Een stoere Noorman.
No. 4.
Vijf en Negentigste «laargang
1893.
ZONDAG
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
EERSTE BLAD"
Buitenland.
Binnenland.
FEUILLETON.
8 JANUARI.
COURANT.
Prijs der gewone Advertenliën
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
ALKMAARSCHE
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar ƒ0,80; franco door het
geheele rijk 1,
De 3 nummers 0,06.
AR IA "V
Telefoonnummer3
HEUGIfi. In de commissie voor de grondwetsher
ziening hebben de oud-minister Erère Orban en de ge
matigde linkerzijde zich beslist verzet tegen het kiesstel
sel door de regeering voorgesteld. Men bestrijdt het
ontwerp om zijne vrijgevige strekking. Men wenscht niet
het aantal kiezers grooter te maken dan 540.000, terwijl
volgens het stelsel der regeering dit op een millioen zou
worden gebracht.
EAGEUAA-D. Een melkboer te Londen, die op
heeterdaad betrapt werd op het gieten van water bij de
melk, die hij rondbracht, is veroordeeld tot f 24 boete
of 14 dagen gevangenisstraf.
Den 6 des middernachts brak te Liverpool een groote
brand uit. Een pakhuis van katoen, zes verdiepingen
hooggelegen in de Jumperstreetstond in lichtelaaie
en de brand werd niet bedwongen vóór ongeveer des
middags. Bijna elf duizend balen katoen werden door de
vlammen verteerd. De schade wordt begroot op 2,400,000.
Twee spuitgasten kwamen bij deze ramp om.
FR AÜTli.R.1 JK. Een der hoofdambtenaren van het Cré
dit Lyonnais te Parijs, Blondin, is in hechtenis genomen.
Tij deus de uitgifte der Panama-leening was hij financieël
agent der Panama-maatschappij.
RAROKKO. De britsche zaakgelastigde heeft aan
de regeering eene nota gezonden, waarin onmiddellijke
genoegdoening geëischt wordt wegens don dood van een
britsch onderdaan uit Gibraltar, die door de moorsche
politie was doodgeschoten.
De gemeenteraad van Edam heeft den 5 besloten
tot het aangaan eener geldleening, groot f 800, voor
uitgaven, gedaan met het oog op de cholera.
De aanhouding van zeven boerenknechten uit Uit
huizen is gelast, ter zake dat zij, na voorafspraak, open
lijk met vereenigde krachten, bij acht landbouwers aldaar
en te Uithuizermeeden in den oudejaarsnacht samen 267
glasruiten verbrijzeld hebben.
Schoorl. Onder directie van den heer P. Schipper,
hoofd der school te Groet, is den 5 eene zangvereeniging
opgericht. Ingeschreven werden 21 leden, waaronder
van Krabbendam. Deze vereeniging stelt zich ten doel
verbetering te brengen in het kerkgezang.
Den 5 zakte, niet ver van Schoorldam, de reeds be
jaarde postbode Z. uit deze gemeente door het ijs in het
kanaal. Men slaagde er in, den drenkeling spoedig op
het droge te brengen.
Uitgeest. De liefhebbers van ijsvermaken hebben
deze week hun hart kunnen ophalen. Den 3 was het
schoonrijden voor jongens beneden 18 jaar, den 4 voor
dames, terwijl den 5 een nationale wedstrijd voor paren
plaats had in het schoonrijden, waaraan door 16 paren
werd deelgenomen. Deze wedstrijd was zeer belangwek
kend er werd schoon gereden, en de pauzen werden op
vermakelijke wijze aangevuld door een tweetal kunstrijders,
die als clowns allerlei stoute en grappige bewegingen
uitvoerden, tot groot genoegen van het talrijke publiek.
De prijs werd behaald door den heer J. Stelling en mej.
Siekerman—Stolp, beiden van Wormerveerde premie
door den heer M. Nijgh van Wormerveer en mej. G.
Visser van Krommenie.
Den 6 is te 's-Gravenhage in den ouderdom van
77 jaren overleden de emeritus-predikant, J. Herman de
Ridder, van 1853 tot 1885 leeraar bij de remonstrant-
sche gemeente aldaar.
"Vrijwilligers Genie Indië.
