Poolsch Bloed, No. 102. Seven en Megeniigste Jaargang. 1805. W ÖENSDAGr Amsterdamsche Brieven. FEUILLETON. 28 AUGUSTUS. Buitenland. NATA.LY VON ESCÏÏSTRUTH. COURANT. Pr(Js der gewone Advertentiën: Per regel O,lft. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. ALKMAARSCHE Deze Courant wordt IMnsdag-, IÏ>oaderd«g- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 8 maanden voor Alkmaar O,SOfranco door het geheeie rijk 1, De 8 nummers Afzonderlijke nummers 3 ets. Telefoonnummer3 XVI. De wind begint voor het Uitvoerend Comité dar ten toonstelling langzamerhand uit een eenigszins milderen hoek te waaien. Nu de eerste teleurstelling voorbij is over het feit dat men op de terreinen achter het Rijks-museum een kermis op groote schaal heeft georganiseerd en daar geen sprake is van een edelen wedstrijd tusschen de beste producten uit alle landen nu is men meer gaan ge voelen voor het financieele nutdat de expositie is gaan afwerpen. Van dat standpunt beschouwdbelooft de onderneming der heeren Calisch c.s. een succes te worden. Voor den zomerdag is het in Amsterdam tegenwoordig bepaald druk. Alle hotels zijn vol; waar men ook wan delt overal hoort men vreemdelingen de tram maakt nog beter zaken dan gewoonlijk en van dat alles profi- teeren de neringdoenden merkbaar. De tentoonstelling is the great attraction voor de provincie-bewoners en de buitenlanderszij voert eiken dag met spoor en boot honderden bezoekers aanen aan den een meerden ander minder maar aan allen is toch wat te verdienen. Vandaar dan ook dat de ontwerpers van het teutoon- stellingsplan voor het eerst na de openingsplechtigheid weder eens woorden van lof mochten vernemen. Dat was bij gelegenheid van het diner der exposanten in Maison Couturier waarvoor nitnoodigingen waren rondgezonden met dien verstande dat men voor f 20 per couvert aan het Lucullus-maal mocht deelnemen. Daar word mr. Calisch verheerlijkt als de man die leven en vertier in Amsterdam bracht en hijzelf stelde de juistheid daarvan nog nader in hot lichtdaarbij onder meer wijzende op de belangrijke som die dezen zomer door de belasting op de publieke vermakelijkheden in de stedelijke schat kist vloeide. Wanneer de geheeie tentoonstelling wordt beschouwd als een kijkspelletje en de hoogste illnsie is de onkosten daarvan goed te maken ja dan verschijnt veel in een ander daglicht. Dan mag men niet meer toornen dat mystificaties als „Be schoone slaapster in het Bosch" worden vertoond want op dien dag werden veel entrées verkochtdan kan men zijn verontwaardiging sparen over het feitdat meermalen vertooningen met grooten ophef werden geannonceerd waarvan het niet-doorgaan eerst bekend werd gemaaktnadat duizenden de tour niquets waron gepasseerddan mag men zelfs zich niet er over verwonderen, dat men tot een misselijke naboot sing van de krijgsbedrijven der onzen op Lombok is willen overgaan om maar geld uit den zak te kloppen dan eindelijk mag men niet mopperen dat het comité het bezoek der Koninginnen heeft aangegrepen als een welkome gelegenheid om eens een drie- of vierdubbele recette te maken. Heden vrijdag had dit bezoek plaats. Precies op tijd kwart voor drieën kwam de vor - stelijke trein binnen, die uit vijf rijtuigen bestond. In het middelste waren de beide Koninginnen en in de beide andere waggons had het gevolg plaats genomen. De burgemeester verwelkomde de vorstinnen en onmid dellijk stapte men in de gereedstaande rijtuigen. Een dichte menschenmassa had zich hier opeengehoopt, die luide juichkreten deed schallen. Er waren onder die menschen echter ook eenigen, die genieten als zij de blijde incomste kunnen bederven. Met schelle fluitjes gewapend