Binnenland.
zettingde toenemende gevaren welke haar omringen
en de ernstige staatkundige overwegingen door de be
zetting opgeworpen en welke men aan een nauwkeurig
en kalm onderzoek moest onderwerpen.
In den herfst van 1892- werd van de fransche regee
ring de mededeeling ontvangen dat zij omtrent de be
zetting eenige vriendschappelijke mededeelingen had te
doen. Hierop werd geantwoorddat die even vriend
schappelijk ontvangen zouden worden.
Van die voorloopige onderhandelingen is tot dusver
niets gekomendoch mocht daaraan gevolg worden ge
geven, dan zou overwogen worden wat te doen staat.
Voor het tegenwoordige evenwel was de regeering
verantwoordelijk voor den vrede en de orde in Egypte,
en daarom was zij krachtig opgetreden zooals het behoort.
GRIEKENLAND. Den 31 heeft te Zante op
het eiland Zante eene hevige aardbeving plaats gehad
waardoor verscheidene huizen ingestort zijn. Onder de
inwoners heerscht groote ontsteltenis.
ITALIË. Den 30 heeft de minister-president Gio-
litti de bewering bestreden, dat een verzoek was gedaan
tot vervolging van verschillende afgevaardigden. De
minister van buitenl. zaken beloofde een onderzoek naar
den toestand der italianen in Brazilië. Verworpen werd
eene motie van Colojani, strekkende om het door dozen
gedaan voorstel betreffende een parlementair onderzoek
in een der eerstvolgende zittingen aan de orde te stellen.
Op eene tot de regeering gerichte vraag betreffende eene
botsing tusschen soldaten en boeren te Catavulturo ver
klaarde minister Giolitti, dat hij het voorgevallene be
treurde. Uit een onderzoek was gebleken, dat de botsing
niet voorkomen had kunnen worden. De justitie zal thans
moeten uitmaken, op wie de verantwoordelijkheid rust.
Den 1 heeft de voorzitter der Kamer eene aanvrage
ontvangen om machtiging tot het vervolgen van den heer
Dezerbiin verband met de aangelegenheden der Banken.
OOSTENRIJK-ISONGARI.ÏE. De minister van
koophandel heeft zich bij de beraadslaging over een ver
zoekschrift van werklieden uit de groote steden gunstig
uitgelaten over het vormen van vredegerechten, ten einde
daardoor aan de wonschen der werkliedon te voldoen
van arbeidsbeurzen wilde hij niets weten.
SPANJE. De jonge Koning heeft in lichten graad
het roodvonk.
NEREENIGDE STATEN. De Senaat heeft de
beraadslaging over eene motie Chandler ten gunste
van de inlijving van Hawaiï bij de Vereenigde Staten
verdaagd, zonder eenig besluit te nemen.
Het nieuwe IIome-Rule wetsontwerp van den heer
Gladstone wordt door de Nationale Ligue der iersche
amerikanen veroordeeld als een woordenvloed van rechts
geleerde taalwelke geen enkele partij voldoet.
II HOKItO. De heer West Ridgeway isteTanger
aangekomen en werd door de Marokkaansche overheid
en door den legatie-secretaris ontvangen terwijl de kust-
batterijen en de engelsche oorlogschepen artillerie-salvo's
losten.
ZWITSERLAND. In het kanton St. Gallen is
eene volksstemming gehouden over het voorstel tot invoe
ring van oen proportioneel stelsel bij de verkiezingen in
het kanton. Met 21982 tegen 19826 stemmen is het
verworpen. De liberalen bestreden het stelsel, omdat de
ultramontanen er voor waren deze meenden daardoor
eene meerderheid in den Grooten Raad te verkrijgen.
Eerste Kamer.
gjgDen 30 besprak de heer Fokker bij de begrooting
van oorlog voor 1893 uitvoerig de waarde van de ves
ting Ter Neuzen en bespraken de heeren R a h u s e n
Prins de waarde van de stelling Amsterdam, waarom
trent zij inlichtingen vroegen. Ook de heer P ij n a p-
p e 1, die in elk geval 's ministers plannen nuttig en
bruikbaar achtte, besprak die stelling.
