Nederland.
motie met 470 tegen 65 stemmen verworpen. De socia
list Viviani vroeg algeheele amnestie en vroeg de drin
gendverklaring van dit voorstel. De regeering bestreed
dit, aanvoerende, dat reeds in tal van gevallen kwijt
schelding van straf was verleend. Met 367 tegen 167
stemmen werd de dringendverklaring geweigerd.
ITALIË. Den 5, des avonds, is in de Kamer eene
niterst scherpe beraadslaging gevoerd naar aanleiding
van het door Cavallotti gedaan verzoek om inlichtingen
nopens het schrappen van 5000 kiezers van de kiezers
lijsten. Do regeering verdedigde dezen maatregel, als
noodzakelijk gemaakt wegens de vervalsching der kie
zerslijsten.
OOSTEAR1JK-HOAUAR1JE. Het bericht om
trent het instorten van een brug over de Theiss is geheel
verzonnen.
RTSIiAAR. Van 1 tot 3 Juli zijn te Petersburg
21 ingezetenen door cholera aangetast, van wie zes over
leden.
Den 6 is de keizerlijke familie naar de fransche Sk&ren
vertrokken.
VEBEKlVlUnH STATEIV. Prendergast, de anar
chist, die den burgemeester van Chicago, Harrison, ver
moordde, zal den 13 opgehangen worden.
CRI AA. De pest te Hongkong is afnemende; tot
3 Juli waren er 2298 personen aan gestorven.
Eerste Hamer.
De V oorzitter hield den 5 de volgende rede, naar
aanleiding van den moord op president Carnot.
Mijne heeren Sedert onze laatste vergadering heeft
een afschuwelijke misdaad de geheele beschaafde maat
schappij met afgrijzen vervuld. De president der fransche
republiek de heer Carnot, is het slachtoffer geworden
van de meest onmenschelijke leer welker blinde volge
lingen tot woeste en niets ontziende misdaden vervallen.
In den president Carnot verloor Frankrijk een zijner
beste burgers die door deugd en edel karakter en door
de wijze, waarop hij zijne hooge betrekking vervulde, de
achting, eerbied en sympathie van ieder mocht verwer
ven Ik ben ongetwijfeld uw aller tolk, wanneer ik der
Regeering verzoek de verzekering van onze oprechte
deelneming in het geleden verlies aan de Regeering van
Frankrijk te willen overbrengen.
Do minister van buitenl. zaken antwoordde
De Regeering zal zich onverwijld beijveren aan de Regee
ring der fransche Republiek de gevoelens te vertolken,
door deze hooge vergadering geuit, zich daarbij aanslui
tende bij de tredende woorden, door u gesproken, naar
aanleiding van het verlies dat Frankrijk heeft getroffen,
gevoelens die ook de nederlandsche regeering van harte
deelt. Zij houdt zich overtuigddat de frausche regee
ring, die reeds bij monde van haren hooggeëerden ver
tegenwoordiger hare erkentelijkheid heeft betuigd voor
de even spontane als algemeene blijken van deelneming,
welke zijn gegeven bij het overlijden van een der edelste
mannen, die als slachtoffer zijner plichtsbetrachting ge
vallen is met onverdeelde instemming kennis zal nemen
van de hier gesproken woorden.
De heer v. Tienhoven wenschte, naar aanleiding
der door het Kabinet overgelegde crisisstukken, die aan
leiding kunnen geven en reeds hebben gegeven tot
verkeerde gevolgtrekkingen, waardoor zijne goede trouw
in verdenking kan worden gebracht, eenige ophelderingen
te geven die strekken kunnen tot aanvulling van die
stukken. Hij wenscht zich te onthouden van eene be
oordeeling van die stukken of van eene wederlegging
daarvan, doch in het rapport, dat den i4 Maart j.l. aan
H. M. de Koningin-Regentes werd uitgebracht, komt eeue
zinsnede voor, die geheel in strijd is met de bedoeling
van den schrijver en aanleiding zou kunnen gevon om
de goede trouw in verdenking te brengen van een man,
die zulk een gewichtig aandeel heeft genomen in de
samenstelling van het Kabinet van 1891.
