No. 57. Eerste Mad. ITijf en Megentigste «Jaargang.
1893.
ZONDAG
14 MEI.
Nationale Militie.
Buitenland.
Binnenland.
ALKMAABSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag., Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar 0,80; franco door het
geheele rijk 1,
De 3 nummers f 0,t>6.
Telefoonnummer3
Prtjs der gewone Advertentlën:
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
De BURGEMEESTER der gemeonte ALKMAAR
gelast, krachtens bekomen aanschrijving, onderstaanden
verlofganger aldaar, om zich bij zijn korps te vervoegen
op den dag, hieronder vermeld, 's namiddags vóór 4 uren,
op 23 Mei 1893 2e regiment vesting-artillerie, lichting
1891, garnizoen N a a r d e n
f.EOIVAKD YliAAADEHEA.
Hij moet voorzien zijn van zijn verlofpas en heeft recht
op vrij transport naar zijn korps en een daggeld van
25 cententijdig ter gemeente-secretarie aan te vragen.
Alkmaar, De Burgemeester voornoemd
13 Mei 1893. A. MACLAINE PONT.
De beslissing is gevallen zooals wij meenden te moeten
verwachten. De Dnitsche Rijksdag heeft do voorgestelde
legerwet en tevens het voorstel-von Hnenewaarmede
de regeering zich had vereenigdverworpen. Dat de
uitslag langen tijd onbeslist bleef, zal niemand bevreem
den die het gewicht van deze stemmingen ook in hare
gevolgen beseft.
Op zich zelf kan het wellicht van minder belang wor
den geachtof het Dnitsche leger nog iets sterker kan
worden gemaakt dan hot tegenwoordig reeds is. In-
tnsschen is het wellicht niet overbodigomtrent de
legersterkte in Dnitschland en eenige andore landen en
kele cijfers in herinnering te brengen. Het groote Rusland
heeft ook het grootste leger; met zijn 113 millioen in
woners zou hetnaar men verzekert in oorlogstijd
ruim 41j2 millioen man op de been knnnen brengen.
Frankrijk telt ruim 38 millioen inwoners en in
oorlogstijd zou zijn land- en zeemachtvolgens de
tegenwoordige inrichting, ruim 4 millioen man sterk zijn.
Het Dnitsche Rijk heeft thans 49 a 50 millioen inwo
ners alzoo 11 12 millioen meer dan Frankrijk, maar
zijn legersterkte is niettemin iets minder sterk dan
de Fransche. Was het thans verworpen Regeeringsvoorstel
aangenomendan zou het Dnitsche leger op voet van
oorlog iets sterker zijn geworden dan het Fransche en
iets minder sterk zijn gebleven dan het Russische het
zon 4.400.000 man hebben bedragen. Ook de kosten
voor leger en vloot zijn in Frankrijk hooger dan in
Dnitschland. In Frankrijk bedragen zij ruim 864 mil
lioen francs in Dnitschland ruim 658 millioen Mark of
ruim 822^ millioen francs. Ofschoon Frankrijk dus onge
veer 12 millioen inwoners minder telt dan het Dnitsche Rijk,
besteedt het jaarlijks meer geld voor leger en vloot en
zou het in oorlogstijd een sterker land- en zeemacht
knnnen ontwikkelen dan zijn oostelijke nabuur.
Ook de legerinrichting verschilt in de beide landen
aanmerkelijk. Gewoonlijk is men van meeningdat de
algemeens dienstplicht in Dnitschland het toppunt heeft
bereikt; dit is eene dwaling; in Frankrijk, in Italië, in
Zwitserland, in Rumenië in Denemarken worden van
de 100 mannelijke personen die jaarlijks den dienst
plichtigen leeftijd bereiken, een grooter aantal bij land-
oi zeemacht ingelijfd dan in Dnitschland. Terwijl het in
het Dnitsche Rijk 37 man bedraagt, is dit cijfer in Italië
40, in Zwitserland 48, in Denemarken 54, in Rumenië
55, in Frankrijk tot het jaar 1890 reeds 44, thans 62.
Van de 100 twintigjarige jongelingen worden er alzoo
tegenwoordig jaarlijks in Duitschland 37, in Frankrijk 62
ingelijfd.