De heer de Savorniu Lobman herinnerde aan
den aandrang van den heer Fransen v. d. Putte in 1889
op voltooiing onzer verdedigbaarheid. Hef vorige minis-
»En nu is het uwe beurt," zeide Cecil na een poos.
»Vader, waar is die Amati, dien iemand u heeft gezonden
om te onderzoeken Misschien wil de heer Falck dien
beproeven."
«O, speelt gij viool?" zeide de heer Boniface. Dat
is uitstekend. Gij zult hem in do kast op mijn kamer
vinden. Wacht, hier is de sleutel."
Frithiof betuigde, dat hij sedert weken zijn viool, die
in Noorwegen was gebleven, niet in handen had gehad
maar toen hij den Amati voor zich zag, kon hij niet
langer weerstand bieden en het gevolg was, dat hij de
rest van den avond speelde, terwijl Cecil hem accom
pagneerde.
Voor Cecil scheen de tijd te vliegen en mevrouw Bo
niface, die even de kamer was rond gegaan om het oen
en ander op te redderen, kwam naast haar staan en zag
met moederlijke tevredenheid naar haar opgeruimd gelaat.
»Het is tijd voor het avondgebed, lieveling," zeide
zij, toen de sonate geëindigd was >het is Zaterdag en
het moet dus niet te laat worden."
»Is het reeds tien uur riep zij uit. »Ik wist niet,
dat het al zoo laat was Welk gezang wilt gij hebben,
vader
»De avondzang," zeide de heer Boniface en Frithiof,
die niet begreep wat er zou gebeuren, ging gehoorzaam
zitten op de plaats, die hem was aangewezen en zag met
verbazing, dat vier vrouwelijke dienstboden met witte
mutsen binnenkwamen en bij de piano gingen zitten
en dat de heer Boniface de bladen van een dikken bijbel
omsloeg. Hij had een flauwe herinnering, dat hij eens in
een eugelsch gedicht iets over eene dergelijke gewoonte
had gelezen, maar hij poogde vergeefs zich te binnen te
brengen, wat het eigenlijk was, totdat de woorden van
een bekende psalm de stilte verbraken en hem tot de
werkelijkheid terugriepen.
Wordt vervolgd
terie had dit gedaan, het ministerie, dat de heer Tak
toen Kamerlid verweet de grondwet niet na te leven.
Bij de verkiezingen hebben de kiezers, behalve de Roomsch-
Katholieke kiezersden liberalen eene meerderheid ver
schaft na de verklaring, dat het ontwerp-Bergansius geen
gevaar liep. Toen is als minister van oorlog de heer
Seyffardt opgetreden, die de grootste oppositie heeft ge
voerd tegen genoemd ontwerp en men had dus mogen
verwachten, dat hij met zijne ontwerpen gereed zon zijn.
Maar wat kwam er Een noodwet en eindelijk een ont
werp tot regeling van de landmachteen ontwerp dat
niets beteekent en dat 5 maanden bij den Raad van
State heeft gerust, omdat men wel begreep, dat het zon
der legerwet zelve tot niets diende. Do kwestie is voor
of tegen persoonlijken dienstplicht, waar deze minister
niet tegen is, maar toch durft hij niet zeggen, dat hij
er voor is. Is het stelsel des ministers oefenplicht voor'
de schutterij en kazerneplicht met de daaraan verbonden
corvées voor de andere helft der natie Wat hebben wij
aan vestingen, wanneer wij geen leger hebben Hier is
een periculum in mora. Het heeft hem verwonderd, dat
er een officier in het leger te vinden was, die de ver
antwoordelijkheid voor den tegenwoordigen toestand op
zich durfde nemen. Hij wijt dit echter niet aan minister
Seyffardt, maar aan minister Tak, die altijd tegen de
legerwet was. Tt Is waarmen maakt zich ook meer
populair door eene kieswet. Maar moet voor eene leger
wet gewacht worden op de nieuwe kiezers En zullen
de nieuwe kiezers zich zoo intresseeren voor dat kleine
gedeelte der natie dat zich aan den dienstplicht wil
onttrekken De minister van binnenl. zaken w i 1 niet
en de minister van oorlog mag niet. Europa weet zeer
goed, dat wij niet gereed zijn en laten wij dus erkennen,
dat wij den moed missen om ons te verdedigen.