Do vraag waarop het hier aankomt, is, of de Kroon
tijdig en behoorlijk werd ingelicht omtrent het programma,
waarmede het Kabinet van 1891 opgetreden is en om
trent de voorwaarden, waarop de heer Tak zich bereid
verklaarde als minister van binnenl. zaken daarin zit
ting te nemen. Daarop meent hij te kunnen antwoorden,
dat dit wel degelijk het geval is geweest. De Kroon is
tijdig en behoorlijk ingelicht omtrent dat program en
de beginselen van het Kabinet van 1891, waarvan de
heer Tak van Poortvliet als minister van binnenl. zaken
deel uitmaakte. Ofschoon dit program niet in den vorm
van eene door de ministers onderteekende verklaring
zoogenaamd protocol is medegedeeld heeft hij den
23 Juli 1891 als vrucht van een voorafgaand overleg
met zijne latere ambtgenooten, in eene nota aan H. M.
de Koningin-Regentes welke nota door hem mondeling
werd toegelichtde taak uiteengezet van het Kabinet.
Die taak behoorde voornamelijk te zijn uitbreiding
van het kiesrecht binnen de grenzen der Grondwet, maar
ook zoover de Grondwet toelaat; zoodanig voorstel raakte
het geheele Kabinetzoodat in tegenstelling met vele
andere zaken (als regeling van het belastingstelsel, van
de financiën der gemeente, van de strijdkrachten gegrond
op algemeenen persoonlijken dienstplicht, leerplicht, ad
ministratieve rechtspraak, toezicht in fabrieken en werk
plaatsen en regeling van het lot van oude en gebrekkige
werklieden,) van het kiesrecht wel degelijk een kabinets
kwestie moest worden gemaakt, in dier voege dat bij
zekerheid van verwerping ontbinding der Kamer moest
volgen, om de .natie in de gelegenheid te stellen haren
wil te doen blijken. Op dezen grondslag was hij destijds
bereid een ministerie te vormen, met medewerking van
den heer Tak, die zich bereid verklaarde op deze grond
slagen als minister van binnenl. zaken op te treden.
De Kamer trad in geene verdere beschouwingen en
de vergadering werd verdaagd.
Den 6 was ingekomen een schrijven van den franschen
gezant, den heer Legrand, houdende dankbetuiging voor
de betuigingen van deelneming en rouw, door den pre
sident den 5 uitgesproken en de sympathiedie het
smartelijk verlies heeft gevonden bjj de Koningin-Regentes
en de Kamer. Hij is overtuigd, dat die edelaardige
troostgronden het hart der fransche natie zullen treffen.
Al de aan de orde gestelde wetsontwerpen werden aan
genomen. Bij de verhooging van hoofdstuk V der Staats-
begrooting van 1894 verklaarde de minister van binnenl.
zaken, dat hij de inspecteurs van het geneeskundig staats
toezicht geraadpleegd had omtrent de ontsmetting bij
een pokkenepidemie. Het rapport wordt nog afgewacht.
Hij zal onderzoeken, of de voorkeur voor onteigening
gelegen is in het feit, dat dan de kosten voor rekening
van het Rijk komen terwijl bij ontsmetting de kosten
voor rekening van de gemeente komen.
Na behandeling der huishoudelijke raming in comité-
generaal is de Kamer tot nader uiteengegaan.
Provinciale Staten van Aoordliolland.
Zitting van den 5, bijgewoond door 62 leden.
De rekening over 1892 van de enkel provinciale ont
vangsten en uitgaven werd vastgesteld.
De rapporteurs van de verschillende commissiën brach
ten achtereenvolgend verslag uit. De voorstellen van
Ged. Staten worden, behoudens geringe wijzigingen, bijna
alle ondersteund. Alleen wordt voorgesteld voor de her
stelling van een glasraam in het kerkgebouw der
ned. horv. gemeente te Schermerhorn f 500 toe te staan
Aan het slot der voordrachten omtrent de voorgedra
gen wijzigingeu in de waterschapsreglementen bracht de
rapporteur een woord van hulde aan den voorzitter, voor
de bewerking van het werk van mr. G. de Vries Az. »de
Zeeweringen en Waterschappen van Noordholland". Alle
leden stonden van hunne zitplaatsen op ten teeken van
van instemming.
