwe tegenwoor
dige raadslieden.
Dat dit amendement op de Troonrede zal worden
aangenomen, is zeker; de meerderheid die Gladstone volgt
en hem aan de regeering zal brengen staat gereed er
voor te stemmen; het tegenwoordig Ministerie weet het.
Waartoe dan deze vertooning zou wellicht iemand
willen vragen; maar in de eerste plaats moet onbetwist
baar blijken, dat Gladstone van de verkregen meerderheid
in het Lagerhuis gebruik wil maken om de tengels van
het bewind op te vorderen.
Het bewind moet hem niet worden opgedragen; hij moet
het zelf opeischen. Hij en zijn partij moeten de verant-
zien kon, en nu met saamgeknepen oogen naar de ledige
loge zocht, werd door verscheidene personen opgemerkt
in het bijzonder door het gezelschap dat in de tegen
in verliggende loge zat, door de Wilprechts. Strelitz die
daar vermoedelijk do voor George bestemde plaats had
ingenomen, mompelde zacht: »Aha!" De handelsraad
sperde de oogen wijd open en was het eerste oogenblik
sprakeloos. Daarna boog hij zich naar zjjne vrouw en
fluisterde haar iets in het oor. Zij werd bleek, hield met
groote zelfbeheersching de binocle voor de oogen en bleef
zóó lang rondkijken, totdat het haar gelukt was om haar
fraai gevormden mond die uitdrukking van onbaatzuch
tige vrengde te voorschijn to roepen, die haar zoo goed
stond. Nn had zij ook Nordstetten die, met Gnstaaf s
groote binocle gewapend, de verschillende loges een voor
een bekeek ontdektnn lachte zij ook onbevangen en
beantwoordde vriendelijk George's groet, maar nog vrien
delijker dien van Lolo. En nn groetten ook Maximiliaan
en Strelitz bijzonder beleefd. Het was een kruisvuur van
hartelijkheden.
Lolo en George waren bij het zien van het Wilprecht-
sche echtpaar niet zeer aangenaam getroffen geweest,
maar hot genoegen van in elkanders nabijheid te zijn,
verdreef iedere onaangename opwelling en werkelijk wa
ren zij spoedig zóó onbezorgd vrooljk en opgeruimd, dat
de Wilprechts inwendig kookten. Te vergeefs zochten
deze het breede, glimmende gelaat van den blonden Gus-
taaf. Wilprecht maakte zacht zoodat alleen Stephanie
het hooren kon eene scherpe opmerking over dien
goeden Menelaüs uit de Koppenstrasse, doch de schoone
Stephanie was zachter in haar oordeel en zij had weder
eens gelijk gehad. Daar was hij immersmijnheer de
zwager in ruste, en hij zag er zoo argeloos, zoo tevre
den, zoo blijmoedig nit
De ontmoeting in de Schnmannstrasse, waartegen hij
zoo had opgezien, was boven verwachting goed af'geloo-
peu. Hij had Jnlie onrecht aangedaan met het vermoe
den, dat zij eene zekere pressie op hem zou willen uit
oefenen. Julie had weer getoond, dat zij een goed karakter
had en steeds werkzaam was, ook voor anderen De
woordelijkheid dragen van de verwijdering van het tegen
woordig Ministerie en van de optreding eener nieuwe
regeering. De verslagen partij wil het nieuwe bewind in
de noodzakelijkheid brengen om uiteen te zetten, waarom
het de plaats wil innemen, waarop de oude regeering
zich tegen den wil der meerderheid niet kan en ook niet
wil handhaven. Nu verklaart de meerderheid, dat een
regeering het vertrouwen moet bezitten van het Lager
huis en van het land, en dat de tegenwoordige raads
lieden der Kroon dat vertrouwen hebben verloren. Dit
laatste is gebleken nit de verkiezingende Gladstoni-
aansche moerdorheid behoeft daarop slechts te wijzen
maai de leiders der verslagen partij maken gebrnik van
de gelegenheid om aan de meerderheid te vragen, waarop
dan toch het vertrouwen steunt, dat het land blijkens
de laatste verkiezingen in de leiding van Gladstone toont
te stellen. Zij toonen van hnnne zijde aan, dat dit ver
trouwen misplaatst is, dat de meerderheid, die Gladstone
aan het bewind moet brengen, niet is een aaneengesloten
partij, maar wordt gevormd door een bondgenootschap
van verschillende partijen die niet hetzelfde begeeren,
en dat de nienwe regeering bij gevolg er moeiljk in zal
kunnen slagen aan de verschillende bestanddeelen van de
meerderheid te voldoen zoodat het te kwader uur in
haar gestolde vertrouwen noodwendig op teleurstelling
moet uitloopen.
