Binnenland.
naar het vraagstuk van de uitgezette pachters en een
verslag uit te brengen over de middelen om hen weder
te herstellen.
FRANHHIJK. De regeering heeft het besluit van
den socialistischen gemeenteraad van Roubaix, om 5000
te schenken aan werkstakenden aldaar, nietig verklaard.
Dezer dagen kwam de heer Plista met zijne vrouw
van eene reis naar Zwitserland terug aan zijne woning
te Eontenay-sous-Bois bij Parijs, welke hij aan de zorgen
zijner dienstbode Maria Molles had toevertrouwd. Toen
hem op zijn herhaald schellen niet open gedaan werd,
klom hij met een ladder in den tuin, en ontdekte, dat
do deuren der tuinkamer open stonden en alles geplun
derd was. Zijn hond die op verschillende plaatsen ge
kwetst was, kwam hem jankend te gemoet. In den hoek
van den tuin werd het lijk dor dienstbode gevonden, met
een schort om het hoofd en den hals. Men vermoedt,
dat een neef, de heer Yirgile Plista, ingenieur, de dader
isdeze is althans sedert den moord verdwenen.
De vrienden van wijlen generaal Boulanger kwamen
den 26 des avonds bijeen, naar aanleiding van den ver
jaardag van zijnen dood. Men besloot zich den 3 Oc
tober naar het kerkhof van Elseve te begeven.
ITAliIE. De clericale bladen bevatten eene gelijk
gestelde mededeeling, dat de Paus het verbod aan katho
lieken, om deel te nemen aan de verkiezingen, niet zal
intrekken.
Tweede Kamer.
Nadat den 27 het amendement van den heer Tijdens
op paragraaf 3 van het adres van antwoord op de troon
rede, aanvankelijk luidende
»Mer ernstige aandacht volgden wij de aankondiging
«der vele belangrijke voorciracateu vraarerder die to*
«regeling van het kiesrecht voor de Tweede Kamer der
«Staten-Generaal en voor de Provinciale Staten, do voor
naamste plaats bekleedt en daarom aanspraak heeft in
»de eerste plaats te worden behandeld, doch waarvan op
aansporing van den heer Veegens door den voorsteller de
laatste woorden weggelaten waren verworpen was met
72 tegen 14 stemmen van de heeren Keuchenius, v. d.
Borch, v. d. Velde, Poelman, Löben Seis, Lucasse, Tijdens,
v. Velzen, Beelaerts, v. Alphen, Seret, Veegens, Pijttersen
en Donner, werd de door den heer Keuchenius voor
gestelde lezing van paragraaf 3: »Met ernstige aandacht
«volgden wij de aankondiging der vele belangrijke voor-
drachtenwaaronder naast die tot regeling van het
«kiesrecht enz. ook die tot invoering eener beroeps- en
«bedrijfsbelasting enz. do voornaamste plaats bekleeden"
verworpen met 68 tegen 18 stemmen van de heeren
Beelaerts, v. Alphen, A. Mackaij, Seret, Donner, Havelaar,
Oppedijk S. v. der Oije T. MackaijKeuchenius v. d.
Borch, Brantzen, v. d Velde, Löben Seis, Lucasse, Tijdens,
v. Velzen en Bijlandt.
In den loop dezer zitting kwamen in de wetsontwerpen
tot vaststelling der spoorwegbegrooting voor 1893, van
de indische begrooting en tot aanleg van een spoorweg
ter verbinding van Tarik met Soerabaya en Kalimas.
Den 28 zijn de heeren Beelaerts van Blokland en
Veegens herbenoemd als leden voor de huishoudelijke
commissie en de heeren Schaepman de Beaufort (Am
sterdam) en T. Mackaij als leden der commissie voor de
stenographie.
Het koloniaal verslag van 1891 (W. I werd overeen
komstig het voorstel der commissie voor kennisgeving
aangenomen.