De commissie, belast met hot onderzoek der stukken
omtrent Meerenberg, werd op haar verzoek diligent ver
klaard met het uitbrengen van rapport.
De heer mr. J. F. T. van Valkenburg werd met 60
van de 61 uitgebrachte stemmen verkozen tot lid der
Staten om bij staking der stemmen in het college van
Ged. Staten te worden geroepen.
De heer Waller hield zijne aangekondigde interpellatie
betreffende de tot stand koming van den spoorweg
AlkmaarHoorn en den stoomtram Schagen
Wognum, waaromtrent tot dusverre niets naders werd
vernomen.
Namens Ged. Staten deelde de voorzitter mede, dat
hij bereid was op de interpellatie te antwoorden, doch hij
betreurde het geen uitzicht te kunnen openen, dat beide
verkeersmiddelen binnen korten tjjd in gebruik zouden
kunnen worden gesteld. Wat den spoorweg Alkmaar
Hoorn betreftdeelde hij mede dat de stukken gereed
waren, de eerste ter visie-legging had plaats gehad
en nu moet eene wet worden afgewacht tot onteigening der
noodige perceelon, zoomede eene wet tot wijziging van
de spoorweg-overeeukomst van 1890.
Wat den stoomtramweg SchagenWognum aangaat,
merkte hij op dat de minister van waterstaat aan het
comité-Breebaart c.s. de voorwaarden had medegedeeld,
waaronder een renteloos voorschot zou kunnen worden
verleend, welke voorwaarden dezelfde zijn als die, welke
aan de goedkeuring der Staten zullen worden onder
worpen; dat deze door het comité nog niet zjjn aange
nomen, doch dat dit vermoedelijk wel zal geschieden en
dat daarna naar hij zich vleidereeds in de najaars
vergadering Ged. Staten een voorstel zullen doen om het
aan Arkes indertijd toegestane voorschot van f 150000
aan meergemeld comité te verleenen. Hij vertrouwde,
dat de Staten dan ook bereid zullen zijn dat voorschot
toe te staan.
De volgende bijeenkomst werd bepaald op Dinsdag 17
Juli e.k., des voormiddags te half elf.
Ter zake van hunne houding bij het afslaan van
een aanval van kwaadwilligen op een detachement ten
geleide van gevangenen van Pankadjene naar Maros in
de afdeeling Noorderdistricten van het gouvernement
Celebes en onderhoorigheden op 16 December 1893 is
bij kon. besluit van den 2 de sergeant der infanterie van
het leger in Ned. Indie F. J. A. Wackers benoemd tot
ridder 4e klasse Militaire Willemsorde, en verder bepaald,
dat de sedert gegageerde fuselier van het voormelde leger
E. van den Berg bij afzonderlijke dagorders, zoo in Indië
als in Nederland, eervol zal worden vermeld.
Bij kon. besluit van den 2 is, als blijk van goed
keuring en tevredenheid, de bronzen medalje en een lof
felijk getuigschriftingesteld bij kon. besluit van 22
Sept. 1854, toegekend aan E. Baars, te Heusden, wegens
het met levensgevaar redden van oen knaap uit het
water aan de haven aldaar, op 20 Maart 1894; P. Sitter,
te Amsterdam, id. van een knaap uit het water aan den
O. Z. Voorburgwal aldaar, op 9 April 1894; J. de Niet
en M. de Mos Pz., beiden te Scheveningen. id. van een
in nood verkeerond drenkeling; C. Heemskerk, agent van
politie der 2e kl. te 's-Gravenhage, id. van een kind uit
het water aan de Houtmarkt aldaar, op 11 Mei 1894
J. Jetzes, milicien-stukrijder van de 2e batterij van het
2e regt. veld-art., id. van een drenkeling uit het water
aan de Sprank, ter zjjde van het artilleriepark te 's-Gra
venhage, op 1 Juni 1894J. H. R. Lobbes, te Amster
dam, wegens bij herhaling betoonde menschlievendheid
bij de door hem met levensgevaar verrichte reddingen
van drenkelingen uit het water aan de Lindengracht
aldaar, laatstelijk op 24 April 1894.