Het kan ons dan ook niet verwonderen dat de Keizer
en de Dnitsche legerhoofden bedacht zijn geweest op uit
breiding van strijdkrachten. Wanneer zij zich voorstel
den dat Duitschland misschien eenmaal genoodzaakt zon
kunnen worden naar het oosten zoowel als naar het wes
ten te gelijk tegen Rusland en tegon Frankrijk front
te makendan bemerkten zij dat het Dnitsche leger
daarvoor te klein zon wezeneu ook op dien grond
drong de Rijkskanselier Caprivi op leger versterking aan.
Toch is deze redeneering niet bijzonder geschikt om
iemand te overtuigen. Wil men het Duitsche leger zoo
sterk makendat het tegelijk Rusland en Frankrijk zou
kunnen weerstaan dan zon het ook ongeveer even sterk
moeten wezen als de legermachten dier beide mogend
heden te zamen. Wat beteekent dan de voorgestelde
legerwet, waardoor de Dnitsche strijdkrachten iets
talrijker dan de Franschedoch nog iets minder dan
de Russische zouden zijn Voor het geval dat Rusland
en Frankrijk, in bondgenootschap vereenigd, oorlog voeren
tegen Dnitschland, mag veilig worden aangenomen dat
ook Dnitschland niet zonder bondgenooten zal zijn. Met
het oog daarop is immers het Drievoudig verbond met
Oostenrijk-Hongarije en Italië opgericht. Zoolang dat be
staat behoeft Duitschland zich dus niet ongerust te ma
ken. Heeft het al geen zekerheid, dat de goede verstand
houding met de beide bondgenooten altijd zal duren
hetzelfde kan immers gezegd worden van de vriendschap
tusschen Frankrijk en Rusland. Welke groote mogendheid
kan een zoo groot leger onderhonden, dat het in getal
sterkte tegen de gezamenlijke legers zijner twee mach
tigste mededingers zou knnnen opwegen
Meer indruk moet, dunkt ons, in Duitschland het be
toog maken dat het frans een reeds het
duitsche in getalsterkte overtreft, en dat een oorlog met
Frankrijk, van weerszijden zonder bondgenooten gevoerd,
thans niet even goede kansen op de overwinning zon
aanbieden als in 1870. Toch heeft de Rijksdag gemeend
geen der beide voorstellen tot versterkiug van strijd
krachten te moeten aannemen, noch dat der Rijksregee-
ring en evenmin dat van den heer von Hnene. De Rijks
dag is na de verwerping van beide voorstellen onmiddellijk
ontbonden en de nieuwe verkiezingen zijn op 15 Juni
bepaald. Hoe zullen zij uitvallen Zal er een Rijksdag
gekozen worden, die even sterk weerstand zal bieden aan
de wenschen tot uitbreiding van strijdkrachten als de
thans ontbondene? Op die vraag is geen antwoord te
geven en alle berekeningen die met het oog op den
ontbonden Rijksdag en de daarin bestaande verhoudingen
tusschen de verschillende partijen gemaakt worden, moeten
falen. Men moet bedenken, dat do staatkundige partijen,
zooals zij in den Rijksdag waren vertegenwoordigd wel tot
grondslag hadden zekere eenheid van beginselen, maar dat
die overeenstemming nn juist niet betrof de leger
wet. Als voorbeeld diene de Vrijzinnige Partij, die zich
gevormd en uitgebreid heeft tot bestrijding van Bismarck,
inzonderheid op het gebied van belastingen en bescher
mende rechten. Al moge men nn ook al aannemen dat
de leden dezer partij in het algemeen voorstanders zijn
van zekere matiging ton aanzien van de persoonlijke en
financiëele lasten ten behoeve van leger en vloot, zoo
berustte toch de eenheid der partij niet op overeenstem
ming van gevoelens omtrent dit punt. De leider der partij,
Engen Richter, heeft door zijn grooten invloed de een
heid onder hare leden in zooverre weten te handhaven,
dat van de 66 slechts 6 voor het legerontwerp stemden.
Onder de tegenstemmors waren er echter die den leider
slechts schoorvoetend en met tegenzin volgden, en die
vermoedelijk zelfs voor gestemd zonden hebben, indien
de wet door hunne stemmen gered, of ten aanzien van
den tweejarigen actieven diensttijd nog een bevredigende
wettelijke regeling getroffen had knnnen worden. Na de
beslissing openbaarde zich terstond dit verschil van in
zicht. Nog 20 leden verklaarden zich eenstemmig met
de 6 voorstemmers, en onder hen mannen van invloed
in de partij. Nn is de partij ontbonden; de meeste leden,
naar men wil omstreeks a/3, blijven Richter getrouw, en
hebben zich vereenigd onder den nieuwen naam van
«Vrijzinnige Volkspartijde overige leden treden op
onder den naam van de «Vrijzinnige Vereeniging."
