S' ;=s» =™£a
™h'Xt.T^«rtUriBBgl»U.o,T.Wtigd»
=Skd.r.ohentoa
2°.
3°.
naar bet inkomen, dienst 1893
Voor kennisgeving ^ngenomon. commiggie v00r
„™t. »üg»bod»u ZS
Zijn medegedeeld de sedert de vorige vergadering
^XTvÏn^bargemeester en wethouders van den
V°in°11 vroegere "jaren werden de tractementen der ge
meente-ambtenaren om 3 maanden uitbe eld Om
een einde te maken aan de in dien tijd terbaa^elijfe
voorkomende aanvragen om een voorschol >p J
wedde te mogen ontvangen, werd door ons p
de jaarwedden maandelijks uitbetaald
Tn bet laatste jaar heeft die wijze van uitbetaling een
naar malen aanleiding tot een verschil van gevoelen
gegeven tusscben de erfgenamen van een
Lente-ambtenaar en ons, waarom wij het wenscne jk
achten u te verzoeken te beslissen hoedanig de uit
betaling der jaarwedde van een gemeente-ambtenaar bp
overlijden zal geschieden. Wij hebben in den laatste
tijd de wedde steeds uitbetaald tot en met de maand,
waarin het overlijden plaats vond. Hiertegen wordt
door sommige belanghebbenden bezwaar gemaakt op
grond dat de gemeente verplicht zou zijn het volle
loopende kwartaal uit te betalenbij voorbeeld sterft
iemand op 5 April, dan zou aan zijne erfgenamen uit
betaald moeten worden de jaarwedde over het geheele
tweede kwartaal. Men beroept zich daarbij op hetgeen
gebruikelijk is bij het Rijk en wel op de bepalingen van
het kon. besluit van 14 Maart 1816. Bij artikel 2 van
dat besluit is bepaald, dat de betaling der traktementen
of jaarwedden zal geschieden bij kwartalen, waarvan de
verschijndagen bepaald zijn op 31 Maart, 30 Juni, 30
Sept. en 31 December van ieder jaar, terwijl bij artikel
6 bepaald wordt, dat de erfgenamen, rechtverkrijgenden
van overleden burgerlijke en rechterlijke 's Rijksambtenaren
en bedienden aanspraak hebben op de betaling van het tiak-
teinent van den overledene, voor het volle bedrag van het
kwartaal, waarin het overlijden heeft plaats gehad. Die
bepalingen zouden naar hunne opvatting de uitbetaling
van het volle kwartaal] bij de gemeente rechtvaardigen.
Naar onze meening is die opvatting echter onjuist. Men
ziet daarbij over het hoofd, dat in artikel 7 van dat be
sluit bepaald wordt, dat de traktementen van nieuw aan
te stellen burgerlijke en rechterlijke 's Rijks ambtenaren
en kedienden, zoomede alle aan dezelve te accordeeren
verhoogingen van traktementen niet kunnen ingaan dan
met den eersten dag van het kwartaal, volgende op
dat, waarin de aanstelling geschiedt of de verhooging
van traktement toegestaan wordteene bepaling
welke bij de gemeente-wet bestaat. Iemand, die dus op
5 April boemd wordtkomt eerst in het genot zijner
jaarwedde op 1 Julitegenover dit nadeel (om het zoo
eens uit te drukken) stond te recht het voordeel, dat
het volle kwartaal, waarin men sterft, uitbetaald wordt.
