Binnenland. De anarchisten wilden haar thans voortzetten maar men riep »Weg met de anarchisten Een onbeschrijfe lijk leren ontstond daarop. Ten slotte werd het gas uitgedraaid om het rumoer te doen eindigen. Op straat had niets bijzonders plaats. Senaat. Minister Bourgeois heeft den 17 een wets ontwerp ingediend tot wijziging der perswet. Het doel is, meer afdoende bepalingen te maken, om beleedigingen jegens de hoofden van Staten en de vertegenwoordigers van vreemde mogendheden te kunnen beletten. Dit ontwerp werd van dringenden aard verklaard. Daarna werd beraadslaagd over het voorstel, om de departementen van koloniën en koophandel te vereenigen. Een door de regeering aangenomen voorstel om over te gaan tot de orde van den dag, werd aangenomen. Kamer. De 16 deelde de voorzitter Casimir Périer mede, dat het lid Dumonteil verzocht had de regeering te mogen interpelleeren over de houding der politie bij de laatste vergadering in Tivoli-Vauxhall (de wegens wanordelijkheden door de politie omtbonden protest meeting van anti-semietischen aard). Besloten werd de behandeling dezer interpellatie een maand te verdagen. Daarmede verviel een voorstel van Delahaye tot onmiddellijke behandeling. De socialist Lavy vroeg daarna inlichtingen over de aanhouding van eenige vreemde anarchisten In het bijzonder over de vraag, of de regeering van de in beslag genomen papieren afschriften aan andere mogendheden heeft gegeven. Minister Ribot antwoorddedat sinds de dynamiet- aanslagen de regeering toezicht laat houden op alle ver dachte vreemdelingen. De in beslag genomen papieren zijn alle teruggegeven. Verder zeide hij, dat de regeering alle verantwoordelijkheid voor dezen maatregel aanvaardde. (Luide toejuiching.) Nadat de vraag in eene interpellatie was veranderd, (waardoor de Kamer verplicht was in eene motie haat gevoelen te uiten), werd ook de behandeling dezer inter pellatie met 352 tegen 34 stemmen voor een maand verdaagd. Op een vraag van Millevoye antwoordde de minister van justitie Bourgeois, dat Cornelis Herz tot de beschul digden behoorde. Een bevel tot aanhouding van Arton was uitgevaardigd. De begrootingscommissie heeft zich in beginsel ver- eenigd met het ontwerp der belasting op beursoperaties. De commissie tot onderzoek van het voorstel tot verhooging van het maximum der door de Pransche Bank uit te geven biljetten tot 4 milliard, was gunstig voor dit ontwerp gestomd. De Kamer besloot het den 17 in behandeling te nemen. Dien dag kwam dat ontwerp werkelijk in behandeling. Chiché stelde als motie voor, de beraadslaging te ver dagen, ten einde eerst inlichtingen te verkrijgen over de sommen, aan de dagbladpers verstrekt. De beraadsla ging over de vernieuwing van het voorrecht der Pransche Bank moest, naar zijne meening, een aandrang voor de Kamer zijn om licht te verspreiden over de handelingen dier instelling, na alles wat er in de Panama-zaak ge beurd was. De minister Tirard kwam met verontwaardiging op tegen dezen spreker, die de Panama-Maatschappij in één adem noemde met de Pransche Bank. De motie van Chiché werd met 208 tegen 128 stem men verworpen. Daarna werd met 347 tegen 118 stemmen het voorstel aangenomenom de Pransche Bank te machtigen den omloop harer biljetten met 500 millioeu frs. te verhoogen. Tevens werd, met 226 tegen 217 stemmen, goedge keurd een amendement, strekkende om de Pransche Bank te verplichten, bij voortduring 1500 millioen aan goud in kas te hebben. Daarentegen werd een amendement van Mery, tot.'even- redige verhooging van den