alhier reeds bepalingen voorkomen betreffende minimnm
loon en maximum werktijdnadat de Voorzitter naar
aanleiding van den door den heer Kraakman daartoe te
kennen gegeven wensch zich namens borg. en iWetb.
bereid verklaard had bij het gemeentebestuur van Am
sterdam inlichtingen in te winnen omtrent de onlangs
vastgestelde bepalingen betreffende dien aard.
11. Adris van de heeren F. J. Ankes H. van den
Berg, A. H. HijleveldJ. Cock, W. S. P. Hoff, C. J.
Reiziger Jr. en A. Wijn waarbij zij te kennen geven
dat zij met innig leedwezen vernomen hebben, dat Z. E.
de minister van binnenlandsche zaken vooralsnog geen
normaalinrichting aan Alkmaar wil schenken dat zij
gemeend hebben in eene dringende behoefte te zullen
voorzien wanneer zij voor de jongelieden die tot on
derwijzeres) willen opgeleid worden en in deze of na
burige gemeenten thuis behooren of zich met dat doel
hier vestigen daartoe de gelegenheid openen dat er
uit den aard der zaak groote bezwarenvooral van gel-
delijken aard aan de uitvoerig van dit voornemen ver
bonden zijn, daar in de eerste tijden veel noodig zal zijn
tot het aanschaffen van leermiddelen (de boeken komen voor
rekening van de deelnemers) vooral voor de vakken
aardrijkskunde en natuurkennis; dat zij daarom verzoe
ken, hun pogen te willen steunen door: 1° toe te staan
het vrije gebruik van een of meer schoollokalen van de
le school voor onvermogenden 2° eene voorloopige
subsidie te verleenen van f 200 's jaars, eene som onge-
veei gelijk aan die, vroeger uitgetrokken ten bate van
de leerlingendie de nu opgeheven Rijksnormaallessen
bezochten.
Gesteld in handen van burg. en woth. om bericht en
raad, de plaatselijke commissie van toezicht op het lager
onderwijs gehoord.
Ambachtsschool voor Alkmaar en omstreken.
12. Brief van bet bestuur der Veroenigiug de Arnba bts-
school voor Alkmaar en omstreken, waarbij medegedeeld
wordt, dat in de onlangs gehouden leden vergadering
machtiging verleend werd tot het aanvaarden der door den
Raad aan zijn besluit tot naderen steun aan de Ambachts
school gestelde voorwaarden, zoodra het bestuur geslaagd
was, alsnog de ontbrekende gelden te bekomen en tevens
volmacht verleend werd om te trachten, die gelden door het
sluiten eener geldleening, zoo noodig tegen rentebetaling,
bijeen te brengen. Vóór of uiterlijk op 1 Maart zal defi
nitief bericht worden of de vereischte gelden zijn ver
kregen en de Vereenigiug daardoor in staat zal zijn ge
steld do voorwaarden na te komen.
In voldoening aan het verder in die vergadering ge
nomen besluit, wordt verzocht
punt c. der voorwaarden te doen luiden als volgt
om bij welslagen daarvan aan gemelde Vereeniging,
nadat een plaatsing van een nieuw gymnastieklokaal ter
aangeduide plaatse mogelijk zal ziju bevonden koste
loos in gebruik te geven het aan de school grenzende
gymnastieklokaal onder voorwaarde, dat de Vereeniging
betale in eens eene som, gelijkstaande met de helft van
de kosten van het door de gemeente nieuw te stichten
gymnastieklokaal en niet te boven gaande de som van
2500 en hun te vergunnen dat lokaal tegen nader over
een te komen voorwaarden, voor zooveel noodig, te ver
bouwen en ten dienste der school in te richten een
en ander met dien verstande, dat de bovenbedoelde gel
delijke bijdrage alsmede een nader te bepalen gedeelte
der verbouwings- en inrichtingskosten door de gemeente
aan de Vereeniging worden gerestitueerd, zoodra het in
gebruik gegeven gymnastieklokaal wederom ter beschik
king der gemeente komt.
en punt c te laten vervallen, of zoo noodig als volgt
te wijzigen
»aan het Bestuur der Vereeniging tevens mede te
»deelen, dat de Raad niet voornemens is den aan de
sVereeniging door de gemeente verleenden financiëelen
»steun eventueel te vermeerderen."
