Een stoere Noorman. No. 14ti' Vier en Negentigste Jaargang. 1892. Zondag 4 December 1892. TWEEDE BLAD. Onbestelbare Brieven, FEUILLETON. ALKMAARSCKË COURANT. verzonden in de le helft van November 1892 M. ZonnendalAmsterdam J. Otto id.; Maller, id. S. Brasser, id.; dames Cruijs, Haarlem; M. J. E. Roeterink, Botterdam E. Knopp Van Onkkarspel; G. Slooves Nienwer-Amstel. Van Schoorldam: L. Claas Anna Paulowna. I n d i e H. Pronk, Batavia Mevr. B. de Boer-Olij, Cheribon; D. de Boer, MadjalengkaJ. G. Oadhof, Madura. De »groote Franschman", de .tachtigjarige jongeling", zooals de beroemde Ferdinand de Lesseps tot vóór weinige jaren genoemd werd (hij is den lOden November 11. 87 jaar geworden) is met eenige andere minder bekende groot heden gedagvaard om voor den strafrechter te verschijnen, han wordt ten laste gelegd dat zij met gebruikmaking van bedriegelijke middelen, ten einde aan het bestaan van een hersenschimmige gebeurtenis en van een denkbeeldig crediet te doen gelooven, de geldsommen hebben verkwist, dievoortgesproten uit openbare inschrijvingen hun tot een bepaald aangewezen doel waren toevertrouwden zoodoende het vermogen van anderen geheel of gedeeltelijk hebben verduisterd. De 87jarige is niet verschenen en zal ook wel niet verschijnen op den 18den Januari e.k., tot welken dag de behandeling der zaak is uitgesteld. Hij is niet meer in staat zich te verantwoorden. Sedert drie jaren zijn zijne krachten allengs afgenomen. De treurige geschiedenis zijner laatste grootste ondernemingde doorgraving der landengte, die Noord- en Zuid-Amerika verbindtheeft den buitengewoon krachtigen man gebroken. Zijne vrouw zorgt dat de gebeurtenissen der laatste dagen hem niet bekend worden. Tegen zulke schokken zou de grijsaard niet meer bestand zijn. De sterke is eindelijk afgeleefd. Heeft hij dan te lang geleefd, en zal hij ten slotte met schande overladen ten grave dalen Voorbarig zou het zijnop deze vragen thans een beslissend antwoord te geven. Men dient in elk geval af te wachten, welk licht het ingestelde en nog in te stellen onderzoek over zijne gedragingen zal verspreiden. Voorloopig echter schijnt het niet onmogelijk reeds eenig oordeel te vellen, met het oog op het bekende karakter en de eigenaardigheden van den grooten ondernemer, den man van grootsche plannen en doorzettende kracht. Hij is althans uit zjjn onderne mingen, ook uit die van het Suez-Kanaal, die zulke rijke uitkomsten heeft opgeleverdmet ledige handen uitge treden. verzekert ons zjjne vrouw, zonder zelfs de toekomst van zijn groot gezin te hebben verzekerd. Hij »de groote belangelooze", heeft steeds te goeder trouw ge handeld aan dwalingen en onvoorzichtigheden moge hij zich hebben schuldig gemaakt, dus schrijft zij, maar hij is een eerlijkonbaatzuchtig man geblevenzooals hij zich steeds heeft betoond. Wij gelooven inderdaad, dat er grond is om deze be schouwing al komt zij van iemand die niet onpartijdig kan zijn in hoofdzaak aan te nemen. Menschen als de Lesseps hebben de fouten van hun groote eigenschappen. Deze .groote Franschman" streed voor zijn plannen met geestdrift., met hartstocht. Lette hij altijd met nauwge- Een roman, naar het Engelsch, van Edna Lyall. Cecil zag, dat een oogenblik eene uitdrukking van te- eurstelling over zijn gelaat kwammaar een minuut later sprak hij weer opgewekt met Roy en weldra werd ever het reisplan gesproken en zoodra Frithiof eene plaats aanbeval, noemden Sigrid en Swanhild andere, die in geen geval mochten worden voorbijgegaan. >En hebt gij werkelijk niet langer tijd dan een maand rroeg Sigrid. Dan zou ik er niet aan denken, naar Chris- hania of Trondheim te gaan, als ik u was. Zij zullen u met half zoo bevallen als deze zuidwestkust," 'Maar, Sigrid, zij kunnen onmogelijk Kongswold en Dombaas overslaan. Want gij zijt een botanist, zijt gij met zeide Frithiof, zich tot den Engelschman wendende, 'en daar vindt gij de meeste bloemen." 