Geen moedeloosheid. HANGEND MOS. No. 55. ■verste blad. Zes en Negentigste da ar gang. 1804. ZONDAG li M E I. Feuillet on. N ederland. Roman uit het Berlijnsche leven. ALkMAARSCHE Deze Courant wordt IHnsdag-, Donderdag» en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar 0,SHfranco door het gebeele rijk j 1, De 3 nummers f O,<16. Prys der gewone Advertentlënj Per regel J 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Telefoonnummer: 3. Onverschillig of hij zich over den uitslag der verkie zingen verheugt of bedroeft, is er wel geen liberaal in Nederland denkbaar, die niet den toestand betreurt waarin wij feitelijk verkeeren. In de liberale partij staan twee fracties wij znllen niet zeggen onverzoenlijk, maar althans voorloopig onverzoend en min of meer vjjandig tegenover elkander. In het aftredend Ministerie hebben mannen zitting van wier arbeid het land bij voortduring goede vruchteu zou kannen oogsten. In den wet ge venden arbeid ontstaat niet alleen door de Kamerontbinding en de daarop gevolgde verkiezingen, maar ook door de verande ring van Ministerie niet onbelangrijke vertraging. Die nadeelen zijn voor ieder duidelijk en niemand zal ze onbeduidend durven noemen. De overwiDuaars onder de liberalen erkenuen ze natuurlijk tvenzeer als de ovorwon- nenen. De vraag blijftaan wien de schuld Er is schnld aan beide zijden, schrijft de Amsterdamsche hoogleeraar Cort van der Linden in De Gids. Hij erkent, dat de Minister van Binnenlandsche zaken een ernstige fout, begingtoen hij het uiterste program van een deel der liberale partij tot grondslag nam voor zijn ontwerp tot regeling der kiesbevoegdheid. Als dat waar is eu wij gelooven dat het moeilijk ontkend zal kunnen worden dan is daardoor naar onze meening de hoofdschuldige ook reeds aangewezen. De eerste ernstige fout ging van den Minister uit. Hij, lid van een parlementair ministerie, verbond zijn naam aan een wetsontwerp, waarvau hij moest weten dat ongeveer de helft zijner eigene partij en ongeveer twee derden der leden van de Tweede Kamer er niet mee konden instemmen. Onwetendheid beweren is hier allerminst geoorloofd. Een parlementair minis ter mag niet onbekend zijn met de zienswijzen in het Parlementeen liberaal minister moet weten hoe zijn partij in de Kamer over belangrijke zaken denkt. Weldra bleek dan ook van het verschil van gevoelen op de dui delijkste wijze in den vorm van amendementen op het tweede ontwerp. Heeft de Minister oeuige gezindheid aan den dag gelegd om aan de geopperde bezwaren te gemoet to komen en de uitwerking van het in die umondementen aanvaarde beginsel voorzien in eigen onderhoud en in dat van het huisgezin als kenteeken van geschiktheid en maatschappelijkeu welstand te zoeken langs den daarin aangedniden weg De liberale oppositie vormde geeu vast aaneengesloten groepzegt do hoogleeraar waarmede de Minister kon onderhandelen, 't Is waar. er werden twee stel amende- DOOR PAUL LINDA U. -0-0 20) HOOFDSTUK VII. Men kon voor eeue premiere geen beter weer verlangen. De avond was zeer koel, bijna kond. Het had overdag sterk geregend. Sedert een unr was het nu droogdoch de lucht stond nog steeds drnilig. Om kwart voor zeven reeds begonnen in den schouw burg de banken van het parket eu de loges zich te vullen. Even zeven unr was de zaal die geheel was uitverkochtbijna reeds op alle plaatsen bezet. De kas was in het geheel niet geopend geworden en de biljet- opkoopers, die prachtige zaken hadden gedaanwaren reads voor zeven nnr allen verdwenen. Op Leonie, die ditmaal eens stipt op tijd was, richtten zich terstond bij haar verschijnen alle tooueelkijkers. Zij echter scheen hiervan niets te bespeuren was volmaakt ongedwongenen reikte den beiden heeren die zij in hare loge genoodigd had dr. Ringstetter en eenen zekeren heer Von Janoween jong in de Berlijnsche salons zeer gaarne gezien sportliefhebber bevallig de hand. Zij zag er betooverend uit. Welsheim voelde zich dan ook niet weinig gestreeld toen hij bemerkte welk een effect zijn mooie en elegante vrouw we: maakte. Zij waaierde zich een weinig en wisselde met de heeren achter haar eeuige onverschillige woorden, ten einde ook haar protiel eens te laten bewonderen. Vervolgens bracht zij den kleinen kijker voor hare oogeu, wisselde groeten meuten ingediend; maar werd niet uitdrukkelijk te kenuen gegeven, dat die verschillende amendementen niet tegen over elkander maar naast elkander werden voorgesteld^ men zon zeggen als voorbeelden in welke richting een bevredigende oplossing te vinden zon wezen Was dat „kleine taktiek?" Was het zelfs in het geheel „taktiek?" 