Het Onreciit Gewrota.
No. 89.
Zes en Negentigste Jaargang.
1894.
W O E N S 1) A (1
25 J U LI.
Inkwartiering.
Buitenland.
FEUILLETON.
ALK1HAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt IMasd»g-, Ooaderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
maanden voor Alkmaar/ 0,80; franco door het
geheele rijk 1,
De 3 nummers f 0,06.
Prp der gewone \d vertent lens
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Telefoonnummer: 3.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen ter algemeene kennis dat overeenkomstig art.
17 der wet van 14 September 1866 (Staatsblad No. 138)
door hen is herzien en heden vastgesteld de lijst, bevat
tende de namen der inwoners, die in aanmerking komen
voor het verleenen van Inkwartiering en onderhoud
van militairen en paarden, welke lijst aangeplakt
en ter inzage voor een ieder is nedergelegd ter gemeente
secretarie gedurende 14 dagen na heden.
Bezwaren tegen die lijst kunnen schriftelijk worden
ingediend binnen ééne maand na heden.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
A. MACLAINE PONT.
Alkmaar, De Secretaris,
24 Juli 1894. NUHOUT VAN DER VEEN.
BELU1E. In het koninklijk park te Laeken zijn
dezer dagen, na afloop van een feestmaal bij gelegenheid
van de benoeming van een kapitein en twee onder
luitenants, door zes onderofficieren, die in zeer beschonken
toestand verkeerden, verschillende baldadigheden gepleegd.
Behalve dat zij de prachtige bloembedden vernielden
doodden zij ongeveer 30 fazanten kwetsten de zwanen
in den vijver, deden het roeibootje der Prinsessen zinken
en beschadigden des Konings rijwiel. De Koningdie
ten hoogste over deze wandaden verontwaardigd was
heeft gelast, dat het recht zijn loop moet hebben. Twee
der aangehouden onder-officieren zjju uit de kazerne
ontsnapt en waarschijnlijk over de grenzen govlucht.
DIJITSC11LAAI». De zaak der smaadbrieven schijnt
gesust te zijn. De opper-coremoniemeester Kotze is naar
zijn landgoed vertrokken. Hom was een aanbod gedaan
om voor 60000 den naam van den schuldige te noemen;
het is echter gebleken, dat dit een poging tot oplichting
is geweest. De Keizer wil van de zaak nooit meer
hooren spreken, omdat hij schjjnt te vermoeden, dat de
ware dader een zoo hoog geplaatst persoon is dat er
geen kans bestaathem voor het gerecht te brengen.
DEAEMAKKEA. Den 28 vieren de Kroonprins
en de Kroonprinses te Kopenhagen hnn zilveren bruiloft,
bij welke gelegenheid verscheidene Vorsten tegenwoordig
zullen zijn.
EAGELAAU. Koningin Victoria is den 19 met
prins en prinses vou Battenbergden russischen kroon
prins en zijne bruidvan Windsor naar Osborne op het
eiland Wight vertrokken.
Het verzoeningscomité voor de geschillen tusschen
5)
VAN
EDAA UVAI.Ii.
Vertaald door Guillette.
DERDE HOOFDSTUK
Het is de wet van den hemel, dat gij niet
znlt kunnen beoordeelenwat wijs is.,
tenzij gij eerst besloten hebtte weten wat
recht is, en dit te doen. Ruskin.
»Heb je al ontbeten?" vroeg Sir Thomas, toen hij
den volgenden morgen Mr. Gainsborough's studeerkamer
binnentrad waar zijn zoon juist van de ontbijttafel op
stond. »Warm bier? Neen, dank je, ik heb 't warm
gekregen van die wandeling den berg op. Ik zal niets
gebruiken, maar, nu we daar over spreken, Joscelyn
houd eens een oogje op Dick. Ikzelf ben, Goddank, zeer
matig, en wou graag dat mijn zoons het ook waren maar
Jervis heeft in dat opzicht in 't buitenland niet veel goeds ge
leerd, en je zult zien, die goeie Dick volgt hem na als we
niet oppassen. En hoe is 't nu met je peetvader
»Hij ligt steeds in diepen slaap", zei Joscelyn, »de dokter
denkt dat hij niet weer bij kennis zal komen eenige
dagen zoo liggen zal en ongemerkt den doodslaap ingaan."