Een gedreven zilveren avondmaalsbeker en brood-
schaal is door kerkvoogden van Eelden voor 4000
verkocht aan den oudheidkundige Boas Berg te Amster
dam. De beker een geschenk van jhr. Ripperda Wei-
velden (1649) is geheel uitgevoerd in den geest van
Vredeman de Vries (1620); de broodbak is van lateren
tijd. De waarde aan metaal bedraagt nog niet 400.
De voor eenigen tijd verdwenen wethouder Schreurs
te Roermond is door do arr. rechtbank aldaar verklaard
in staat van kennelijk onvermogen te verkeeren.
Den 4 is tot buitengewoon lid van Gedeputeerde
Staten van Gelderland benoemd de heer F. baron van Aylva
van Pallandt te Putten met 26 stemmen tegen 20 stem
men op den heer mr. C. P. Henny te Arnhem.
Den 5, des morgens, is een begin van brand ont
staan in de droogkamer der stoomweverij van G. Jan-
nink Zonen te Enschede, doch spoedig gebluscht door het
flink optreden van het personeel der fabriek en de brand
weer.
Den 5 is te Herwen bij Zevenaar de kapitale boe
renplaats van den landbouwer W. Heijltjes afgebrand
waarbij een paard een veulen, twaalf varkens en een
stier in de vlammen omkwamen.
De Koninginnen zullen den 19, des avonds, te
Soestdijk uit het buitenland terugkeeren.
Te Koewacht heeft een man zijne vrouw terwijl
zij te bed lag met een mes een steek in den buik toe
gebracht en haar zoo laten liggen. Hij is reeds in hech
tenis genomen. De vrouw is naar omstandigheden vrij wel.
Den 6 is voor de arr. rechtbank te's-Gravenhage be
handeld de klacht van den predikant van Gheel Gilde-
meester aldaar, tegen Jobanette Frederika Deirkauf 17 jaar
oud ter zake dat zij in de eerste maanden van 1894
opzettelijk de eer en goeden naam van dien predikant, van
wien zij godsdienstonderwijs genoot, heeft aangerand door
met kenlijk doel daaraan zoodoende ruchtbaarheid te geven,
in gesprekken met verschillende personen die predikant ten
laste te leggen dat hij met haar uitging en dan met
haar naar een verdachte inrichting ging waar hij wel
8 met haar verteerde. Wanneer de predikant aange
kondigd had, dat hij geen bijbellezing kon houden zou
dit volgens haar geschieden, omdat hij met haar uitging,
terwijl hij haar ook had gezegddat hij wel van den
kansel predikte, maar er niets van meende. De predikant,
die de klacht had ingediend om aan de in het voorjaar
loopende praatjes een einde te maken werd als eerste
getuige gehoord. Hij verklaarde dat het meisje zijne
cathechisanteherhaaldelijk boodschapjes aan zijn huis
gezocht en zelfs eenmaal na afloop der catechisatie zich
indringend en zonderling had gedragonzoodat hij
zich verplicht zag op de algemeene cathechisatie haar
te zeggen dat zij hem met die boodschappen aan huis
niet meer moest lastig vallen. Zij was vijf maal ter
cathechisatie geweest, maar hij was nimmer een oogenblik
met haar alleen geweest.
Het meisje verklaarde nudat al hetgeen zij had
rondgestrooid gelogen was dat zij nimmer met dien
predikant was uitgeweest; dat hij nimmer met haar iets
gedaannimmer een kus gegeven of een onvertogen
woord met haar gesproken had. Zij had hem zoo'n knap
pen man gevonden en gedachtik zou wel eens met
hem uit willen, ofschoon zij ook dacht, dat hij het toch
niet doen zou. Het O. M. wees er op dat het gedrag
van dit meisje een ramp zou geworden zijn voor den
predikant en zijn gezinwanneer niet tijdig paal en
perk was gesteld aan de lasterlijke praatjes door haar
rondgestrooid die daarbij haar eigen eer niet ontzag.
Rekening houdende met de geaardheid van het meisje
achtte het ernstige bestraffing noodig en eischte twee
maanden gevangenisstraf. Uitspraak over 8 dagen.
Het derde internationaal congres der oud-katho
lieken zal op 2829 en 30 Augustus te Rotterdam ge
houden worden.
