DE ROOFRIDDER. B u ite nl an d. FEUILLETON. N ederland. No. 17. Tweede biad. Zes en Negentigste Jaargang. 9 Februari 1894. ALktlWItSI HI. COI IIAM. Deu 5 had een maaltijd bij den Rijkskanselier von Caprivi plaats, waaraan de Keizer en vele parlementsleden van alle partijen deel namon. Na afloop van den maaltijd vormde zich om den Keizer een groote kring waarin deze het handelsverdrag met Rus land uitvoerig besprak en krachtig verdedigde en de bezwaren dor tegenstanders met groote gevatheid trachtte te wederleggen. Hij deed uitkomen, dat verwerping van dit verdrag ernstige gevolgen zou hebben voor de ver houding tusschen Duitschland en Rusland. Rijksdag. Den 5 zijn bij de beraadslaging over de Staatsbegrooting door den nationaal-liberalen afgevaar digde Priedberg aan de regeering inlichtingen gevraagd over hare houding ten opzichte van den hertog van Coburg als engelsch onderdaan. De rijkskanselier von Caprivi antwoordde, dat de hertog, als duitsch sonverein, zonder twijfel duitscher was; de souvereiniteit sloot alle afhankelijkheid van het buitenland uit. De hertog had bij zijne troonsbeklimming in tegenwoordigheid van den Keizer gezegd, zijne plichten ten opzichte van het duitsche rijk ten volle te zullen nakomen. Het was zijne zaak, do plichten tegenover een anderen Staat zoodanig te regelendat eene botsing met de plichten tegenover Duitschland onmogelijk was. De inmenging der Rijks- regeering zon voor de vrije werkzaamheid van den hertog hinderlijk zijn. De coburgsche staatsminister Benin heeft verklaard, dat de hertog als sonverein duitsch Vorst niet tot Engeland in betrekking als onderdaan stond. Hij had geene verplichtingen tegenover Engeland, welke strijdig waren met zijne tegenwoordige betrek king. Hiermede was deze zaak afgedaan. ENGEIiAND. Op eene bijeenkomst van werkloozen op Tower Hill, den 6 onder toezicht van den sociaal- democratischen bond gehouden, herhaaalde John Williams de bedreigingen op de vergadering van den 5 geuit en deelde hij mede voornemens te zijn zich aan het hoofd te stellen van een optocht en zoo naar het Trafalgar- plein te wandelen door Pleetstraat en de Strand (de drukste straten door de geheele stad.) Mocht de politie zich met geweld verzetten dan zou men zich bedienen van ontplofbare stoffen in kleine busjes ter grootte van een penny. Hoogerhuls. De minister van koloniën deelde den 6 mede dat volgens ingekomen berichten eone nieuwe botsing tusschen de franschen en engelschen in West- Afrika blijkt te hebben plaats gehad. De minister van Indië verklaarde geen medodeoliug te hebben ontvangen, dat de regeering van Britsch-Indië voorgesteld heeft een invoerrecht te hoffen van katoenen waren. FRANKRIJK. De admiraal Gevvais zal aftreden als chef van den marinestaf en het opperbevel over het Middellandsche Zee-eskader op zich nemen. Dit aftreden is een gevolg van zijne houding tegenover de extra-parlementaire commissie voor het onderzoek naar den toestand der marine, die den 3 voor het eerst bijeen kwam. Hij kon zich met een dergelijk onderzoek niet vereenigen en gaf daarvan de duidelijkste bewijzen. Hij weigerde o. a. aan een der leden een hand te geven. Vaillant heeft bij testament den anarchist Sebastiaan Paure heiast met de opvoeding van zijn kind. Aan het slot van dit stuk verzekert hij nogmaals, dat hij niemand haattede door hem gepleegde aanslag betrof de maat schappij niet eenige personen. Zijne daad was geschied ten voordeele van allen evenals een heelmeester niet schroomteen der ledematen af te zettenom den lijder te redden. ROHAN VAN JULIUS WOLFF. Naar het hoogduitsch. 