Sterft men op 5 April, dan krijgt men de jaarwedde
'uitbetaald tot en met 30 Juni. Het Rijk ondervindt van
dien maatregel geen nadeel en mooielijkheden kunnen
hieruit niet ontstaan. Bij eene gemeente kan eene derge
lijke bepaling evenwel niet gemaakt wordon, om de
moeielijkheden, welke daaruit zouden voortvloeien. Voor
eerst benoemt de gemeente niet al de ambtenaren, welke
uit de gemeentekas bezoldigd wordenbij voorbeeld do
burgemeester en de commissaris van politie worden bij
koninklijk besluit benoemd. Stel, dat in eene gemeente
een dezer ambtenaren sterft op 2 April en dat zijn op
volger benoemd wordt met ingang van 1 Mei en op dien
dag zijne betrekking aanvaardtdan zou de gemeente,
waar eeno bepaling, als aangehaald artikel 7 inhoudt,
niet bestaatvolgens hetgeen thans van haar gevorderd
wordt, moeten betalen aan de erfgenamen van den over
leden titularis het volle kwartaal zijner jaarwedde en
bovendien aan den nieuw opgetreden titularis twee maanden
zijnor jaarwedde, waarop hij volgens artikel 73 der ge-
meonte-wet recht heeft. Doch ook bij andere ambtenaren,
die wel door de gemeente benoemd worden, bij voorbeeld
de onderwijzers aan de openbare scholen, zouden dezelfde
moeielijkheid zich voordoen. Ook deze titularissen hebben
recht op de uitbetaling hunner jaarwedde volgens artikel
26 der wet op het lager onderwijs. Alleen zou de ge
meente bij laatstgenoemde titularissen de betrokking gedu
rende het loopende kwartaal onvervuld kunnen laten
doch een enkel geval uitgezonderd, zou de gemeentedienst
hieronder meer lijden, dan het voordeel, dat de erfgenamen
van den ambtenaar zouden verkrijgen, waard is. Omdat
de zaak ons belangrijk genoeg toeschijnt, om in beginsel
beslist te worden hebben wij gemeend ter vermijding
van moeielijkheden, die beslissing van n te moeten uit
lokken.
Gesteld in handen eener speciale commissie van vijf leden,
•waartoe benoemd wordon de heeren: Boelmans ter Spill,
Kraakman, Goede, O. W. Bruinvis en mr. A. P. de Lange.
Gemeente-begrooting voor 1894.
5. Is overgegaan tot het trekken der sectiën, waarin
de Raad zich vt rdeelt voor het onderzoek der gemeente-
begrooting voor 1894 welke door burg. en weth. opge
maakt is tot een bedrag van f 269,166,06 in ontvang
sten en uitgaven met een post van f 985,52 voor
onvoorziene uitgavenen den Raad aangeboden wordt bij
eenen briefwaaraan het, volgende ontleend wordt. Zij
is opgemaakt met de meeste zuinigheid zonder dat even
wel te kort gedaan is aan hetgeen het belang van de
gemeente eischt. Ware het batig slot over 1892 gunsti
ger geweestdan had eene begrooting opgemaakt kunnen
worden zonder verhooging van belasting. Nu dit niet
het geval is, stellen zij voor, de plaatselijke directe belas
ting met j 5000 te verhoogen en alzoo te brengen van
J 30000 op f 35000, zijnde het maximum van het bedrag,
dat volgens de tegenwoordige verordening mag worden
geheven. Sommige uitgaven tot het doen waarvan de
vaste commissie voor de gemeentewerken adviseerde, zijn
niet opgenomen, omdat burgemeester en wethouders van
oordeel waren, dat zij uitgesteld konden worden n.l._
P. Kennemerstraatweg f 610, omdat bouwplannen in
behandeling zijn van particulieren, waardoor m die straat
een riool moet worden gelegdin verband met het
dempen van Beijershof langs de woningen gelegen aan
den Rijks straatweg. Wordt daaraan uitvoering gegeven,
dan moet die straat opgebroken en wegens het daarin
te leggen riool later weder op nieuw bestraat worden.
2°.° Bergerweg. Hoewel burg. en weth. met de com
missie van oordeel zijn, dat deze weg van Scharloo tot
aan do brug bij Harp met Ben-Ahin-keien moot worden
bestraatzooals reeds geschied is op het gedeelte^ tus-
schen Scharloo en den Stationsweg zoo meenen zij, dat
die weg nog best één jaar, zoo niet langer, in den tegen-
woordigen staat kan blijven, zoo noodig met ophalen van en
kele kuilen dat echter zeer goed uit het gewoon onder
hond kan worden voldaan.