'Dan moet gij er stellig heengaan," zeide Sigrid. .Kongs wold is eene aardige plaats. Maar als gij geene bota- msten waart, zou ik u raden, liever de Voringsfas of de Skjaeggedalsfos te gaan zien het zijn onze mooiste watervallen." »De Skedadle fos, zooals de Amerikanen zeggen," merkte Frithiof op. 'Er komen hier vele Amerikanen geloof ik aide Roy 6 'O ja, zeer velen en wij mogen hen goed lijden, of schoon niet zooals de Engelschen. Met de Engelschen voelen wjj ons nader verwant." »En gij spreekt onze taal zoo goed," zeide Cecil, voor "ie deze ontdekking eene verlichting was geweest." »ln Noorwegen wordt veel voor het onderwijs gedaan, ize scholen zijn zeer goed wij leeren allen duitsch en zetheid op de middelen die werden aangewend om ze te doen slagen Bekommerde hij zich veel om hetgeen er gedaanom hetgeen er uitgegeven werdvermoedelijk meer door zijn medestanders en helpers dan door hem zeivenom hen te winnen, wier steun of medewerking noodig was.' Gaf hij zich altijd rekenschap van hetgeen er op zijn naam en met zijn voorkennis of onder zijn goedkeuring geschiedde Onderzocht hij behoorlijk wat er wellicht nog buiten zijn voorkennis omging Wij zouden het sterk betwijfelen. Hij geloofde in zijn plannen zij moesten slagen, als men maar ten einde toe kon vol-; houden. Do uitkomst zou voor allen bevredigend zijn. Waarom zou men karig wezen met geld, als het groote doel er door bevorderd kon worden De onderneming zon ongetwijfeld ook groote stoffelijke voordeelen ople veren; dan zou alles te recht komen, elke aandeelhouder, ieder belanghebbende zou meer dan tevreden zijn wie zou er dan klagen over de honderdduizenden, de millioe- nen, die wel niet rechtstreeks aan het werk waren besteed, maar die men toch had moeten uitgeven om tegenwerking te keeren en begunstiging te koopen Dit alleen moest voorkomen worden dat de onderneming mislukte en het werk bleef stekendan toch zou de schade ontzettend wezen; om zulk een treurige uitkomst te verhoeden moest men doorgaan, steeds doorgaan, zoo noodig opnieuw mil- lioenen vragen en niet karig zijn met uitgaven, die een goeden uitslag konden bevorderen. Zoo ongeveer kunnen wij ons voorstellen dat de man der groote ondernemingen heeft gedacht en gehandeld. De schitterende uitslag vau de doorgraving der landengte van Suez had hem immers in 't gelijk gesteld. Toen de groote financiëele wereld ongenegen bleek om de ver- eischte millioenen voor te schieten, tenzij onder al te bezwarende voorwaarden, antwoordde de Lesseps, dat hij .geld zou slaan" zonder hare hulp; hij weudde zich rechtstreeks tot het Fransche volk en het schonk hem zijn vertrouwen. Een leening van 200 millioen francs word in 20 dagen volgeteekendook de kleine burger bracht hem zijn spaarpenningen. De onderneming van het Suez-Kanaal is niets anders dan een vennootschap van het geringe volkklonk het smalend uit den mond van den toenmaligen Engelschen eersten Ministerden be roemden lord Palmerston. Ik heb een democratisch ka pitaal gevormdjuichte de zegevierende de Lesseps. Schatten werden aan en ten behoeve van het werk uit gegeven, en dat men zich tot het strikt noodige bepaalde zal niemand beweren. Het arme Egyptische volk heeft heel wat arbeid moeten leveren en heel wat geld moeten opbrengen ook zoowel om het kanaal te helpen graven als om het na zijn aanvankelijke voltooiing feestelijk te helpeu openen. Sedert do Koningin van Scheba te Jeru zalem haar hulde aan Salomo's wijsheid kwam brengen aldus schreef een Nederlandsch ooggetuige van die schit terende plechtigheid heeft de landengte van Suez wel licht geen tweede schouwspel opgeleverddat met de feestelijke vaart van 17 September 1869 kan worden vergeleken. Van het fabelachtig kostbare gastmaal bij die gelegenheid gegeven heet hetsinds den tijd dat Cleopatra aan hare gasten fijne, in azijn gesmolten parelen liet toedienen, hebben zeker geen spijzen en dranken zoo kostbaar en zeldzaam eenige vorstelijke tafel versierd als die waarop Ismaël Pacha zijne hooge gasten onthaalde. Trouwens daartoe behoorden de Keizerin van Frankrijk, de Keizer van Oostenrijk de Kroonprins van