Kantongerecht te Alkmaar. Advert entièn. BOERENPLAATS GAAT IVIET DOOE. De tegen 28 October 1895 geannonceerde verkoop van eene in de Scbermeer, gemeente Znid- en Noord- schermer groot bijna 35 hektaren en be hoorende aan den heer 0. SPAAN, H. J. DE LANGE, Notaris ontwikkelen. Het onderwijs aan die al'deeling zal niet dor zijn en niet enkel boekengeleerdheid. Nadat de heerenV i r u 1 y Verbrngge, Cremeren K e r d ij k nader op hun gevoelen aangedrongen hadden, werd de algemeene beraadslaging gesloten. Het amende ment van den heer Viruly tot stichting eener zelfstan dige Rijkslandbouwschool werd verworpen mot 58 tegen 10 stemmen van de heeren Pijnacker Hordijk, Cremer, Veegeus, Kerdijk, Heemskerk. Viruly, van Borselen, van Alphen, v. d. Bergh en Seret. Het wetsontwerp werd daarna aangenomen met 56 tegen 14 stemmen van de heeren Travaglino, Cremer, van Delden, Truijen, Michiels, de Ram, Heemskerk, v. d. Kun, Bahlmann, van Alphen, van der Schrieck, v. d. Borgh, Seret en Hintzen. Personeele belasting. Blijkens het eindverslag over dit ontwerp is de com missie van rapporteurs van oordeel, dat de openbare be handeling voldoende is voorbereid. Een der leden heeft zich met dit besluit niet kunnen vereenigendaar z. i. eerst nadere inlichtingen noodig zijn1°. waarom de .Minister meent, dat gelijktijdige invoering van de nieuwe personeele belasting en van een herziene regeling der gemeente-financiën niet mogelijk is; 2°. indien zulks niet mogelijk is, waarom dan de over gangsmaatregel ten behoeve der gemeenten niet kan worden ingediend vóór de openbare behandeling van het Personeel 3°. wanneer de Minister meent, dat die overgangs maatregel zal moeten worden ingevoerd, welk bedrag voor het beoogde doel noodig zal zijnnaar welken maat staf en naar welke grondslagen de verdeeling aier som zal plaats vinden, en in hoeverre het Rijk zal kunnen bepalen, hoeveel vergoeding aan elke gemeente toekomt waar zoolang de personeele belasting nog met m haar geheel is toegepast, de gemeenten niet kunnen weten, hoeveel zeker aantal opcenten zal opbrengen. De meerderheid der commissie kan zich met dit stand punt niet vereenigen, niet alleen omdat zij voor een nader overleg van de commissie met den Minister omtrent de genoemde punten geen voldoende reden aanwezig acht, maar ook omdat zij, tot zoodanig overleg overgaande, zou beslissen, dat het wetsontwerp voorshands met aan de orde zal worden gesteld. Zij meent de beslissing omtrent het tijdstip der openbare behandeling aan de Kamei zelve te moeten overlaten. Zij zou het echter op prijs stellen, indien de Minister vóór de openbare beraadslaging schrif telijk aan de Kamer eenige nadere inlichtingen wilde verstrekken omtrent de grondslagen, naar welke en de wijze, waarop bij de toepassing van den bovenbedoelden overgangsmaatregelde vergoedingen aan de gemeenten zullen worden berekend en uitgekeerd. A. Westerouen van Meetoren op zijn verzoek eervol ont slag verleend als burgemeester van Zand voort. Aan het Invalidenhuis op Bronbeek zijn door tus- schenkomst van den minister van koloniën ten geschenke gegeven veertien vuurmonden door onze troepen buit gemaakt op Lombok. Te 's-Gravenhage is een vreemdeling aangehouden, die bij een bankiershuis geld trachtte te verkrijgen op valsche wissels. Uit het verslag, omtrent den toestand van de Ver- eeniging tegen de kwakzalverij den uitgebracht op de algemeene