Het geven van nadere toelichting acht het bestuur
overbodig. Alleen wordt ten aanzien van de tweede wij
ziging medegedeeld, dat de leden-v. rgadering nota ge
nomen heeft van des Raads gevoelen, dat een eventuëel
verzoek tot het brengen van nieuwe finantiSele offers
van de zijde der gemeente Alkmaar ten behoeve van de
Vereeniging niet voor inwilliging vatbaar ls.
Op voorstel van den heer Kraakman wordt dit adres
dadelijk behandeld.
Bij die behandeling bleek verschil van gevoelen te be
staan over de wijziging van punt c, welke door den heer
Karseboom verdedigd en door de heeren Kraak
man en Goede bestreden werd, terwijl de heer Canters
de voorgestelde teruggave alleen wilde beperken tot het
geval, dat het gymnastieklokaal door de gemeente werd
terug gevorderd.
Nadat de Voorzitter zich bereid verklaard had Woens
dag 27 Februari weder raadsvergadering te houden werd
eene beslissing aangehouden, opdat de zaak nog eens be
daard overwogen zou kunnen worden.
Zijn in behandeling genomen de volgende voor de
leden ter lezing gelegen hebbende stukken.
Van de vaste commissie van financiën.
13. Rapport op de rekening der kamer van koophandel
en fabrieken over 1894, sluitende in ontvang en uitgaaf
op J 125. De commissie stelt voor, haar onveranderd
goed te keuren.
14. Rapport omtrent de door het bestuur der bad
en zweminrichting ter goedkeuring aangeboden rekening
over 1894. De ontvangsten waaronder voor het eerst
een bedrag van 50 begrepen is voor abonnement van
50 cadetten der Cadettenschoolbeliepen met inbegrip
van het van de gemeente nog te ontvangen bedrag van
f 415, de som van 1503.57 de uitgaven daarentegen
1086 19s, zoodat de rekening sluit met een batig slot
van f 417.375 tegen 489 80s over 1893. De exploitatie
rekening wijst tegenover eene nitgaaf van f 876. l95 eene
ontvangst van 598 76° aanover 1893 beliepen die
ojjfers 734 82 en 529.52.
In het verslag wordt toegelicht, waaraan de ongunstige
nitkomst der exploitatie te wijten is en waarom nog geen
oitvoering kon worden gegeven aan het plan om over
te gaan tot het vormen van bet bij de statuten voorge
schreven reservefonds nu de obligatieleeniug geheel af
gelost is. Verder is wederom één aandeel uitgeloot. De
staad van zaken liet de nitkeering van een dividend niet
toe. Daar de uitgaven, behalve eenige affirmatiepoaten,
door kwitnntiën zjjn bewezen, stelde de commissie voor,
gemelde rekening goed te keuren en aan het bestuur der
bad- en zweminrichting te betalen eene som van 415,
zijnde het bedrag der volle rente ad 5 over het nog
onafgeloste kapitaal van 8300te voldoen behoudens
goedkeuring van Ged. Staten uit den post voor onvoor
ziene uitgaven der gomeentebegrooting dienst 1895.
Aangenomen.
Huishoud- en Industrieschool.
15. Rapport op het verzoek van eenige dames, uit
makende het bestuur der Alhmaarsehe Huishoud
en Industrieschool, om ten behoeve der te Alkmaar
op te richten Huishoud- en Industrieschool eene jaarlijk-
sche subsidie uit de gemeentekas te verleenen van dui
zend vijjtig gulden. In voldoening aan die opdracht deelt
de commissie mede, dat zij eenparig van gevoelen is,
dat de gemeente hare in de laatste jaren zoo aanzienlijk
geklommen jaarlijksche uitgaven niet met zulk een be
langrijk cijfer mag verboogen.
Als algemeene opmerking laat zij voorafgaan, dat naar
hare meening in de laatste jaren een verkeerde weg
gevolgd wordt
Tal van instellingen zijn voorzeker hoogst nuttig en
gewenschtwanneer de middelen aanwezig zijn niet
alleen om ze in het leven te roepen en tot stand te
brengen, maar ook, om ze in stand te houden. Wat ziet
men echter meer en meer gebeuren Eenige personen
vereenigon zich om eene instelling, die zij wenschelijk
achten, op te richten en vragen, daar zij geen voldoende
middelen bezitten om de instelling op te richten en
voortdurend in het leven te houden, onmiddellijk den
steun der gemeente. Verscheidene door de gemeente ge
steund wordende inrichtingen leveren daarvan het bewijs.
