Hel önreeli! Gewroken.
Nationale Militie.
No. 90.
Zes en Negentigste Jaargang.
1894.
V R IJ D A G
27 J U LI.
Gemeente-rekening.
Buitenland.
FEUILLETON.
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR
gelast, krachtens bekomen aaauschrijving, ondorstaanden
verlofganger aldaar, om zich bij zijn korps te vervoegen
op den dag, hieronder vermeld, 's namiddags vóór 4 nren,
op 13 Augustas 18944e regiment vestingartillerie
lichting 1892 garnizoen den Helder
GËHRll V K IS T K 11.
Hij moet voorzien zijn van zijn verlofpas en heeft recht
op vrij transport naar zijn korpstijdig ter gemeente
secretarie aan te vragen.
Alkmaar, De Burgemeester voornoemd
25 Juli 1894. A. MACLAINE PONT.
ALklIAARSCHE COURAVT.
Deze Conrant wordt ö!nsd»g-, Donderdag- eu
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnomentsprjjs per
maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het
geheele rrjk f 1,
De 3 nummers f 0,06.
Pr|)g der gewone Advertentlën:
Per regel J O,ld. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Telefoonnummer: 3.
8uppletoire begrooting.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen ter algemeene kennisdat de eerste sup-
pletoire begrooting, dienst 1894, heden den
Gemeenteraad aangeboden gedurende de eerstvolgende
veertien dagen op de gemeente-secretarie ter inzage neder-
gelegd en tegen betaling der kosten in afschrift ver
krijgbaar is.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
A. MACLAINE PONT.
Alkmaar, De Secretaris,
25 Juli 1894. NU HOUT VAN DER VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen ter algemeene kennis, dat de gemeente-rekening,
dienst 1893 met alle daarbij behoorende bescheiden
heden den Gemeenteraad aangoboden op de gemeente
secretarie voor een ieder ter lezing nedergelegd en tegen
betaling der kosten in afschrift verkrijgbaar is.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
25 Juli 1894. De Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
FRAAK.KIJK. In de vorige week was op de
muren van Parijs een anarchistisch plakkaat op wit
papier aangeslagendat dns het aanzien had van een
officieel plakkaat, ten einde aldn3 de politie te
bedriegen. De biljetten van particulieren moeten eeno
andere klear dragen. Er stond dan ook boven aan met
VAN
EU AA 1ÏALL.
Vertaald door Guillette.
6)
»Zeker!" lachte Joscelyn. »'t Is een aardig meisje om
mee te wandelen, geestig om mee te praten, nog al lief
om eeng aan te denken, maar daarmee is alles gezegd.''
Zij waren nn langs oen kronkelend pad, dicht bij een
kerkje, gekomen, en de rnime vlakte van Conlesdon Com
mon lag voor hen, waar men uitstekend gelegenheid had
de paarden in galop te zetten. Toen zij het dorpje Kat-
terbam bereikten, hadden beiden er een klenr van, en
reden met welbehagen langzaam voorbij de dorpshuizen
met hun rieteu daken en keurige tuintje3voorbij de
herberg met haar pannen dakde vriendelijke pastorie,
met haar zware eiken het park van een landgoedeenige
vruchtbare akkers; het kerkje, met zijn aardig, slank
torentje, en het eenvoudige kerkhof. De weg maakte hier
oen scherpe bocht rechtsaf, en liep langs een heuvelrand,
van waar men het gezicht had op een liefelijke vallei
een dier boschrijke dalen, de glorie van het graafschap
Surrey, Deze weg weinig meer dan een pad over
particulier terreinbevond zich in een allertrenrigsten
toestand, het spoor was als een sloot zoo diep, de kanten
hard gebakken door de sterke zoneen groot contrast
met Conlesdon Common, waar het rijden een genot mocht
heeten. Jni3t op dit punt zagen zij een zware familiekoets
naderen een lomp gevaarte dat al schommelend door
oen fraai span paarden werd voortgetrokken. De broeders
haalden hun rossen in tegen de heg die aan de eene
zijde den weg begrensde. Het was er zeer smal, maar
iets verder zon het voorbijgaan nog moeielijker zijn, want
de een of ander had een kruiwagen laten staan, dicht bij
den tuinmnnr, aan de andere zijde van den weg. Waaraan
bet nn is toe te schrijven dat paarden zulk een inge-
bankerdeu hekel hebben aan kruiwagens, ik weet het
met, doch het feit is, dat de koetspaarden schuw werden
leen zij er voorbijreden, dat de koetsier evon de heer
schappij over hen verloor en zij plotseling verschrikt uih-
groote letters gedruktStad Parijngemeenteraad, besluit
van 20 Juli 1894. Op dit biljet las men het volgende
»Uit naam der verdediging gaat het proletariaat spreken.