manifesteerden zij luide en vervulden de lucht met een schel gekrijsch. Daarmee nog niet tevreden volgden zij, zoolang zij konden, de vorstelijke rijtuigen in galop, steeds uit al hun macht fluitende, 't Was aan de Koninginnen te zien, dat zij zich over die betooging bitter ergerden en vrij ontstemd kwamen zij dan ook op de tentoonstelling. Voor den middenkoepel van het hoofdgebouw, die voor deze gelegenheid zeer smaakvol was versierd, werden de rijtuigen verlaten hior was het Uitvoerend Comité ter verwelkoming aanwezig. Mr. Calisch sprak een kort woord om de Beschermvrouwe en Koningin Wilhelmina voor hare komst te bedanken. Nu werd de afdieliug Nederland bezichtigd, allereerst werd de inzending van den heer de Gruyter bekeken en een fraai ingelegd buffet bewonderd. Ook aan de andere etalages bewezen de Koninginnen alle eer in de mooie Daisy, de vroeger beschreven pop met uitzet van mevrouw Grothe te Hilversum had het Koninginnetje vooral veel schik. Na Dmtschland en Italië langs de Russische inzendin gen kwam de Fransche afdeeling aan de beurt, die ook nn weder zich van haar beste zijde deed kennen. De étalages althans velen waren versierd en het eere- salon waar het geheeie Fransche comité aanwezig was, had men een smaakvol feestkleed aangetrokken. De eere voorzitter, de heer Lourties, hield hier een welsprekende rede en verzocht aan de Koniugin-Regentes, uit naa m van den president der Fransche republiek, een Sèvres-va as te willen aannemen. Natuurlijk bleef ook Oud-Holland, toch maar het glanspunt der expositie, niet onbezocht. Aan de nijmeegsche poort werden de sleutels van het oude stedeke op een blauw fluweelen kussen door de zoontjes van burgemeester Fabius aangeboden. Langs de gracht werd een wande ling gemaakt. De bedoeling was een bezoek te brengen aan de stadsdrnckerye van de kinderen van Isaac en Johannes Enschedé, waar het aardige blaadje Oud-Hollandts Nieuws- tijdinghe eiken dag het licht ziet. Do redacteur had voor deze gelegenheid een gedicht vervaardigd, dat hij zelf zou voordragen. Zoo luidde het programma en daar de reporters meenden, dat hiervan niet zon worden afgewe- DOOR 75) Het avondrood spreidt een hellen gloed over de heide ver aan den gezichteinder daalt de zon ter kimme, over stroomt het uitspansel met purperen lichtbundels en strooit gouden vonken over de uitgestrekte vlakte. De rotsbrokken waarachter eens de verlaten knaap het koekoeksei in het nest, van verdriet en harteleed in tranen uitbarstend, het gelaat in de vochtige erika's had gedruktzijn thans hooger met mos overdekt en de braambezieranken, de hagerozen en sleedoorntwijgen, die er overheen hangen zijn weliger opgeschoten met een rijkdom van verwilderd loover. Buiten in de onbewolkte lucht jubelen de vogelen, zacht en geheimzinnig sjirpt 't in het gras, kleurrijke edelge steenten dwarrelen bewiekt van bloemkelk naar bloem kelk. jiindeloos, onafzienbaar strekken hemel en heide zich nitsamensmeltend in een roosklenrigen nevel waarin lichte wolkenvlokjes drijven geheel en al gelijk lange jaren geleden. Zachte stemmen klinken weer onder de wiegelende ranken bij de steenbrokken de witte plooien van een vrouwengewaad glinsteren in de zon en op een goud blond hoofdje dansen fonkelende lichtjesde nimf Loreley precies als toenmaals en toch zoo ge heel anders. A-ls dronken van gelukzaligheid slaat Janeck den blik naar zijn jonge vrouw op naar de rooskleurige lippen die eens op deze zelfde plek met onmeedoogende woor den ziju kindsheid en jeugd hebben vergiftigd', en die hem nuop zijn rijpen leeftijd tot een zoeten kelk ge worden zijn van welks rand hij het betooverend geluk zijns levens drinkt. Ja, nimf Loreley