Op die wijze wordt de gemeentekas meer en meer
bezwaard en klimmen dejaarlijksche uitgaven der gemeente
zoodanig, dat het waarlijk tijd wordt, om paal en perk te
stellen aan die telkens wederkeerende aanvragen om steun.
Kan de commissie, in verband mot die algemeene op
merking, het verzoek reeds niet steunen, zij deelt ook
niet het gevoelen der verzoeksters, dat aan eene huis
houd- en industrieschool te dezer stede behoefte bestaat,
althans met, dat die behoefte alleen bevredigd zou kun
nen worden op de hoogst kostbare wijze, in het adres
aangegeven. Dat die behoefte niet zoo dringend is laat
zich ongetwijfeld voor een deel daaruit verklaren, dat er bij
tal van personen in de gemeente gelegenheid bestaat, om
zich te bekwamen in de nuttige-en fraaie handwerken, ja,
daaronder worden zelfs verscheidene personen aangetrof
fen, die door het afleggen van het bij de wet op het lager-
onderwijs voorbeschreven examen het bewijs geleverd
hebben, dat zij voor die taak ten volle berekend zijn
Ook voor het leeren van costuum-naaien bestaat meer
malen gelegenheid en wat het huishond-ouderwijs betreft,
als het opdoen van de wasch, het strijken, enz. voor de
oprichting eener school, waar dit alles geleerd zou kun
nen worden, bestaat- geen algemeen gevoelde behoefte
Ieder ordelijk huisgezin biedt daartoe eene geschikte ge
legenheid aan en wel met dit niet te versmaden voordeel,
dat het geschiedt met inachtneming van de financiëele
draagkracht van het gezin. Op giond daarvan mag be
twijfeld worden, of de oprichting eener huishoud- en indus
trieschool noodig is.
In andere gemeenten,'ja, zelfs in grootere gemeenten
dan Alkmaar, heeft de ondervinding bovendien reeds
geleerd, dat dergelijke scholen geen stand kunnen honden
bij de weinige ingenomenheid, welke daarvoor bestaat.
Was de commissie in beginsel genegen geweest het
verzoek te steunen zij zou zeker na de bevestigende
beantwoording dier in de eerste plaats aan de orde
gekomen vraag, tot een nauwgezet punt van overweging uit
gemaakt hebben de tweede vraag, of de geraamde jaar
lijksche uitgaven op onomstootbare gegevens berustten
en of het niet mogelijk zou zijn, de zaak zelve op veel
eenvoudiger en min kostbare wijze te regelen. Zij acht
deze overweging thans geheel overbodig.
Zij stelt daarom voor, aan het verzoekende bestuur mede
te deelen, dat de raad geene vrijheid vindt de gemeente
kas te bezwaren met eene jaarlijks wederkeerende uitgaaf
voor het instand houden eener op te richten Huishoud
en Industrieschooleene inrichtiug waaraannaar 8
Raads oordeel, in deze gemeente geen behoelte bestaat en
alzoo afwijzend beschiktom daarvoor eene subsidie uit
de gemeentek is te verleenen van f 1050 per jaar.
Na uitvoerige besprekingin een volgend nummer mede
te deelen wordt het voorstel der commissie aangenomen met
13 tegen 2 stemmen van de heeren Kraakman en Karseboom
Paaschtentoonstelllng.
16. Rapport op het verzoek van het bestuur der
afdeeling Alkmaar van de Hollandscbe Maatschappij van
landbouw om eene bijdrage van J 300 uit de gemeentekas
voor hare as. Paaschtentoonstelling. De commissie deelt
mede, dat het bestuur voldaan heeft aan de door burg.
en weth. tot hem gerichte uitnoodiging, om een overzicht
te geven van de geldelyke uitkomsten der in Maart 1894
gehouden tentoonstelling. Zij zond de overgelegde reke-
ning van ontvang en uitgaaf in. Uit dat stuk blijkt
dat de bijdrage der gemeente Alkmaar de voornaamste
post van ontvang is en dat het niet verleenen dier
bijdrage op het al dan niet houden dier tentoonstelling
een beduidenden invloed zou uitoefenen. Zooals bekend
is, bestond meermalen in de commissie verschil van ge
voelen over de vraag of de gemeente voortdurend deze
zaak moest steunen en heeft de meerderheid van den
Raad tot nu toe steeds gemeend die vraag bevestigend
te moeten beantwoorden. Op nieuw werd die vraag be
sproken en werden de bekende gronden zoo vóór als
tegen het toestaan dier bijdrage, breedvoerig overwogen.