metaalvoorraad, verworpen. De bevolking der Rijkswerkinrichtingen Yeenhuizen was op 1 dezer 3079 man grootgedurende 1892 zijn 1969 opgenomen, 1597 ontslagen en 83 overleden. De gezamenlijke timmerbazen te Sneek hebben beslo ten, het loon van hun personeel met 1 cent per uur te verhoogen. De gemeenteraad van Deventer heeft den 16 besloten, het tweede gedeelte ten bedrage van f 120,000 van de leening voor de waterleiding uit te geven. De ruïne van Brederode werd in 1892 door 10536 personen bezocht. betrekking zou helpen. De overige familie kende hij niet, misschien was de vader een ongevoelig koopman, trot9ch op zijn geld en aan zulk een man wilde hij geen ver plichting hebben. Opnieuw kwam de vreeselijke verzoeking, opnieuw de angst voor zich zeiven. Hij wendde zijn oogen weder naar de schilderij van den Romdalshorn zij scheen het eenige te zijn wat tot hem kon spreken van waarheid en schoonheid van een leven verheven boven dat van een dier. Zeer langzaam en gaandeweg begon hij de dingen te zien zooals zij werkelijk waren hij zag dat als hij voor deze verzoeking bezweekhij Sigrid nooit meer met een gerust geweten onder de oogen zou kunnen komen. Hij zag ook dat zijne eenige veiligheid lag in iets wat hem aan zich zelf ontrukte. »Ik moet werk vinden", zeide hijbijna toornig. »Om Sigrid's wil zal ik het nog eens beproeven En nu verdwenen de wanhopige voorstellingen en in haar plaats verrees Ben beeld van hetgeen de toekomst zou kunnen zijn, van eene woning, die hij met Sigrid en Swanhild zon deelen hier in Londen waar hij nu zoo treurig rondzwierf; van een leven, dat in alle opzichten de tegenstelling zou zijn van zijne tegenwoordige ellende. Maar hij voeldewat duizenden vóór hem hebben ge voeld, dat zijne verlatenheid tegen hem was in den strijd, en misschien was het meer dit bewustzijn dan de ver wachting werk te vinden wat hem bewoog zijn trots te onderdrukken en zijne schreden naar Brixton te richten. Wordt vervolgd. Burg. en weth. van Haarlem hebben aan den gemeenteraad voorgesteld, om de verordening tot heffing van vergoedingen voor diensten, door den dienst der gemeente-reiniging bewezen (de zoogenaamde faecaliën- belasting) in te trekken, naar aanleiding van de groote bezwaren die zich bij de uitvoering hebben voorgedaan, de daaruit voortgevloeide onaangenaamheden waardoor de verordening bij do ingezetenen in het algemeen een grooten tegenzin heeft opgewekt en van de oneenigheid, die uit dit alles, ook na de in de verordening gebrachte wijziging, in de gemeente dreigt te ontstaan. Ter voor ziening in het tekort, dat uit de intrekking dier belas ting zal ontstaan, ten bedrage van ongeveer f 23000, stellen burg. en weth. voor, de opcenten op de Rgks personeele belasting te verhoogen van 90 op 100 en den hoofdelijken omslag f 8000 hooger te ramen. De aanvoer op de veemarkt te Leeuwarden in 1892 is geweest als volgtstieren 4265 ossen 4475 vette koeien 8896 melkkoeien 30207 pinken 3005 vette kalveren 5530graskalveren 7778nuchtere kalveren 1883 vette schapen 32795 melkschapen 3175 lam meren 29965, vette varkens 2172, magere varkens 4054, vette biggen 8328magere biggen 5282bokken en geiten 193, paarden 1889, samen 153892 stuks Gewogen werden 26 koeien 10 ossen 17 stieren 8 kalveren4 schapen en 6344 varkens, totaal 6409 stuks. De geheele opbrengst der marktgelden en weegloonen bedraagt 16.276.82. De grootste aanvoer was op 28 October 6000de kleinste daarentegen op 19 Februari 948 stuks. De minister van binnenlandsche zaken heeft voor- loopig ter kennis van belanghebbenden