Wij zullen als bij toeval slaan wij zullen handelen als
wilde beesten. Burgerij, vergift, dolk, dynamiet, brand
stichting zullen u bedreigen. Onze vlugschriften onze
dagbladen worden in beslag genomen onze zalen ge
sloten de propaganda van het woord wordt ons ver
boden. Wij zullen nn spreken door gebaren."
De politie heeftzoodra zij het bedrog met het witte
papior heeft ontdekt, de plakkaten afgescheurd.
Hamer. Den 24 is het geheele artikel 3 der anar-
chistenwet aangenomen na verwerping van alle amen
dementen. De aangehouden paragrafen van art. 2 werden
mede aangenomen waarna het goheele artikel met 304
tegen 193 stemmen goedgekeurd werd. Na verwerping
van verscheidene nieuwe amendementen werd het geheele
artikel 4 mede met 323 tegen 131 stemmen aangenomen.
Vervolgens ving de behandeling van art. 5 aan.
De beide eerste paragrafen vau dit artikel luidden
»Iu de gevallen bij de tegenwoordige wet voorzien,
en in alle gevallen waarin het te la3te gelegde feit een
anarchistisch karakter heeftkunnen de gerechtshoven
en de rechtbanken de openbaarmaking der besprokingen
geheel of gedeoltelijk verbieden in zooverre deze open
baarmaking een ernstig gevaar voor de openbare orde
zou kunnen opleveren.
>Alle inbreuk op dit verbod zal gestraft worden met
gevangenis van zes dagen tot een maand en een boete
van 1000 tot 10.000 fr."
De republikein Denöchau verklaarde, dat de regeering
don verkoop van bnitenlandsche bladen, welke do bedoelde
processtukken en verslagen bevatten, niet kan verbieden,
daar zulks tot intornationale verwikkelingen zou kunnen
leiden.
Da minister van justitie Guérin antwoordde daarop
dat men noch de drukkersnoch de schrijvers zon ver
volgen, maar de verkoopers en de rondventers dier bladen
uitroepen van de linkerzijde). Er moet gezord worden, dat
de anarchisten de rechtbanken niet als oen propaganda
middel gebrniken.
Do radicaal Lockroy bestreed deze verklaring heftig.
De minister-president Dupny merkte op, dat do regeering
de bevoegdheid heettden invoer van bnitenlandsche
bladen te verbieden.
De republikein dr. Denoix verdedigde het artikel.
Terwijl hij aan het woord was werd op de tribune
der pers rumoer gemaakt. Do onder-voorzitter De Mahy,
die als voorzitter optrad gaf toen last om de tribune
der pers te ontruimen. AaD dezen last werd wat bard
handig uitvoering gegeven zoodat de verslaggevers der
pers levendig protesteerden.
weken. Er volgde een oogenblik van de grootste ver
warring. Joscolyn's merrie steigerde en sprong, en viel
ten slotte met zijn ruiter in het zand, tot ontsteltenis
van Dick, die, achter hem staande, aan het gevaar ont
kwam. Hij steeg onmiddellijk af om zijn broeder te helpen
de koetsier slaagde er in zijn verschrikte beesten tot rast
te brengen, terwijl het portier van do koets eensklaps ge
opend werd en een jong meisje er uit sprong, gevolgd
door een ond heer die haar arm nam. Beiden kwamen
naar hen toe juist toen het Joscelyn gelukt was zich
van zijn paard los te maken ou hij trachtte op te staan.
