De luchtspoorweg.
Het OnrecM Gewroken.
No. 6. Berate 1»1«mL
Zeven en Negentigste Jaargang.
1895.
ZONDAG
13 JANUARI.
IJSKELDER.
FEUILLETON.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
maanden voor Alkmaar f 0,80; fianco door het
geheele rjjk 1,
De 3 nummers O,O®. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Prijs der gewone Advertentiën
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgavers HERMs. COS-
TER ZOON.
Telefoonnu:
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennisdat de Ijskelder der
gemeente die van af 1 Januari 1892 door de gemeente
in eigen beheer werd geëxploiteerd thans voor den tijd
van een jaar is verpacht aan II. W. IK. RIJKS
koek- en banketbakker, alhier, op de gewone voorwaarden.
Zijdie alzoo ten behoeve van bijzondere personen in
geval van ziekte ijs noodig mochten hebben kunnen een
gewonen emmer ijs laten halen tegen betaling van één
gulden voor hen die lid zijn van een der alhier ge
vestigde ziekenfondsen tegen betaling van vijftig centen
voor hendie van gemeentewege genees- of heelkundige
hulp ontvangen kosteloos.
In ieder geval moet uit eene schriftelijke verklaring
van een genees- of heelkundige blijken, dat het ijs voor
een zieke benoodigd is. De aanvrage ter bekoming van
ijs uit dien kelder moet van af heden geschieden aan
bovengenoemden pachterwonende aan het Ritsevoort
No. 39.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
A. MACLAINE PONT.
Alkmaar, De Secretaris
12 Jan. 1895. NUHOUT VAN DER VEEN.
Het is niet de geringste verdienste van koning Willem I,
dat hjj in vele opzichten verder zag dau zijn onderdanen.
Het getuigt van een onbevangen blik in de toekomst,
dat hij den aanleg van den Hollandschen en niet minder
van den Rijnspoorweg, heeft getracht te bevorderen.
Gelijk een geschiedschrijver (1) van 'tjaar 1844, zegt
»de Vorst, die zijnonderdanen wilde doen deelen in de voor-
deelen, die nog slechts in beelden bestonden, beraamde
in persoon maatregelen om Neêrland door het ijzeren
weefsel van anderen niet te laten omkronkelen.' De
koning ondervond echter geen medewerking, 's Konings
voordracht aan de Tweede Kamer tot deelneming in den
aanleg van ijzeren banen werd afgestemd.
Het nut van spoorwegen zag men niet in men meende
aan de kanalen genoeg te hebben.
De spoorwegzeide men, was een meer treffende dau
wel nuttige uitvindingde overgroote snelheid zoude
niet uit te houden zijn door medici was reeds bewezen,
dat de luchtstroom sehadelijk zou werken op de gezond
heid, ook al had men, (zooals bij ons), geen tunnels, in
welk geval het gevaar voor de longen, door het groot
verschil en den plotselingen overgang van temperatuur,
nog verderfelijker zoude zijn.
(1). H. Zeeman. Het leven enz. van Willem I, blz. 177.
VAN
EDM I.YAE.I1.
Vertaald door Gun,lette.
75)
Rosamond werd eensklaps vuurrood, zij sloeg de oogeu
neder en stamelde »ik ben nog niet oud genoeg,of
of goed genoeg Doch Denham nam hare hand in
de zijnedwong haar zachtkens hem aan te zienen
fluisterde
»Geef mij het recht u te beschermen door te beloven
in later tijd mijne vrouw te worden als uw vader er
in toestemt en gij mij een beetje liefhebben kunt
»Ik wil uwe vrouw worden en ik zal u zeker lief
hebben Sir", sprak zij met vaste stemmet dezelfde
uitdrukking op haar gelaat als op dat van Joscelyn
toen hij de bedreigingen op het kasteel Farnham weer
stand bood. Arthur gevoelde onmiddellijk dat er karakter
school in dit eenvoudige jonge meisje. Haar schuwheid
en verlegenheid waren enkel een gevolg van het strenge
régime waaronder zij was opgevoedin haar hart was
zij een echte Heyworth met een even sterken wil als
de oude Sir Thomas en Joscelyn hadden.
Oymro bij haar achterlatend om haar te bewaken
ging hij wederom naar beneden om te zien wat er in
huis gebeurde.
De arme oude butler was wanhopig; te vergeefs drukte
hij hen op het hartdat zijn meester tot hun partij be
hoorde en zoo koningsgezind was als men maar verlangen
kon. De soldaten dachten er slechts aan hnn lusten bot
te vieren. Het was een koude nachtal wat eenigszins
brandbaar waswerd op het vuur geworpende gordijnen
werden naar beneden getrokken om er in te slapen de
beste wijnen nit den kelder gehaaldLord Goring
Daarbij zoude men niets kunnen zien van de omge
ving men zou in de rijtuigen niet kunnen lezen, niet
praten, niets verstaan, men zou er niets kunnen doen,
dan elkander verbaasd aanstaren, omdat men 't leven er
niet bij inschoot.