01 moet erkeud worden, dat hetgeen men taktiek tegen den Minister zon kannen noemen bier niet te vinden was De hoogleeraar zegtdat de Minister concessies beproefd heeft, zonder eenig ander resultaat dan dat zijn ontwerp hoe langer hoe meer onaannemelijk werd. Een vreemde soort van concessies inderdaad Maar in ernst, knnnen de wjjzigingen, die in het ontwerp gebracht werden als concessies worden aangemerkt Bij welke gelegenheid was er sprake van eeuige toenadering, van ernstigen zin tot gemeen overleg van de zijde des Ministers Bleek hij niet integendeel steeds het oor te leenen aan die leden der liberale partij, die hem elke concessie, elke tegemoet koming ontraadden, als laakbare zwakheid en verloochening van beginsel Was daarentegen de meegaandheid bij hen, die de hoogleeraar „de oppositie" noemt, niet zóó sterk, dat zij zelfs aan het gebrekkige amendement-de Meijier hun stem gaven, toen het scheen dat de Minister daarin zou berusten Doch dit alles behoort tot de geschiedenis. Al meent men het gebeurde in een ander licht te kuuuen beschou wen dan waarin wij het zien, wat gebeurd is is gebeurd en is niet meer over te doen. De meesten die zich bij de jongste verkiezingen togen de voorgestelde kiesrecht regeling verklaarden, znllen wel iustemmen met de vol gende woordeu van het weekblad De Liberaal, in zijn nnmmer van 28 April 1.1.„Wij knnnen niet nalaten met weemoed te bedenken hoe gaarne wij die overwinning (bij de verkiezingen) ons eu onzen tegenstanders en het gansche land bespaard hadden. Want ook dit is onze vaste convictie, dat het beter geweest ware, wanneer Minister Takbeginselvastheid niet verwarrende met onverzettelijkheid, meegaander zich betoond had, wanneer hij op den immers met groote meorderheid aangenomen grondslag van art. 3 met die meerderheid gezocht had, had willen zoeken naar een ook in de oogen dier meer derheid juiste uitwerking van het beginsel, naar eene omschrijving van de reeds gevonden formule. Wij betreu ren het, omdat wij niet gewild hebben Tak's nederlaag, maar een toonbaar art. 4; omdat wij niet gewonscht hebben de ontbinding (ook al stelt zij ons na in het gelijk), maar een kieswet waarvan de grondwettigheid niet betwistbaar is." Wij zonden er kunnen bijvoegen waarom werd, na de aanneming van art. 3, door don met bekendenen glimlachte levendiger dan te voren bij het beantwoorden dor opvallend diepe buiging van eenen heer. die in do loge recht tegenover haar zat. Deze heer deelde trouwens met Leonie de onderschei ding van door het publiek, inzonderheid door het vrouwe lijke, met buitengewone opmerkzaamheid te worden gade geslagen. Evenals zijne buiging van daareven, had ook de geheele man iets opvallends en in het oog loopendszijn gezicht, zijne figuur, zijne kleeding, zijne houding, zijne bewegingen. De kop was niet jnist karaktervol of inte ressant, maar ontegenzeggelijk schoon te noemen; althans de dames vonden hem schoon. De trekken waren regel matig, de oogen groot en levendig, de gelaatskleur frisch. Het zware, kastanjebruine haar was met zorg gekapt en met behnlp van het Iriseer-ijzer zacht gegolfd. Aan deu lichteren, vollen eu zachten knevel was een zwierige krul bijgezet: hij liet de bovenlip geheol vrij en schoot aan de mondhoeken fier omhoog. Het heerschap glimlachte veel misschien een beetje te zoetig; en bij eiken glimlach vertoonde hij een stel prachtige tanden. De al te ronde wangen gaven aan het gezicht iets vrouwelijks. Het zeer diep uitgesneden overhemd, dat den ongewoon zwaren hals tot aan de keel bloot liet, was van voren met drie groote brillantknoopen gesloten, die iü alle kleuren flon kerden. De breede das was met eene artistiek bestudeerde slordigheid gestrikt. Hij droeg den zwarten rok van den allemieuwsten snit met groote sierlijkheid, bewoog zich veel en praatte drok met, zijne buren. Wie scherp waar nam, kon aan hom zien dat hij voortdurend poseerde, in het besef dat vele oogen steeds op hem gevestigd waren. Zijne diepe buiging voor Leonie was dan ook door het halve parket opgemerkt geworden. »Dic heoren artisten moeten toch in alles anders zijn dan gewone stervelingen", zeide Leonie, zich weder naar achter wendende »Hebt u wel gezien hoe Vallini mij groette »0t ik het wel gezien heb antwoorde Ringstetter »Vraag liever, mevrouw, wie het niet heeft gezien Het