»Gij hebt n, vrees ik, erg bezeerd", zei de onde heer,
met hoffelijke belangstelling. Het was een klein, gerim
peld mannetje, met een geel, glad geschoren gezicht, en
grijs haar, bijna even lang als dat van Joscelyn.
»Het was do scbnld van onze paarden, grootvader",
boorde hij een lieve meisjesstem.
Joscelyn keerde zich om ten einde de spreekster te zien.
Zij scheen ongeveer van zijn leeftijd en was, bij don ouden
heer vergeleken, eer groot te noemen; zij was in hot wit
gekleed, met een zwart flaweelon kap over het hoofd, de
linten los wegens de warmtelieten een deel van de
donkere kastanjebruine krullen zien, welke bij een zoo
lief gezichtje behoorden. Het had een ernstige uitdruk
king, een zacht kleurtje, fijn gepenseelde wenkbrauwen
en schitterende Ukraine oogen, thans verschrikt en vol
angst het geheel zoo zacht en vrouwelijk als men zich
denken kan. Joscelyn voelde terstond dat hijhing hot
van hom af, haar alle vordriet zon willen besparen en
riep
Bekommer u niet over mij! Het beceekent niets, ik
ben alleen even bewusteloos geweest."
Maar toen hij opstondontsnapte hem onwillekeurig
een schreeuw van pijn en hij moest den arm van zijn
broeder grijpen om niet te vallen.
»Er is iets niet in orde, vrees ik," zei de onde heer.
>De knie, als ik mij niet vergis. Gij moet in geen geval
blijven staan. Mattheti3help mijnheer in het rijtuig.
Neen waarlijkik dring er ernstig op aan dat gij van
mijn rijtuig gebruik maaktgij zijt niet in staat mv
paard te bestijgen en zondt het kwaad kannen verergeren.
Wij zijn vlak bij huis, en zullen alles in het werk stel
len om n te helpen."
Joscelyn maakte beleefdheidshalve nog eenige tegen
werpingen, doch de edelman stond op zijn stuk, on woldra
bevond hij zich in de familiekoets met zijn gastheer en
De socialist Humbert stelde voor, de zitting te schorsen;
dit voorstel werd verworpen. De voorzitter hief toen
het verbod tegen de pers op maar de meeste verslag
gevers weigerden terug te komen.
De zitting werd voortgezet. Een amendement van den
socialist Paschal Groussetbepalende dat de bij deze
wet bedoelde processtukken zonden worden afgedrukt in
het Journal Officieel, werd verworpen.
De eerste paragraaf vau art. 5 werd met 323 tegen
167 stemmen aangenomen, en de zitting daarna tot don
25 verdaagd.
Den 25 werd het amendement Humbert, strekkende
om de openbaarmaking der pleidooien over de onbe
voegdheid der rechtbanken te veroorloven, verworpen.
Twee amendementen Gornand, waarbij de gevangenisstraf
in een boete werd veranderd, werden mede verworpen
met 333 tegen 101 en 375 tegen 98 stemmen. De tweede
en derde paragraaf werden aangenomen. Bourgeois had
voorgesteld paragraaf 3 te laten vervallen. Het geheele
artikel 5 werd aangenomen met 314 tegen 147 stemmen.
Een artikel, dat Viviani daaraan wilde toevoegen, werd
met 370 tegen 42 stemmen verworpen.
Daarna werd art. 6 in behandeling genomen. De
socialist Janrès ontwikkelde een amendement, bepalende
dat als anarchisten zouden worden beschouwd alle open
bare pefsonen die handel drijven mot hun mandaat en
zich laten omkoopen. Hij deed uitkomen dat allen die
bij het Panama-schandaal zijn betrokken geweest, stemden
voor de wet die thans iu behandeling is.
