De Drang naar let Festen. No. 115. Vier en Negentigste Jaargang. 1892. ZONDAG Dit nummer bestaat uit 2 bladen. EERSTE BLAD. Zon de huurboer er beter door worden FEUILLETON. 25 SEPTEMBER. A i AMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar 0,80; franco door het geheele rijk J 1, De 3 nummers f O,<16. Pr(|s der gewone Ad verten t lën Per regel J 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Aan den tijdelijben en onvasteu grondslagdien het huurcontract den landbouwer voor de uitoefening van zijn bedrijf verschaft, zou de heer Moltzer gelijk wij gezien hebben een eind willen maken door hem het recht te geven desverkiezendevoor zich en zijn erven het land in eigendom of in altijd durende erfpacht te nemen. Wij hebben eenige onzes inziens overwegende bezwaren daar tegen doen kennen; één van deze bezwaren bestaat hierin, dat de landbouwer, die van dat recht gebruik had ge maakt en zieh daartegenover, zooals de heer Moltzer in overweging geefthad verbonden tot betaling van een jaarlijkschen vasten cijns of canon, gelijk aan het gemid delde jaarlijksche bedrag van de zuivere huur gedurende de laatste twintig jaren wel eensbij tegenspoed in het landbouwbedrijf of sterke daling van den prijs van ge wassen en zuivelproducten, van slechter conditie zou kunnen worden dan bij een tijdelijk hunrcontraet. Tegen dat gevaar wil de heer Moltzer hen beveiligen door een recht, waaraan hij den naam geeft van beneficium com pete» tiae, en dat hierop neerkomt De cijns of canon, de huur of de pacht van het land, hoe men het noemen wil, in één woord hetgeen de gebrniker van het land aan den eigenaar voor het gebruik betaalt, moet opgebracht kunnen worden door het land zelf. Heeft de gebruiker alzoo de opbrengst van het land te gelde gemaakt en van de ontvangst do grond- en polderlasten en de kosten van zaaizaad en bemesting afgetrokken, dan moet uit het overblijvende de huur of de pachtde cijns of de canon aan den eigenaar worden betaaldook al gaat het er geheel mede heen, en al houdt de boer voor zieh zeiven dus niets over, zoodat hij voor niets heeft gewerkt; maar als er te kort komt, zal hij ook niets hebben bij te passende eigenaar zal zieh tevreden moeten stellen met hetgeen het land heeft opgeleverd, ook al is het zoo goed als niets. De heer Moltzer spreokt herhaaldelijk van kosten van zaaizaad en bemesting en heeft dus blijkbaar het oog op den akkerbouw maar het lijdt geen twijfel of hij zou hetzelfde bepaald willen hebben in het belang van den boer, die van veeteelt of zuivelbereiding zijn hoofdvak maakt. In de eerste plaats zij opgemerkt, dat dit recht den boer geen zekerheid zou kunnen geven van eenige in komsten. Hjj zou er alleen gebruik van kunnen maken, indien hij, in plaats van iets met zijn bedrijf te winnen, zou moeten bijpassen. Maar zelfs dan nog moet gevraagd worden: zou het billijk zijn tegenover den eigenaar? Alleen in geval van vruchtwisseling of wisselbouw zou de heer Moltzer de vraag of de boer aanspraak heeft op vermindering van cijns of pacht in verband willen bren- 34) HOOFDSTUK XVIII. In eene zeer ernstige stemminguitgeput van ver moeienis en opwindingtrad George de warmemet gasten gevulde salons van den gezant binnenen zag zich op eens verplaatst in het gewoel van een schitterend festjjn. Hij had het plan zich even aan den gastheer te vertoonen en dan zoo spoedig mogelijk en ongemerkt te verdwijnen maar hij werd opnieuw omringd en gelnk- gewenschtiedereen was verrokt De gezant legde den arm vertrouwelijk om zijne schou ders en stelde zijn jongen vriend