Zeven en ÏMegentigste Jaargang.
ZONDAG
3 NOVEMBER.
De Crisis in Frankrijk.
Feuilleton.
OS VROUW.
Berlijnsche Roman,
XO, 131. Tweede blad.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
maanden voor Alkmaar f ©,8©; f-aneo door Pet
geheele rijk 1,
De 3 nummers O,©6. Afzonderlijke nummois 3 et*.
Prijs der gewone A d verten tl ën:
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgavers HERMs. COS-
TER ZOON.
telefoonnummer3
Hoewel het aftreden van ministeries in Frankrijk, nog
minder dan in andere landen, ongewoon is, toch schijnt
het met onbelangrijk, de aanleiding jnist tot deze minis-
trieele crisis eenigszins nader uit een te zetten.
Deze aanleiding ligt in de zaak-Magnier. Edmond
Magnier stond sedert 1872 aan het hoofd van het toen
veelgelezen dagblad »1' Événement."
Veel geld werd verdiend, de hoofdredacteur leefde op
grooten voet.
De bnnr van zijn woning te Parijs bedroeg twintig
dnizend francs per jaar, en bovendien bezat hij nog een
bnitenverbljjf, dat meer dan een millioen francs kostte.
Sedert 1882 ging de courant hoe langer hoe meer
achteruit.
Salarissen werden niet uitgekeerd, schulden bleven
onbetaald. Het moet toen een gulden tijd voor de Pa-
rijsche deurwaarders geweest zijn. Een duizendtal
exploiten werden aan het redactiebureau beteekend
Magnier verklaart zelf, dat hij zeshonderdduizend francs
aan proceskosten heeft uitgegeven.
De geschiedenis die geëindigd is dezer dagen met de
veroordeeling van Magnier tot een jaar gevangenisstraf,
bomt hierop neer
In het Zuiden van Frankrijk had baron de Reinaeh
de beruchte chef van het bankiershuis Kohn-Reinach land
gekocht.
Met welk doe!
De Reinaeh had dit planHij-de veel vermogende
bankier, zou door zijn invloed weten te bewerken dat
jnist door zijn possessie een spoorweg word aangelegd.
Het eenige middel om deze uitgestrekte bezittingen
eenige waarde te doen verkrijgen was een spoorwegiijn;
hij begreep zeer goed, dat deze spoorweg niet de rente
van het daaraan te besteden kapitaal kon opbrengen.
Weldra was een maatschappij opgericht, de Compagnie
des Chemin de fer du Sud.
Men stond evenwel voor de moeieljkheid om te be
werken, dat het Departement du Var de rente van het
te leeneu kapitaal garandeerde. Om de concessie van
den spoorweg en de garantie van de rente te verkrijgen
wendde men zich tot Magnier.
Hij was de man die 't zaakje wel zou opknappen
mits tegen betaling.
De gewillige kiezers van het departement du Var, na
voldoende voorlichting van kiesvereenigingen, kozen hem
tot allerlei hooge betrekkingen. Magnier werd, hetgeen
28)
naar het Hoogduitseh
VAN
PAUJL JLIADAU.
Terwijl het eerste tableau vertoond werd, dat natuurlijk
zeer veel bijval vond, de algemeen bekende Mikado"
melodieën., die door vele gasten werden meegezongen,
gaven afwisseling aan het tableau, dat wel twaalf malen
achtereen herhaald moest wonden, waren Eugenie' en
Hennern binnengekomen Eugenie in eene zeer eenvou
dige, maar kostbare, halfuitges-neden witte japon, zander
sieraden, het golvende kastanjebruine haar als gewoonlijk
eenvoudig in hetó midden gescheiden en naar achteren ge
kamd en dan in een wrong gelegd, waaruit eenige brui-Be
nekharen op den eneeuwwittpn hals afhingen. Zij was zoo
zacht mogelijk met Hennern binnengekomen en dadelijk
op een der dichtst bijstaande stoelen gaan zitten. Maar
hare hoerlijke verschijning was toeh opgevallen en de
kunstenaars waren als betooverd door de volmaakt klas
sieke schoonheid van deze jonge vrouw. Toen het scherm
eindelijk voor goed de drie kleine Japansche school
meisjes aan ieders oog onttrok, werd Eugenie dadelijk
door hare kennissen omringd. Victor zeide haar vrien
delijk goeden dag en voegde er half luid bij: Ik neem
mijne woorden terug 1 Uwe schoonheid kan niet geschaad
worden door onze afschuwelijke modesen wendde
zich, toen hij aldus meende voldaan te hebben aan zijn
plicht als beleefd gastbeer, daarna tot andere gasten, die
nu na afloop van de comedies in grooten getale toe
stroomden. Deze .laatkomers' waren bijna allen in ge
zelschapstoilet en de heeren droegen meest allen op
uitdrukkelijken wenscb van den gastheer een jas eenigen
men ten onzent zou noemen lid van de provinciale
state® en lid van de eerste kamer.