Dnitschland gaat dagen van groote spanning te gemoet.
Al dadelijk heeft de Keizer zelf woorden gesproken
waarvan de Freismnige Zeitung moest verklaren dat de
porsvrijheid in Duitschland niet groot genoeg is om ze
openhartig te bespreken. Na een inspectie zeide de Keizer
tot de generaals en de stafofficierendat hij door de
afstemming van de legerwet zeer was teleurgesteld en
van den nieuwen Rijksdag de aanneming der wet ver
wachtte maar moest hij opnieuw teleurgesteld worden
dan zon hij alles doen wat in zijn vermogen was om
zijn doel te bereiken; want hij was van de noodzakelijkheid
der wet tot behoud van den vrede overtuigd en kon
niet gelooven dat het volk zich door onbevoegden zou
laten leiden; integendeel verklaarde hij zich overtuigd,
dat ten aanzien der legerwet zoowel de Duitsche vorsten
als het volk en het loger het met hem eens waren. Het
is te begrijpen, dat men zich aan een vrijmoedige beoor
deeling van dit persoonlijk optreden van den Keizer niet
waagt, en zich met beduchtheid atvraagt, wat die uit
ingen omtrent 's Keizers bemoeiingen ten gunste van de
legerwet tegenover een mogelijk andersdenkenden nieu
wen Rijksdag en omtrent zijn vertrouwen op de instem
ming van het leger beteekenen.
EAttELAAD. De werkstaking der dokwerkers te
Bristol, begonnen op verzoek der leiders te Hall, is den
5 geëindigd, daar den 4 bij geheime stemming gebleken
was, dat de meerderheid der mannen verlangde het werk
te hervatten.
Te Birmingham zijn den 5 een valsche munter en zijne
vronw door de politie overvallen. Zjj vond alle voor de
vervaardiging noodige werktuigen en vier honderd mooi
afgewerkte florijnen (twee-shillingstukken).
Te Huil werd den 7 des avonds eene poging gedaan
om een trein met vrije arbeiders te laten ontsporen.
Intijds werden echter de steenen en het ijzerdraad, dat
op den weg gelegd was, ontdekt en verwijderd. Een
poging, om een groot magazijn van minerale oliën in
brand te steken, werd mede verijdeld. De reedersbond
zond 3000 ijzeren ledikanten naar Huil, om de vrije arbei
ders beter te kunnen herbergen. Den 11 bestond hoop
op eene minnelijke schikking.
Den 9 zijn de aldermen te Londen vergaderd geweest,
onder voorzitterschap van den lord-mayor om te be
raadslagen over zijne bij zijn dronk aan den feestmaaltijd
te Yanghan aangenomen houding, toen hij eerst den Paus
en daarna de Koningin noemde. Er waren twee ver
zoekschriften ingekomen met veel onderteekeningen
waarin tegen dien dronk als inbreuk op den aan de
Koningin verschuldigden eerbied en trouw werd opgeko
men. De raad der aldermen [nam de verzoekschriften
aan. De lord-mayor kwam in zijn antwoord op tegen
de gevolgtrekkingen, die in de verzoekschriften gemaakt
werden. Hij had nooit de bedoeling gehad, iemand boven
het burgerlijk en wereldlijk gezag der Koningin te
plaatsen. Hij betreurde het, dat een onjuiste uitlegging
van sommige zijner uitdrukkingen aan zijne ambtgenoo-
ten in den raad der aldermen aanstoot gegeven hadden.
De Koningin heeft den 10 overeenkomstig het programma
hot Imperial-Instituteeen engelsch koloniaal handels-
museum een zeer groot nieuw gebouw, nabjj Hyde-
park te Londen geopend. Het was prachtig weër en
overal waar H. M. langs kwam was eene overtalrijke
en opgewonden menigte op de been. De Koningin
werd begeleid door afdeelingen matrozen infanterie en
kavalerie, waaronder afdeelingen Indische, anstralische
en canadeesche troepen en onder het drennen der kanon
schoten trok de schitterende stoet van het Buckingham-
paleis naar het instituut, alwaar de voorzitter, de prins
van Wale3, haar ontving en een sleutel aanbod van goud,
zilver, diamanten, robijnen en paarlen, uit de koloniën
in Afrika en AustraliëBirma en Ceylon vervaardigd.