3°. Op onderhoud van pompen en riolen niet uittieliKen
de som van 1500 voor vernieuwingennu in de laatste
jaren verscheidene verbeteringen aangebracht zijn, zoodat
met het voortgaan daarmede wel eens een jaar kan woi-
den gewacht. ,.cn
Het gezamenlijk bedrag dezer drie posten is f 4401
en zou ongeveer 10 opcenten op de hoofdsom der Rijks
personeele belasting noodzakelijk maken. Zij maken be
zwaar daartoe te adviseerenin aanmerking nemende
dat die verhooging bij een gunstiger batig slot in de
volgende gemeente-rekeningwaarvoor alle waarscbpn-
lijdheid bestaat, wederom achterwege zou moeten worden
"Lot de eerste sectie zullen behooren de heeren Boelmans
ter SpillCanters Vonk Goede en Stoel
tot de tweede sectie de heeren Preijer Koorn Janssen
de Sonnaville en de Wit;
tot de derde sectie de heeren Conpn Rentmeester, J.
de Lange mr. A. P. de Lange en Kraakman
Daarna wordt mede bij trekking toegevoegd aan de
eerste sectie de heer burgemeester;
aan de tweede sectie de heer H. J. Bruinvis,
aan de derde sectie de heer C. W. Bruinvis.
Rijden in de Schapensteeg.
6. Verzoek van bewoners der Schapensteeg om te
handhaven de verordening, waarbij hot passeeren van de
Schapensteeg met paarden en rijtuigen verboden is en
om het rijden met handwagens en wagens aldaar te ver
bieden of te beperken daar het bijna dagelijks passeeren
van rijtuigen en paarden door die steeg gevaarlijk is voor
hunne kinderen nadeelig voor hunne zaken vooral op
marktdagen en dikwijls schade veroorzaakt aan hunne
pereeelen terwijl het rijden met kinderwagens zeer hin
derlijk is voor het verkeer.
Voor zooveel het le gedeelte betreft, in handen van
den commissaris van politie gesteld, met uitnoodiging op
de handhaving der verordening toe te zien en het tweede
gedeelte in handen van de vaste commissie voor de straf
verordeningen om bericht en raad.
hes Wielen.
7. Adres gedagteekend 10 Juli ingediend 16 Au
gustus van schippers en belanghebbenden bij de scheep
vaart, waarbij zij te kennen geven, dat tengevolge van de
langdurige droogte het water van af de Zes Wielen tot
aan Kolhorn veel te laag is en het bijna ondoenlijk is
voor de schippers Alkmaar te bereiken dat zij in over
weging geven daarin eenigo verbetering te brengen, het
zij °door het schut bij de Zes Wielen __wijdor en dat te
Rustenburg ook open te zettenhetzij dooi op andere
wijze meer water in de ringsloot te laten loopen dat
de tegenwoordige toestand zelfs zoo slecht isdat half
beladen schuiten over den grond moeten gesleopt worden;
dat minstens zooveel water als thans in de ringvaart
wordt ingelaten, door de binnenpolders wordt weggehaald,
zoodat de toestand bij den dag erger wordt. Zij ver
zoeken daarom gemelde schutten zoo spoedig mogelijk te
openen en open te houden, tot er voldoende watei is om
te varen of op andere wijze daarin te voorzien.
Gesteld in handen van burg. en weth. om bericht en raad.
8. Verzoek van I. van Praag thans te Hilversum,
den 8 Februari 1893 van Alkmaar naar Oudewater ver
trokken, om teruggave van 2/12 gedeelten, ten bedrage
van 1,07, door hem van zijnen aanslag in de plaatse
lijke directe belasting dienst 1893, betaald, en wel op
grond, dat hij geen drie maanden van het jaar 1893 te
Alkmaar verbleef.
Gesteld in handen van de commissie van financiën om
bericht en raad.
9. Voorstel van burg. en weth. om op de gemeento-
begrooting voor 1893 van den post voor onvoorziene uit
gaven f 531.925 af te schrijven en over te schrijven op
volgnummer 62 aandeel der gemeente in de kwade posten
van de opcenten der grond- en Rijks personeele belasting,
geraamd op 2200, aangezien dat aandeel volgens ont
vangen opgave bedraagt voor de grondbelasting, dienst
1890 j 2.77 en voor de personeele belasting, dienst 1890/1
ƒ2729.155. Aangenomen.