In die qualiteiten gelukte het hem om garantie tegen
4 Vu °/o te doen aannemen voor den spoorweg van Hyères
naar St. Raphaël, twee plaatsen van zoo weinig beteekenis
dat sedert de belastingschuldigen van het departement
22 opcenteu meer moeten betalen aan belasting, enkel
en alleen tengevolge van verplichtingen door het departe
ment in deze aanvaard.
In Augustus 1886 werd de voorloopige concessie ver
leend en op dien dag begint de Reinaeh in termijnen de
belooning aan Magnier, ten bedrage van frs. 87500, te
voldoen. De zuiderspoorwegmaatschappij beloonde den
verdienstelijken Magnier bovendien noch met 12500 francs
Oppervlakkig zou men denken, dat de schelmen onder
ling elkander tenminste vertrouwden en over en weer
woord hielden. Doch neen.
Als 't op betalen aankwam was de baron de Reinaeh
slecht te spreken. Hij moest telkens worden aangemaand.
En juist tengevolge daar.van, zijn talrijke brieven en
telegrammen bewaard gebleven die de omkooperj later
bevestigden.
Nauwelijks had Magnier ae&t duizend francs ontvangen
of zijne schuldeischers maakten 't hem zoo lastig, dat hij
weer op nieuw geld eischt.
De correspondentie wordt gevoerd meestal in telegram
stijl b.v. Brief ontvangen. Dank. Ik verzoek om ter
handstelling 15000.
Sommige dagen wisselden deze financiers, om begrijpe
lijke redenen 12 telegrammen met elkander.
Het belangrijkste stuk uit het geheele proces is onge
twijfeld wel de briefdie tusschen de stukken van de
Panamazaak gevonden werd.
De zaakgelastigde van de Reinaeh zekere heer Pélix
Martin, schrijft aan zijn vriend:
Heden had ik een langdurig onderhoud met Magnier,
Ten slotte ben ik er in geslaagd om van hem gedaan te
krijgen dat hij de volgende verklaring gaf
1°. geen schriftelijk contract wordt, opgemaakt;
2°. gij belooft hem 100000 francs zoodra met den aan
leg begonnen is
3°. Hij vindt goed, dat deze som in twee termijnen
betaald wordt, mits hij onmiddellijk 15000 francs ontvangt.
Magnier stond 19 en 20 October j.l. terecht wegens
omkooperij. Zijn stem en invloed als lid van den Senaat
en als conseiller van het departement du Var heeft hij
laten betalen.
Zijn verdediging was dat de 100000 francs besteed
zelfs moesten excuses maken voor den rok, die in strijd
was met het gebod.
Er heerschte de echte, vroolijke Oudejaarsavondstem-
ming. Het ging er levendig en luidruchtig toe. Drie
onbezorgde jonge kunstenaars waren op de stellage ge
klommen en hadden met accompagnement van de lier
de laatste Moridaad" vroolijke toespelingen op de meest
bekende gebeurtenissen van het verloopen jaar, voorge
dragen. De afgrijselijke daden werden op een groot bord
in stout gedachte, ruw geteekende schilderingen aan
schouwelijk voorgesteld, terwijl de lierevrouw, met een
rieten stok de afzonderlijke tooneelen aanwees. Bj elk
couplet werd vreeselijk gelachen en gewoonlijk ook
stormachtig in de handen geklapt.
Terwijl de drie jonge mannen als bezetenen schreeuw
den, was Lierwitz de -feestelijke zaal binnengekomen en
bescheiden in een hoek .gaan zitten, om van daar uit het
gezelschap te monsteren. De eerste, die hij zag, boeide
hem evenwel zoozeer, dat hij niet verder keek. Was
Eugenie in de dertig maanden, dat hij baar niet gezien
had, zooveel mooier geworden, of had hij de herinnering
aan deze volmaakte schoonheid niet zuiver bewaard
Hij geraakte geheel in de war en kon geen oog van
haar afhouden.
Eugenie zat vrij ver van hem af, maar onbewust
scheen zij toch den blik te vielen die onafgewend op
haar rustte. Zij ondervond, terwijl zij met de anderen
hartelijk lachte over den onzin, die daar in de verte
met de onzinnigste overdrijving werd voorgedragen, iets
dat haar stoorde, dat haar onrustig maakte, en dat haar
dwong, om naar den minst verlichten hoek te kijken,
i-oeu zij daar den raad van legatie von Berwitz zag
zitten, voelde zjj zich verlicht en glimlachte. Nn zag zij
er nog bekoorlijker uit.
Berwitz maakte eene buiging, en zij bedankte met
eene vriendelijke beweging van het hoofd zoo vrij en
innemend, als Coenraad dat nog nooit van haar gezien
had. In de uitdrukking van haar gezicht was iets rus
tigs, iets kalms, dat Berwitz ten h ogste verbaasde.