Joscelyn was zeer bedaard; doch de uitdrukking van zijn
gelaatde toon zijner stem bewezen hoe het hem aan
het hart ging.
»Arme kerel 1 Is het wezenlijk zoo erg? Arme kerel!"
Joscelyn had kunnen glimlachen over deze woorden
Hij vond zijn peetvader volstrekt niet te beklagen; neen,
deze was er beter aan toe dan zij, die in dezen ellendigen,
moeitevolleu tijd moesten blijven leven niet wetend
waarheen zich te wenden om raad, om leidiug. De ge
dachte aan zijn toestand viel hem op eens dubbel zwaar
op het hart. Hij zuchtte.
mijneigenaars en werklieden heeft goedgekeurd het schik
kingsplan, volgens hetwelk de loonen, met 10 pet. ver
minderd onveranderd zullen blijven tot het begin
van 1896.
Lagerhuis. Den 23 heeft de minister Grey verklaard,
dat Italië aan de regeering mededeeling had gedaan van
de bezetting van Kassala met de verzekering dat deze
gebeurtenis op geenerlei wijze bedoelde verandering te
brengen in het tot nog toe gevolgde beleid van zich aan
de verplichtingen jegens Groot-Brittannië te houden. De
minister Buxton zeide dat over de toekomst van Swa
ziland nog steeds onderhandeld wordt.
FRAAKRIJK. De politie te Marseille heeft een
anarchistenclub gesloten.
Den 19 des voormiddags isin tegenwoordigheid van
mevrouw Carnothare zonen en de vroegere officieren
van het militair huishet lijk van president Carnot
uit den kelderwaarin hot voorloopig bijgezet was
overgebracht naar den kelderwaar het voorgoed zal
blijven, en waar ook zijn grootvader rust.
Een zekere Filippine die onlangs als knecht in een
waschhuis den moord op president Carnot verdedigd
had is door de waschvrouwen aldaar eerst half dood
geslagen en daarna aan de politie overgeleverd.
Te Morbihan is met 649 stommen tot lid van den
Senaat gekozen de heer Marzellekoningsgezind tegen
300 stemmen op don republikeinschen candidaat.
Kamer. Den 21 is de eerste paragraaf van art. 2
der anarchisten wet aangenomen met 320 tegen 176
stemmen nadat verschillende amendementen verworpen
waren met name een amendement-De Rameldat door
de regeering en de commissie afgewezen was dit werd
verworpen met 267 tegen 229 stemmen.
De tweede en derde paragraaf werden daarop aange
nomen. Een amendement van den radicaal Montaut
waarvan de strekking was, dat de bepalingen der grond
wet moesten worden in acht. geromen, we'd aangenomen
mot 466 tegen 28 stemmen.
De vierde paragraaf werd met 271 togen 199 stemmen
aangenomen.
De minister van justitie erkende dat de teksten met
elkaar in tegenspraak waren en vroeg verzending naar
de commissie, ten einde een nieuw onderzoek in te stellen.
De radicaal Brisson nam akte van deze verklaring van
den minister en stelde voorde verdere beraadslaging
te verdagen tot 15 October. Dit werd verworpen.
Daarentegen werd een voorstel der commissie, om de
behandeling tot den 23 te verdagen aangenomen met
280 tegen 237 stemmen. De zitting werd daarna op
geheven.
Den 23 deelde de heer Lasserro mede, dat de com
missie, in wier handen het wetsontwerp tegen het anar
chisme was gestelden de president-minister overeen-
Ja jongen", vervolgde Sir Thomas »je hebt altijd
veel van je peetvader gehouden en hij van jon. Maar
kom moed gevatbet leven ligt voor je open en iu
deze tijden van beroering mogen zelfs jongere zonen
hopen eenmaal een goede positie in de maatschappij te
zullen bekleeden. Ik wensch soms dat jij de oudste
waart, je komt veel meer met mij overeen dan Jervis.