Pruisen. De uitkomst heeft alles goed gemaakt; alles is betaald, de aamdeelhouders zijn tevreden, en niemand heeft reden om zich over sommige buitensporige uitgaven te bekom meren dan de arme Egyptische fellahs; maar dat is in de eerste plaats te wijten aan de ijdelheid en het onverstand van den gewezen Onder-Koning; de Lesseps en zijn onderneming waren slechts de aanleiding zijn engelschfransch, dat bij u het eerst komt is het niet zoo is bij ons het derde." .Vertel mij iets van uwe scholen," zeide Cecil. »Ik ben benieuwd, of zij op de onze gelijken." .Wij gaan al op ons zesde jaar naar school en ik hoor, dat doze scholen veel overeenkomst hebben met de en- gelsche; mijn broeder en ik hebben te Bergen school gegaan. Toen wij zestien jaar waren, gingen wij twee jaar naar Christiania hij naar de handelsschool en ik naar de school van juffrouw Bauer. Mijn zusje gaat nu hier school, maar nu is het vacantie." .En in de vacantie," zeide Swanhild, die minder vloeiend en gemakkelijk engelsch sprak, .gaan wij weg. Wij gaan morgen misschien naar Balholm." «Misschien zullen wij u daar ontmoeten," zeide Sigrid »0, daar moet gij heengaan. Het is zulk een mooie plaats." Toen volgde een gesprek over bloemen, waarin Sigrid ook belang stelde en daarop kwam de heer Falck t'tiuis en voltooide de gastvrije groep, die den engelschen rei zigers altijd in het geheugen zou blijven eindelijk werd thee gedronken, een nieuw punt van overeenkomst, en men sprak weder over engelsche en noorweegsche gebrui ken met veel opgewektheid, vroolijkheid en gelach. Toen eindelijk de regen had opgehouden en het Roy en Cecil werd vergund te vertrekken, was het hun, alsof de vriendelijke Noorwegers oude vrienden waren. .Zal het u erg spijten, als wij niet naar de Skedaddle fos gaan?" vroeg Roy. .De eene waterval is precies als de andere, maar wij zullen niet licht overal zulk eene familie vinden." .0, wij denken niet meer aan den waterval," zeide Cecil vroolijk. »Ik zou veel liever een paar kalme dagen te Balholm doorbrengen. Ik heb er een hekel aan, alles af te loopen, wat iedereen gaat zien. Bovendien, wij kun nen den waterval altijd in Noorwegen terug vinden maar wie weet, waar die lieve menschen blijven." schuld zou alleen kunnen bestaan in het niet verhinderen, in het gebruik maken van zoo bedenkelijke zoo onzui vere hulp. Met de Panama-onderneming is het anders afgeloopen. Dat werk is niet voltooid en heeft bij gevolg geen vruch ten kannen afwerpen. Ook voor deze zaak bestonden de beschikbaar gestelde gelden voor een belangrijk deel uit «democratisch kapitaal ook deze onderneming was ge deeltelijk een .vennootschap van het geringe volk"; maar hier is het geld verloren en nu begint men te klagen over verkwisting over het wegwerpenhet misbruiken van toevertrouwde penningen, over bedriegelijke middelen om de zaken gunstiger voor te stellen dan 'met de wer kelijkheid was overeen te brengen en om de goedge- loovige menigte over te halen haar geld aan de maat schappij toe te vertrouwen. Om aan het licht te brengen wat daarvan is, zal niet alleen de gerechtelijke vervolging van de Lesseps en de medebestuurders der Panama maatschappij moeten dienen, maar ook het parlementair onderzoek waartoe door de Fransche Kamer der Afge vaardigden besloten is. Ergerlijke beschuldigingen zijn tegen verschillende hooggeplaatste regeeringspersonen ambtenaren en volksvertegenwoordigers uitgebracht. Aan Ministers, leden van de Kamer en van den Senaat, deels tevens eigenaars of directeuren van dagbladenook aan den voorzitter der Kamer in eigen persoon wordt ver weten dat zij eeuige honderdduizenden francs hebben ontvangenom voor de Panama-maatschappij gunstige beschikkingen te nemen of te doen nemen en door dag bladartikelen het publiek gunstig voor haar te stemmen. Li is in die betichtingen veel onwaars, zegt men, veel overdrevensveel dat verkeerd is voorgesteld en zich onder een geheel ander licht voordoet als alle omstan digheden naar waarheid worden medegedeeld. Het is b. v. niet