Wanneer hij hier eens do meening verkondigde, dat
Nederland zijn glorierijk tijdperk heeft gehad, omdat het
te zeer gehecht is aan zijn geld en rust, de Kamer zou
er tegen opkomen. En toch is daaraan alleen het stilzit
ten van den minister van oorlog toe te schrijven. Is dit
zoo, mist Nederland den moed van zich te verdedigen
laten we dan ons leger afschaffen en hoogstens een klein
militair Huis der Koningin en de marechaussées behouden.
Hij zal de eerste maal van zijn leven stemmen tegen
deze begrooting om redenen i n deze begrooting, want
zoolang de verdediging van ons land niet wordt ter
hand genomen, kan hij de millioenen daarvoor niet
toestaan.
De heer Fransen van de Putte ontkent de
juistheid van de door den heer Lohman geschetste
geschiedenis. Het is niet de schuld der Kamer dat de
legerwet-Bergansius niet tot stand is gekomen, maar van
de regeering. De Eerste Kamer zou tegen de wet geen
bezwaar gemaakt hebben. Voor eene oppositie, als nu
de heer Lohman voert, bestond dan ook geen reden. Dat
de minister een audor stelsel is toegedaan, is geen reden
om hem zoo aan te vallen. Hij wijst op de bij het leger
heerschende ontevredenheid. In een gesprek tusschen 2
officieren is hem dit duidelijk gebleken en nu herinnert
hij aan de woorden, door den heer Elout voor 30 jaren
gesproken «Wij zijn in de uitoefening onzer constitu-
tioneele plichten alleen gevaarlijk voor die bewindslieden,
die bij de Kroon zich beroepen op de ministerieele ver
antwoordelijkheid en zich bij de Kamers verschuilen
achter de plooien van den koninklijken mantel."
De heer Melvill van Lijnden betwist dat het
de schuld der vorige regeering is dat de wet-Bergansius
niet is afgedaan. Zij moest de schoolwet afdoen en door de
verwerping van de begrooting van den minister Keuche-
nius belemmerde de Kamer haar in haar werkplan. Gaarne
wil hij de plannen van dezen minister van oorlog afwachten,
doch hij heeft niet veel vertrouwen in zijn beleid en dit is nog
verminderd door de verdediging van dien bewindsman in de
andere Kamer. Verschillende maatregelen besprekende,
wijst hij o. a. op het verkeerde der lange winterverloven,
waardoor de troep niet alleen in krachtmaar ook in
vaardigheid verliest.
De heer de Savornin Lohman ontkende, dat de
vorige regeering de schuld zou dragen van het niet afdoen
van het ontwerp-Bergansiusde toestand des Konings
heeft destijds vertraging veroorzaakt. Ook heeft hij niet
gezegd dat de liberalen de afdoening hebben tegenge
houden. Maar hij kwam op tegen de ministers Tak en
Seyffardtwaarvan de eerste de legerwet heeft tegen
gewerkt.
De minister van oorlog beantwoordde ver
schillende vragen en verdedigde zijne houding als Kamer
lid tegenover het ontwerp-Bergansius. Dat te bestrijden
achtte hij zijn plicht, omdat hij de natie niet in twee
partijen wilde verdeolen. Een plan tot organisatie was
reeds ingediend, binneukort volgt de militie wet en die
betreffende de schutterij is bij den Raad van State. Het
ontwerp-Bergansius waarvan de niet tot standkoming
nu door zoovelen wordt betreurd, achtte hij onuitvoerbaar,
terwijl het schatten zou gekost hebben. Hij verdedigde
de winterverloven, die volstrekt niet slecht gewerkt heb
ben. Met leedwezen had hij de woorden van den heer
Lohman over onze verdediging gehoord. Jaren lang moet
men bezig zijn om het leger volkomen voor de taak der
verdediging voor te bereiden doch men wachte zijne
plannen af, alvorens een oordeel te vellen.