gebrachtdat 1°. in 1893 slechts éénmaal gelegenheid zal worden gegeven tot het afleggen van het examen ter verkrijging der akte van bekwaamheid bedoeld in art. 56 letter a der wet tot regeling van het lager onderwijs welk examen zal aanvangen op 5 April e.k.; 2°. in 1893 eenmaal gelegenheid zal worden gegeven tot het afleggen van examen, ter verkrijging der akte van bekwaamheid bedoeld in art. 65fó der voorschreven wetvoor huis- en schoolonderwijs in het vak, vermeld onder jin art. 2 der wet (de vrije- en ordeoefeningen der gymnastiek), welk examen zal aanvangen op eenen nader te bepalen dag in October. Het tijdstip waarop en de persoon bij wie zijdie zich aan deze examens wenschen te onderwerpenzich daartoe zullen behooren aan te melden zullen nader overeenkomstig de voor deze examens bestaande voor schriften, worden bekend gemaakt. De tribune voor de pers in de Tweede Kamer wordt vergroot. Te Baarn is een jongmensch een paar uren na het gebruik van een flesch jenever, ter wille van eene wed dingschap, overleden. Wijlen vrouwe J. A. M. Oukoop, weduwe van den heer C. D. van Naussen te Bredaheeft eene som van f 15000 vermaakt aan het bestedelingshuis der ned. herv. gemeente aldaar. Den 1 Februari is de inschrijving geopend op de uitgifte van vier seriën, elk a f 1,000,000, eener 3'/2 pet. geldleening der Maatschappij tot exploitatie van staatsspoorwegen tegen 99 pet. Aandeelhouders en op richters der maatschappij kunnen hun recht van voorkeur tot het nemen dezer obligatiën uitoefenen van en met 18 tot en met 31 Januari. Do bevelhebber der zeemacht te Batavia heeft aan de regeering voorgesteld voortaan te bepalen, dat geene sche pen, met meer dan 200 inlandsche reizigers, bestemd voor buitenlandsche havens, Ned. Indië mogen verlaten, zonder een geneesheer aan boord. Te Deventer is eene afdeeling der Maatschappij van tuinbouw en plantkunde opgericht. Op de markten te Farmerend werden in 1892 aangevoerd: 1491 paarden, 22870 runderen, 751 stieren, 7315 vette kalveren, 10113 nuchtere kalveren, 114491 schapen en lammeren, 10105 vette en 5068 magere var kens 11278 biggen 8460 ganzen844 zwanen 925 mud appelen 700 mud peren 10699 stapels kaas, we gende 2,722,551 P en 69877 P. boter. De Unie-collecte voor de scholen met den bijbel bracht in 1891 83462 en in 1892 81224 op. Te Eftlam zijn in 1892 geboren 212, overleden 124, gehuwd 46. De bevolking, die op 31 Dec. 1891 6476 bedroegwas op 31 Dec. 1892 gedaald tot 6436. Te Purinerend zijn in 1892 geboren 156 overleden 116gehuwd 37. De bevolking klom van 5609 tot 5657. Bij kon. besluit van den 14 is ontslagen J. C. Vunderink als commissaris van politie te Groningen. Den 15 des ochtends is te Leiderdorp een 7Ójarige schipper, bij het ledigen van een aschbak voor zijne woning, in eene bijt gevallen waaruit hij eenige oogen- blikken later levenloos werd opgehaald. Blijkens telegram van den gouverneur-generaal van Ned. Indie van den 15 wordt de gouvernements-koflieoogst op Java voor dit jaar geraamd op 144.496 pikols. In den nacht van den 15 op den 16 is op de bui tenplaats Casa Nova van den heer Mr. W. van der Vliet te Heemstede ingebrokende dief had voor om streeks f 500 aan zilverwerk medegenomen. Toen een persoon aan het station Vogelezang kwam met een mand om naar Amsterdam te gaan werd daar opgemerkt dat hij een mand droeg, voorzien van den naam van den heer van der Vliet. Er werd onmiddellijk naar Amsterdam geseind en bij zijne aankomst aldaar aan gehouden. Driehuizen. Daartoe in staat gesteld door milde bijdragen van in- en