Xo. 3y.'/ Acht en Itfegentigste Jaargang. 1896. ZONDAG 15 MAAR T. Het Ontwerp-Program LIBERALE UNIE. Buitenland. ALKMAABSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per maanden voor Alkmaar f O,SO; f\»nco door het geheele rijk 1, De 3 nummers ƒ0,06. Afzonderlijke nummws 3 ets. Prijs der gewone Advcrtentlën: Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Telefoonnui aer: 3 der VI. Ruim honderd jaar is het geleden, dat de beroemde wjjsgeer Kant eene verhandeling in 't licht gaf, getiteld »zum ewigen Frieden". Merkwaardig geschrift, de be kroning van een grootseh wijsgeerig stelsel en tevens een afspiegeling van de denkwijze in de 18e eenw door de geletterde wereld gehuldigd. Het is er ver van af, wanneer men bedenkt hoe geheel Europa tal van legers onderhoudt, dat de profetie van den Duitschen geleerde verwezenlijkt is. Kant dacht, dat, indien de staten de constitutioneele regeeringsvorm aan namen, oorlogen niet meer gevoerd zouden worden. Hij vond het dan ook gewenecht de staande legers reeds bij voorbaat af te schaffen. Oorspronkelijk was het denkbeeld van een eeuwigen we reldvrede evenwel niet. Reeds in het begin van de 18e eeuw schreef een Fransch geestelijke, de Abbé de St. Pierre, een werk van drie dikke deelen over hetzelfde onderwerp. Hij stelde voor, dat de Europeesche mogendheden zich tot een bond zouden vereenigen, om de onschendbaarheid der bestaande grenzen te waarborgen. De Abt had weinig succes van zijn werk. Leibniz, wiens philosophie aanhang vond, noemde .eeuwige vrede" slechts goed als opschrift voor een begraafplaats, omdat alleen afgestorvenen niet met elkaar vechten kunnen. Het geniale denkbeeld van den abt werd eerst in onzen tijd naar waarde geschat. Zeer zeker hebben wij het aan zulke mannen te danken, dat werkelijk tal van internatio nale geschillen zonder bloedvergieten beslecht, dat on miskenbaar de neiging bestaat om aan een scheidsrechter -de beslissing op te dragen, dat slechts als laatste middel de wapens worden gebruikt en oorlog ons atkeer inboe zemt. Het is reeds zeer veel. Maar het is lang niet voldoende om met gerustheid de toekomst te gemoet te gaan. Had de sociaal-democratie, die in alle staten vertakt is, beter haar internationaal karakter weten te bewaren, en van haren invloed gebruik gemaakt om ontwapening te eisehen, misschien zou er dan minder gevaar bestaan dan thans. Doch van den invloed der sociaal-demoera- tisehe leiders in de groote staten als Duitschland en Frankrijk, waar zij zitting namen in het parlement is, blijkens hunne verklaringen, ten gunste van den Euro- peeschen vrede weinig te verwachten. Van vredebonden en vredescongressen, kan slechts met den loop der jaren een gunstige omkeer in dit opzicht verwacht worden. Even illusoir zoude hert zijn, te steunen op het rechts bewustzijn onzer naburen, indien door een hunner ge tracht werd ons land in bezit te nemen. Jameson's verraderlijke inval in Transvaal en de ver dediging daarvan door de Engelsche pers, maken verder bewijs overbodig. Niet minder ijdel schijnt de hoop, dat de diplomatie ■ons zal redden, door bijvoorbeeld den naijver op te wek ken der naburige staten. De verbrokkeling van Denenaar- ken in 1864 en de annexatie van Hannover een paar jaar later, zijn genoeg bewijzen, hoe weinig vorstelijke familie-relatiën of internationale verhoudingen vermogen. Het bovenstaande levert dnnkt ons, geen enkel nieuw gezichtspunt op. Doch is dit zoo, «temt men daarmede in, geeft men toe, dat het tijdperk van eeuwigen vrede, waaraan de wijsgeeren denken, nog niet is aangebroken, geeft men toe, dat het onverstandig zon zijn, op andere vredelievende invloeden te vertrouwen, dan volgt hieruit, dat men teu onzent zich moet voorbereiden, zichzelf te helpen. Geen anderen