Inderdaad bestaat de meerderheid waarop een Ministerie-
Gladstone moet steunen, voor een deel uit Iersche afge
vaardigden Parnellisten en Anti-Parnellisten die vóór
alles en boven alles de invoering van oen eigen een
afzonderlijk bestuur voor Ierland Home rule) eischen en
daarom alleen zich scharen naast Gladstone en zijn libe
rale partijgenooten. Gladstone's instemming met dit
verlangen heeft, gelijk ieder bekend is, reeds voor oenige
jaren een scheuring in de liberale part j in Engeland ten
gevolge gehad. Liberalen die een afzonderlijk bestuur
voor Ierland verderfelijk achtten voor de eenheid des
Rijks de Unionisten hebben zich afgescheiden van hun
voormaligen leiderdie zich daarentegen gesteund zag
door de meerderheid der Iersche afgevaardigden. In het
graafschap Ulster, dat zich door zijn nijverheid en pro-
testautsche bevolking onderscheidt van de overige Iersche
graafschappen, waar de schier uitsluitend katholieke be
volking bijna geen ander middel van bestaan heeft dan
den landbouw, vreest men evenwel van een afzonderlijk
lersch bestuur overheersching en onrecht, en heeft men
zich daarom tegen Gladstone gekeerd. In Engeland heeft
Gladstone voorts de meerderheid voor een deel te danken
aan de arbeiderspartijnatuurlijk niet zoozeer om zijn
plannen met Ierland als om de hervormingen in het
staatsbestuur en de maatregelen ten behoeve der arbei
ders, die zij van hem verwacht.
Wat zal Gladstone op den voorgrond stellen heeft
men gevraagd, wanneer hij in de gelegenheid gesteld zal
worden om zijn plannen te volvoeren Op die vraag is
door de beraadslaging over het antwoord op de Troon
rede reeds bij voorbaat het antwoord gegeven. Terwijl
een afgevaardigde nit een kiesdistrict in Ulster door het
voorstellen van het adres van antwoord hulde bracht
redenwaarom zij hem ontboden had, was eenvoudig
dezeeene jeugdige talentvolle kunstenares moest in
het moeilijke begin harer loopbaan een weinig gesteund
worden. Verder niets. Welnu, dat veroorloofden hem
immers zijne middelen. Hij was bijna geroerd, dat Jnlie
aan hem gedacht had. Zij was toch een trouw en aan
hankelijk meisje 1 Nu, zij zou niet te vergeefs op zijne
edelmoedigheid hebben gerekend. Ook had hare eigene
verklaring, dat zij zich in den laatsten tijd zeer zedig
gedroeg, diepen indruk op hem gemaakt. En het zag er
zoo eenvoudig uit bij haar Hij moest het dns wel ge-
looven Hij kende al die menbelshij had ze, zes jaren
geleden, zelf gekocht.
Toen Gnstaaf, die in den circus altijd den hoed een
weinig achter op het hoofd zette, zooals hij dat van den
prins von Eggerstein en van graaf Pagger-Mahldorff had
opgemerkt, de loge binnentrad, en George, die deed alsof
hij hem den voorsten stoel wilde inruimen, met kracht
dwong te blijven zitten, haalde Lolo haar fijne neusje
op en zich een weinig naar hem omwendende vroeg zij
Sedert wanneer parfumeert gij u toch?"
Ik? Mij?" vroeg Gustaaf een weinig verlegen, terwijl
hij zijne rnonw onderzoekend naar den neus bracht en
de joistheid van Lolo's opmerking moest toegeven.
En nog wel Chypre ging Lolo voort met eene uit
drukking van afkeer op het gelaat. »Ik kan die walge
lijke, scherpe lucht niet uitstaan
Een der heeren van het bestuur daar ginds
van die zaak in Sleeswijk" lachte Gnstaaf nog steeds
verlegen »Uit de grap heb ik maar één droppeltje...
maar gij hebt gelijkdat goed riekt eigenlijk afschu-
weljk."
Ehrike ging wat achteruit en was bij, dat hj geen
deel behoefde te nemen aan het gesprek.
George verkeerde in eene eigenaardige stemming. Hj
vertrouwde het ongekende gevoeldat hem vervulde,
nog niet recht, hj wilde het ook nog niet vertrouwen.
Op stuk van zaken was het toch slechts een minnarjtje
evenals do vroegere, met dit onderscheid dat ditmaal
zjne verovering gewichtiger en zjn optreden aanmati-