was een groet die éénig was. Het was volmaakt een groet mag ik het zeggen Minister niet het amendement-de Meijier onaannemelijk verklaard en bij de verwerping van art. 4 de beraadsla ging over bet ontwerp geschorstom een meer bevredi gende uitwerking van het in art. 3 neergelegde beginsel te ontwerpen. Nu echter na Kamerontbinding do kiezers zich opnienw hebben verklaard is er geen reden om de hoop op eene bevredigende uitbreiding van het kiesrecht in de eerste jaren op te geven. Er is geen reden voor de bewering dat het conservatisme heeft gezegevierd. Langs anderen weg is een regeling te vinden, waarvan de grondwettigheid niet betwistbaar is en die door de opneming van ernstiger kenteekenen den werkmansstand toelaat, voor zoover hij niet verloopt in het proletariaat. Dat hebben zij verklaard te willen die men „de oppositie" noemtdat blijkt ook de heer Cort van dor Linden te wenschen. Waarom zon men dan den moed opgeven om dit te bereiken De hoogleeraar beveelt een „verzoenende politiek'' aan. Wij zien niet in, dat daartegen iets in deu weg staat. Maar dan is er ook geen grond voor moedeloosheid, geen grond voor de klacht dat men vooreerst van een bevredigende regeling van het kiesrecht zon moeten afzien en er niets anders zou overblijven dan tweespalt, ontevredenheid en agitatie. Bij kon. beslnit van 28 April is aan den eervol ontslagen sluisknecht J. Visser te IJmnideu, een jaarlijksch pensioen van f 117 toegekend Op de eorste serie, groot f 200.000, der 3'/2 geldleeuiDg van de provincie Friesland, groot 475.000, is in het geheel ingeschreven voor 815,000 voorkoersen, ïoopende van 97 ili pot tot 101 '/a pet. Dr. A. Knijper heeft de benoeming tot lid der Tweede Kamer voor Sliedrecht aangenomen en zal in de vergaderzaal plaats nemen op de achterste rij der rechter zijde naast den heer Seret. Te Bergen op Zoom beeft een 12jarige knaap, die op het exercitieveld vier koeien hoedde, het touw, waar aan een dezer bevestigd was, om het lijf vastgebonden, toen op eens het dier in woeste vaart op hol ging. De jongen, die eerst over dat veld en vervolgens door een kreupelbosehje werd gesleurd, werd door eeuige soldaten die men aldaar oefende opgemerkt en ontzet, doch voor> dood opgenomen en naar huis gebracht. Zijn toestand is hopeloos. De nienwe verkiezingen te Haarlem en Utrecht zijn bepaald op den 15 en de herstemming, zoo noodig, op den 29. Te Sneek is door de anti-revolutiouairon de heer mr. Th. Heemskerk oandidaat gesteld te 's-Gravenhage door de vrijzinnige kiesvereeniging 's-Gravenhage het niet herkozen lid, de heer J. M. Pijnacker Hordijk; door Nn »Ais van eene mannelijke primadonua »Oho Debiteer mij nn maar geene hatelijkheden op hem U weet dat ik hem van avond bij mij zal ontvan gen. Ik moet hem dus goed behandelen, eu ik wil geen kwaad van hem hooren »Dat wil zeggen; van avond! Nu, dan zullen wij morgen verder over hem spreken Vallini is overigens aan eene goede behandeling gewoon." »Dat hoor ik", antwoordde Leonie. Hij moet, naar men zegt, aan alle vrouwen het hoofd op hol brengen Voorzichtig dns maar, mevrouw »0, voor mij is dat juist eene reden om hem eens flink te tarten »Dat zegt u wel zoo! dat zegt n wel zoo!" wierp de heer Von Janow tusschenbeide»Maar het kan toch wel eens gevaarlijk voor n worden! Hij moet, naar men beweert, zoo iets van den Rattenfiinger over zich hebben, of van den postiljon van Longjuineau. Heeft n hem al hooren zingen?" NatuurlijkEu ik was er opgetogen van zooals iedereen. Hjj heeft een prachtige stem, en ik heb nooit eeneu beteren Manrico gehoord. De tenorist heeft mij meegesleept maar de man ze f interesseert mij in het minst nietKijk daar heb ik mij nu tóch nog ver praatMaar, om de waarheid te zeggen ik kan geen mooie mannen uitstaan." »Zoo?!" vroeg Ringstetter meteen ondeugend glimlachje. »U wilt mij met mijne vriendschap voor dr. Hall plagen? Maar dan moet ik n verklaren dat ik den doctor in het geheel niet vind wat men noemt mooi. Hij ziet er schrauder, interessant uit maar m o o i is hij naar mijne opvatting niet. Vallini is mooi en juist daarom bevalt hij mij uiet, hoezeer ik overigens zijne stem on zijn zin gen bewonder." »Ja, dat is werkelijk zoo!" bevestigde VVelsheim. Mijne vronw is in dit opzicht een beetje zonderling. Ik kan dat toch zeker het best beoordeelenom mooie mannen maalt zij niets." Kom kom! U declineert nzelven!" antwoordde Ring-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1894 | | pagina 1