vergadering te Rotterdam, blijkt, dat het aantal leden in 1894 792 bedroeg tegen 887 in 1893. In dat jaar werden verzonden 54300 stuks van het Maandblad, waar van 13000 aan leden en abonnés en 41300 voor koste- looze verspreiding. De rekening sloot met een batig slot van f 853.72. Den 14 des avonds zijn te Groningen voor het eerst 23 winkels van de Vischmarkt, Guldenstraat en btoel- draaiersstraat electrisch verlicht. Den 15 is met 215 van de 217 stemmen door de aandeelhouders der Gooische Stoomtrarn tot directeur benoemd de heer P. J. van Voorst Vader, civiel-ingenieur, vroeger technisch administrateur der Oostertram, in plaats van den heer Joh. Smid, benoemd aan de Kedm-stoomtram. Te Andijk werd de heer Jb. Jonker met 49 van de 59 stemmen tot hoofd-ingeland van Drechterland gekozen. De gemeenteraad van Sijbekarspel heeft besloten, de met de Maatschappij voor Gemeente-crediet te Am sterdam gesloten 4»/4 pets. geldlcening geheel af te lossen, tegen eene vergoeding van lp<?t., waartoe die voorwaarden het recht geven en eene nieuwe leening te sluiten tegen 31/ a 33I, pet. Genoemde Maatschappij had geweiger het restant der leening te verwisselen in eene tegen 3 PBij kon. besluit van den 16 is aan den heer B. T. Anna Paulowna. Den 17 is de door J. Hoogvorst aan den Meoreuweg bewoonde boerderij afgebrand. Beverwijk. De gemeenteraad heeft den 15 be sloten, aan Gedeputeerde Staten te berichten, dat hij ondersteunt het voorstel van burgemeester en wethouders, om de jaarwedde van den burgemeester en den secretaris te brengen op 1000. Baarlem. Bij het gemeentebestuur is een brief van Ged. Staten van Noordholland ingekomen ten ge leide van een door dat college opgemaakt ontwerp tot wijziging van de grens tusschen Haarlem en Heemstede met de" strekking, dat een deel van Heemstede's grond gebied bij dat aan Haarlem zal worden gevoegd. Den 17 is door het provinciaal bestuur van Noord holland bij enkele Inschrijving aanbesteed 1°. het voort zetten van den aanleg van een bestraat paardenpad in den weg van Alkmaar naar Nieuwediep, geraamd op f' 760 laagste inschrijver de heer A. Buis te Schoorldam voor f 785 het leveren en storten van steen voor de Heldersche zeewering, behoorende tot de Rijks-zeewerken. Laagste inschrijver de Bazalt-maatschappij te Rotterdam voor f 5000. Den 18 des nachts te één uur is aan de Keystraat alhier, het op zich zelf, in de veiligheid van de Ambachts school staande hulpburean van politie afgebrand. De brand ontstond door het uiteenspringen der lamp, waarbij de aanwezig zijnde agent, die pogingen aanwendde om den brand te blusschen, zich aan hand en aangezicht verwondde. Aan den gemeente-ontvanger is door een onbekende een bedrag van f 162.80 toegezonden ter zake van te lagen aanslag in de plaatselijke diroete-belasting over 1895. Helder. De gemeenteraad heeft den 15 benoemd tot wethouder den heer L. P. over de Linden. De door burgemeester en wethouders aangeboden gemeentebegroo- ting voor 1896 sluit in ontvangsten en uitgaven op 203,242,46. In die zitting vroeg de heer dr. Prowein aan burgemeester en wethouders inlichtingen over de schorsin" der onderwijzers Janzen en Reitsma op 31 Augustus 1.1. Volgens art. 30 der wet op het lager onderwijs hadden burgemeester en wethouders van die schorsing kennis moeten geven aan den Raad op 3 Sep tember zulks geschiedde niet, wat hem nu aanleiding gaf te beweren, dat