Nederland. Terwijl de minister aan het woord was, viel de uiterste linkerzijde hem herhaaldelijk in de rede er werden steke lige uitroepen gewisseld. De minister, zijne rede vervolgende, zeide, dat er een einde moest komen aan de legende van de vrouwen en kinderen, die door de gendarmes onder den voet gereden zouden zijn. Hij wees er voorts op, dat de werkstaking aan de buitenlandsche mededinging ten goede kwam De verantwoordelijkheid voor alles kwam op Jaurès neer; de regeering waakte er voor, dat de vrijheid van den arbeid werd geëerbiedigd. De socialist Millerand viel den prefect en de over heid aan. De minister van justitie Trarieux weerlegde de be schuldigingen van den vorigen spreker, en zeide, dat de prefect van Tarn ontkenteen brief bij Jaurès in beslag te hebben genomen. Hierop ontstond een heftig tumult. Jaurès wilde de tribune bestijgen en bedreigde den minister. De voorzitter Brisson zeide, dat naar zijne meening de Kamer geen scheidsrechter kan aanwijzen, en boven dien zou het tal van bezwaren hebben, den voorzitter als scheidsrechter te kiezen. Daarom verzocht hij der Kamer, de motie van Jaurès niet te steunen. (Toejui chingen.) De minister-president Ribot wenschte een scheidsge recht en verzoening maar ook dat de revolutionaire republikeinen zich niet met werkstakingen bemoeien. Hij vroeg verder een bewijs van vertrouwen, want de regeering had haren plicht gedaan en kan hare ambte naren niet ten prooi laten aan lastertaal. Hier viel de uiterste linkerzijde hem heftig in de rede, terwijl het centrum hem toejuichtehet was een onbe schrijfelijk tumult. Met 277 tegen 214 st. werd de voorrang verleend aan eene motie van den republikein Drake, waarin de ver klaring der regeering werd goedgekeurd. De motie werd daarop gesplitst. Het eerste gedeelte, luidende dat de openbare machten geen andere opdracht hebben dan de orde en de vrijheid van arbeid te verze keren, werd met 384 tegen 49 stemmen aangenomen het tweede gedeelte, de goedkeuring inhoudende van de verklaring der regeering, werd aangenomen met 273 tegen 202 stemmen en de geheele motie vervolgens met 280 tegen 183 stemmen. De radicaal Guyot-Dessaigne stelde een motie voor, waarin het verlangen werd uitgesproken, dat de regeeriug eene nieuwe poging tot verzoening zou doen. Minister Leygues beloofde zulks stelligBourgeois was daarmede niet tevreden en wenschte, dat de Kamer zich zou uitspreken. De minister-president zeide toen, dat hij de motie van Guyot-DessaigDe niet kon aanvaardendeze werd daarop verworpen met 270 tegen 234 stemmen. Na afloop der vergadering deelde Richard aan den voorzitter mede, dat hij zijn ontslag nam als secretaris der Kamer, daar hij het secretariaat onvereenigbaar achtte met de vrijheid van den volksvertegenwoordiger. OOSTEHVUIJK-HOlVGiARIJE. De Keizer beeft vijf liberalen benoemd tot erfelijke leden van de hon- gaarsche Magnatentafelzoodat de regeering daar nu ook op eene meerderheid van 12 stemmen rekenen kan. In het hongaarsche Huis van afgevaardigden zeide de minister-predident Banffy in antwoord op de interpel- latiën over de te Agram voorgevallen schandalen dat deze onvergeeflijk waren. De regeering nam de volle verantwoordelijkheid op zich voor de verklaring van den souverein. Met 174 tegen 110 stemmen werd akte ge nomen van dit antwoord. Melder. Den 24 's nachts te half vier is de bliksem geslagen in het politie-bureau aan de Nieuwebrugde agenten kwamen met den schrik