In de Staatscourant van den 7 heeft de minister
van koloniën ter kennis van belanghebbenden gebracht
dat bij het korps genietroepen de gelegenheid bestaat
voor twee jongelieden die op 1 April e.k. den vollen
ouderdom van 16 jaren hebben bereiktdoch op 15 Mei
d. a. het 19 levensjaar niet zullen ingetreden zijn om
te worden opgeleid tot korporaal en sergeant bij de in-
dische genietroepen. Met toestemming van ouders of
voogden moet men zich verbinden voor 10 jaren, waarvan
3 in dienst bij het corps genietroepen in Nederland te
volbrengen. Bij het aangaan der verbintenis wordt 50
gratificatie genoten, bij vertrek na drie jaren naar Indië
300. Naar gelang hij in dien tijd tot korporaal of sergeant
wordt bevorderd, wordt de in Indië te volbrengen diensttijd
van zeven jaren verminderd tot op zes of vijf jaren.
Alleen jongelingen, die behoorlijk lezen en schrijven kun
nen, en bedreven zijn in de toepassing van de vier hoofd
regels der rekenkunde komen in aanmerking. Gegadigden
behooren zich tusscheu 1 en 20 Maart e. k. aan te melden
bij een der plaatselijke of garnizoens-commandanten of
bij den commandant van het korps genietroepen te Utrecht.
A.an deze betrekking zijn verder zeer goede vooruitzich
ten verbonden.
Jongens-Verslag.
Over een bezoek aan het Blinden-Instituut in de
Vossiusstraat 56, bij het Vondelpark, te Amsterdam,
op 28 December 1892.
Vóór de Kerstvacantie had ik aan eenige mijner leer
lingen beloofd dat zij op een der vrije dagen met mij
een bezoek mochten brengen aan het Instituut voor Blinden.
Daarbij wees ik hen er op, dat zij dan in de gelegenheid
zonden zijn om iets zeer belangrijks te zien, iets wat
zij konden beoordeelen.
De nieuwsgierigheid van het uitverkoren zestal was
gedurende eenige dagen zeer gespannen. Den 27 ging ik
den directeur een voorloopig bezoek brengen. Eerst sedert
eenige maanden voor deze zeer gewichtige en eervolle
taak geroepenheeft de heer H. J. Lenderink met dien
korten tijd gewoekerd, en ieder, die in de gelegenheid
is geweest den hartelijken en humanen, maar tevens hoogst
beschaafden man in zijn edelen werkkring te leeren ken
nen moet van oordeel zijn, dat de commissie, na het over-
Een roman, naar het Engelsch, van Edna Lyall.
19) o
De kellner ging, maar Roy bleef nog. Hij kon het niet
van zich verkrijgen, iemand in znlk een toestand te ver
laten hij ging aan het raam staan en zag naar de don
kere rivier met de twee rijen lichten en hunne lange
flikkerende weerkaatsing. Een gedruisch in de kamer
deed hem omzien. Prithiof was opgestaan: met een ge
baar van ongeduld blies hij de kaars uit, ging met on
vaste stap naar het raam en liet zich op een stoel neer
vallen.
«Zijt gij nog hier zeide hij, op een toon, die vol
doening te kennen gaf.
«Ik wilde u niet verlaten, voordat gij beter waart,"
zeide Roy. »Wilt gij mij zeggenwat er is gebeurd,
Falck
«Mijn vader is dood," zeide Prithiof met een onna
tuurlijk kalme stem.
»Dood!" riep Roy uit en in zijn toon was meer schrik
dan leedgevoel. Hij kon het niet gelooven, dat de krasse
vriendelijke Noorweger, die, pas eenige weken geleden,
met hom Mnnkeggen had beklommen, niet meer onder
de levenden was.
Hij is dood," herhaalde Frithiof bedaard.
»Maar hoe is dat gekomen!" vroeg Roy. »Het moet
zeer plotseling zijn geweest. Hij was immers wel, toen
gij drie dagen geleden hem verliet?"
«Zijn expeditie naar IJsland is mislukt," zeide Prithiof.
«Dat was een zware slag voor onze firma; toen heeft
hij heden morgen het telegram van Morgan over het
agentschap ontvangen. Dit was zijn dood."