de wet ondermijnd en met voeten «streden was, wat hij hoopte dat zich niet zou herhalen. De wethouder Vos antwoordde namens het dagelijksche bestuur, dat geene schorsing had plaats gehad, aangezien op 31 Augustus geen school werd gehoudener werd feest gevierd in de scholen en nu ontvingen genoemde onderwijzers van burgemeester en wethouders het verbod daarbij tegenwoordig te zijn. De heer Frowein ontkende, dat 31 Augustus vacantiedag wasware dat wel het geval geweestdan hadden de hoofden der scholen daarvan eene aanschrijving moeten ontvangen. De heer Vos beweerdedatwaar dit niet was gebeurdhet niet meer was dan een gebrek in den vorm. Daarover het dagelijksch bestuur hard te vallen, achtte hij spijkers op laag water zoeken. De heer Prowein, die zich van het stellen eener motie onthield, zeide dat hij slechts had willen doen uitkomen, dat de «wethouder" hier de wet niet houdt. Don 15 zijd door don gemeen tcrïiaid benoemd tot onciei- wijzeressen en wel aan school n°. 3 (Schoolstraat) mej. P. P. L. Arten te '-Gravenhage, n°. 2 van de voordracht, met 13 st. tegen 6 st. op mej. Nienhuis en aan school n°.~6 (Vischmarkt) mej. A. J. Nienhuis te Delft, voor noemd met 17 stemmen. Aan mej. E. Visser werd met ingang van 15 Oct. a.s. eervol ontslag verleend als onderwijzeres aan de gemeenteschool n°. 3, wegens her benoeming te 's-Gravenhage. Hoorn. Den 16 is door den gemeenteraad be noemd tot onderwijzer aan de tweede burgerschool voor jongens en meisjes G. Engels te Moordrecht, daar de benoemde P. van der Meij de benoeming niet aange nomen heeft. Oosthulzen. Ter vervanging van den heer C. Kaaskooper is de heer K. Kaaskooper, burgemeester alhier, benoemd tot hoofd-ingeland van het Hoogheemraad schap der Uitwaterende Sluizen in Kennemerland en West-Friesland. Zaandam. Voor eenige maanden was eene com missie van 5 leden benoemd om een onderzoek in te stellen naar de tegen den directeur van het Werkhuis alhier ingebrachte openbare beschuldigingen over zijn beleid en geldelijk beheer. In eene in deze week gehouden vergadering is overeenkomstig de door die commissie gedane onderzoekingen, welke den directeur vrijspraken van alle hem te laste gelegde beschuldigingen, eene motie in den geest der commissie met 72 tegen 17 stemmen aangenomen. De hoeren Kluijver Jr., en C. Mats, leden van den Raad, hebben dat college voorgesteld, de jaarwedde van den burgemeester en den secretaris voor ieder te ver- hoogen van f 1700 tot f 2000 en die van de wethouders voor ieder van f 250 tot 500. Een dergelijk voorstel van burg. en weth. werd voor een paar jaar verworpen. Me Mollandsche Eevue. De Erven Loosjes te Haarlemuitgevers van «De Hollandsche Revue", waarvan wij de uitgave reeds heb ben aangekondigd hebben besloten zich, wat den omslag betreft niet tevreden te stellen met gewoon boekdruk- of typografisch werk maar te zorgen, dat het uiterlijk een artistiek aanzien heeft en werkelijk een kunstwerk zal wezen. Zij hebben daarom een prijsvraag uitgeschreven onder onze artisten voor het ontwerp van een titelblad en tot de genoodigden behooren o.a. Der Kinderen, Dijs- selhof Veth Colenbrander Daalhofl Henricus enz. De beoordeeling der ontwerpen zal geschieden door Jozef Israëls J. Toorop en Prans Netscher. Zij die geen uitnoodiging ontvangen hebben en gaarne mede zouden wenschen te dingen, kunnen die alsnog aanvragen bij genoemde uitgevers. Zitting van 