De gezanten, de ministers en allerlei voorname en be
kende personen waren tegenwoordig. In de toespraak
vau den prins van Wales tot de Koningin, stond hij stil
bij het nut van het Instituut voor den handel des Rijks
en als band tusschen zijne verschillende deelen. De
Koningin, haren dank betuigonde, sprak de hoop uit, dat
de wenschen des Voorzitters verwezenlijkt zouden worden.
Vóór haar vertrek wisselde de Koningin, die met veel
geestdrift toegejuicht werd, met de indische prinsen har
telijke handdrukken en boog voor de gezanten.
De vereeniging van zeelieden, stokers en steenkool-
lossers in de dokken van Londen heeft een besluit ge
nomen ten gunste van eene nationale werkstaking.
Townsend die te Londen in hechtenis genomen werd
wegens het schieten in de nabijheid van Gladstone's
woningwordt mede verdacht van hem in een brief
met t. moord bedreigd te hebben als hij niet van
het Home Rule-plan afzag. Den 11 werd hij door den
politie-rechter in de Bowstreet naar de terechtzitting
verwezen.
De benoeming van don heer Aberdeen tot gouverneur-
generaal van Canada is door de koningin goedgekeurd.
Lagerhuis. De heer Cameron vroeg den 9 de eerste
lezing van het wetsontwerp tot scheiding van kerk en
staat in Schotland, welk verzoek door de regeering on
dersteund werd. Het ontwerp werd bij eerste lezing
aangenomen met 246 tegen 180 stemmen. Bij de be
raadslaging over artikel 1 van het Home Rule-'ontwerp
word door den ierschen afgevaardigde W. Redmond als
amendement voorgesteld, het woord Parlement" in de
plaats te stellen van «Legislative Council" als benaming
voor het in te stellen wetgevend lichaam. Dit zoowel
door Gladstone als door Balfour en Chamberlain bestre
den amendement werd met 466 tegen 40 stemmen ver
worpen. Den 10 werd het amendement van den con
servatieven afgevaardigde uit Ulster, den heer Thomas
W. Russell, op art. 1, dat tot strekking had niet over
te gaan tot de instelling van een Tweede Kamer voor
Ierland, met 295 legen 244 stemmen verworpen.
Den 11 is het wetsontwerp tot wijziging van de in-
ëntingswet bij eerste lezing aangenomen. Blijkens de
toelichting van den minister van binnenlandsche zaken
Asquith is het doel van het ontwerp, afschaffing van de
bepaling, volgens welke meer dan eens straf kan opgelegd
worden voor het niet inënten van een en hetzelfde kind
voorts dat de personen, die krachtens die wet tot ge
vangenisstraf worden veroordeeld, behandeld zullen wor
den als gevangenen eerste klasse.
Bij de beraadslaging over artikel 1 van het Home
Rule-ontwerp, stelde de iersche afgevaardigde Redmond
voor, de beide kamers van het toekomstige Iersche Par
lement te noemen «Senaat" en «Kamer der Gemeenten.'"
De minister voor Ierland, John Morley, bestreed dit
amendement, maar stelde, in plaats van «Legislative
Council", de benaming «Senaat" voor. Dit werd later
weer ingetrokken, maar Redmond handhaafde het tweede
gedeelte van zijn amendement, dat echter met 482 tegen
34 stemmen verworpen werd. Vóór stemden de parnel-
listen, benevens eenige conservatieven en unionisten.
Do vader van de Koningin-Regentes, George Victor,
vorst van Waldeck Pyrmout, geb. 14 Januari 1831, is
den 10 overleden. Zijn opvolger is zijn oudste zoon
prins Frederik, 28 jaar oud. Uit zijn tweede huwelijk,
den 29 April 1891 voltrokken, met prinses Louise van
Sleeswijk SonderburgGlucksburg is nog een zoon ge
boren, die geen jaar oud is.
Den 12 werd te 's-Gravenhage de eerste vergade
ring van het Nederlandsche Landbouwcomité door den
minister van waterstaat geopendde minister werd be
antwoord door den voorzitter, den heer mr. C. J. Sickesz.
Daarna ving de vergadering haar arbeid aan. Een voor
stel van den heer Breebaart om de maatschappijen niet
door plaatsvervangers, maar slechts door leden te doen
vertegenwoordigen, werd verworpen met 23 tegen 12 st.
Bij de behandeling van het algemeen huishoudelijk regle
ment werd een voorstel van den heer Hennequin, om
alle onderwerpen tot onderzoek in handen te stellen van
alle afdeelingen verworpen, zoodat behouden is het stelsel