«Goede Godriep Roy met verontwaardiging in
zijn stem.
«Laat het bijvoegelijk naamwoord weg," zeide Prithiof
bitter. «Indien er een God is, is hij wreed en hard.
Zaken zijn zaken, weet gij en men kan niet sentimenteel
worden over oude betrekkingen. God laat toe, dat men-
schen als Morgan vooruitkomen zij komen altijd voor
uit en mannen als mijn vader laat hij in schande en
oneer ondergaan."
Roy zweeg, hij had geen gladde, conventioneele frasen
bij de hand. Bij zichzelf erkende hij onbewimpeld, dat
het vraagstuk hem te hoog was. Hij wist zeer goed, dat
in zaken vaak de voortstrevende, gewetenlooze, zelfzuch
tige man slaagde en een fijngevoelig, nauwgezet, eerlijk
man als de heer Palck, zich met kleine winst moést
vergenoegen of eindelijk in een onberaden oogenblik alles
waagde en te gronde ging. Het was een raadseldat
hem iederen dag van zijn leven even onoplosbaar scheen
het oude, oude raadsel, waartegen Job's hart in opstand
kwam en waarop geen ander antwoord is dan dat van
Job. Hij had een onbestemd gevoeldat er een andere
maatstaf van slagen moest zijn dan de maatstaf dezer
wereldhij geloofde, dat het slechts het eerste bedrijf
van het drama was, dat wij hier kunnen zienmaar hij
erkende eerlijk, dat dit eerste bedrijf dikwerf zeer onbe
grijpelijk was.
Het was intusschen juist zijn zwijgendat Frithiof
aantrok. Had hij gesproken en geredeneerd, de gewone
versleten argumenten aangevoerd, dan waren de twee
voor eeuwig gescheiden geweest. Maar hij bleef tegen het
raamkozijn leunen en zag naar de donkere rivier, naden
kende over de geschiedenis, die hij zoo even had gehoord
en zich te vergeefs afvragendewaarom het zoo was
gebeurd. Het «waarom?" dat de laatste gebroken uitroep
was geweest van den overledene weerklonk in de harten
van hendie zoo vreemd waren samengebracht. Roy
dacht aan den versregel: «Men zegt dat smart ons wijs
heid schenkt." Maar hij was overtuigd, dat in Prithiof's
geval de smart verstokt en verbitterd zou maken ja
het scheen hem toe, dat Prithiof's geheele aard was ver-
lijden van den heer J. H. Meijer, in deze ernstige zaak
een uitmuntende keuze gedaan heeft. Daarbij kan ver
zekerd worden, dat het den beer Lenderink in deze enkele
maanden reeds gelukt is de achting en het vertrouwen
van zijne ondergeschikten en medehelpersen zeker ook
de warme genegenheid van alle leerlingen, te verwerven.
Deze zeer nuttigeedele en onmisbare inrichting werd
in het jaar 1808 door leden van de Orde der Vrijmetse
laren gesticht. In den beginne op kleine schaal in de
stad geplaatst, werd het instituut langzamerhand wat het
thans is, en eerst sedert eenige jaren staat het schoone
keurig ingerichte gebouw in een gezond en nieuw stads
gedeelte als een sprekend bewijs van de nederlandsche
liefdadigheid. Belangstellenden die onder geleide van
leden of op andere wijze het instituut met een bezoek
willen vereeren vinden daartoe bijna dagelijks gelegen
heid en voelen zij dan, bij het bezichtigen en vernemen
van zooveel merkwaardigs een edele gedachte opwellen
dan kunnen zij steeds daarbij de daad voegen en met een
kleine of groote contributie deze heerlijko zaak steunen.
Tot zulk een bezoek zijn vooral de Woensdagen geschikt.
Wie dus werkelijk iets belangrijks wil zien en
hooren, ga mèt ons naar de Vossiusstraat 56, vlak bij
de trap van de Van Baerlestraat naar het Vondelpark.
Daar wordt om 10 uren de groote ingang volgaarne en
gastvrij geopend, en wel voornamelijk voor weidenkenden,
die de inrichting hetzij zedelijk of geldelijk willen steunen.