onmogelijkschrijft een correspondent uit Parijs, dat de tegenwoordige President der Kamer, tijdens hij Minister was een paar honderdduizend francs van de Panama-maatschappij heeft ontvangen; maar men kan er zeker van zijn dat hij daarvan voor zich zelf geen centime heeft genoten het kan gebeurd zijn tijdens den bloeitijd van het Boulangisme, toen de geheime fondsen der Regeering waren uitgeput en er geld noodig was om die gevaarlijke beweging bij de stembus te bestrijden. Wij voor ons hopen inderdaad, dat er van al die erger lijke aantijgingen veel zal blijken onwaar, overdreven, valsch en onjuist voorgesteld te zijn. Wij twijfelen er niet aan dat deze beschuldigingen het uitvloeisel zijn van politieke wraaknemingen dat de beschuldigers vooral niet beter zijn dan de beschuldigden maar al geeft men dit alles toe blijft er dan nog niet genoeg over om liet vertrouwen in een Regeering en een Ver tegenwoordiging van dat gehalto te ondermijnen Kan een Minister voor een politiek doel belangrijke geldsom men aannemen van een particuliere maatschappij, die in velerlei opzicht zijn medewerking en steun kan behoeven Kan de Regoering zoo doende vrij en onpartijdig jegens haar blijven Welk vertrouwen kan men stellen in de zelfstandigheid en de onpartijdigheid van Afgevaardigden, Senatoren en dagbladdirecteuren, die dergelijke geschen ken aannemen? Wat ons hier in Nederland wel het meest moet treffen, is de luchthartigheid waarmee som mige correspondenten te Parijs over deze dingen schrijven, is hun blijkbare onderstelliug dat deze ergerlijke be schuldigingen niet geheel uit de lucht zijn gegrepen. Zij schijnen overtuigd te wezen dat onbehoorlijkheden van dezen aard nu eenmaal in Frankrijk gebruikelijk zijn, dat men te Parijs op het gebied van kunst zoowel als van groote ondernemingen zonder beduidende zedelijke of geldelijke offers aan dagbladdirectiën, recensenten en invloedrijke personen niet slagen kan. Is dat werkelijk zoo Is daar zooveel bederf in de maatschappelijke 'en DERDE HOOFDSTUK. Blanche. Iialho'm' h,et liefelijkste plaatsje aan het Sogne Fjord» is misschien het stilste plaatsje op aarde. Er is een hotel', dat gehouden wordt door twee brave noorweegsche broe- SnL T iS T- badhQi8' eene kleine landingsplaats en kleine houten huisjes met roode pannen daken liggen er verspreid. Het is alleen over water te bereiken geen stoffigen straatweg vindt men daar, geene karren of wagens. Indien gij rust en stilte wenscht, kunt gij die vinden op de bergen of aan de kustverlangt gijn te vermaken vervoeg u dan bij de vroolijke Noorwegers in de salon zij zijn altijd gereed om te zingen of te spelen, te dansen of te praten, of indien het slecht weer is, met den gver en de volharding van kinderen aan gezelschapsspelen mede te doen. Zelfs een zoo ongevoelig mensch ais Gyril Morgan vond dat het leven in dit primitief land zijne bekoorlijkheden had, terwijl Blanche naar waarheid zeide, dat zij haar leven lang niet zoo had genoten. Er was voor haar iets aangenaam pikants, zoowel in het stadje als in het volken ofschoon zij ge woon was aan bewondering, vond zij, dat Frithiof geheel anders was dan de mannen, die zij in gezelschap had ontmoethij had iets ongewoon frisch over zich geheel in overeenstemming met de omgeving en, met hem ver geleken, schenen alle mannen, die zij zich kon herinneren gewoon en prozaïsch En Frithiof - hij maakte' geen geheim van zijne liefde voor haar; iedereen merkte het op de vroolijke Noorwegers, die het goed keurend aanzagen Cyril Morgan, die niet kon begrijpen, wat Blanche in zulk een eenvoudigen knaap kon zien; de heer Morgan, die, zijne breede schouders optrekkend, opmerkte, dat er mets aan was te doen, Blanche was nu eenmaal niet andersRoy Boniface, die meende, dat die twee goed bij elkander pasten Cecil, die als zij hen beidengade sloeg m haar hart dacht, wat zij nooit aan eenig mensch zou heben gezegd, .ik hoop, ik hoop maar, dat zij genoeg van hem houdt."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1892 | | pagina 5