Den 31 werd bij de behandeling der begrootïng
van waterstaat de tijdregeling uitvoerig besproken
door den hoor van Gennep, die aandrong op eene
oplossing tot het verkrijgen van éénheid van tijd. Hij is
er tegen dat de minister met de spoorwegen den na-
tionalon tijd blijft dwingen eu daarom vroeg hij den
minister zichbij de toepassing van den Zönetijd te
beperken tot de spoorwegen en zoo hij daartoe niet te
bewegen is, de zaak to rogelen bij de wet. Deze laatste
wensch werd bestreden door den heer W e r t h e i m, die
den togenwoordigen toestand wilde laten blijven, in af
wachting van hetgeen men elders doet. De heer Mel
vill van Lijnden wenschte terug te keeren tot den
goeden ouden Amsterdamschen tijd. De heer Fransen
van de Putte zette uiteen hoe nadeelig de nieuwe
spoorwegovereenkomsten werken en voorzag, dat de Staat,
misschien na een paar jaren, geroepon zou worden zelf
de exploitatie der Staatsspoorwegen op zich te nemen.
Do hervorming van den Raad van toezicht had ook wei
nig gebaatintegendeel het toezicht was nog slechter
geworden en hij drong er op aan, door wettelijke rogeling
tusschen beide te komen.
De heer Bultman besprak den ongunstigen toestand
van het postwezen ten platten lande en haalde daartoe
o. a. staaltjes aan uit de Haarlemmermeer. Uitbreiding
van den postdienst voor het platteland is gewenscht; hij
drong daarop aanalsmede op de invoering van de
3 cents-postzegels voor eene geheele gemeente van ont
vangst, met afschaffing van het bodeloon. De minis
ter van waterstaat betwisttedat de regeering
in zake de tijdregeling dwang uitgeoefend had. Zij achtte
de aanneming van den West-Europeeschen tijd het meest
rationeele. Op de gemeentebesturen was volstrekt geen
dwang uitgeoefend en de regeering achtte het ook wen-
schelijk die zaak aan de gemeentebesturen over te laten.
Omtrent de andere punten werd onderzoek en overwe
ging toegezegd.
Bij de behandeling der begrooting van koloniën ant
woordde de minister op eene vraag van den heer
van Gennep naar het in Zuid-Guinea voorgevallene dat
de engelsche regeering zich beklaagd had over rooverijen
in Zuid-Guinea. Daarop waren twee oorlogsschepen der
waarts vertrokken en was een onderzoek ingesteld. Van
den Gouverneur-Generaal is toen bij de regeering op 12
Januari het volgende telegram ontvangen
«Posthouder te Silagaka aangekomen met 12 politie
dienaren en 10 bannelingen. Zeer goed onthaald; be
volking hulpvaardig; geen indruk gekregen van zeeroovers;
slechts weinig wapens en prauwen voorhanden."
Den 20 d. a. v. werd het volgende telegram ontvan
gen De posthouder te Silagaka is 20 December door
bevolking overvallen en na 14 dagen belegerd te zijn
verjaagd. Hij keerde met bezetting en goederen naar
Dodo op de Aroe-eilanden terug met 1 doode 9 ge
wonden en 3 beri-beri-lijders." Nadere bijzonderheden
waren onbekend. Het schijntdat de expeditie een te
gunstigen indruk der bevolking gekregen en te weinig
troepen achtergelaten had. Zeer gevaarlijk schijnt intus-
schen de bevolking niet te zijn, daar zij 14 dagen noodig
had om eene kleine bende in een bamboe-huis te bele
geren en dit nog des nachts deden. Hij geeft de ver
zekering dat gezorgd zal wordendat onze engelsche
nabuur geen overlast meer heeft.
De heer van Gennep ontraadde den minister het
nemen van strenge maatregelen.
De minister verklaardedat dit naar zijn har*}
gesproken was. En wanneer zich geen sterker tegenstand
openbaart, zal zijn leuze zijn si vis pacem para helium.
Dr. P. de Boer, plaatselijk geneesheer te Schagen,
is als zoodanig benoemd te Gouda.
Tot leeraar in het duitsch aan het Gymnasium te
Kampen is benoemd de heer M. J. Verkozen te Arnhem.
