Zes en Negentigste Jaargang.
1894.
ZONDAG
8 APRIL.
Heropening passage.
Waarom dan eigenlijk de Kamer
werd ontbonden.
Stadsberichten.
dat de brug over het Verdronken oord bij
de St. Aunastraat weder vanaf heden voor
het verkeer is open gesteld.
NO. 4. Kerste blad
liHAtllSCIIL COURANT.
Dezo Courant wordt IMd*h1«k-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar O,SOfranco door het
geheeie rijk J 1,
De 3 nummers f 0,06.
Pr||8 der gewone Advertenllën»
Per regel j 0,16. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Telefoonnu mmer
©It nummer bestaat uit drie bladen.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen tor algemeene kennis,
Burgemeester en Wethouders voornoemd
A. MACLAINE PONT,
Alkmaar De Secretaris,
7 April 1894. NUHOUT VAN DER VEEN.
IIBAAiKWElT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen ter algemeene kennis, dat aan hen vergunning
is gevraagd door ARIE VAN HEUSDEN, smid, wonende
te Amsterdam, tot het voortzetten van den verkoop van
sterken drank in het klein in bet perceel aan den Dijk
wijk O do. 22, welke vergunning thans .ten name staat
van DIRE GROOTHUIZEN.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
A. MACLAINE PONT.
Alkmaar De Secretaris
7 April 1894. NUHOUT VAN DER VEEN.
Den 13 October 1884 sprak de heer Tak van Poort
vüet in het lokaal eensgezindheid'' te Ajmetardam de
volgende woorden
»Ik zoude meenen, dat kiesrecht aan allen, die in hun
ligen onderheud en dat der bennen voorzien, toekomt.'
In 1887 werd de Grondwet herzien en in art. 80
bepaald
«De leden der Tweede Kamer wordeu rechtstreeks
gekozen door de mannelijke ingezetenentevens Neder
landers die de. door de kieswet te bepalen kenteekenen
van geschiktheid en maatschappeljjken welstand bezitten.''
In 1891 wetd de heer Tak .van Poortvliet Minister
van Binnenlandsche Zaken en alzoo geroepen om eene
kieswet te ontwerpen.
Hij zag, dat de Grondwet niet hetzelfde zeide als hij
gezegd had, maar hij wist raad. Laat ik zao sprak
bij tot. zichzelf eenvoudig in de wet schrijven,.,dat
betgeen de eirond,r et zegt hetzelfde beteekent als het
geen in 1884 gezegd heb. Zoc gezegd zoo gedaan,
en hij schreef een artikel, dat, na eanige wjjziging, in zjja
laatsteontwerp aldus luidde
Artikel 3.
«Deze wet houdt voor kenteeken van geschiktheid ,qn
voor kenteeken van maatschappelijken. welstand het .voor
tien in eigen onderhoud en in dat vac het gezin."
Hij wilde zich niet schikken naar de woorden der
Grondwet, maar eischte, dat de Grondwet zich zon schik
ken uaar ,oijue woordac, en in dien zie werkte bij de
bepaling van artikel 3 nader uit in artikel 4.
De Kamer was echter van meening, dat een Minister
zich moet veegen uaar db Grondwet.
Daarom moest de Kamer naar huis.
Wenscheu nu de kiezers oen Kamer, dia bereid is de
Grondwet te verklaren, overeenkomstig de meening van
«en Minister uitgesproken, ia 1884, of een Kamer die
«iecht dat ook een Minister zich zal buigen voor de
Grondwet
De heading van hei Handelsblad.
Het Handelsblad noemde het laatste ontwerp van de
kieswet een monster va.u wetgeving, en was van
oordeel, dat het kenteeken van maatschappelpken wel
stand daarin niet tot ziju recht kwant en niet
voldoende was.
Desalniettemin en evenwel nochtkans wenscht.-dït blad
den Minister Tak van Poortvliet te ateuneu die steeds
beeft geweigerd zijn ontwerp zoodanig te wjjzigen,
dat het werkelijke kenteekenen van maatschappeiijken
welstand bevatte en dus aan den eisch der Grondwet
voldeed
Schipper R., van Medemblik, met een lading zand
'an Hargen komende, kou de reis, tengevolge van bet
jak worden van zijn vaartuig, niet voortzette*. Aan de
•oormeer werd het zand in vletten overgeladen en de
achoit op de helling van den scheepsmaker S. gebracht.