»Zj schijnt gelukkig te zijn in haar huwelijk," zeide
hij bij zich zelf.
werden om de Zuiderspoor in het dagblad l'Evènement
te steunen. 11000 regels zouden tot aanbeveling der
schoone onderneming zijn volgeschreven; 75 hoofdartikelen
en de rest onder de rubriek onpartijdig finantieël nieuws.
Doch zal de lezer vragen: «Hoe komt een persoon als
Magnier aan zooveel invloed, dat hij allerlei colleges naar
zijn hand weet te zetten
Het antwoord daarop is, dat een maatschappij als de
Fransche Zuiderspoorweg veel raadslieden noodig heeft.
Een lid van den Senaat werd gekozen tot adviseur der
Maatschappij. Tractement 8000 francs; een andere afge
vaardigde ontving ook een dergelijke betrekking. Nog
een ander werd de rechtsgeleerde raadsman en verdiende
74000 francsdat is gelijk geestig werd opgemerkt,
400 francs per kilometer. Evenwel was nog meer steun
noodig tot het gelukken van de zaak.
Het spreekt van zelfdat de 4J/2 °/0 rentegevende
aandeelen gemakkelijk te plaatsen zonden zijn. In de
hooge finaneieële wreld, geschiedt een dergelijke plaatsing
door middel van een vereeniging van bankiers, een dus
genaamd syndicaat.
Op zich zelf is daar niets tegen. Tot deelhebbers in
dat syndicaatachtte men het om begrijpelijke redenen
echter noodig, een groot aantal kamerleden te nemen.
De operatie gelukte uitstekend. 32 Kamerleden lieten
zich overhalen. Op de plaatsing der leening, groot 109
millioen francs, werd 3 millioen zuiver verdiend. Magnier
heeft hoogst waarschijnlijk al deze stemmen verworven
door belofte van participatie in de winst van het syndicaat.
Hij heefttoen hij terecht stond niet bekend willen
maken de namen dezer participanten.
Gedurende het onderzoek vóór de terechtzitting had
men de namen evenwel gevonden. De expert-boekhouder
Flory had men opgedragen de boekeu van het bankiers
huis Kohn-Reinach na te gaan en deze slaagde er in te
weten te komen, welke leden van 't parlement geprofi
teerd hadden.
De Regeering, of liever het ministerie-Ribot, weigerde
uit vrees voor nieuwe schandalen de lijst bekend te
maken.
De procureur-generaal Chenestdie de zaak Magnier
geleid had werd verplaatst.
De Kamer deed om deze redenen het ministerie vallen
en de president der Republiek nam onmiddellijk het ont
slag aan.
Dat- de kamerleden-participantenin de onzekerheid
verkeerende of Magnier zon klappen of niet, beangst
waren spreekt van zelf.
Had hij maar eenig vermoeden gehad omtrent de on-
eenigheden, die haar verschijnen in dit viooljke gezel
schap waren voorafgegaanhad hij knnuen weten, hoe
zij in de laatste dagen, zelfs nog op den korten rit van
de Magarethastraat naar de Gorneliusatraat, dingen had
moeten hoortn, die haar krenkten en haar onaangenaam
waren
Onder laid gejuich had het vroolijke drietal de voor
dracht ten einde gebracht en was van de stellage afge
klommen. Een signaal, dat door Victor op de waldhoorn
werd geblazen, verkondigde de gasten, dat men nog ving
een geïmproviseerd tableau vivant zou vertoonen, en
dat men daarna aan tafel zou gaan. De toeschouwers
keerden zich om en keken nu weer allen naar het too-
neel. Eugenie was ook opgestaan en bleef een oogenblik
besluiteloos op haar plaats.
Daar kwam, zooals zj verwacht had, Berwitz naar
haar toe.
Zij wisselden eenige vriendelijke woorden om elkander
te begroeten en Engeuie zou hare vreugde over het
weerzien misschien nog levendiger getoond hebben, als
zij niet op hetzelfde oogenblik gezien bad, dat Hennern
naar hen keek. De gedachte, dat Hennern zou kunnen
veronderstellen, dat zij vriendelijk was tegen Berwitz,
omdat hij het haar verzocht had, en omdat het in het
belang was van zijne handelszaken, bedierf voor haar
de vreugde van dit oogenblik, en zij zeide met eene
openhartigheid, waarover Berwitz ten hoogste ver
baasd was
Wij staan hier midden in de zaal. De meeste men-
schen zitten. Ik heb een gevoel, alsof men naar ons
kjkt, en dat hindert rnj. Als n er niet tegen hebt, kun
nen wj later wel eens meer op ons gemak met elkander
praten."
Coenraad knikte toestemmend en ging een weinig
aebternit. Met de woorden: «Excuseer my, mevrouw, ik
heb mijn compliment nog niet gemaakt bij den gastheer
en de gastvrouw!" wilde lij heengaan. Maar hj bleef
toch nog een oogenblik staan en vroeg
Hebt u al een cavalier voor bet souper
»Neen."