Al die kwellingen zou men ondergaan, onder het voort
durend gevaar van verpletterd re worden door het sprin
gen der helsche machine.
't Was verschrikkelijk. En moest dan inderdaad ook
nog die gruwel van 't buitenland, op onzen bed iarden
Nederlandschen bodem overgeplant worden. Immers wij,
zeide men, hebben dat in geen geval noodig, met onze
heerlijke straatwegen, onze diligences, onze menigte vaarten;
hebben wij behoefte aan een nieuw vervoermiddel
Hoe, moet men ten algemeenon nutte gaan onteigenen
Moeten duizende guldens voor een stukje gronds gegeven,
moeten er bruggen gemaakt en millioenen besteed, om
de menschen eenigo minuten spoediger te vervoeren
Onmogelijk zou de zaak haar geld opbrengen. In dezer
voege oordeelde men over den spoorweger waren zelfs
eigenaars die hun grond alleen wilden afstaan onder
voorwaardedat men in hunne nabijheid geen station
zoude bouwen
En niet alleen in ons land bestond een dergelijke op
vatting. Toen het plan gemaakt werd, om van Londen
naar Woolwich een spoorweg a an te leggen, betoogde in
vollen ernst de Quarterly Review, dat men evengoed aan
het publiek kon voorstellen, om zich op vuurpijlen naar
Londen te laten afsteken, als per spoor.
En zoo groot is de vooruitgang op technisch gebied,
dat zeker de grootsto voorstander van spoorwegen in die
dagen niet geloofd zou hebben, dat men zeventig jaren
later, dwars door Amerika zou kunnen reizen, in wagens
voorzien van een restauratie, s'aapplaatsen, bibliotheek,
badkamers en scheerstoel.
Een niet minder sterk voorbeeld van onverwachte
technische verbeteringen levert de geschiedenis van het
rijwiel.
Twee jonge Amerikanen hebben daarmede, kort vóór den
oorlog met Japan, een groot deel van China doorkruist.
In een onzer beste tijdschriften van 1869 (1) kan men
lezen een betoogvol becijferingenwaarin bewezen
wordt, dat, dit middel van vervoer in minachting en
onbruik zal geraken'
Deze beschouwingen zijn des te opmerkelijker, omdat
toen reeds proeven met den snelvoeter waren genomen.
(1) de Volksvlijt, tijdschrift voor Nijverheid, landbouw,
handel en scheepvaart, jaargang 1869, blz. 3442.
»Reeds is afgelegd", leest men, »door eenige personen,
met een tweewielige velocipède, de afstand tusschen Am
sterdam en Haarlem."
Na behoorlijke rustkan men misschien denzelfden
dag den terugtocht volbrengen maar verder zal men
niet kunnen komen.
Waarom niet, vraagt wellicht de lezer
De schrijver van 1869 antwoordt: Men kan zeer goed
eene beweging gedurende langen tijd uithouden, als slechts
het eene been kracht uitoefent en het andere in rust is,
zooals b. v. bij een draaibank of spinnewiel enz.'
Maar als de beide beenen schier zonder een oogenblik
rust (die, bij het gaan, afwisselend ieder neergezet been
ten deel valt) in werking zijn, geraakt het geheele
lichaam, in eene voortdurende trilling of beweging, die
uiterst vermoeiend en bezwarend is.
Waartoe deze herinneringen Zij schenen niet over
bodig, wanneer men voor een vervoermiddel van de toe
komst de aandacht vraagt.
Het behoeft geen betoog, dat een locomotief een duur
werktuig is. Het verslindt steenkolen, zonder zich te be
kommeren over den prijs. De voortbrenging van electri-
citeit is evenmin tot nu toe goedkoop.
De vraag is derhalve gewettigd, of het gebruikmaken
van de aantrekkingskracht der aarde niet de eenvou
digste wijze zou zijn, om zich met duizelende vaart over
de aarde te bewegen.
Volgens gemaakte berekeningen is eene helling van
vier millimeterper meterreeds voldoende om aan
eenig rijtuig een zeer groote snelheid te geven. De
afstand tusschen Amsterdam en Haarlem is 17 kilometer.
Indien men derhalve tusschen Amsterdam en Haarlem
160 torens plaatst, afwisselend van hoogte tusschen 1 en
68 meters en die torens evenals pijlers van een brug
met elkaar in verbinding brengt, dau is het begrijpelijk,
dat op deze rutschbaan een wagen met bekwamen spoed
zou rollen van Amsterdam naar Haarlem en omgekeerd
op een tweede baan van Haarlem naar Amsterdam terug.
Een ontsporing zou zeker geen aangename gewaarwor
ding zijn; maar zou onze technische vaardigheid niet zoo
groot zijn, dat dit tot de onmogelijkheden behoorde?