Die overwegingen hebben ten slotte geleid tot een voor
stel waarmede alle leden zich konden vereenigen nl.
om voor 1895 eene bijdrage te verleenen van 250, te
voldoen uit den post voor onvoorziene uitgaven der ge
meente-begrooting voor 1894, behoudens goedkeuring van
Ged. Staten. Door een besluit in dien geest te nemen
zal de Raad, naar de eenparige opvatting der commissie,
het bewjjs leveren, dat hij vooralsnog genegen is, de
zaak der tentoonstelling te steunen, doch den tijd geko
men acht om duidelijk te doen uitkomen, dat, den toe
stand der gemeente-geldmiddelen in aanmerking genomen,
niet voortdurend op de aanzienlijke jaarljjksche bijdrage
van J 300 mag en kan gerekend worden. Wanneer het
bestuur weet, dat dit het geval is, dan kan het bjj tjjds
maatregelen nemen om te trachten hetzij de uitgaven
der tentoonstelling te beperken betzjj de inkomsten op
andere wijze te vergrooten en daardoor medewerken, om
de zaak zelve zoo niet geheel onafhankelijk dan toch
minder afhankeljjk te maken van eene zoo aanzienlijke
bijdrage als de gemeente in de laatste jaren steeds verleende.
Zonder beraadslaging het voorstelom 250 te ver
leenen, met algemeene stemmen aangenomen.
Van Burgemeester en Wethouders.
17. Tweede suppletoiregemeentebegrootiug, dienst 1894,
in ontvang en uitgaaf bedragende 13190. Daarbij wordt
o.a. voorgedragen, om de koopsom van het aan den Staat
der Nederlanden verkochte oude huis van bewaring, ten
bedrage van J 6000, te doen strekken tot betaling van
den koopprijs van het in 1894 aangekochte huis op den
Dijk, met de kosten van overdracht beloopende f 5665.
De commissie van fiuaumën stelt voor, haar onveran
derd vast te stellen. Vastgesteld.
18. Voorstel, om aan de nieuwe straat, ontworpen in
het bouwterrein aan den Nieuwiandersingel bij de Nieuw-
landerbrng, bij de gemeente in eigendom en onderhond
overgenomen bij raadsbesluit van 19 Dec. 11., dea naam
te geven van Landstraat. Wel is tegen dien naam be
zwaar ingebracht, doch niemand heeft een anderen naam
aangegeven. Daarom handhaven burg. en weth. dien naam.
Verder stellen zij voor, den naam van Emmastraat, voor
de nieuw aangelegde straat in het terrein van den Ken-
nemerstraatweg, nu die straat bij de gemeente in eigen
dom en onderhoud overgegaan is, te bekrachtigen.
Aangenomen.
Steiger Hanaalkade.
19. Voorstel in overeenstemming mot het gevoelen der
vaste commissie van bijstand voor de gemeentewerken
en eigendommen, naar aanle.ding van bet door den heer
J. Pot ingediende adres betrekkelijk den steiger aan de
Kanaalkade.
Dat voorstel strekt om te besluiten a. aan burg. en
weth. op te dragen den heer J. Pot uit te noodigen de
bestaande veelading op zjjne tramlijn op te ruimen en
de rails tot de brng door te trekken in verband met
het bij de gemeente bestaande plan om daar ter plaatse
eene nieuwe schoeiing te maken
b. tot het maken eener schoeiing op die vrij komende
plaats, op de wijze als door den architect aangegeven is
bij zijn rapport, eene uitga ve van f 650 zullende vorderen
c burg. en weth. te machtigen, de uitvoering van dat
werk in het openbaar aan te besteden
d. geen bord te plaatsen dat de steiger aan de
Kanaalkade niet voor lig-, doch meer bijzonder of uit
sluitend voor los- en laadplaats bestemd is, maar den
havenmeester op te dragen, nauwkeurig toe te zien, dat de
steiger overeenkomstig zijne bestemming gebruikt wordt;
e aan de kamer vau koophandel en fabrieken kennis
te geven van het te nemen besluit.