vrij en er ontstond geen brand. De telefoon was defect geraakt. In plaats van den heer J. Schaap is tot hoofd der christelijke school te Zaandijk benoemd de heer D. Koelewijn, thans onderwijzer aan het chr. instituut-Schutte te Amsterdam. geholpen heeft. Ik verwacht, dat gij hem en zijne vrouw goed zult behandelen. Ik verwacht verder Emil bleef na vóór haar staan en hield weer even op met sprekenterwijl hij bij zich zelf overlegde hoe hij het volgende op de beste wijze zou zeggen »dat gij ook tegenover andere personen uwe bijzondere genegen heid of uw afkeer minder zult toonen als gij door mij weetdat die personen mij nuttig of verderfelijk kunnen zijn in één woord ik verwachtdat gij u geheel aan mijn verzoek zult houden Eugenie zag hem met klimmende verbazing aan. «Nu is de heer von Berwitz weer teruggekomen. Ik weetdat gij volstrekt niets met hem op hebt. Gij hebt hem bij de bruiloft van Frida met bijna beleedigende koelheid behandeld. Welnu, de heer von Berwitz is een persoon van gewicht. Hij komt uit Petersburg. Op de beurs was reeds sedert eenigen tijd het bericht verbreid, dat de heer von Berwitz weer teruggeroepen zou wor den naar Berlijn omdat men het grootste vertrouwen stelt in zijne schranderheid en diplomatieke geschiktheid, en omdat de rijkskanselier veel met hem op heeft. Voor mij is het nu juist van het grootste belang om op een goeden voet te zijn met een van de leidende personen en wel in het bijzonder met den heer von Berwitz die juist belast is met de aangelegenhedendie mij het meest interesseeren. Ik verzoek u dus bijzonder vrien delijk te zijn tegen den heer von Berwitz. Gij kunt zeer innemend zijn als gij wilt. Gij weet zeer goed, dat het u niet veel moeite kost de sympathie van den jongen man te winnen, en het zou mrj aangenaam, hoogst aan genaam zijn als de heer von Berwitz bij ons in huis kwam en zoo mogelijk een vriend des huizes werd.... Gij behoeft niet bang te wezen voor scènes. Ik ben niet jaloersch Eugenie had bewegingloos geluisterd naar de lange rede van Emil. Ook nu zeide zij nog geen enkel woord. Zij had zooveel te antwoorden, dat zij niet wist, waar mede zij moest beginnen. »Welnu?" vroeg Emil, die ongeduldig werd, «hebt gij mij niets te zeggen Men vraag om recht. Van den heer F. W. Drijverpredikant te Grost- huizen ontvangen wij het volgende ter plaatsing Vóór eenige dagen werd, ook in dit blad, opgenomen een oproep om geldelijken steun voor onze oud-strijders opdat dezen niet met zooveel zorg zouden behoeven op te zien tegen de winterdagen, niet zouden behoeven op te zien tegen de laatste winterdagen des levens. Betrekkelijk weinig kwam er inverantwoording van het ontvangene hoop ik binnenkort te doen misschien vloeien er nog vele bijdragen toewaartoe dus alsnog de gelegenheid blijft opengesteld. Maar ook reeds eerder zie Nieuws van den Dag van 13 Aug. j.l. vroeg ik den steun van invloedrijke mannen in den landeom op touw te zetten een adres beweging. Voor de aanbieding van zulk een adres is het nu juist nog tijd. Nu weet ik maar al te goed dat van mij persoonlijk niet de minste invloed uitgaan zal op de regeering, maar gedachtig aan het vals iemand 't hart tot spreken dringthij spreke", waag ik hetan deren mijn plan voor te leggen om hun steun voor dat plan te vragen. Het geldt hier niet een gunstdie wij der regeering afbedelen maar veeleer eenrechtwaar wij om vragen een verzuimd maar toch te elfder ure zoo niet geheel, dan