18 October 1895. H. W. Br., zoDder vaste woonplaats, art. 1 en 2 wa penwet, f 5 boete of 3 dagen hecht. P. O., Amsterdamdronkenschap2maal gepleegd, 2maal f 1 boete of 2maal 1 dag hecht. W. Br., Uitgeest en W. J. D., Haarlem, art. 33, W. Gr. Az., Egmond aan Zee en KI. Z., Alkmaar, art. 32 prov. regl. op de wegen, ieder f 1 boete of 1 dag hecht. W. Pr. Wz., Egmond aan Zee, W. Vr. Czn., Castricum, strooperij, de le f 2 boete of 1 dag hechtdo f 1 boete of 1 dag hecht. C. Br. en KI. P., zonder vaste woonplaats, O. B., Nieuwe Niedorp, C. B., Noordscharwoude, H. H., Heiloo, dronkenschap, ieder f 0,50 boete of 1 dag hecht. J. G., Heerhugowaard, art. 44 spoorwegwet, f 0,50 boete of 1 dag hecht. M. Zw„ W. W., A. O. K., KI. D. en J. St. Alkmaar, dronkenschap, ieder f 0,50 boete of 1 dag hecht. ijverzuchtig, maar zij voelde zich in haar vrouwelijken trots gekrenkt, als zij zonder haar toedoen telkens weer kleinigheden vernam, die deden vermoeden, dat tusschen haar man en Agnes Ehrike eene groote intimiteit was ontstaan. Reeds dikwijls had zij het besluit genomen, er met Hennern over te spreken en er hem kalm opmerkzaam op te maken, dat deze omgang van den getrouwden man met de getrouwde jonge vrouw voor beide families vreemd kon worden uitgelegd. Maar even dikwgls had zij tot zich zelf gezegd, dat zulk een gesprek geene andere gevolgen kon hebben, dan dat de treurige ver houding in huis nog erger zou worden. Zij wist zeer goed, dat zij op Hennern geen invloed had zij wistdat hij haar met liefhad zij wist zelfs, dat zij hem onaangenaam was omdat zg zich met lee- nen wilde voor het poppespel in gezelschap, dat Hennern in zijn eigen belang van haar vergde Zg wist boven dien dat zij tegenover een handigen tegenstander stond, dien zij niet kon vastzetten. Want zij had mettertijd bij Hennern eene eigenschap ontdektdie zij met een zekeren angst reeds voor hare verloving bij hem meende op te merken hij sprak nooit Met een stalen gezicht beweerde hij feiten die al hare argumenten omver wierpen, hoewel zij er van overtuigd •was, dat die feiten niet bestonden. Met dezelfde kalmte en beslistheid die geen tegenspraak duldde ontkende hij algemeene feiten wanneer hij dat in zijn belang het best vond. Dat hinderde haar het meest in haar omgang met Hennern. Het was hem eene gewoonte geworden, nooit waarheid te zeggenzelfs bij de eenvoudigste dingen. Als hij eene visite gemaakt had vertelde hg zonder dat het hem gevraagd werd, dat hg in de sociëteit geweest was; als kï in de sociëteit was geweest, zei hg,dat hg een vriend had opgezochten in negen van de tien ge vallen wilde het toeval dat Eugenie onwillekeurig de waarheid vernam, die geheel in strijd was met hetgeen Hennern gezegd had. Zoo had zij indertijd in Heringsdorp van Frida ge hoord, dat Hennern tegelijk met de Ehrike's ïn lresh- water geweest was. Op die wijze vernam zij ook dat zij te zamen een uitstapje hadden gemaakt naar Londen. Acnes had voor Frida eene kleinighoid meegebracht, die zij in Londen bad gekocht. Dat had Frida haar eens op een keer zonder de minste bedoeling verteld. Toch had Hennern toen hij op de dépêche van Eugenie zijne reis van Londen bespoedigd had haar al dadelijk bp zijn terugkomst geklaagd dat bij zich zoo verveeld had in Freshwater, waar hij geen enkele bekende had aange troffen En toen Eugenie uit vrees dat hij zijn leugen achtig verhaal nog verder zou uitbreiden