de schipper heeft niet in dolle drift zijn scheepje tegen uw steen hard hart gestnurdhij heeft zich niet laten verblinden door uw gouden haaren niet laten meeslepen door de betoovering van nw oog hij heeft de handen flink aan het roor geslagen en als een goed stnnrman zijn weg tusschen de klippen door gezocht. Nu heeft hij u ein delijk bereikt, heeft nw marmerkille pracht mot warmen liefdegloed tot het leven gewekt, en houdt n in den arm als het kostelijkste loon voor zijn vaart onder storm en tusschen steenriffen door. Xenia vlijt het hoofd vriendelijk tegen de borst haars mans. Glimlachend staart Janeck haar in de oogen. »Gij gelooft niet meer aan den zoon van den Kozyniër en hebt 't gehoord dat Aloizy aan mijn vader znlke weidsche eeretitels gaf dat is Poolsche manier de liefde en vereering der ondergeschikten kent in woorden geene grenzen Zij schudde trouwhartig het hoofd. »Wie die vreem deling ook geweest zij, Janeck, hij heeft mij als zijn dochter gezegend en onze handen ineengelegddaarom verlangt mijn hart er naar, hem bij zijn naam te noemen als een vader, en waarlijk, mijn innig geliefde, hij zal mij dier baar en waard zijn hoe ge hem ook noemen moogt Janeck's gelaat kreeg een zeer ernstige plooi. De naam mijns ongelnkkigen vaders is voor de wereld te loor gegaan en mijne lippen zijn door zijn laatsten wil tot zwijgen verplicht. Maar ook zonder dat ik het dierbare, droeve geheim verraad, zult gij vermoeden, wiens zoon de man is, dien uwe liefde zonder schild en kroon ver kozen heeft. Ziehier, dezen ring trok ik van den vinger des ontslapenen't is het zegel dat mijne voorouders eenwen lang hebben gevoerd." Xenia nam den gonden ring ter hand en beschouwde aandachtig de graveering van den steen. Een vurige blos dekte zelfs haar voorhoofd. Janeck dit wapen die kroon almachtige God wie zijt gij Teeder sloeg hij den arm om haar middel en sloot haar de lippen met een kns. »Ik ben Janeck Stefan von Dynar de gelukkigste mandien do aarde ooit gedragen heeft Zij sloeg de handen voor het gelaathet was alsof er een storm van de hevigste aandoeningen door hare ziel waaide, en zacht fluisterde zij: »Nu eerst erken ik nw edel gemoed volkomen nn eerst weet ik hoe lief gij mij hebt, Janeck, hoeveel gij voor mij hebt opgeofferd en hoeveel ik n te vergelden heb Door het lucht- ken, kon men in de post-edities reeds een verslag van dat bezoek lezen, zelfs met vermelding van het geheeie ge dicht. In de werkelijkheid is evenwel van dat geheeie bezoek niets gekomen en de heeren Enschedé, die met al hun ridderorden getooid zich hadden opgesteld, konden onverrichter zake huiswaarts keeren. Daar zullen de re dacties die wat voorzichtiger te werk gingen en slechts opnamen, wat hare verslaggevers zelf zagen en zonden, nog wel met leedvermaak melding van maken. Door de Prinsestraat toog de stoet naar het marktplein, waar een kopje thee en eenige ververschingen werden gebruikt; door burgemeester Eabins werd een berijmde toespraak gehóuden. Inmiddels had zich het vendel op het marktplein opgesteld de evolutiën onder aanvoering van den hopman werden mot ingenomenheid gadegeslagen. Na het vertrek nit Ond-Holland en dit stond nn niet op het programma werd de mailboot bezichtigd, waar de keuken-koning Reints de meest beleefde strijkages stond te maken. De majesteiten groetten hem, doch zijn stille hoopdat zij hem een vriendelijk woord zouden toevoegen werd niet verwezenlijkt. Aan de Belgische afdeeling was de eer van een speci aal bezoek beschoren. Daarvoor bracht de heer Fr. Git tens, commissaris-generaalzijn dank vooreerst door de aanbieding van een prachtig ivoren beeldje en in de tweede plaats door eene