Amsterdam. Den 5 is aan de Universiteit alhier
tot doctor in de geneeskunde bevorderd de heer J. Has
pels, arts te H e i 1 o o op proefschrift»Over de Pro-
chownick'sche Diëetkuur".
De gemeenteraad heeft den 4 met 20 tegen 14
stemmen aangenomen het voorstel van burg. en weth.
tot het oprichten van een stedelijk statistisch bureau
voorloopig onder de leiding van een hoofdcommies ge
holpen door een klerk, waarvan de kosten waarschijnlijk
20000 a 25000 per jaar zullen bedragen, nadat eene
motie, om do voordracht naar burg. en weth. terug te
zenden in verband met het in het leven roepen eener
commissie voor dat doel, verworpen was.
Den 6 dos morgens omstreeks kwart over drieën is
brand ontstaan in de stoommeel- en broodfabriek «Hol
land" van den heer B. van Marwijk Kooy op de Zout
keetsgracht, op het oogenblik, dat ongeveer 60 man
daarin werkzaam waren en het eerste baksel afgeleverd
was. In weinige oogenblikken stond het geheele gebouw
over zijne volle lengte in brand uit alle ramen en lui
ken sloegen de vlammen en het dak was ééne vuurmassa.
Niettegenstaande vijf stoomspuiten en de Jan van der
Heijde beproefden den brand te blusschen, slaagden deze
pogingen niet en brandde de geheele fabriek af. De
belendende peiceelen bleven behouden. In het geheel
waren aan de fabriek 70 werklieden werkzaam. De
oorzaak is nog niet met zekerheid bekendhet vermoe
den bestaat, dat de electrische geleiding niet in orde was
en daardoor de brand ontstaan is. De fabriek met den
voorraad was op beurspolis verzekerd voor 412.000.
Schagen. De heer G. Hoogschagen heeft den 5
met gunstig gevolg examen afgelegd als gemeente-secre
taris. Zijne opleiding als zoodanig heeft hij ontvaDgen
van den heer Jb. Denijs, secretaris dezer gemeente.
W armenhuizen. Gednrende de maand Juni
hadden aan het hulppostkantoor op de rijkspostspaarbank
plaats 28 inlagen totaal f 143,80, en 1 terugbetaling
ad 2,50.
A* or nier veer. Den 3 is te Arnhem voor apothe
kersbediende toegelaten mej. H. M. ter Braake alhier.
Zaandam. Den 3 zijn tot leden van den ge
meenteraad gekozen de heeren P. Pauw, rad., met 199
en G. van Heijningen, lib., met 206 van de 374 geldige
stemmen. De heer J. Karskens Jbz., kath., bekwam
104 en de heer W. Middelhoven Jbz., lib., 188 stemmen.
Het maandblad tegen de vervalschlngen, n". 12,
onder redactie van dr. P. F. van Hamel Roos, te Am
sterdam, bevatde vleesch- en worstknoeierijen in Over
ijssel onderzoekingen van levensmiddelen en handels
artikelen gedaan aan het bureau voor chemisch en
microscopisch onderzoekKeizersgracht 291, Amsterdam
(directeurendr. P. F. van Hamel Roos en A Harmens
Wz.). Controle-onderzoekingen: tarwemeel,
rijstmeelkoek kindermeelhavermout boter stout,
gerstebiercognac bessenwijn, jenever, levertraan, spijs
olie azijn weinig nicotine houdende sigaren en tabak,
zeeppoeder; melk vervalsching; vervalschtesoda. Hygiëne
en industrie: de werking van het licht op ziekte
veroorzakende bacteriën koffie in verband met de spijs
vertering proefnemingen met den Ohamberland-filter
een hygiënische stad; tuberculose en melk; schadelijke
gekleurde kousensurrogaten van brood aluminium
klokken poeder om te vergulden om gemakkelijk val-
sche diamanten van echte te onderscheidenis bloed
transfusie een oorzaak van besmetting het bewaren van
eieren. Vraag bord: zeeppapier. Feuilleton:
baden, zwemmen en duiken als oorzaak van oorziekten
de witte tanden der negersvoorbehoedmiddel tegen
zomersproeten de waarde van een mensch en een
paard in Amerika.
gra