aan eenige heeren en dames voor, die het verlangen hadden uitgesproken met den genialen kunstenaar kennis te maken. Hij kwam eigenlijk niet tot bezinning hij verkeerde m een roes. Hot was hem onmogelijk op al de beleefd heden, waarmede hij als het waro werd overstelpteen passend antwoord te gevenmaar dat beteekeude niets men vond hem hoogst origineel en buitengewoon inte ressant. De paren vormden zich voor de quadrille. Gedurende een oogenblik was bij aan zich zei ven overgelaten en kon hij eens vrij ademhalen. Plotseling ontstelde hij hevig. Eenige schreden van tem verwijderd stond Stephanie aan den arm van een officier van de Garde een prins uit een der gemcdia- tiseorde vorstenhuizen. Zij schitterde in haar goudglan zend toiletder koningin van Scheba gelijk. Do °dans en de opgewondenheid van het feest hadden hare wan gen lichtrood gekleurd de fonkelende robijnen om haar Telefoonnnnmer3. gen met de opbrengst van voorafgaande of volgende jarenzoodat de nadoelen van het eene jaar door de groote voordeelen van het andere jaar zouden worden opgewogen; de landbouwer zou dan moeten opgeven, hoe hjj de verschillende gewassen jaarlijks over den grond wil verdoelen en dan zou op verzoek van den eigenaar door den Kantonrechter kunnen beslist worden, dat, als de landbouwer zijn recht zou willen doen gelden om minder te betalen dan bepaald was, de rekening werd opgemaakt over het aantal jarendat voor do vrucht wisseling noodig is. Dit zou alleen kunnen gebeuren in geval van een geregelde vruchtwisseling; maar als regel zou gelden, dat elk jaar op zich zelf staat. Ik kan d i t jaar aan den eigenaar de verschuldigde uitkeering niet voldoenzou de gebruiker van het land kunnen zeggen en als het werkelijk bleek dat het land niet genoeg had opgebracht om die uitkeering er uit te be talen, zou de gebruiker geheel of gedeeltelijk van betaling worden vrijgesteld, ook al hadden vorige jaren het drie of vierdubbele opgebracht. De nadoelen van de m a- g e r e jaren zon de grondeigenaar moeten helpen dragen, maar in de buitengewone voordeelen van de vette jaren zou hij niet deelen. Zou dit uit het oogpunt van billijkheid te verdedigen zijn Er bestaan ook nog andere bezwaren tegen dit recht op vermindering der jaarlijksche uitkeering. De heer Moltzer wil dit den boer niet alleon toekennen in geval van misgewas of bijzonder schralen oogst, maar ook als de oogst voldoende maar de prijzen te laag zijn. Maar als mon dat zou willenkan men den boer ook niet langer vrij laten om op zijn land te teelen wat hij goed vindten evenmin om zijn gewassen te verkoopen wan neer hij verkiest. Do landeigenaar zou altijden nu en dan met recht, kunnen zeggen gij hebt verkeerd ge handeld, gij hadt geen aardappelen, geen rog, geen kool zaad moeten teelen, maar boonen of haver of karwij- zaad; dan hadt gij een goede rekening gemaakt. Of wel gij hadt niet dadelijk moeten verkoopenlater is de markt gestegen. In een ander geval misschien juist het tegenovergestelde gij hebt te lang gewacht mot te ver koopen, 't is uw eigen schuld dat go nu zoo slecht uit komt had verkocht toen uw gewas nog te veld stoud of zoodra ge het binnengehaald hadt; toen waren dé prijzen beter. Daarenboven geldt hier, evenals bij de schiale oogsten, ook het bezwaar, dat de landeigenaar, behalve bij geregelden wisselbouw wel de nadeden van' de daling der prijzen zou helpen dragen zonder dat een stijging der prijzen in zjjn voordeel zou komen, of de hooge prijzen van het eene jaar tegen de lage van het an dere in rekening gebracht zouden worden. Behalve