en ook om te voorkomen dat hij er bij Victor en Frida nog eens weer meê voor den dag zou komener dadelijk op zeide «Frida heeft van Agnes eene uitnoodiging gekregen om bij haar in Freshwater te komen. Hebt gij de Ehrike s daar niet gezien?" had Hennern dadelijk geantwoord: «Zeker welZij zijn er een paar dagen vóór mijn ver trek gekomen." Eugenie wist, dat het al weer eene onwaarheid was en dat Hennern veeleer den ganschen tijd met de Ehrike's op het eiland Wight had doorge bracht. Maar zij vond het stuitend om haar echtgenoot opnieuw op eene onwaarheid te betrappen. Daarom Eugenie leefde geheel alleen voor haar kind en het kleine wezentje, dat zij ondanks den uitdrukke gken wensch van Hennern zelf verzorgde gaf haar werkelijk van den vroegen morgen tot den laten avond de handen vol werk. Zij hield afgodisch veel van haar kind en zij dacht aan niets anders. Het maakte haar overgelukkig dat de kleine Frida zich aardig ontwikkelde dat zg van dag tot dag bgna van uur tot uur aardiger werd dat uit het nietigeonbehouwen wezentje om zoo te zeggen zichtbaar, ten minste duidelgk waarneembaar voor het scherpe oog van eene moeder, een liefelijk menschje te voorschijn kwam. Eiken dag ontdekte Eugenie iets nieuws iets heel bg- zouders in haar kiDdje. Zóó aardig had nog nooit een kindje gelachen, zoo vroeg wijs was er zeker nog nooit een geweest. En als het "kleine meisje dan met haar vingertjes de vingers van hare moeder stijf vast hield en lag te kraaien van pretdan meende Eugeniedat de kleine haar innig lief had. Die voortdurende teedere zorgen voor haar kind waren voor Eugenie tegenover haar man een gemakkelijk voor wendsel om zich aan alle openbare vermakelijkheden te onttrekken. In den winter van 18851886 was Eugenie in het geheel niet uitgegaan. Midden in den zomer ging zij met de kleine Frida en eene kindermeid naar Herings dorp waar zij het vorige jaar met zooveel genoegen geweest was terwijl Hennern alweer om redenen van «ezondheid zijn herstel in eene andere plaats moest zoe ken dezen keer in Ischl, waar het toeval hem weer te zamen bracht met Agnes Ehrike. Eugenie vond geene kennissen in Heringsdorp. Donnsdorf was met zijne kinderen naar bylt gegaan. Maar Eugenie had aan niemand behoefte, zij verveelde zich geen oogenblik. Door haar kind had haar leven eerst waarde verkregen. Het kind vervulde haar geheele bestaan. Het kind was haar grootste eigenlijk haar eenige vreugdehaar troosthaar alles. Als zij nu en dan in een zwaarmoedig oogenblik, tobde over haar vreugdeloos huwelijk, behoefde zij dat liefelijke wezentje maar even aan te zien,dat juist toen zoo allerbekoor lijkst was en de eerste woordjes begon te stamelen en alle leed was weer vergeten. Zij deed zich zelf dik wijls verwijten over hare groote ondankbaarheid. Zij had haar kind. Wat wilde ze dan nog meer? Hennern vond de kleine Frida ook heel aardig en speelde eiken dag een poosje met haar, maar over het algemeen hield hg niet veel van kleine kinderen, en het kostte hem vrij wat moeite om voor zijn eigen kind eene uitzondering te maken. Bat beviel Eugenie zeer goed. In haar moederljjke zelfzucht, vond zij het heerlijk dat zij eigenlijk alleen zoo innig zoo zielsveel van de kleine hield. Over zaken had haar echtgenoot nooit met haar ge sproken. Daar had zij ook niets geen verstand van. Zg

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1895 | | pagina 6