Over de tweeledige conclusie van het verslag over de
regeeringsinlichtingen op het adres van G. de Jonge,
te Abeele over de beweerde mishandeling van zijn zoon
bij zijne verpleging in het militair hospitaal te Vlissin-
gen (door hem meermalen tegen zijn zin te electriseeren
en te chloroformeeren) werd eene langdurige beraadsla
ging gevoerd. Het voorstel der meerderheid om den
minister van oorlog dank te zeggen voor de verstrekte
inlichtingen en hem mededeeling van het verslag der
commissie te doen werd met algemeene stemmen aan
genomen nadat de heer van Löben Seis terug ge-
uitnoodigingenmen zag hem dagelijks de Regonten-
strasse inslaan of uitkomen men zag hem bij mooi
weder kalm naast Lolo door den Thiergarten wandelen
op soirees vond men hen altijd toevallig bij elkander.
en al deze verschijnselen werden door het gepraat van
de dienstbodendie de berichten over do toenemende
innigheid van het verkeer tusschen hen beiden uit de
keukens naar de salons overbrachten aanmerkelijk uit
gebreid.
Eigenlijk was bet eene uitgemaakte zaak en zij gaf
niemand oonigen aanstoot.
Een beminnelijk, jong beeldschoon vrouwtje, dat door
een plompenonbeduidendenlichtzinnigen echtgenoot
werd verwaarloosd en een jonge, welopgevoede, galante,
ongemeen begaafde kunstenaar lieve Hemeldat was
immers natuurlijk 1 En als de echtgenoot het niet
zag of niet wilde zien waarom zou de wereld dan
ongeroepen als zedemeester optreden
Het is niet altijd waar, dat van den laster iets blijft
hangen. De laster mag voor het oogenblik een rein
beeld bevlekken wanneer hij niet door feiten wordt
gevoed dan neemt de wind hem mede en de vlekken
verbleeken in het zonlicht. Met de kwaadsprekendheid
is dat niet het gevalmaar kwaadsprekendheid is geen
laster. De woekerplant van het kwade gerucht heeft een
bodem noodigten minste een weinig aarde om wortel
te kunnen schieten. Vindt zij dien bodem, dan, voorzeker,
is er geene macht ter wereld die haar kan uitroeien.
O er werd genoeg gepraat over Lolo en George Men
kon wel geene bepaalde feiten aanhalen geene bewijzen
maar iedereen zeidat het «zoo was". En niemand kon
dat gezegde ontzenuwen. Wanneer men hen metelkander
.zag, had ieder het zekere gevoel, dat zij met elkander
anders omgingen dan met anderendat tusschen hen
een stilzwijgend vast verbond gesloten was maar dat
zij het voor de wereld verborgen hielden. In hunne
blikken in de wijze waarop zij elkander begroetten, lag
eene zekere innigheid, een «wij behooren bij elkander",
waaruit ieder, die maar een weinigje menschenkennis
bezatmoest opmaken dat zij het samen eens waren
.en de geheele wereld uitlachten.
nomen had het voorstel der minderheid, om den wensch
uit te spreken, dat de minister van oorlog in overweging
zou nemen de bepalingen, regelende de bevoegdheid van
den geneeskundigen dienst der landmacht ten opzichte van
in het hospitaal verpleegde militairen te herzien, na de
verzekering des ministers, dat hij bereid was maatregelen
voor te schrijven in den geest van het door den advocaat
fiscaal uitgebrachte advies.
De conclusie van het rapport over het verslag betrek
kelijk het armbestuur over 1889, strekkende om dat
rapport voor kennisgeving aan te nemenwerd met
algemeene stemmen aangenomen, nadat de heer Rink de
moeielijkheid besproken had, voor de gemeentebesturen
ontstaande uit de omstandigheid, dat op het beroep van
den Raad bij den Raad van State op afwijzende beslis
singen van Gedeputeerde Staten, betrekkelijk subsidie
aan instellingen van weldadigheid, eerst in den loop van
het nieuwe dienstjaar uitspraak kan worden gedaan,
terwijl inmiddels op de posten in kwestie geen uitgaaf
kan geschieden. Dit vereischt voorziening.
De minister van binnen 1. zaken verklaarde
zich bereid de kwestie in hoever art. 61 der armenwet
aanvulling vereischternstig te overwegen.