vloeiende toespraak. Toen nog even door Oostenrijk en door Nederland terng. Langzamerhand was de schat van bloemen en andere geschenken tot een enorme massa aangegroeid. De voor banken van het koninklijk rijtuig en van de andere koetsen werden daarmee geheel gevnld. Gelukkig waren op den terugrit de schreeuwende manifestanten wegge bleven en konden de Koniuginnen ongehinderd het hulde betoon der sa ungestroomdo menigte aanvaarden. Vooral aan het Centraalstation waren velen op do beendie blij lx gaven van hunne gehechtheid aan het regeerende vorstenhuis. Op de tentoonstelling zelf waren de meest uitgebreide voorzorgsmaatregelen genomenom te voorkomen dat misschien de een of andere dwaas uiting zon geven aan zijn onvaderlandslievende gevooleus. De geheeie provincie Noord-Holland was ongeveer van veldwachters ontbloot en zij waren met geladen revolvers gewapend. Gelukkig, dat hnn hulp geen enkele maal moest worden ingeroepen. De Kamer heeft den 23 het krediet van 5 miljoen voor de havenwerken van Heyst met 102 tegen 14 stemmen (één lid onthield zich) onder dave rende toejuichingen der rechterzijde goedgekeurd. Van deze werken wordt veel goeds verwacht voor de stad Brugge. Zoodra de Senaat de wet aangenomen heeft zal een groot feestmaal borden gegevenwaartoe ook de ministers uitgenoodigd zullen worden. ruim deden de vogelkelen hare jubelende liederen van gelukzaligheid weergalmen de heide geurde zoet en be tooverend en de zonnegloed aan den gezichtseinder vlamde op als een heilig offervuurop het altaar der eeuwige gerechtigheid ontstoken In het »Noordsche Aken" is intnsschen veel anders geworden. De president von Gartner werd onverwachts naar het zuiden verplaatst en nam daar zijn lijdende toestand dagelijks verergerde en hem de nauwgezette vervulling zijner ambtsbezigheden onmogelijk maakte, tot groot verdriet van zijn schoone gemalin zijn ontslag. Tot zijn voortdurend verblijf koos hij een badplaats, waar mevrouw Leonie na den plotselingen dood van haar gade wonen bleef en nog heden als schoone zeer gezochte doch nooit ernstig begeerde weduwe een niet onbetee- kenende rol speelt. Gravin Kauy die op stol en sprong hare positie als hofdame liet varen men heeft er lang over gesoesd om er een gegronde reden voor te vinden houdt zich een gedeelte van den zomer bij Hare Excellentie op maar lang niet zoo vreedzaam meer. Naar het beweren van ooggetuigen moeten er tusschen die twee dikwijls heftige woordenwisselingen plaats grij pen. Tot een openlijk afbreken van de vriendschap dnr- ven zij 't echter niet te laten komen daar de dames elkaar wederkeerig te voel in haar macht hebben. In het regiment der Keizer-Frans-ulanon kwamen tal van vervangingen voor; men beweerde, dat Angnst Ferdinand den ijzeren bezem ter hand had genomen, om eens duch tig het stof nit alle hoeken te vegen. Do heer von Flan- dern verzocht nit eigen beweging om verplaatsing bij een dragonders-regimentvorst Renaseck wisselde even eens, en wel met voordeel, van uniform en zijne plaats werd ingenomen door een vrijheer van erkende voorko mendheid die verscheidene bloedverwanten onder de infanteristen telde. Als met een tooverslag waren de hekken verhangen. Een hartelijke, hoogst kameraadschap pelijke verhouding heerscht er tnsscheu de verschillende regimenten aan wier spits de met ware geestdrift ver eerde prins Angnst Ferdinand staatdie op minzame wijze den toon van echte wapenbroederschap aangeeft en bij wien niet onderlinge naijvermaar het streven naar eensgezindheid onder de legerkorpsen voorzit. Anna Regina is in 't oogvallend veranderd. Zij draagt het hoofd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1895 | | pagina 1