Gogeveer ten ö'/j unr zon mon de laatste vlet van de
•oormeer halentoen een sleepboot passeerde en die
Het door de sterke deining zonk. Voor veiligheid der
scheepvaart is een stok met lantaarn op de gezonken vlet
?eplaatst. Maatregelen worden reeds genomen met het
achten een begin te maken.
Een hap noordhollandsche kaas voor f 1,20! De
Jccr C. moest vrijdag, den 6, dit bedrag aan een hoornschen
vaaasehipper betalen, toen zijn hond een ferme hap uit
f6® op een berrie staande kaas nam. Het beschadigde
'aasje werd daarvoor eigendom van genoemden heer.
De «Burgemeester van Alkmaar" heeft in den uacht
van den 6 op den 7, te 41/, uur »de Burgemeester van
Vollenhoven" slepende naar Amsterdam gebracht. Deze
laatste, stoomboot van do hoeren gebr. Znr Mublen, die
te 2 unr van hier vertrokbrak ter hoogte van de
zwemschool de ag der machine, zoodat zij niet verder
kon. Kapitein Verberne werd gewekt, die in korten tijd
zijne veeboot «de Bnrgemeester vau Alkmaar" stoom op
had en de defecte boot op sleeptouw naar Amsterdam
bracht.
Bedankt voor het beroep naar de ned. herv. ge
meente alhier door den heer ds. A. J. van Wijn
gaarden, te Mijdrecht.
De jaarlijksche vergadering van alle onderwij
zers en onderwijzeressen in het arrondissemeut
Alkmaar zal dit jaar op Woensdag 20 Jnni alhier ge-
honden worden.
De Centrale anti-revolutionaire klesver-
eeniging in dit district, heeft besloten, de candidatu nr
te steunen van den heer nr. H. W. F. Treub. Van
de acht afdeelingendie aan de stemming deelnamen
verklaarde zich slechts een daartegen en wel voor den
heer van der Vliet. De hier gevestigde anti-revolntionaire
kiesvereeniging «Nederland en Oranje", pas dezer dagen
opgericht en nog niet aan de Centrale Vereeniging aan
gesloten, besloot insgelijks genoemde candidatnur te steunen.
Ook de Centrale roomscli katholieke kiesver
eeniging stelde dienzelfden heer.
Nadat in de den 5 in het lokaal «de Unie"
gehouden vergadering van de Liberale kiesvereeniging
„Eensgezindheid* met 33 tegen 29 stemmen ver
worpen was een voorstel, om ditmaal, met het oog op
de zeer bijzondere omstandigheden, geen candidaat te
stellen, werd na uitvoerige gedachtenwisseling over de
beide candidaturen, tot candidaat van de Vereeniging
gesteld de heer Mr. W. van der Kaay, die 47 stem
men bekwam, tegen 14 op den heer mr. J. A. van Gilse.
De leden der afdeeling Alkmaar van den ÜTeder-
landschen Barbiers- en Kappersbond hebben
het rechtmatige en begrijpelijke besluit genomen, blijkens
achterstaande advertentie hnnne 'Onkels des zondags
na één unr te sluiten.
Het verslag van de jongste zitting van de kamer
van koophandel moeten wij tot ons leedwezen tot een
volgend nummer laten liggen.
De in dit distriet gestelde candidaturen voor het lid -
maatschap der Tweede Kamer worden gesteund als volgt:
Mr. W. van der K.aay, door 1° de Centrale Li
berale kiesvereeniging2° de Liberale kiesvereeniging
«Eensgezindheid"; 3" de kiesvereeniging «Vrijheid" aan de
Langedijken: 4° de kiesvereeniging «Vrijheid door Orde"
te Heiloo: 5W. de kiesvereeniging «Vrijheid en Eensge
zindheid" te Koedijk.
Mr. J. A. van blilse, door den Bond van liberale
kiesvereenigiugen, bestaande nit de plaatselijke kiesver-
eeningingen Schagen, Barsingerhorn, Haringearspe! en Wie
ringerwaard.