Daarna ving de beraadslaging aan over de conclusie
van het verslag omtrent het adres van W. H. Vliegen te
Maastricht, houdende een klacht tegen den burgemeester
van Gulpenwegens het doen staken van eene aldaar
gehouden openbare vergadering. De conclusie der meerder
heid strekt tot dankbetuiging aan den minister van bin-
nenl. zakendie der minderheid om tevens de wensche-
lijkheid uit te spreken, dat a, door eene aanschrijving der
regeering degenen die met de handhaving der wet van
22 April 1855 (Stbl. n". 32) zijn belast, gewezen worden
op de perkenbinnen welke zij zich daarbij hebben te
houdenb. de Regeering met de haar ten dienste staande
middelen zooveel mogelijk wake tegen toepassen van
gemeentelijke politieverordeningen np zoodanige wijzedat
daardoor het recht van vergaderen wordt beperkt buiten
de door de wot van 22 April 1855 (Stbl. No. 32) ge
trokken grenzen.
Den 29 wordt die beraadslaging voortgezet.
Indische begrooting voor 1893.
De eidcijfers dezer bij de Tweede Kamer ingediende begroo
ting zijn als volgt: uitgaven in Nederland f 25,522,592,
uitgaven in Indië f 113,721,116, samen 139,243,708.
Middelen in Nederland f 28,837,878middelen in Indië
f 101,397,020, samen 130,234,898. De begrooting sluit
alzoo met een tekort van 9,008,810.
Als een onderdeel wordt beschouwd het afzonderlijk
wetsontwerp om f 1,062,000 beschikbaar te stellen voor
den aanleg van een spoorweg ter verbinding van Tarik
met Soerabaya en Kalimas.
Een onbekende heeft 2000 geschonken aan het
nieuwe diaconessenhnis te Leeuwarden.
Do arr. rechtbank te Rotterdam heeft den visscher
te Maassluisdie bij ongeluk zijnen vriend door een
schot het leven benamtot ééne maand hechtenis ver
oordeeld.
De heer J. W. Staffers en J. C. Peereboom, jour
nalisten te Haarlem hebben zich tot de kamer van
koophandel gewend, met verzoek de zittingen der kamer
in het openbaar te houdenopdat daar de verslagen
kunnen worden gemaakt.
Gedurende het derde kwartaal van 1892 is in de
schoolspaarbank te SI. Pankras ingelegd 133.635 en
terugbetaald f 8.835, zoodat rentegevend is belegd ƒ124.80.
Bij gelegenheid van de kermis werd deze week te
West-Clraftclijk eene biljartwedstrijd gehouden waar
aan door 27 personen werd deelgenomen. De prijs en
premie werden gewonnen door de heeron P. Eckhart en
P. Rnijter.
Den 26 des avonds brak in het uit vier verdie
pingen bestaande huis No. 81 aan de Da-Costakade te
Amsterdam brand uit op de tweede verdieping, waar
in de kamer eener alleen wonende vrouw de petroleum
lamp was gesprongen. Deze vrouw waarschuwde de be
woners der beide bovenverdiepingen, doch in plaats van
onmiddellijk langs de trap het huis te verlaten, schijnt
Men trok zich daarover volstrekt het harnas niet aan
men scheen er eerder eene zekere boosaardige voldoening
in te vinden die Mephistopheles zoo uitstekend omzet
in de woorden: »Hab' ich doch meine Preude dran
De beste vrienden en de goedhartige gastheeren kop
pelden allen een weinig mee. George en Lolo werden
altijd te zamen uitgenoodigd en bij de plaatsing aan
tafel sprak het vanzelf, dat Nordstetten mevrouw Ehrike
naast zich moest hebben en de blonde Gustaaf aan het
andere einde van de tafel werd geplaatst.
Zoolang de zaak bleef zooals zij nu waseen aan
ieder bekend, maar door niets bewezen feit, zoolang niet
door eene tastbareonloochenbare gebeurtenis in het
openbaar ergernis was gegeven, hielpen zij allen mede,
werkten zij allen het ongeoorloofde in de handZij
onthielden zich allen van minder lieftallige uitingen over
de hoofdpersonen en vondendat de onnoozele sukkel
die zulk een bekoorlijk vrouwtje niet waard was, en
de Hemel wist in welk gezelschap zijn tijd zoek bracht,
zijn verdiende loon kreeg.