10. Rapport op het verzoek van J. P. Schouten om
hem nog eenigen gemeente-grond aan den Geestersingel
in eigendom af te staan. Het voorstel strekt om dat ver
zoek in te willigen, wat betreft het gedeelte, waardoor
het hem mogelijk wordt, nog vier woonhuizen aan de
door hem gebouwde Cornelisstraat te stichten en de be
slissing op het overige gedeelte aan te houden, in afwach
ting van een nader in te dienen rapport, na overleg met
de vaste commissie van bijstand in betrekking tot het
beheer en onderhoud der plaatselijke werken en eigendom
men. Zij stellen voor, den afstand te doen onder dezelfde
voorwaarden, die gesteld zijn bij raadsbesluit van 18 Maart
1891 N°. 21 tegen eeneu koopprijs van 18.
Aangenomen na eenige bespreking, met bijvoeging van
nog een klein stukje grond. De heer Stoel bleef buiten
stemming.
11. Rapport der speciale commissie, die onderzocht
heeft de gemeenterekening over 1892. Haar onderzoek
heeft geene aanleiding tot aan- of opmerkingen gegeven,
zoodat zij voorstelt de rekening onveranderd voorloopig
vast te stellen. Alleen komt het haar voor dat de vol
gende personen, wanneer rekening wordt gehouden met
hunne verdiensten, wel in staat zijn, hunne belasting te
betalen, namelijk
Dienst 1891, S. Klomp Sr. f 5,60, S. B. Hamburger
f 3,60; dienst 1892, A. van Wieringen f3,60, J. Klomp
f 4,60, P. Zonderhuis f 3, J. Bierman f 3, H. J. Gerver
f3, S. E. Hamburger f 3,60, J. Klomp Jr. f 5,60 0c
D. Klomp f 3,60
en dat nadere pogingen aangewend moeten worden om
die belasting op hen te verhalen. Zij stelt daarom voor,
die aanslagen alsnog invorderbaar te verklaren en bur
gemeester en wethouders uit te noodigen, ernstige pogin
gen aan te wenden, dat die belasting alsnog ingevorderd
worde en daartoe zoodanige maatregelen te nemen, als
zii vermeonen te behoeven.
Aangenomen. De wethouders bleven buiten stemming.
12. Is overgegaan tot het benoemen van
a. een wethouder, in plaats van den heer C. W. Bruinvis,
periodiek aftredende.
De heer O. W. Bruinvis, die herbenoemd wordt
met 13 stemmen; de heer de Sonnaville bekwam 1st.
Een blanco biljet werd gevonden. De heer 0. W. Bruin
vis wordt door den Voorzitter met de herbenoeming
geluk gewenscht. De heer C. W. Bruinvis neemt de
benoeming aan.
b. twee ambtenaren van den burgerlijken stand, tengevolge
van de periodieke aftreding van de heeren G. W. Bruin
vis en J. M. de Sonnaville. Beide heeren worden her
benoemd met 13 stemmen.
een eersten onderwijzer aan de openbare burgerschool.
Op de voordracht zijn geplaatst
1°. B. E. Lentzonderwijzer aan de 2e jongens
school, voorbereidende voor middelbaar en hoogcr
onderwijs te Groningen.
A. Boer, onderwijzer aan de opeub. lagere school
met uitgebreid leerplan te Middelstum.
A. Plaat, onderwijzer a/d openb. burgerschool te
Alkmaar.
Benoemd de heer B. E. Lentz met 13 stemmen; de
heer Boer bekwam 2 stemmen.
d. leeraren aan de burgeravondschool. Burg. en Weth.
deelen mededat zij na de laatste raadsvergadering
met den Inspecteur van het Middelbaar ouderwijs
nader in overleg getreden zijn over de door hem ge
maakte bezwaren tegen het voordragen van leeraren aan de
burgeravondschool, die volgens hem onbevoegd zijn, om
als zoodanig op te treden. Het gevolg van dat overleg is
geweest, dat de Inspecteur thans bericht heeft, dat hij
ten einde den gang van het onderwijs niet te storen
berusten zal in de voorgestelde tijdelijke benoeming
der aanbevolen candidaten.
Het aantal leerlingen aan de burgeravondschool is
echter zoo toegenomen, dat de benoeming van nog een
tjjdelijken leeraar voor het teekenen door den directeur
noodig wordt geacht. De Inspecteur is daarmede tevens
in kennis gesteld alsmede met het voornemen, om daarvoor
tijdelijk voor te dragen don leeraar aan de Ambachts
school P. Brunsman.