althans ten deelenog te herstellen recht. En tot wie zullen wij ons eerder en beter wenden dan tot H.M. de Regentesvan wie wij weten dat de belangen van Haar volk ook van het minder bevoorrechte der natie Haar ter harte gaan als rakende ook de belangen van Haar doorluchte Dochteronze geliefde Koningin Aan dit adres stel ik mij voorden volgenden inhoud te geven Aan Hare Majesteit de Koningin Regentes der Nederlanden. Mevrouw Onder de nog levende Oud-Strijders dragers van het Metalen Kruis en de Citadel-Medalje zijn er velen die verkeeren in kommervolle omstandigheden. Op een leeftijd vaD tachtig jaren en daarboven kannen zij niets verdienen en zouden zij schier van gebrek moeten omkomen indien niet van de vereeniging «Trouw aan Koning en Vaderland", van de diaconie of andere lief dadige instelling hun althans zóóveel gewerddat zij bewaard blijven voor hongerdood. Intusschen valt het aannemen van giften en aalmoezen zwaar voor oud-sol daten zoolang in hun hart het laatst gevoel van eer nog niet is uitgedoofd. Het is daaromdat ondergeteebenden met den meesten eerbied zich tot U wenden met het verzoekdat het door Uwer Majesteits steun daarheen geleid wordedat iu plaats van de gedurende de laatste jaren aan de veree niging «Trouw aan Koning en Vaderland" door het ministerie van oorlog toegekende subsidie van 20,000 aan de bedoelde oud-strijders die zulks noodig hebben en voor zoover zij dit verlangen toegekend worde een pensioen. Wel is waar zal dit in de eerste jaren een grooter offer van de schatkist vragen maar tegelijk zal dit offer jaarlijks kleiner worden naarmate het getal grijsaards afneemtterwijl na luttel tal jaren deze post geheel van de begrootiug zal wegvallen. Maar dan heeft toch de Staat tegenover deze oud-sol- daten zij het ter elfder ure een eereschuld afgedaan tot welker afdoening wij inroepen Uwer Majesteits goed- willigen steun. Met den meesten eerbied van Uwe Majesteit de onderdanige Dienaren en trouwe Onderdanen. volgen de handteekeningen.) BTog een walvisch. Schoorl. Onze correspondent schrijft ons De walvisch te Callantsoog heeft reeds zooveel pennen in beweging gebracht en van zooveel kadavers dezer dieren, die voor en na op onze kusten aanspoelden, werd melding gemaakt, dat ik lust gevoel, het volgende mede te deelenwat ik vermeld vond in het «Eerste deel der Geschiedenissen der Vereenigde Nederlanden, in het fransch sshiws ïtüssaaE «Zeker welhernam Eugenie kalm. «Ik heb u heel veel te zeggen maar ik moet er eerst nog eens goed over nadenken." «Denk er dan maar over na 1" zeide Hennern en maakte hiermee een einde aan het gesprek. Hij ging daarop naar de deur toe maar bij den drempel bleef bij nog even staan keerde zich om en zeide «Wij gaan vast en zeker naar deEllers; daar blijf ik bij. Zorg nu maar, dat gij geen migraine hebt." Hij verliet het salon en sloot de deur achter zich. Het gelaat van Eugenie nam toen zij alleen in het salon was achtergebleveneene uitdrukking aan van onuit- sprekelijken afkeer. Wat zij sedert lang vermoed had, dat had zij nu in duidelijke woorden uit den mond van haar man vernomen. Hare schoonheid wilde hij gebruiken om op welke wijze dan ook tot zijn doel te geraken Zij had geen oogenblik getwijfeld aan de beteekenis van Hennern's woorden toen hij zeidedat zij den heer von Berwitz tot haar huisvriend moest zien te maken. Hij was niet ijverzuchtigZij moest met hem koket- teeren om door hem vertrouwelijke berichten