Men moest echter nog afwachten of deze gemoedelijke
opvatting zou stand houdenwanneer eenmaal datwat
de geheele wereld wist en dulddedoor de eene of andere
gebeurtenis aan het oordeel van de openbare meening
werd prijsgegeven; of in dat geval de gemakkelijke rol
van medeschuldige niet verwisseld zou worden met die
van den onverbiddelijken rechter.
Zoo was de stemmingtoen de Wilprechts in Berljjn
terugkeerden. Maximiliaan was inwendig boos het
speet hem. Hij had het al lang vermoedhij had het
immers geweten! Toch voelde hij zich beleedigd, wan
neer iedereen het hem glimlachend vertelde en zijn
vermoeden bevestigd werd. Hij had werkelijk iets voor
Lolo gevoeld, meer dan voor iedere andere vrouw
Wanneer hij haar zagbegon zijn pols sneller te kloppen
en bespeurde hij een zonderling, brandend gevoel in de
kakebeenen. Kon zij maar de zijne wordenHij rilde bij
die gedachte en al koesterde hij ook niet de minste hoop,
om zijne vurigste en geheimste wenschen vervuld te
zullen zien hij bleef toch altijd in die richting werken.
De koelheid, waarmede zij hem telkens afwees, had
men, door den schrik bevangen, aan dezen aangewezen
weg tot redding niet te hebben gedacht. Althans toen
eenige buren naar boven snelden om te helpen redden
waren een zekere Ottenhof en zijne vrouw reeds het raam
uit gesprongen. Zij kwamen ernstig gewond in den tuin
van het naburige huis te recht en moesten naar het gast
huis worden vervoerd.
Rustenburg, een der bewoners van de derde verdieping,
had een goed heenkomen over de daken gezocht, doch
ook al niet zonder zich te verwonden. Zijn zoontje werd
in een tuintje achter het brandend perceel zoo goed als
naakt gevonden. Hoewel het kind zeideniet uit het
raam te zijn gesprongen, was het toeh zoo gekwetst,
dat zijne opneming in het gasthuis noodzakelijk werd geacht.
Hij beweerde, dat zijne moeder uit het raam gespron
gen was. Later is geblekendat de bewoners der derde
en vierde verdieping de trap niet meer konden afdalen,
omdat die reeds in vlam stond toen men het gevaar
bemerkte.
Wijlen de heer Nieolaas Buyteweg te Delft heeft
o.a. vermaakt aan
1°. den kerkeraad der Luthersche Gemeente te Delft,
a. ten behoeve van de administratie of het Fonds harer
kerkelijke goederen, f 40,000; b. f 15,000, ter oprich
ting van een onderwijs- of studiefonds ten behoeve van
jongelingen van veelbelovenden aanleg, geboren en wo
nende te Delft, behoorende tot de Luthersche Gemeente,
bij voorkeur weesburgers of kindereu van onvermogende
oudersleden dier gemeente en aldaar minstens 3 jaren
gevestigd bij het overlijden van den erflater.
2°. de diaconie der Luthersche Gemeente te Delft voor
en ten behoeve van het armengesticht of bestedeling-
huis der gemeente f 20,000, benevens het pakhuis n°. 12
in de St. Annastraat.
3°. het Evangelisch Luthersch Genootschap van Vrou
welijke Weldadigheid te Delft f 2000.
4°. het Nederlandsch Bijbelgenootschap, afd. Delft,
f 1000.
5°. het Oudste of Vrij metselaars-Blinden gesticht te Am
sterdam 1000.
6°. de Louise-Stichting te 's-Gravenhage 2000.
7°. de Loge Silentium te Delft 5000.
8°. de Gustaaf Adolf Vereeniging f 1000.
9°. de maatschappij of vereeniging Christelijk Hulpbe
toon afd. Delft f 500.
en 10°. de pachters zijner landbouwwoningen en
losse landerijen een vierde gedeelte hunner jaarlijksche
pachtsom of huur.