De gemeenteraad van Wormerveer heeft den 31
besloten het maximum-bedrag van den hoofaelijken om
slag te verhoogen met f 5000 en alzoo vast te stellen
op f 30000.
Spanbroek» In den stal van den landman
J. de Goede, te Opmeer, is besmettelijk mond-en klauw
zeer uitgebroken.
Schermeer. Den 15 zal ten huize van C. Scha
gen de verkiezing plaats hebben van 3 hoofdingelanden,
in plaats van de heeren G. de Jong, Jb. Dekker Cz. en
P. Smit Cz., die moeten aftreden op den laatsten April
dezes jaars.
Avenhorn. Den 30 trad de heer J. ®ijp Hz.,
van Abbekerk, lid der Tweede Kamer, in het lokaal van
den heer Bakker als spreker op.
De Hoornsche Courant geeft van die rede het volgende
verslag
Spreker wees op de algemeene malaise zoowol in de
stad als op het platte land.
Hij stipte de werkloosheid aan en had hierbij voorna
melijk het oog op die onder den boerenstand, na eerst
te hebben nagegaan, welke de oorzaken konden zijn
van den treurigen toestand daarvoor aangevende
de vroegere weelde onder de boeren spreker
had voornamelijk het oog op de noordelijke pro
vinciën de invoering der stoomdorschmachinede
lage marktprijzen voor graanvee enz. De tijden zijn
voorbij, dat de tarwe 14 per mud, de schapen ƒ40 per
stuk en de kaas f 40 per 50 ued. ponden gelden. De boer is
achteruitgegaan en daardoor ook de arbeider. Wordt dus
de boer weder gesteund, het komt ook den werkman ten
goede. Wat kan de noderlandsche staat doen om den
landbouw uit zijn diep verval op te heffen Dat was de
vraag die spreker zich bij den aanvang van den avond
gesteld had en nu beantwoordde.
Verschillende middelen worden aan de hand gedaan.
De een noemt het protectie-stelsel, hooge invoerrechten
op granen enz.
Maar op wie komt dit ten slotte weer neer Op den
boor zelf en niet 't minst op den arbeider. Onze duit-
sche naburen kunnen daarvan getuigen.
Een ander spreekt van progressieve grondbelasting of
van landnationalisatie. Noch het een noch het ander lokt
spreker aan. Hij vreest dat bij invoering van het eerste
ook de boer weder door hoogere rente gedrukt zal wor
den, dat door het laatste de energie verdoofd wordt,
daar de producten niet aan den bouwer, maar aan de
gemeenschap zouden komen.
Stel den boer in de gelegenheid goedkoop gold te ver
krijgen en de toestand zal veel verbeteren. Laat hem niet
langer door de vrees gekwold worden, dat hem elk oogeu-
blik de hypotheek kan worden opgezegd. Dus het stelsel
van Prof. Moltzer en eene invoering van onopzegbaro
grondrenten.
Dit schijnt ook zeer aanlokkelijk, doch ook hier zou het
gevolg zijn geen geld of hooge rente. Daarom komt het
spreker gewenscht voor dat er Rijks-hypotheekbanken
worden opgericht, waar de boer tegen 3°/0 gelden op
hypotheek kan krijgen. Hij had dan een voordeel van
l'/4 a llj2 °/0, in sommige gevallen van 2°/0. Datdenk-
boeld, door spreker reeds in de Kamer gebrachtlacht
hem zeer toe. Hij hoopt, dat binnen niet al te langen
tijd de regeering zal werken in die richting.
Nadat de voorzitter spreker bedankt had voor zijne rede,
en van debat bijna geen gebruik was gomaaktsloot hij
de vergadering.
nr. II. Smeenge.
Daartoe uitgenoodigd door de Centrale Liberale Kies-
vereeniging in het hoofdkiesdistrict Enkhuizen zal de
heer mr. H. Smeenge lid van de Tweede Kamer der
Staten-Generaaleen staatkundige lezing houden op
Woensdagden 8 Februari e.k., 's middags 12 uur, ten
huize van den heer P. Kok te Binnenwij^end (West
woud). De toegang is vrij.