Thans geef ik het woord aan mijn jeugdige vrienden,
wier aantal door de bereidwilligheid van den heer Len
derink verdubbeld kon worden, zoodat op Woensdag, 28
December 1.1., 's morgens klokslag 10 uur de onderge-
teekende met veertien flinke, aardige knapen de gastvrije
groote deur van het instituut kon binnentreden.
J. O. schrijft naar aanleiding van dit bezoek het volgende:
«Het bezoek, dat wij met u aan het Blinden-Instituut
brachten, zal voor altijd in mijn geheugen geprent blijven.
Vooral de manier, waarop de blinden aardrijkskunde,
lezen en natuurlijke historie leeren en het orgel bespelen,
heeft mijn bewondering in hooge mate opgewekt.
Ook de snelheidwaarmede zij lezen en plaatsen op
de kaart weten te vinden is zeer belangwekkend.
Het orgel- en pianospel heb ik zeer mooi gevonden
en hun spelletjes die de directeur ons heeft laten zien,
zijn zeer aardig en ik bedank u nog eens voor het ge
noegen dat u mij verschaft heeft."
F. V. zegt in zijn verslag o.a.
«Ik wensch u uw vrouw en kindertjes veel heil en
zegen in het NieuwejaarHet mooist vond ik het
concertvooral het zingen van die blinde jongens en
meisjes, en verder vond ik het lezen en schrijven, maar
vooral het deelen met koperen cijfers heel mooi; het hand
werk was ook heel mooi, maar het concert vind ik toch
het mooist en indrukwekkendst. Wat i3 het toch aardig
dat men zoo iets heeft uitgevonden, dat de blinde kinderen
toch zoo goed kunnen leeren en handwerken. Enkelen
zagen er niet uit als blindenmaar hadden de oogen
open, en daardoor had ik dubbel medelijden met hen."
H. B. zegt ons
«Ik wensch u een gelukkig Nieuwjaar
Toen wij het instituut binnenkwamengingen wij eerst
anderd. Het was haast niet te gelooven, dat hij dezelfde
opgeruimde jonkman was, die de ziel was geweest van
het gezelschap te Balholm, die zoo aardig in de villa
van Kalvedaleu hen had ontvangen. En toen hij die
vroolijke, huiselijke kamer te Bergen vergeleek met het
donkere, ongezellige vertrek in het Londensche hotel
voelde hij, dat hij Frithiof in eene minder drukkende
omgeving moest brengen.
«Gij moet hier niet alleen blijven," zeide hij op eens.
«Ga met mij mede naar huis."
«Gij zijt zeer goed," zeide Prithiof, «maar ik geloof
niet, dat ik het kan doen. Ik ben liefst alleenik moet
van avond een besluit nemen voor de toekomst."
«Gij gaat zeker terug naar Noorwegen vroeg Roy.
«Ja, ik denk het wel; zoo spoedig mogelijk. Morgen
zal ik zien, wanneer ik kan wegkomen. Het is ongelukkig
te laat om met een Wilson boot te gaan zij vertrekt
op dit oogenblik van Huil."
«Ik zal morgen eens aankomen, om te hooren, wat gij
hebt besloten," zeide Roy. «Is er niets, dat ik voor u
kan doen
«Niets, dank u," zeide Frithiof.
Roy voelde, dat zijne tegenwoordigheid geen nut meer
kon doen en misschien zijn vriend lastig werd. Hij wen-
schte hem goeden nacht en vertrok.
Den volgenden dag werd hij door zaken opgehouden
en kon eerst laat in den namiddag in het Arundel
hotel komen. Hij zag denzelfden kellner, die den vori-
gen avond er was geweest en vroeg hem of Prithiof
thuis was.
«De heer Falck is weg, mijnheer," zeide de man «hij
is een half uur geleden vertrokken."
«Weg!" riep Roy verwonderd. «Heeft hij geen bood
schap achtergelaten
«Neen, mijnheerniets. Hij zag er zeer slecht uit,,
toen hij van morgen beneden kwam, maar hij is dadelijk
na het ontbijt uitgegaan en eerst ten vier ure terug
gekomen. Toen vroeg hij zijne rekening en liet hij zijn
koffer naar beneden brengen en op een rijtuig zetten.
Toen hij wegging, gaf hij mij eene kleinigheid en zeide„