Wat het financieele gedeelte van dit voorstel betreft
merken burg. en weth. op, dat de in 1895 uit te voeren
gemeentewei ken f 2696 beneden do raming aangenomen
zijn, zoodat er geen bezwaar bestaat eene som van f 650
beschikbaar te stellen.
Zij zouden zich tot dat cijfer echter voorloopig willen
beperkennu de loop van zaken op dienst 1895 nog
geheel onzeker is.
Twee leden der commissie zouden nog iets verder wil
len gaan en van d"ze gelegeuheid gebruik willen maken
om aan de zijde naar de Gedempte Nieuwesloot eene
dergelijke schoeiing te maken over eene lengte van
ongeveer 20 el, welk werk thans zeker niet meer dan
f 400 zal kosten.
De handel zal dan afdoende geholpen worden
De Voorzitter ondersteunt het voorstel der twee leden,
dat bestrijding ondervindt bij de heeren de Wit en
J mssen. Eerstgenoemde wil eerst de proef nemen met
het gedeelte ter hoogte van de veelading om dan later
uit te maken of met eene dergelijke schoeiing verder
zal worden voortgegaan
Naar aanleiding van door de heeren Kraakman en
Bosman gedane vragen omtrent de juiste bedoelingen der
commiss.e, wordt besloten eene beslissing tot de volgende
vergadering aan te houden zullende inmid, els eene
situatie-teekening, waarop alles duidelijk aangegeven wordt,
overgelegd worden.
20. Voorstel om te voldoen aan het verzoek van den
Minister van Justitie om onder den koop van het oude
huis van bewaring alhier te begrijpen twee driehoekige
strookjes grond, grenzende aan dat gebouw, deel uitma
kende vau de openbare straat, op eene overgelegde situ
atie-teekening aangegeven.
De Voorzitter doelt mede, dat van kerkvoogden
der hervormde gemeente een protest tegen den afstand
van één dier stukjes grond ingekomen is daar het hun
voorgekomen is, dat geen rekeniug gehouden is met het
eigendomsrecht der kerk, aangezien over dien grond (al
zou het slechts voor een klein gedeelte zijn) zonder voor
kennis van het kerkbestuur niet kan worden beschikt,
daar wel over dien grond vijjheid van overgang is ge
geven, maar geene tóeëigening van andere belangheb
benden.
Na het geven van eenige inlichtingen omtrent het in
1869 tusseben keikvoogden der herv. gemeenteen de ge
meente overeengekomene betreffende de bestrating van de
doorgang tusseben de Groote Kerk en het Rijksopvoe
dingsgesticht (het Waaigat) wordt besloten, te verklaren,
dat beide stukjes grond niet meer voor den openbaren
dienst bestemd zijn en het eene, dat zonder eenigen twij
fel aan de gemeente behoort, onder don afstand te be
grijpen en verder ten aanzien van bet andere, aan het
Waaigat gelegen strookje grond aan Z. E. den Minister
van Justitie den feitelijkon toestand mede te deelen en
aan Z. E. over *e laten, boe verder te handelen.
21. Rapport van de commissie van bjjstand voor de
gemeente-werken en eigendommen op het verzoek van be
woners van het Ritsevoort, oost- en westzijde, tot aan de
Vrouwenstraat en van de Vrouwenstraat, om verbetering
vau den water-atvoer aldaar. Na plaatselijke opneming
van dezen toestand bij één der hoofdingangen van de ge
meente, acht zij verbetering dringend noodzakelijk. Nu
bij de behandeling der gemeente-begrooting voor 1895 be
sloten is, de bestrating van het Ritsevoort te verleggen,
verdient het aanbeveling, vóór dien tijd tot die verbete
ring over te gaan.
Zij stelt voor, vóór de Vrouwenstraat een cementstee-
nen put te plaatsen en van daar een riool van 30 en 38
duims dubbel verglaasde buizen naar de Singélgracht te
brengen op ongeveer 4 el afstand van de Kennemerbrug
en daarin alle zijtakken van huizen en stegen op te ne-