81) -o— »Ja Albrecht maakte eene beweging, als wilde hij zich op de vrouw worpen, die hem zulk eene vreeselijko beschul diging in het aangezicht dorst slingeren, doch Oda hield hem met zachten dwang terug. Dan heb ik u verder niets meer te zeggen zelfs wil len mij nu de woorden van dank niet van de lippen welken ik u, helaas, verschuldigd ben 1" sprak hij opge wonden en als door afschuw aangegrepen wendde hij zich minachtend van Jutta af en zei»Kom, Oda Hier huist een booze geest der hel Zóó verliet hij de vrouw, die hem boven alles had be mind en misschien nog beminde, het jonge meisje in zijnen arm medevoerend. Bock, die altijd en voor alles raad wist, had reeds in de vroegte zijnen heer een goed paard bezorgd, zijne eigen Rossinante uit den stal van het klooster gehaald, waarna hij met Albrecht naar het slot gereden was, waar zij de paarden van Oda en hare kamenier reeds gezadeld gereed vonden. Toen Albrecht vernam, dat Oda zich bij de abdis bevond, voorspelde hij zich niet veel goeds van een onder houd tusschen de beide vrouwen en derhalve was hij Oda onmiddellijk ter hulpe gesneld. En nu daalde het jonge paar, ieder met eigen gedachten bezig, de breede slottrap afalle vier zetten zich in den zadelkeerden het slot den rug toe en reden in matigen draf in den koelen nevelachtigen morgen, naar Regenstein. Albrecht en Oda, nog geheel onder den indruk van het aangrijpend tooneel in de kamer der abdisredeu zwij- Den 7 heeft nabij Compiègne een ernstig spoorweg ongeluk plaats gehad. De trein, die om 11 uren des avonds uit Parijs naar Brussel vertrok stootte op een groote kist met spiegelswelke uit een trein op den weg moet zijn gevallen. Do tender viel naar rechts, de waggons vielen naar links. De reizigers sprongen bijna allen uit de waggons en liepen op en over de rails. Op dit oogenblik kwam een goederentrein uit Charleroi aan, die de waggons verbrijzelde en de overblijfselen over een afstand van 1200 el voortstuwde. Reeds telt men 3 dooden en 10 gekwetsten waarvan 3 ernstig. OOSTENRIJK HONCiARIJE. Den 5 des nachts is te Abbuzia aan eone hartkwaal overleden prof. Bill roth, geb. in 1829, als operateur wereldberoemd en schrij ver van vele belangrijke werken op het gebied van heelkunde. SERVIË. Aan een den 5 gehouden feestmaal heeft Koning Alexander ten stelligste ontkend, dat er buiton- landsche invloed in het spel zou zijn geweest bij de ministeriëele crisisalleen redenen van Staat hadden daartoe aanleiding gegeven. Hij dankte de nieuwe minis ters dat zij de portefeuilles hadden willen aannemen. De eerste minister Simic beantwoordde den Koning en sprak de hoop uit, dat de orde zou blijven bestaan en de wetten geëerbiedigd zouden worden. Op het handelsbal heeft de oud-Koning Milan aan gene raal Gruïe, oud-minister-president, de vijandige houding der radicale partij tegenover den Koning verweton. Deze verliet daarop de zaal. De Male Novine meldt, dat te Schabatz den 5 eene menigte volks door de straten trok, roepende: «Leve Prins Karageorgewic 1" KI'IiUARIJE. Bij de aauvullingsverkiezingen voor de Sobranje op den 5 zijn 13 van de 15 plaatsen door de regeeringscandidaten vervuld. Te Rasgrad vielen ongeregeldheden voor. Nederlanderschaii. De minister van binnenlandsche zaken heeft aan de commissarissen der Koningin eene aanschrijving gezonden, waarin verzocht wordt, de gemeentebesturen uit te noo- digen, voortaan de naar het buitenland vertrekkende Nederlanders te willen herinneren aan de wettelijke be paling, dat de staat van Nederlanderschap wordt verloren door het gedurende tien achtereenvolgende jaren wonen in oen vreemd Rijktenzij vóór het verstrijken van dat tijdvak aan een bevoegden adibtenaar worde verklaard, dat men Nederlander wenscht te blijven. In December 1893 is in de Rijkspostspaarbank ingelegd 1,439,908,28 en terugbetaald l,155,025,57'/2. Aan het einde der maand November was ten name van de verschillende inleggers ingeschreven ƒ31,229,309,80, zoo dat het tegoed op 31 December bedroeg ƒ31,514,192,501/.;. In den loop der maand zijn 4773 nieuwe spaarbankboek jes afgegeven en 1644 geheel afbetaald, zoodat er aan het einde der maand nog 401,046 in omloop waren. De bevolking der gemeente Utrecht was op 31 Dec. 1.1. 