in te winnen die in het belang konden zijn van de bandels- zaken van haar echtgenoot. Dat beschouwde Hennern als de plicht van de vrouw Iu deze beteekenis moest zij zijne hnlpe zijn. De wensch van haar echtgenoot vervulde haar met walging en afschuw. Zij moest eens diep adem halen en zij streek met haar hand over haar voorhoofdalsof ze het vreeselijkedat haar aangedaan was wilde weg vegen Daar hoorde zij in hare nabijheid het kraaien en juichen van haar kleine, overmoedige meisje. En nu lachte zij weer, zij deed de deur open, bukte zich bij den drempel breidde hare armen uit, en de kleine Frida, die al lang met ongeduld naar haar mama had verlangd, vloog naar haar toe. Zij drukte het kind aan haar hart en had alles vergeten. Wordt vervolgd. beschreven door den heer Jean le Clerc en in 't neder- duitsch vertaalt", (uitgegeven T' Amsterdam, bij Zaeha- rias Chatelain, Boekverkooper op den Dam. 1730.) »'t Verdient ook, om deszelfs zeldzaamheid, hoewel niet eigentlijk tot het wezen dezer Geschiedenissen behoorende, hier ook aangeteekent te worden, dat in Februarius van dit jaar (1598) in Holland op 't strandtussen Katwijk en Scheveningen, omtrent een gehugt Berkheij genoemt, een groote Visch of Walvisch is aangekomen van die soort welke men Pots-Walvisch noemt. Deze visch zich aan den grond vindende, toen het water was afgeloopen, maakte zeer groot getier en misbaar. De Visschers sloe gen kabels om hem benenen bragten hem zoo allengs- kens nader op het land, alwaar hij na verloop van eenige dagen stierfen inwendig opbarstede door zijn groot gewigt op 't harde zandzulks het bloed en smout hem tappelings uit den bek liep. Hij was lang 52 roeivoeten (70 voet), zijne oogen stonden 15 voeten van zijnen muil. Vier voeten agter de oogen had hij eene vlimmede muil had onder eenen bek uitstekende zeven voeten lang, maar geheel smaldaarin stonden 42 tanden wit als ijvoor, elk uitstekende gelijk een groot henne eijen de lange bek sloot in 't gehemelte boven in zoo vele punten, die hard waren. Zijne staart was hoog of breet dertien voeten maar zijne dikte, mits hij in het zand lag, koude men niet weten. Den 25 is te Schardam de boerenplaats van J. Slot afgebrand. De personentrein 202, die te 10 u. 55 m. te Leeu warden aankomt, heeft den 24 even vóór Veenwoude een knaap van omstreeks 15 jaar overreden en terstond gedood. Beroepen naar de geref. kerk te OostsKaan J. C. Raamsdonk te Veere Birkshorn. Tegen 1 Jan. is a.s. door den heer J. Fraij, ontslag aangevraagd als secretaris-penningmeester der banne Haringkarspel en als zoodanig benoemd de heer J. Dam, ambtenaar ter secretarie alhier Den 22 is te Moogkarspel tot hoofd-ingeland van i (rechterland, in plaats van den heer J. Schuurman, die wegens gezondheidsredenen bedankt had, gekozen de heer P. van Kampen. - Het in 1875, naar men zegt voor ongeveer f 30000 gebouwde heerenhuis te Akbekerk, bewoond geweest door wijlen den geneesheer Dr. T. Spaander, is gekocht door het kamerlid, den heer J. Zijp Kz., voor f 2410. Den 25 des nachts is te Utrecht in den ouderdom van 60 jaren plotseling overleden mr. dr. H. E. Moltzer, sedert 1882 hoogleeraar in de nederl. taal en letterkunde en het middel-nederlandsch, dit jaar tevens rector-mag- nificus. Den 24 des avonds is bij een zwaar onweder boven Texel de bliksem geslagen in de boerenhofstede van Hartog, welke geheel afgebrand is. Den 24 des nachts is op de kust van Terschelling gestrand het