Tegenover dit nadeel, staan groote voordeelen. Aller
eerst een beweegkrachtdie geen geld kost. Botsingen
van twoe treinen die elkaar ontmoeten eene onmoge
lijkheid.
Op alle uren van dag en nacht vervoer mogelijk
bijna zonder tusschenpoozen.
Geen last van rook of stof.
De beweging zal zacht zijnzonder schokken of stoo-
wien Denham opzocht om hom te smeeken tusschenbeiden
te komen lag in de eetkamer dronken op den grond
en op den haard brandde een prachtige eikenhouten stoel.
Met een zucht van ergernis en minachting zette hij zich
bij het vuur om te overleggen wat met Rosamond aan
te vangenzoo Goring een dag langor op het kasteel
bleef. Vermoeid van den langen rit, welken hij gemaakt
had viel hij in slaap om twee uur later met een schrik
te ontwaken, als gebeurde er iets. Het was koud in de
kamer het vuur was opgebrand maar door het raam
zag men licht flikkeren. Terwijl hij al dommelend door
de kamer zijn weg zochtviel hjj bijna over Goring, die
nog op den grond lag. Denham had hem zoo geschopt
dat zijn lordschap zich woedend overeind richtte vloe
kend als een soldaat.
Doch de schok scheen hem tevens te ontnuchteren
hij strompelde naar het raamgreop Denham bij den
sehouder en riep mot schorre stem
Wat moet dat beduiden, Sir Wat beteekent dat licht
»Wat dat beteekent, Mylord Dat uw duivels van
soldaten het huis van den meest koningsgezinden man in
Engeland in brand gestoken hebbenen Denham ijlde
do kamer uit, hevig verontwaardigd en in den grootsten
angst voor Rosamond De gangen waren zoo vol rook dat
hij niet zien kou waar hij gingdoch Cymro's klagend
gejank deed hem den weg vinden en hij verhaastte zijn
schreden toen uit de kamer waar het meisje waseen
doordringend gegil tot hem kwam. Eindelijk vond hij het
vertrek. Vol ongeduld wierp hij de deur open. In het
schelle licht zag hij Thérèso uit het venster hangen in
haar doodsangst op het punt er uit te springen. De tocht,
veroorzaakt door het openen der deur, deed den rook een
weinig wegtrekken en Denham zag een kleine gestalte
in een witte nachtjapon languit op den grond liggen.
Thérèse ijlde hem te gernoet.
De rook, monsieur! Zij is gestikt. Ik kan haar niet
optillen
»Kom spoedig", riep Denham, »geen oogenblik ver
loren", en een deken van het ledikant trekkend, wikkelde
hij het meisje er in en haar in zijn armen nemend
droeg hij haar door den rook de trappen afdoor de
half dronken soldaten heen voortvoorttot hij in hot
park was Thérèse volgde hem op de hielen zich angstig
vastklemmend aan zijn jas, alsof alle duivels uit de hel
waren losgebroken en hem nazaten.
»Ach Monsieur heeft ons het leven gered!" riep zij,
schreiend van aandoening. tRegardez done haar gezichtje,
Monsieur. De frissche lucht brengt haar bij
Rosamond sloeg langzaam de oogen op. Zij zag de kale
takken van den grooten eikwaaronder Denham haar
nedergelegd had en de roode lucht. Toen zich met een
verschrikt gezicht naar liet huis keerend zag zij dat heel
de noordelijke vleugel in lichtelaaie stond.
»0wat zullen zij boos op mij zijn 1" schreide zij.
Hoezeer ook door gevaren omringdvrees voor de harde
woorden harer naaste bloedverwanten was veel grooter.
Niemand mag j. bekuorren liefste", stelde Denham
haar gerust. »'t Is de schuld van hen, die je hier alleen
achterlieten en de soldaten vragen nietwiens eigendom
zij beschadigen of het van vriend of vijand is."
»Maar ik moet er heen, en zien of ik iets kan redden!"
riep Rosamondbevend van angst en schrik»vader
zal er zoo'n vordriet van hebben, als hij niets van het
zijne terugvindt."
»Neen je mag volstrekt niet in de buurt van die dui
vels komen", riep Arthur haaf terughoudend. »Geloof
meje vader zal liever driemaal zijn huis en inboedel
verbrand vinden. Eu zie, het begint te regenen de wind
is zuid geworden misschien zal alleen de noordelijke
vleugel in de vlammen opgaan. Zeg mij gauw, waar kan
ik je heenbrengen
»Naar het huisje van Barnaby", zeide Rosamond
«maar dat is vol soldaten hoor ik."
»Dau moeten zij er uit", zei Denham beslist, »je wordt
doodziek als je hier langer blijft."
Rosamond's onrust was nu veel verminderd. Hare
jeugd deed haar de droefheid spoedig vergeten, en slechts
oog hebben voor het vreemde en nieuwe van dit avon
tuur. Bovendienhoe vreeselijk ook het gezicht der
vlammen die uit de bekende kamers sloegen het was