91069; zij vermeerderde in 1893 met 1633. Het Leidsch Studentencorps heeft tengevolge van het overljjden van den burgemeester, tevens curator van de Universiteit, voor den tjjd van twee weken den ge- bruikelijken rouw aangenomen. De openbare feestelijk heden op den 8 op welken dag de burgemeester be graven wordtwerden mede afgezegd. Van 27 Januari tot 2 Februari zijn te Rotterdam weder 24 nieuwe gevallen van pokken voorgekomen. gend vooraan Bock en Eilika volgden naast elkander op korten afstand. »Hebt gij 't wel opgemerkt, lieve juffer Eilika, en heb ik 't niet vooraf gezegd begon de verliefde ridder het gesprek met de aangebedene zijus harten, »wij rijden nu denzelfden weg als oen half jaar geleden. Maar hoe is thans alles anders dan toon, niet waar Het aardige ding knikte haren ridder vriendelijk toe en zei: «Ditmaal gaan wij geheel vrijwillig met u mede en met vrij wat meer gerustheid dan de eerste keer, nu ongeveor een half jaar geleden", toen gij met uwe man schappen onsarme vrouwen als gevangenen mede- voerdet." »Ik heb al menig aardig ruiterstukje uitgehaald," zei Bock met zichtbare zelfvoldoening, «maar het beste van allen was toch zonder twijfel die tocht, waarop ik u en uwe meesteres gevangen nam en op Regenstein bracht. Zulk eene gelukkige vangst zal mij stellig vooreerst niet weder voorkomen." «Dat zullen wij ook maar hopen, heer ridder," zei Eilika met een gemaakt lachje." «Denk toch eens aan, hoe wonderbaar en gelukkig de Almachtige alles ten onzen voordeele heeft geschikt 1" zei Bock. «Toenmaals had ik niet anders gedacht en ver wacht dan een behoorlijk losgeld te ontvangen van den ouden graaf voor u en de jonge gravin, en thans doet het bijna ongeloofelijke feit zich voor, dat wij de gevangene, die zich destijds voor uwe kamenier uitgaf, in triumf naar het slot brengen als onze toekomstige meesteres en gravin van Regenstein en gijgij behoeft toch ook geene non te worden, niet waar, juffer Eilika «Zoudt gij denken vroeg het meisje in gedachten. «Ja lieve Eilika", antwoordde Bock met volle over tuiging, «ik heb mijn hart onderzocht en het uwe even eens en nu ik het derhalve met mij zeiven en zoo ik hartelijk hoop ook met u eens ben, zal ik aan mijnen heer en graaf een verzoek richten volkomen in de vor men, zooals dat behoorten indien zijn antwoord daarop, zooals ik meen te mogen verwachten, niet ongunstig uit valt, zal ik de vrijheid nemen, juffrouw Eilika, om binnen De gemeenteraad van Zutfen heeft den 5 besloten, voor de overneming der waterleiding van de Rotterdam- sche waterleiding-maatschappij, aan te gaan eene 3'/2 pets. geldleening van f 240000 in schuldbekentenissen, groot f 1000 met jaarlijkscho aflossing van f 6000. Deu 6 des namiddags 2 uren is te Breukelen bij het station een van Amsterdam komende goederen trein bestemd voor Utrechtin botsing gekomen met een van Rotterdam komende veetreinbestemd voor Amsterdam. De machinist van den veetrein is waarschijnlijk door het onveilig afstandssignaal gereden met het gevolg dat hij op het achterste gedeelte van don goederentrein reed juist bij het aunsluitingspunt der beide spoorlijnen. De botsing was geweldig; de locomotief van den Rotterdamschen trein werd aan de voorplaat zoodanig ineengedrukt, dat de buffers van een der goederenwagens daarin afbraken. De goederenwagens werden op en over elkander geschoven van de ijzeren onderstellen afgeslagen en tot splinters vermorseld. Niemand bekwam eenig letsel en het vee bleef mede ongedeerd. De stoker van den Rotterdamschen trein het ongeluk ziende aankomen was van de machine ge sprongen. In het treinonverkoer ontstond natunrlijk groote vertraging; onmiddellijk werd een aanvang gemaakt met het opruimen van het gehavende materieelwaar mede gedurende den nacht voortgang werd gemaakt. Den 7 des morgens was de weg weer vrij. Den 7 heeft opnieuw eene botsing plaats gehad nabij het station Breu kelen, waarbij zes wagens beschadigd werden. Persoonlijke ongelukken hadden niet