dnitsche stoomschip Thasos, van Hamburg naar de Zwarte Zee na vergeefsche pogingen van twee sleepbooten om het af te brengen, is het vaartuig ge zonken. De opvarenden werden door visschers gered, op drie man na, die vermist werden. Haarlem. De arr. rechtbank alhier heeft den 24 H. J. A. Oreemers, den löjarigen kantoorbediende, die voor 14 dagen terecht stond wegens het ontvreemden van geld aan zijne patroons, overeenkomstig den eisch van het openbaar Ministerie, tot eene gevangenisstraf van twee jaren wegens diefstal, driemaal gepleegd, veroordeeld. Den 24 zijn voor de vrije- en orde-oefeningen der gym nastiek geslaagd de dames D. J. van Amerongen van Wijk bij Duurstede, A. E Arnken en A. O. G. Bakker alhier; den 25 de dames M. de Boer, E. P. M. Bon en R. L. Bonman, allen alhier, en E. Broekman, van Zaandijk. Amsterdam. Den 25 zrjn twee van de zes voor onderwijzer geëxamineerden geslaagd nl. J. Blokker te Berkhout en P. J. J. Haanen te Hoorn; den 28 zijn geëxamineerd 6 mannelijke candidaten geslaagd 2, nl. J. G. van Ravenzwaaij en J.W.Klein, beiden alhier. Den 31 is alhier de inschrijving opengesteld op f 510.000 van de met een kapitaal van f 1 100.000 op gerichte Tilburgsche waterleidingmaatschappij tegen den koers van 100 pet.., in aandeelen van 1000; de overige f 570.000 zijn reeds vast genomen. Haarlem. Den 26 des nachts is de 20jarige stoker bij de Hollandsche Spoorwegmaatschappij J. Beu geling alhier bij het rangeeren van goederenwagens van de machine gevallen en overreden. Spoedig daarna is hij overleden. Den 28 zijn geslaagd voor de vrije- en orde-oefeningen der gymnastiek de dames F. C. Geijl en J van Eek al hier M. Brandenburg van der Gronden en H. M. Trecture te Amsterdam In de afgeloopen week zijn te Yelp weder vier nieuwe gevallen van dysenterie aangegeven in dien tijd herstel den vier personen sterfgevallen kwamen niet voor. Tot adjudant-commies ter provinciale griffie is benoemd de heer J. Udink, chef ter gemeente-secretarie te Sloten. Aangenomen het beroep naar de ned. herv. gemeente alhier door den heer J. J. A. Jonker te Kralingen. Helder. Beroepen bij de doopsgezinde gemeente de heer C. Bonnes Hylkema, candidaat te Akkrum. Zaandam. De gemeenteraad heeft den 24 den prijs van het gas voor 1896 vastgesteld op 8 centen voor licht- en 5 centen voor kookgas; de gemeente-begrooting voor 1896 in ontvangsten en uitgaven vastgesteld op J 251,952,öö1^ met inbegrip van een hootdelijken om slag van f 71000, even hoog als voor 1895; met 15 stemmen tegen 1 aangenomen het voorstelom de jaar wedde van den burgemeester met f 300 en met alge- meene stemmen dat om de jaarwedde van den secretaris met f 300 te verhoogen, Het voorstel om de jaarwedde der wethouders te verhoogen van 300 tot 500 werd verworpen met 8 tegen 6.stemmen. Monnikendam. De gomeente-begrootiug voor 1896 is vastgesteld in ontvangsten op 39429,15in uitgaven op 39428,98, alzoo met een batig slot van 0,17 zullende in dat jaar geheven worden 85 opcenten op de hoofdsom der personeele belasting. Den 23 is te Sijbekarspel een boerenhuis met erf, wei- en bouwland, samen groot 20.01.25 bunders, verkocht aan F. Kor ver voor f 19665 en eone boeren plaats te Bennlngbroek groot 12.47.10 bunders aan L. Winkel te Hoorn voor f 6150. Hgrnond aan Zee. Beroepen tot predikant bij de ned. herv. gemeente de heer R. 0. L. Blaauw, candidaat te Eist.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1895 | | pagina 2