Er ontstond een heftige woordenwisseling tnsscheu
Ronvier en den radicaal Jourdandie aan Ronvier zijn
aandeel in de Panama-zaak verweet. (Ronvier was des
tijds minister van financiën en moest in December 1893
aftreden, ton gevolge van do Panama-onthullingen).
Na een langdurige, zeer rumoerige beraadslaging werd
het amendement-Jaurès verworpen met 264 tegen 212
stemmen.
Artikel 6, luidende: »de bopalingen van art 463 Code
Pönal zijn toepasselijk op de onderhavige wot' werd
aangenomen onder voorbehoud van enkele additioneele
bopalingen door een zeker aantal afgevaardigden voor
gesteld. De beraadslaging daarover werd tot den 26
vordaagd.
De verslaggovers hebben uit hun midden Dronet van
de Libre Parole bij loting aangewezen om dr. Denoix
tot een duel nit te dagen. De getuigen van beide par
tijen hebben roeds een samenkomst gehad.
tmiHHJHAIiAAD. Den 24 is te Athene de cere
moniemeester van het hof met zijne vrouw, den secretaris
en den intendant van den kroonprins een zeiltochtje gaan
maken in de baai van Phaleriam. Door het omslaan der
diens lieftallige kleindochter. Na door een poort te zijn
gereden, stonden zij stil voor een onderwetsch huis, nit
den tijd der Tndors, dat, mot zijn massieve muren en in
lood gevatte ruitjes, den indruk maakte menig beleg te
kunnen doorstaan.
»Laat een kamer op de eerste verdieping in orde bren
gen, Clemency", zei de grootvader »tot zoo lang kan
onze gast in de bibliotheek wat rast nemen. Laat intns-
sehen den dokter halen, die gelukkig juist van Croydon
gokomon is en op Dower Honso logeert".
»Clemency" dacht Joscelyn, »welk een vreemde
naamHij klinkt Puriteinschtoch past hij bij haar.
Nooit heb ik een gezichtje gezien, zoo lief en zacht, en
tevens zoo ernstig".
Hij was benieuwd den naam van zijn gastheer te hooreu
het scheen dat deze hetzelfde omtrent hem dacht, althans
hij vroeg of de hoeren dien avond nog ver haddon te rijden.
»Over een paar mijlen zouden wij het doel van de reis
bereikt hebben," antwoordde Joscelyn. Ons plan was te
logeeren bij mijn oom, Sir Ralph Whitfield, van Bletehingley.
Als de dokter mij het rijden verbiedtzal mijn broeder
alleen dienen te gaan."
»Ik ken Sir Ralph zeer goed. Gijlieden zijt dns Whit-
fields?"
»Dat is de naam onzer moeder. Wij ziju Heyworths
van Shortell, in Hampshire."
»Wat! zoons van Sir Thomas Hey worth
»Is het mogelijk Kent gij hem riep Joscelyn.
Wel, hij zal zich mijner niet herinneren," hernam de
oude heer, »maar ik weet zeker hem ontmoet te heb
ben, vele jaren geleden, toen ik in Hampshire gevangen
zat. En nn jonker voorzichtigde knecht zal n met
uitstappen helpen."
Joscelyn liet zich onder hevigo pijn door een breede
vestibule in eeu fraai gemenbeleerd vertrek brengen, waar
hij, met behulp der bedienden, op een sofa werd gelegd.
De woorden »toen ik gevangen zat" klonken hem steeds
in de ooren. Wat heteekende dit En wie was die flinke,
rimpelige onde heer
Zijn stille vraag word beantwoord door het eerste bijna
waarop zijn oog viel. Vlak hij de sofa stond een klein
tafeltje, waarop een brief lag, met een zoo duidelijk ge
schreven adres, dat Joscelyn met een oogopslag las
Sir Robert Neal
Court HouseKatterham,
Graafschap Surrey.