Mr. M. W. F. Treub, door de Vrijzinnige kiesver
eeniging te Alkmaar; de kiesvereeniging «Burgerplicht"
te Heerhugowaardde Centrale anti-revolntionaire kies
vereeniging, de anti-revolutionaire kiesvereeniging «Ne
derland en Oranje", te Alkmaar, de Centrale roomsch
katholieke kiesvereeniging; en de kiesvereeniging «Bur
gerplicht", te Schagen.
Mr. Z. VA\ I»FV RKUU.
In plaats van den heer mr. N. A. Calisch die ver
hinderd was, trad bovengenoemde heer, op uitnoodiging
der Vrjizinnige Kiesvereeniging alhier, den 6, des avonds,
in het lokaal Harmonie, als spreker op.
Het voorzitterschap werd waargenomen door den heer
W. F. Stoel.
De kiezers zouden a.s. dinsdag staan zoo begon de
spreker voor eene beslissingzoo gewichtigals in
geeu jaren het geval was. Daarbij geldt het de vraag
weJke richting van het staatsbestuur voor de toekomst
zal gevolgd worden. Eene democratische, eene werkelijk
vooruitstrevende richting, of, zooals zoolang, een sakkei-
gang. Spreker verwacht dat al wat vooruitstrevend is
zal wccschen dat thans eindelijk een tijdperk van krach
tige horvorming aanbreke.
Die wensch is het uitvloeisel van de ervaring omtrent
lange jaren van staatsbeleid.
Spreker zal niet nagaan bij welke partij de oorzaak
ligtdat wij nog zooveel missen. Thans zeker niet, nn
geen partijquaestie aan de orde is. Maar hij wil aan
dringen dat de werkelijk voornitstreveuden uit alle
partijen zich thans kraehtig uitspreken.
In ons staatsbestuur is veel achterwege gebleven wat
had behooren te geschiedenveel ook te traag en te laat
geschied. Spreker wijst slechts op het arbeidswetje en
de armenwet.
Spreker zocht de reden niet in den onwil der tegen
woordig heerschende klasse. Hij verklaart het zieh, dat
de afgevaardigden daartoe zeker door de kiezers genoopt,
zich te veel wijden aan de bestudeering der belangen
van eigen district, daardoor eenzijdig worden en niet in
staat zijn, voldoende de werkelijke volksbelangen te
behartigen.
Uit die omstandigheden werd de zucht tot uitbreiding
van het kiesrecht geboren. De volksvertegenwoordigers
den drang der kiezers zouden de groote belangen niet
behartigd worden als noodzakelijk was. Daarom werd bij
alle partijen de wensch tot kiesrechtuitbreiding levendig.
De begrippen omtrent de ongelijkheid der bnrgers zijn
zeer veranderd in betrekkelijk korten tijd. Wij kennen
niet meer het groote verschil in waarde van den eenen
burger boven den andere.
Er is veel gebeurd in deze eeuw. Het onderwijs is tot
alle rangen doorgedrongen. De pers heeft meer invloed
gekregen. Het vereenigingsleven heeft zich ook tot de
laagste kringen uitgestrekt. Voor ons is een arbeider
niet meer een ongelukkige sukkel. In dat opzicht ver
schillen wij hemelsbreed van een vorig geslacht. Wij
kennen het verschil niet meer tnsschen den eenen burger
en den andere.
Zal dan nu het onderscheid tusschen de tegenwoordige
en de toekomstige kiezers werkelijk zoo groot zijn Ter
wijl men thans reeds er onder heeft van alle soort!
Is er dan oen denkbare reden voor, om het eene deel
de voogdij te doen uitoefenen over het andere deel Is
het geeu onrechtdat de staatsbnrgers nog worden ver
deeld in volle en niet-volle
Dat isnaar mijne overtuiging de grondqnaestie van
het kiesrecht. Deze redenen en onze ervaring van staats
beleid, onze beschouwing van kiezers en niet-kiezers
dat alles doet ons naar uitbreiding verlangen. Wij heb
ben noodig nieuwe krachtnieuw bloed om tot krachtige
hervormingen te kannen geraken.