deze onbillijkheid, die niet kan worden weg genomen zonder aan dit recht van den landbouwer alle waarde te ontnemenis er nog een bezwaardat het onzes inziens ongeveer alle aantrekkelijkheid doet ver liezen. Wanneer de eigenaar verplicht wordt bij onvol doende opbrengst van het land vermindering van cijns of pacht toe te staan, terwijl de boer het land in vast gebruik heeft, is het voor dien eigenaar van het grootste belang dat zijn grond goed bebouwd en goed verzorgd hals wierpen naar alle zijden roodachtige stralen. Zóó schoon was zij nog nooit geweest 1 Zóó bekoorlijk had zij nog nooit gelachen Hoe droevig Zij wist niets Innig medelijden was in zijn hart opgewekt. Nu zag zij hem. Zij scheen te ontstellen hoewel zij toch wistdat hij verwacht werd hare kleur verdween plotseling. Haar lach verstomdemaar dat duurde niet langer dan eenige seconden. Toen knikte zij hem onbevangen hartelijk toe en deed met hare kleine handjes de beweging van het applaudiseeren na. George bedankteals altijderg onhandig. Hij ging uit hare nabijheid hij kon haar thans niet zien niet zoo niet hier, in den glans en het gewoel van oen feest. Hij ging een ander vertrek binnen daarna nog een en nog een derde en eindelijk vond hij, wien hij zocht. Wilpreclit was nog trotscher dan anders hij was ge lukkig. Stephanie werd door iedereen bewonderdzij was de schoonstede koningin van het feest. Hij 'zelf was aan alle mogelijke hoog geplaatste heeren en dames voorgesteld en had nog nooit in zijn geheele leven zoo veel diepe buigingen gemaakt en zóó dikwijls »Uwe Hoogheid'' en »Uwe Excellentie" gezegd als in dit laatste anderhalt uur. Hij wilde onmiddellijk weder beginnen met George dezelfde complimenten over Bath-Seba te maken die deze in den loop van den avond zeker al der tig maal had moeten aanhoorenmaar de componist sneed hem den pas af. .Dank u dank u! Ik wilde u eene vraac doen Denkt gij nog lang te blijven?" »Zeker, zeker 1" .Zoo Ik dacht, dat gij spoedig zoudt heengaan indt gij het hier zoo prettig Kijk eens rond Louter mensehen <}ie wij niet kennen en die zich morgen onzer nauwelijks herinneren." .Maar, mijn waarde Nordstetten »Het zou veel gezelliger geweest zijn te huis te blijven onder ons. Zoo gij wilt, ga ik met u mede. Ik ben doodmoe." Ja gijMaar wij nietWij nietNiet waar, wordt en het geheele landbouwbedrijf met oordeel en beleid wordt gedreven. Heeft hij te doen met een oneer lijken, een slordigen of on'bekwamen boer, dan zou het kunnen gebeuren, dat hii bijna geen enkel jaar de vast gestelde uitkeering ontving en dat zijn land gestadig achteruitging, zoodat de kans om het hem toekomend bedrag te ontvangen van jaar tot jaar minder werd. Om nu ook in dit opzicht voor de belangen van den landeigenaar te zorgen zou do heer Moltzer hem het recht willen toekennen om den grond te verkoopen, wanneer hij mis bruikt, uitgeput of niet behoorlijk verzorgd, maar ver waarloosd werd. Zoo zou hij den oneerlijken, onbekwa- men of slordigen boer de plaats kunnen doen verlaten en door een eerlijken bekwamen nauwgezetteu land bouwer vervangen. Ja, om de behandeling van het land na te gaan en tevens den rechter te kunnen voorlichten omtrent de opbrengst van een stuk land in een zeker jaar en den prijs van het daarop geteelde, wanneer ver mindering van de vaste jaarlijksche uitkeering wordt gevraagdzouden er volgens den heer Moltzer in alle plattelandsgemeenten plaat selijke commissie s van toezicht opdenlandbouw moeten bestaan, door het dagelijksch bestuur der gemeente te benoemen uit een voordracht van don