Bij de den 28 te tiraft gehouden harddraverij
van paarden werd de prijs, een hoofdstel, gewonnen door
het paard van den heer P. Konijn, de eerste premie, een
paardendeken, door dat van den heer P. J. Potgieser en
de tweede premie, een rijzweep, door dat van den heer
J. van Tiel, allen te Graft.
In den nacht van den 26 sprong, nabij 't Zandt,
in de Zijpe, eene koe, behoorende aan een veehandelaar
te Kolhornover de verschansing van de stoomboot
HelderAmsterdam, in het Noordhollandsch Kanaal. Er
werd terstond gestoptmaar van de koe was niets te
zien, zoodat de reis werd vervolgd. Den volgenden mor
gen vond men het beest rustig grazend in het Koegras.
In den polder Waard en Oroet is men aange
vangen met het delven van suikerbietendie dit jaar
groot en zwaar van stuk zijn.
Men schrijft ons
In den polder Waard te Kolhorn worden op groote
schaal proeven genomen met kunstmest. Voor rekening
van enkele landbouwers werd eene geheele scheepslading
aangevoerd. Een van hen verbruikt 200 baaltjes, waarvan
do kosten gelijk staan met de boopwaarde van 60 koe
mest. Ouderwetsche boertjes begrijpen er nu niets meer van.
De minister van binnenl. zaken brengt in de Staats
courant van den 28 ter algemeene kennisdat volgens
bij hem ingekomen ambtsberichten in de afgeloopen week
als aan Aziatischo cholera overleden zijn aangegeven
in Zuid-Holland: to Alblasserdam 1, te Bergambacht 1,
te Bleskensgraaf en Hofwegen 2, te 's-Gravendeel 1, te
Rotterdam 7 te Zwjjndrecht 2 personen in Noord-
Brabantte 's-Hertogenbosch 1, te Mill en St. Hubert
1 persoonin Gelderland te Millingen 1 persoon in
Zeeland te Kruiuingen 1 persoon (een schipper uit België,
te Hansweerd in quarantaine liggend en aldaar in de
ziekenbarak overleden); te Veere 1 persoon (aan boord
van de stoomboot De Valk, komende van Rotterdam)
in Groningente Loppersum 1 persoon in Utrechtte
Breukelen-Nijenrode 1, te Utrecht 1, te Zuilen 1 persoon.
Door den heer 8. Kahn, veehandelaar te Maagden
burg, zijn per extra-trein van Leeuwarden naar Duitschland
40 prachtige fokstieren verzonden, waarvan verscheidene
ingeschreven waren zoo in het Friesch als in het Nederl.
Rundvee-Stamboek.
wel is waar zijn toorn opgewektmaar hem geen leed
gedaan. Hij beschouwde ze als de uiting van haar on
wankelbaar plichtbesef. Thans echter voelde hij zich er
door beleedigd. Zij wees hem af en zij was toch niet
ongenaakbaar. Aan een ander zou gelukt zijnwat hem
niettegenstaande zijn ijverig streven, was ontzegd? Dat
was niet te dulden! Zij zou het weten hoe hij haar
haatte, nu zij zijne liefde versmaadde! O, kon hij haar
vernederen zooals zij hem door hare koelheid had be
leedigd Kon hij zich op haar wreken, op haar die lachte
om zijn hartstocht.
Hoe dikwijls hij ook was afgewezen, telkens had die
hartstocht hem weder in hare nabijheid gebrachttel
kens had hij zijn plan de campagne gereed gehad, maar
ook even zoovele malen had een onverwacht woord van
haar al zijne voorbereidingen in de war gebracht. Al
had hij zich voorgenomen beleefd en voorkomend te zijn,
tegen zijn wil werd hij in hare tegenwoordigheid hate
lijk en nam hij een meesterachtigen toon aan. Hij voelde
eene onweerstaanbare neiging om haar onaangenaam
te zijn.
Zoo zat hij ook heden weder tegenover haar, op Maan
dag in de vasteuweek. Door allerlei opmerkingen had
hij zich weder zoo onaangenaam mogelijk gemaakt.
Lolo had hem geduldig aangehoord maar eindelijk was
de maat vol en toen er nog een droppeltje alsem in viel,
liep zij over.
Haar gelaat nam plotseling eene zeer strenge uitdruk
king aan en zij viel hem op ernstigen toon in de rede.
Wordt vervolgd.