In overeenstemming met het gevoelen der commissie
van toezicht op het middelbaar onderwijs en wat. het
bedrag der jaarwedden betreft, met het bestuur der Ver-,
eeniging de Ambachtsschool voor Alkmaar en omstreken
worden de volgende besluiten voorgesteld
1" de jaarwedde van den directeur te bepalen op
(thans 1600 bedragende) gerekend wordende te zpn
ingegaan 1 Juli 1893
2°te benoemen: tot vaste lijn- en vakteekouleeraron aan
de burgeravondschool op f 600 jaarwedde voor ieder
der heeren G. N. Itz, bouwkundig ingenieur on G. P.
J. Kalemink, bezittende akte van bekwaamheid voor
handteekenen en de perspoctief
3° tot tijdelijke assistent leeraren in het teekenen voor
den cursus 1893/4 do heeren J. W. Willemse, G. Tjal-
kens en P. Brunsmanleeraren aan de Ambachtsschool,
ieder op f 300 jaarwedde;
4° tot tijdelijken assistent leeraar voor handteekenen voor
den cursus 1893/4 den heer A. A. de Grootleeraar
aan de Ambachtsschool, op 150 jaarwedde
5° tot tijdelijk leeraar voor de Nederlandsche taal en
wiskunde voor den cursus 1893/4 de heeren P. J. Aukes,
hoofd der openbare burgerschool op 250 jaarwedde
en A. Plaat, onderwijzer aan de openbare burgerschool
op 150 jaarwedde.
Ten slotte stellen zij voor, overeenkomstig het verlangen
van de commissie van toezicht op het middelbaar onder
wijs aan de aanstelling der leeraren, voor zooveel zij aan
de Ambachtsschool werkzaam zijn, uitdrukkelijk de bepaling
te verbinden dat deze aanstelling slechts zóó lang van
kracht zal zijn, als de benoemde tevens werkzaam is als
leeraar aan de Ambachtsschool.
De vaststelling der jaarwedden geschiedt behoudens
goedkeuring van Gedeputeerde Staten van Noordholland.
Aangenomen na eenige bespreking,
een lid der vaste commissie voor de verordeningen
tegen welker overtreding straf bedreigd is, als gevolg
van de periodieke aftreding van den heor 0. W
Bruinvis.
De heer C. W. Bruinvis herbenoemd met 14 stem
man. Een blanco biljet werd gevonden.
f. drie leden der vaste commissie van financiën, als gevolg
van de periodieke aftreding der heeren C. W. Brnin-
vis, J. de Lange CJz. en J. M. de Sonnaville.
De heeren 0. W. Bruinvis J. de Lange CJz. en J. M.
de Sonnaville herbenoemd met 1314 en 12 stemmen,
oen voorzitter der vaste commissie van financiën in
plaats van den heer C. W. Bruinvis.
De heer C. W. Bruinvis herbenoemd met 14 stemmen.
De heer Preijer bekwam 1 stem.
h. twee leden der vaste commissie van bijstand in be
trekking tot het beheer en onderhoud der plaatselijke
werken en eigendommen, als gevolg van de periodieke
aftreding van de heeren W. P. Stoel en J. M. de
Sonnaville
De heeren W. P. Stoel en J. M. de Sonnaville her
benoemd met 13 en 12 stemmen.
een lid der vaste commissie voor de gemeentelijke
gasfabriek, als gevolg van de periodieke aftreding van
den heer J. de Lange CJz.
De heer J. de Lange CJz. herbenoemd met 13 stemmen,
een lid die uit den gemeenteraad toezicht houdt op
de algemeene bewaarschool, als gevolg van de periodieke
aftreding van den heer J. de Wit Dz.
13. Adres van het bestuur der afdeeling Alkmaar
van het Nederlandsche Onderwijzersgenootschap betrek
kelijk de regeling der jaarwedden van bet onderwijzend
personeel aan do openbare scholen, met de daarop uitge
brachte rapporten. Deze stukken met nader ingediende
voorstellen werden naar de commissie van financiën terug
gezonden.