»Ja, ik herkende Jervis bijna niet, zoo is hij veranderd
maar na eenige weken in Engeland zal hij wel weer de
oude worden".
Sir Thomas schudde treurig het hoofd, en hernam
»Neen, hij bevalt mij niet..: Hij is verkwistend ge
worden, losbandig, goddeloos, hij is geen Heyworth.
Maar jij, Joscelyn, je moet mijn rechterhand zijn. Ik bouw
nu mijn hoop op jou, want, ik kan het niet ontkennen
ik ben teleurgesteld in mijn eerstgeborene zeer teleur
gesteld."
Nooit nog had de vader zoo vertrouwelijk met zijnen
zoon gepraatJoscelyn was getroffen door de treurige uit
drukking op zijn gezicht en de klank zijner stem hij
gaf dus uiting aan de woorden vau troost en van ge
hechtheid die in hem opwelden.
»God zegen je, beste jongen", zei Sir Thomas, met dien
helderenzonnigen glimlach dien vader en zoon met
elkaar gemeen haddenen die hen zooveel op elkaar
deed gelijken. »Ik reken op jou om mijn naam eer aan
te doen, om te toonen dat je een Heyworth bent. Maar
ik kan niet langer blijven. Het onderhoud van Zijne
Majesteit met Lord Willoughby van Erebie, die hem de
toezegging van zeshonderd man paardenvolk van den
adel uit Lincolnshire kwam brongen zal nu wel afge-
loopen zijn, en daarna vertrekt het Hof naar Beverley.
»Is u er op gesteld dat wij nog heden naar Shortell
afreizen?" vroeg Joscolvn. »Zou ik niet bij mijn peet
vader blijven
»Neeu, 't is beter dat jullie zoodra mogelijk naar huis
gaat. Hij kan nog eenige dagen bewusteloos liggen je
kunt toch niets voor hem doen. Wanneer alles meeloopt,
komen Jervis en ik over twee of drie weken ook, maar
ga jij terstond aan het werk en laat er iedoren dag
geëxerceerd worden. Vaarwel, beste jongen, goede reis.
Hij kuste hem. Joscelyn deed zijn vader tot de voor
deur uitgeleide en zag hem na tot hij achter het hek
van het bisschoppelijk paleis uit hot oog verdween. Toen
gekomen waren aan de Kamer te vragen, den tekst van
het wetsontwerp onveranderd en zonder amendementen
aan te nemen als blijk van vertrouwen jegens de regee
ring. De heer Brisson verzette zich hiertegen en zeide,
dat de verklaring van den president-minister van geene
waarde en ongrondwettig was. De minister bleef op zijn
stuk staan. De boulangist Naquet werd tot de orde ge
roepen met inschrijving in de notulen. Het centrum
verlangde, dat er over een sluiting der Kamer gestemd
zou worden. De heer Pourquery de Boisserin werd voor
de tweede maal tot de orde geroepen. De commissie en
de regeering verklaarden verscheidene amendementen
vervolgens voor onaannemelijk, die daarna met groote
meerderheid werden verworpen.
Het eerste gedeelte van artikel 3, bepalende de straf
in geval van herhaling, werd goedgekeurd met 316 tegen
180 stemmen het tweede gedeelte met 327 tegen 148
stemmen. Het geheele artikel werd vervolgens met op
steken der handen aangenomen.
■TALIE. Bij de behandeling der financiëele voor
stellen van de regeoring in den Senaat op den 20 wees
Crispi de beschuldiging dat hij aan grootheidswaanzin
zou lijdon, met kracht van zich. Hij verklaarde niet te
twijfelen aan den steun van den Senaat en vroeg een
wapenstilstand. Hij herinnerde er aan dat hij er over
gedacht had de Kamer te ontbindenmaar dit was
onnoodig geweest. Do algemeene beschouwingen werden
gesloten.