Nooit was de aandrang sterker dan thans, onder den
indruk ^an de langdurige behandeling der wet, die spr.
korte! ijk nagaat.
En waarom heeft zooveel arbeid geen resultaat opge
leverd Omdat al wat conservatief is, zich vereenigde
tegen Taks voorstel. Het geldt dan ook de vraag van
politieke macht, of men die alleen zou behouden of met
andere groepen deelen. Vandaar het verzet.
Hetzelfde gebeurde in 1848, toen de rechtstreekeche
verkiezingen stonden te worden ingevoerd.
Men gevuoh, dat de «nvloeu verloren zal gaan, üi
ieder geval men het meesterschap kwijt raakt.
Er komt nog meer bij. Hoe oordeelen de conserva
tieven gewoonlijk over de nieuwe kiezers Alsof het
schooiers, revolutionairen zijn, die alles onderst boven wil
len halen.
Wij denken daar anders over. Wij democraten vreezen
den invloed van het volk niet. Wij verwachten thans
eene kloeke daad. De denreu moeten wijd opengezet. Er
kome frissche lucht, nieuw leven, nieuwe kracht.
Men heelt twee soorten van tegenstanders. Vooreerst
die geen groote uitbreiding verlangen zij zien er geen
heil in. Die vindt men in alle partijen, het meest bij
de roomschen. Anderen willen we! uitbreiding, zoover
als het kan maar zij hebben tal van bezwaren en be
denkingen. Hoe gaarne ook, zij mogen niet.
Wij hebben niet het recht, hnnne bedoelingen te ver
denken. Kennen zij echter zich zelf wel Voelen zij
inderdaad wat zij meenen te hebben groote liefde voor
de kieswetuitbreiding
Hoe vaak hebben zij hunne liefde betuigdDoch
maakten zij ooit propaganda voor de zaak? Nooit I Ein
delijk vraagt minister Tak hun daden en nu rijzen de
bezwaren als uit den grond.
Spreker heeft aan de eerlijkheid van de verklaringen
der tegenstanders nooit getwijfeld. Hij acht die te goeder
trouw. Maar hij gelooft, dat zij door hnnne afkomst,
door hun levenskring niet voelen zooals wij.
Onder de bezwaren nemen vooral de grondwettige
eene eerste plaats in. Hij gaat de wording van artikel
80 na en toont daarbij aandat alle partijen daaruit
moenuen te lezen wat hun dierbaar was. Er was alles
in te vinden. En nn heeft men niet te vragenwat
men er gaarne uit zou gelezen zien maar wat er staat.
En dan acht spr. het onwederlegbaar, dat men de gren
zen zoo laag kan stellen als men wil.
Dat de conservatieven daartegenover er in meenden
te lezen dat zware eischen noodig waren is duidelijk
Tak's ontwerp nu is gekomen. Het eischt van den
kiezer dat hij voorziet in het onderhond van zich en
zijn gezin.
Waarin dat voorzien bestaatdoet er niet toe. Ruim
schoots of sober is geheel onverschillig.
Mogen de eischen ook laag zijn die het ontwerp-Tak
steltnaar sprekers overtuiging voldoet het geheel aan
de Grondwet.
Niettemin heeft men in uit opzicht erg afgegeven
op Tak.
Voor spreker zijn al die grondwettige bezwaren van
geen practisch belang. In alle partijen toch, in en buiten
de Kamer, onder de nitstekendste staatslieden en juristen,
vindt men mannen die er geen grondwettige bezwaren
in zien. Mannen als KerdijkVeegens, Levy, Pierson
Smidtvele professoren.
Daarom behoeft het voor ons slechts de vraag te zijn,
hoever wij willen uitbreiden binnen de grenzen der Grond
wet. Willen wij zoover gaan als Tak, dan moeten wij
slechts afgevaardigden zenden die geen grondwettige
bezwaren kennen.
Het is geen persononqnaestie. Ik verdenk hunne ver
klaringen nietmijne achting voor hen is niet vertnin-
moesten worden aangewezen door het volk. Zonder derd, maar thans zijn het onzo mannen niet. Aan andere,