plaats. Mej. A. Smeding, onderwijzeres met hoofdakte te Leeuwarden is benoemd tot hulponderwijzeres bij het onderwijs in Ned. Indie. De commissaris der koningin in Noordholland heeft ter openbare kennis gebracht, dat Ged. Staten bepaalden, dat: 1°. de jacht op eenden zal worden gesloten den 28 Februari a.s., met zonsondergang2°. de jacht op ander waterwild zal worden gesloten den 31 Maart e.k., njet zonsondergang 3°. het weispel van kwartelen met steekgaren of vliegnet zal mogen worden uitgeoefend van 1 Mei tot 15 Juli e.k.; 4°. de visscherij, uitgezonderd die met aalkorven aaldobbers en palingfuiken, met het schepnet of de gebbe om kleine vischjes te vangen voor de aaldobbers en die op snoek in de gemeente Texel zal worden gesloten van 15 Maart tot 1 Juni e.k.; en 5°. gedurende dien gesloten vischtijd, ook het visschen met den hengel in de hand verboden is. De Ginnekensche tramwegmaatschappij keert over 1893 8 pet. dividend uit. Den 4 zijn met groote inspanning door de beman ning dor reddingbootgetrokken door de sleepboot, do twaalf opvarenden van een in de Buitengronden nabij Terschelling gestrand schip gered. Amsterdam. De Rente-Cassa keert over 1893 een dividend van 106,50 per aandeel van 1000 uit. Haarlem. Tot chef van de afdeoling onderwijs aan de gemeente-secretarie is benoemd de heer H. Kalb- fleisch, thans eerste ambtenaar aan de gemeente-secretarie te Sloten. De heer P. J. Smit tot dusver commies der afdeeling onderwijs is benoemd tot chef der afdeeling algemeene zaken Helder. De Board of Trade in Engeland heeft gouden medailles toegekend aan Jacob Bakker, gezag voerder van de sleepboot Hercules, en aan Thoodorus Rijkers, bootsman van de reddingsboot alhier, ter erken ning van hunne diensten bij redding der schipbreukelingen van het stoomschip Wandle, van Londen', dat den 7 December j.l. nabij Nieuwediep strandde. Aan de overige leden der bemanning van die reddingsboot, n.l. Jan Bijl, Jan Minneboo, Cornelis Lastdrager, Reindert Spits, Simon kort ook bij u aanzoek te doen en u te vragen of gij lust gevoelt, om de vrouw van eenen ridder te worden." «Ach heer ridder", lispte Eilikainwendig verrukt en zich, aanvallig blozend, over den hals van haar paard buigend. «Geef mij thans geen antwoord," zeide hy«ik wil u liever nog eenigen tijd ter overweging laten en mocht het u dan al blijkendat gij mij liever niet tot man zoudt nomen, dan is hot altijd nog vroeg genoeg, om in een klooster te gaan." Eilika zuchtte zwaar en langmaar de galante ver liefde ridder achtte het geraden het eens begonnen ge sprek niet te laten verflauwen en bracht het daarom op andere onderwerpen. Zoo reden zij te zamenvroolijk pratend en schertsend, naast elkander voort. In tusschen reed een renbode van het Quedlinburger slot met eenen verzegelden brief naar den bisschop van Halberstadtdaarin stonden met sidderende hand de woorden geschreven «Wreek mij en doe wat u goeddunkt! Jutta." NEGEN EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK. Het was een sombere, vochtige herfstdag, toen de gra felijke familie van Regenstein op hare ongenaakbare rots vesting aan het bruiloftsmaal vergaderd zat. Den domheer Ulrich had men zoo spoedig niet van zijne woonplaats Hildesheim kunnen doen overkomen, doch Bernhard met zijne vrouw Reginhilde, Poppo en Günther waren bijtjjds verschenen, en de waardige abt van Michaëlstein, die in zijn lang leven reeds veel leed en veel vreugde met het gravenhuis doorleefd en ook gedeeld en dezen ochtend het huwelijk van het jonge paar in de kleine kerk van zijn klooster plechtig ingezegend had, zat, als de meest geëerde gastter rechterzijde van Oda, aan tafel, terwijl tegenover hem ridder Bock van Schlanstedt geplaatst was. Oda's lieve zachte oogeu waren met eone uitdrukking van groote dankbaarheid onafgewend op graaf Albrecht gericht, wantbescheiden en weinig eischend van aard

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1894 | | pagina 5