omwonenden van het dorp werden den 16 aan de armste gezinnen in het bijzonderen verder aan alle tot den werkenden stand behoorende per sonen verschillende levensmiddelen uitgereikt. De uit- deeling werd vooraf gegaan van een schaatsenwedstrijd voor volwassenen en een voor jongens van 815 jaar. In den eersten waren P. Wester, P. Noon, K. Wester en C. Knevelin den tweeden C. Molenaar, C. Hoogland en K. Groot de prijswinners. De commissie van voorbereiding der faillissement- wet is tot den 31 uiteengegaan; de commissie van rap porteurs der bedrijfsbelasting kwam dea 17 bijeen. Draft. In den morgen van den 17 is alhier de woning, bewoond door en toebehoorende aan D. Ridder, door brand vernield. Alles was tegen brandschade ver zekerd. Spijkerboor. Den 17 had van wege de IJsclub eene hardrijderij op schaatsen plaats. De prijs en de le premie werden gewonnen door de gebr. Groot, van Vo- lendam en de 2e premie door Reuzenaar, van Purmerend. Rijp. Den 17 had in het lokaal van den heer S. Kramer eene tooneelvoorstelling plaats door het Ne- derlandsch Tooneelgezelschap, onder directie van den heer W. Hart. Opgevoerd werdMarie Jeanne" of »Do Vrouw uit het volk." Na afloop was er gelegenheid tot dansen. De Fransche schrijver Se Julien heeft dezer dagen een boek in het licht gegeven, waarin hij de tegen woordig alom heerschende zucht naar het verkrijgen van een baantje aan de kaak stelt, de zucht om, in plaats van met eerlijken handenarbeid in zijne behoeften te voorzien, mijnheer te worden en dan laag neer te zien op hen, die met de spade op den schouder en de pet op één oor ijverig werken om het brood voor zich en de hunnen te verdienen. De schrijver meent, dat ieder mensch, tenzij hij van den hemel grootere talenten ontvangen heeft, met zijne handen moet werken en bewondert in de eerste plaats hen, die al hunne krachten aan de uit oefening van hun beroep wijden en niet blozen, na for tuin gemaakt te hebben, over hunne nederige afkomst. Bij het begin van het verhaal leidt de schrijver ons bin nen in eene armoedig gemeubileerde kamer. Het is nacht. Op een ledikant in een hoek van de kamer ligt eene zieke vrouw naast het bed staat een tafeltje met fles- schen en dranken. Naast den schoorsteen, waaronder een klein vuurtje brandt, zit een man over een tafel gebo gen, druk bezig met schrijven. Hij ziet er vermoeid uit, zijn oog gloeit^ koortsachtig, zijne wangen zijn holwerk tuigelijk kopiëert hij de voor hem liggende en voor hem onbegrijpelijke stukken. De man heet Maurice zijne ge schiedenis is eenvoudig, alledaagsch. Zoon van een een voudig landman uit de provincie, heeft hij eenig onder wijs genoten, hij heeft van den boom der kennis gegeten en daardoor is zijne eerzucht opgewekt. Hij heeft zich geschaamd over den nederigen staat zijner ouders, hg heeft de blauwe kiel van den handswerkman niet willen dragen, den grond niet willen spitten, den ploeg niet willen sturenhij heeft zich in het hoofd gezet een mijnheer te worden en na een reeks van onvermijdelijke teleurstellingen, is hij eindelijk aan een ministerie te land gekomen. Daar leeft hij nu te Parijs van 1000 gul den inkomen, met het vooruitzicht, eens, na een dertigtal jaren, in het genot van een klein pensioen het verve lende kantoorwerk vaarwel te kunnen zeggen. Zijn leven is geregeld als een chronometer. Eiken dag vertrekt hij, ontbijt hij, komt hij weer thuis, eet hij, gaat hij slapen op hetzelfde uur. Zoolang hij alleen was, zonder be hoeften en zonder lasten, kon Maurice het gemakkelijk redden maar eindelijk sprak