kantonrechter. Wij zullen niet ontkennen dat dit noodig is. Integendeel zijn wij van meeniug dat zoo iets in het stelsel van den heer Moltzer pastmaar men zal dan toch ook moeten er kennen, dat de landbouw onder toezicht wordt geplaatst en de boer een deel vau zijn vrijheid inboet. Zijn han delingen worden nagegaan wil hij zijn recht op ver mindering van zijn vaste uitkeering doen gelden dan komen de leden der commissie van toezicht met hunne aanteekeningen. Hij moet bewijzen, dat de opbrengst van zjjn land niet toereikend is geweest om den gewonen cijns er uit te kunnen betalen. Zoo de eigenaar dat niet wil erkennen zal hij moeten procedeeren. Hij kan zijn proces winnen, maar ook verliezen en in de kosten wor den veroordeeld. Daarenboven loopt hij gevaar dat hij het land, dat hij in gebruik heeft, door den eigenaar met verlof van den kantonrechter zal zien verkoopen op grond van misbruik en verwaarloozing. Een en ander komt ons vooraan de landbouwers zeiven voldoende stof te leveren om nog eens ernstig te overwegenof de hervormingen in ons rechtdie°den heer Moltzer in hun belang aanbeveelthun toestand tegenover den eigenaar van het door hen gebruikte land inderdaad zooveel zou verbeteren, als men op het eerste gezicht zou meenen. Ons schijnt het toe dat ook deze medaille een bedenkelijke keerzijde heeft, en dit nieuwe recht hun niet die zekerhoid van het voortdurend ge bruik van het land en van een voldoende belooniug van hun arbeid zou geven die overigens ieder, bij een be hoorlijk en zorgvuldig gebruik van den grond, hun gaarne zou willen verzekeren. Stephanie herhaalde hij zich tot zijne vrouw wen dende van wie de prins afscheid genomen had en die nu op de heeren toekwam, om George nogmaals geluk te wenschen. Verbeeld u, die ogoïst wil ons mede naar huis troonen omdat hij zelf zoo moe is O die kun stenaars George verkeerde in groote verlegenheid. Stephanie was te vroeg gekomen. Bij de woorden van haar man had zij een onderzoekenden blik op George geworpen maar hij kon dien niet verdragen en sloeg de oogen neer. Hij weet alles!" sprak zij in zich zelve. Wilt gij ons meetroonen vroeg zij langzaam. »En waarom?" 'Eene dwaze luim antwoordde George nog altijd verlegen. >Uw man heeft gelijk! Het is zelfzuchtig van mij. Ik was werkelijk zoo onbescheiden heden avond nog eene kop thee bij u te willen komen drinken .Heden avond nog herhaalde Stephanie wantrouwend. .Ja. het is een onbescheiden wensch van mij, dat geef L- U^J Ma_ar.het büvalt mij hier niet, in deze drukte, bij dit gedruisch van al die stemmen, bij dit schitte rende licht en dat geflonker van al die diamanten naar huis kan ik nog niet gaan ik zou gaarne met oude bekenden nog een gezellig praatje hebben gemaakt." o mj dat vroeger gezegd had, gij weet, ik zou voor een vriend gaarne het genoegen, dat deze avond mij verschaft, heboen opgeofferd, maar thans ben ik ge bonden. Ziehier mijn balkaartje Ik moet geduldig wachten tot het einde, ziehier Cotillon Graaf Pagger-Mahldorff." O, ik begrijp er alles van. Het spijt mij, dat Wilprecht verraden heeft! Ik zou immers, bij eenig nadenken, zelf hebben ingezien dat ik iets onmogeljjks verlangde. Het is mij eigenlijk ontsnapt eene kinderachtigheid Vergeef ze mijIk sluip echter zelf heimelijk weg trouwens, het schijnt, dat ginds uw danseur aankomt Een ritmeester van de Potsdammer huzaren geleidde de schoone vrouw naar de danszaal. Vóór zij het vertrek verlietgroette zij George nog eenmaal met de oude vriendelijkheid. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1892 | | pagina 1