Den 21 werd artikel 2 betreffende de belasting op
het roerend vermogen aangenomen met ongeveer 150
tegen 50 stemmen. Het geheele ontwerp werd aange
nomen met 146 togen 51 stemmen. Nadat de minister
president Crispi nog had medegedeeld, dat het bezetten
van Kassala noch nieuwe uitgaven, noch het zenden van
verdere troepen-versterkingen noodzakelijk zou maken
en dat het gebeurde ook geen ongunstigen invloed zou
uitoefenen op de betrekkingen met de mogendheden, werd
de zitting verdaagd.
OOSTKARIJK-HOAWARIJE. In de provinciën
Galicië en Bukowina zijn sedert 7 April 323 en 19
cholera-gevallen voorgekomen waarvan 150 en 7 met
doodeljjken afloop.
RU8LAAD. Nabij Tabinsk is een te zwaar be
vrachte veerboot in de rivier de Belaja gezonken, waar
door ongeveer honderd bedevaartgangers verdronken zijn
ZUID-AFRIKA. De inlandsche troepen dor trans
vaal hebben de krijgsmacht van Malaboch aangevallen;
tien zijner mannen zijn daarbij gesneuveld en verscheidene
gewond. Malaboch's krijgheden hebben vervolgens de
holen ontruimdwaarin zij de wijk hadden genomen.
Generaal Joubert zal naar Woodbush gaanwaar hij
den 2 Augustus met kracht tegen Malaboch zal beginnen
op te treden.
viel hem met schrik te binnen dat, voor hij die welbe
kende gestalte wederom begroettehij net onderzoek
moest hebben ingesteld naar de groote vraag van den
dag, waarvan zooveel afhing. Zoo hij het niet met zijn
geweten overeen kon brengen de partij des konings te
kiezen en het Parlement te bestrijden Als hij door de
studiewelke hij van de vrijheden van Engeland zou
maken, zeer togen zijn zin, verdeeldheid brengen moest
tusschen zijn vader en hem Reeds die gedachte alleen
was hem eene marteling; hij liep het huis uit, als wilde
hij ze ontloopen en sloeg ongemerkt den weg in naar
den dom dien hij binnentrad.
Buiten was de brandende zon de hitte van den zo
merdag de hinderlijke menschenmassadie stond te
wachten, in de hoop den koning nog eens te zien; daar
binnen was het koelvol van die rust en dien vrede
die de natuur niet altoos geven kan, doch die men zelden
te vergeefs zoekt in een schoon, eerwaardig kerkgebouw.
Hij zette zich in den zuidelijken vleugel op een steenen
bank neeren keek naar de gebeeldhouwde engeltjes in
het Triforium. Het groote gebouw was leeg; de plechtige
stilte bracht een oogenblik kalmte aan zijn ontroerd
gemoed. Waar het licht, dat hem iu zijue onwetendheid
klaarheid brengen zou, van daan komen kon hij wist
het niet, hij wist enkel dat het komen moest. Met heel
zijn ziel wenschte hij het goede te doenhet overige
berustte bij God. Doch op eens koerden al zijn angsten
terug. Het was zoo het hoe berustte bij God maar
de smart, het lijden was voor hem. Zoo het bewustzijn van
wat recht washem onheil bracht in deze wereldver
guizing van allen die hij lief had, wat dan? Erger nog,
als het oneenigheid tusschen hem en zijn vader, tusschen
hem en Dick ten gevolge had wat dan Heel zijn
hart kwam in opstand bij het visioen van een slagveld,
van de gezichten die hij liefhad, als vijanden tegenover
zich. Zou hij dit kunnen dragen Kon de plicht iemand
leidon op een weg zóó wreed Joscolyn sprong overeind
en liep de kerk op en neer worstelend met zijn ver
beelding, ernstig, vurig het gebed opzendend van koning
David: »Leid mij, o Heer, in Uwe gerechtigheid, ter
wille mijner vijanden; maak Uwen weg klaar voor mijn
aangezicht."
Eenige oogenblikkon later werd de schoone vrodige
kathedraal die daar zoo rustig stond in eon land vol