zijn hart. Hij beminde op recht een jong meisje, even arm als hij en huwde haar maar met zijn huwelijk trad het ongeluk het huis bin nen. De arme vrouw werd ziek; de dokter en apotheker maakten in korten tijd den spaarpot leeg. En onder den druk van die vreeselijke ellende doet Maurice zijn best hij strijdt wanhopig, maar beschroomdhij durft geen flink besluit te nemen en de boeien verbreken, die zijne werkzaamheid verlammen. Zijne eenige troost is de liefde voor zijne vrouw, die nog aangewakkerd wordt door haar lijden. Maar zijne mannelijkheid, zijne kracht nemen door de zorgen voor het stoffelijke leven af. Zijn hoofd wordt ledig, hij is niet meer in staat na te denken, een krachtig besluit te nemen. Hij neemt het leven aan zonder strijd, alleen nog levende voor lichamelijk genot en lichamelijk lijden, hij vegeteert. Valsche schaamte dwingt hem met een korst brood te ontbijten, opdat hij slechts net gekleed met een zijden hoed en handschoenen op straat kunne ver schijnen de aanraking met werklieden vermijdt hij. Het sloeg 12 uur, toen hij de straat langs ging. Ieder haastte zich voor zijn ontbijt, men verdrong zich voor de restauraties, waaruit heerlijke geuren van gebraden vleesch zich in de lucht verspreidden. Kinderen hapten begeerig in hunne boterhammen aan de deur der koffiehuizen zaten de menschen voor hunne tafeltjes te ontbijten. Er was eetlust in de lucht, als een onweerstaanbare uitnoo- diging voor alle menschen, de maag werd oproerig, de honger greep u bij de keel. Maurice herinnerde zich, dat hij nog niets gegeten had en de wandeling had zijn hon ger verdubbeld. Op den bodem van zijn zak dansten een paar stuivers, die bij iedere stap eene spottende muziek maaktenhij trad een bakkerswinkel binnen, kocht een broodje, dat hij in den zak stak en ging verder. Van tijd tot tijd brak hij er met zijne nagels een stuk af en bracht het vervolgens naar den mond onder den schijn zijn knevel wat op te strijken, en dan at hij het lang zaam op, terwijl eene haast onbedwingbare begeerte bij hem opsteeg, het met volle handen in den mond te ste ken en hen die er hem om uitlachten al zijne haat tegen de maatschappij in het gezicht te spuwen. Maurice bezit een oom die een slotenmakerij heeft, 't Is een eerlijke ronde man, wel een weinigje trotsch, dat het hem zoo goed gegaan is, maar anders met een ge zond verstand. Hij wil zijn neef aan die noodlottige loopbaan onttrekken, hem tot zich nemen, tot zijn associé makenhem in zijn huis opnemen. Maurice verliest zijne vrouw hij staat alleen op de wereld met een klein kind in de armen; hij zou, door de voorstellen van zijn oom aan te nemen, een fortuin kunnen winnen en het geluk van zijn dochtertje kunnen verzekeren. Maar dan zou hij met zijn gewoonten moeten breken, de kiel van den werkman aantrekken en zich de handen zwart maken aan de rook van de smidse. Hij heeft den moed niet dit mannelijk besluit te nemen zich te ont trekken aan de tyrannie van het vooroordeel en de routine. En wanneer zijn brave oom hem eindelijk kort weg voor de kwestie steltantwoordt Maurice met een verlegen stem Ja't is waargij hebt misschien gelijk. Maar van den anderen kant, binnen 17 jaar zal ik mijn pen sioen hebben. Geloof mijhet verstandigste is dat ik mijne betrekking behoudt. Het is te laat, de vouw is te diep. Het gif van het ambtenaarsleven is in zijne aderen gedrongen Hij zal als ambtenaar leven, oud worden en sterven. E. Ct. Stoomdr. v. Herms. Costsr Zoon, Alkmaar.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1893 | | pagina 6