steun heeft een volk te wachten, dan die het zichzelf verschaffen kan. Het eenige, waar men redelijker wijze op rekenen mag, dat is de sterkte en vooral de practische bruikbaarheid van het leger. Het is wegens deze opvatting, dat de stellingen van het ontwerp-program der liberale unie, niet zonder bedenking schijnen. Het ontwerp-program luidt aldus»Teu einde ons defensiewezen te verbeteren en in overeenstemming te brengen met de eisehen der rechtvaardigheidmoet mot klem worden aangedrongen op spoedige invoering van het stelsel der persoonlijke vervulling van den dienstplicht Persoonlijke dienstplicht is zeer zeker goed, ook omdat dit stelsel billijker is. Doch in de billijkheiddie op zichzelf onbetwistbaar isligt niet het zwaartepunt. De zaak isdat zonder het gebruik maken van alle be schikbare krachten geen behoorlijk veldleger kan worden bijeengebracht. Een prachtige reeks forten zal niet baten zonder de noodige troepen. Die veste is veiligwaar de muren mannen zijn", heeft een Grieksch treurspeldichter gezegd toch doen wij of deze uitspraak door alle eeuwen heen bevestigd voor ons niet geldt. Dat veldleger nu is juist hetgeen ons ontbreekt. De aangehaalde zin moet dus o. i. luiden: »Ten einde ons defensiewezen te verbeterenmoet een bruikbaar veldleger worden gevormd." Noodig is daarvoor persoonlijke dienstplicht, die boven dien billijker is dan het stelsel van plaatsvervanging. Tegen den eersten zin bestaat echter minder bezwaar dan tegen de tweede, die aldns luidt: »Bij uitgaven ter verzekering onzer onafhankelijkheid od ter handhaving onzer neutraliteit behoort rekening te worden gehouden met de internationale verhoudingen die in redelijkheid kunnen worden voorzien en met de financieele lasten die vermindering behooren te ondergaan." Voor een gewoon kiezersverstand is dat rekening houden met internationale verhoudingen niet duidelijk. Een ge woon kiezer begrjjptdat wijevenals de Transvaalsche Boeren ons zelf uit den brand moeten redden en dat indien wij dit niet kannen de zelfstandigheid van den Staat gevaar loopt. Wat baat hetof wii hervormingen uitdenkenals de onafhankelijkheid niet verzekerd is en das de macht om ze in te voeren eventueel in Berlijn zetelen zal. Indien in redelijkheid iets moeielijk te voorzien is dat zijn het wel internationale verhoudingen. Daarnaar zijne uitgaven in te richten is dns ondoenlijk. Deze pbrase kan mitsdien in het program gemist wor den. Het is beter haar te schrappen. Wat de belofte van vermindering der militaire uitgaven betreft, dnnkt ons, dat het niet goed is, die te geven, wanneer men op zijn vingers kan natellendat zij on vervuld blijft. Indien de getalsterkte van het leger vergroot wordt en dns in plaats van 78500 man bedragen zal (gelijk b.v. thans in België) 140000 mandie dns behoorlijk geoefend, gekleed en gevoed moeten worden, dan begrijpt iedereen dat dit meer geld zal kosten dan thansnn onze oorlogsbegrooting rnim twintig millioen gulden bedraagt. Kan iemand zich in ernst vleien bij persoonlijke dienst plicht een minder groot eindcijfer op de begrooting te zullen aantreffen? Wat wel mogelijk schijnt, is het betrachten van meerdere zuinigheid in militaire aange legenheden. Dit blijkt uit de oorlogsbegrootingen van andere Staten. B.v. België geeft uit jaarlijks voor oorlog 25 millioen guldenRnmenië 20 millioen guldenin welke landen echter de legersterkte dubbel zoo groot is als ten onzent. De luitenant-kolonel Scherer b.v. is van meening dat er veel bezuinigd kan worden bij de administratie en bnreeldienst. (Zie zijne brochure: »Onze defensie", blz. 77). Deskundigen zullen meer dergelijke bezuinigingen kun nen aanwijzen. Doch dat het oorlogsbndget verminderen zon met in voering van piersoonlijke dienstplicht en vergrooting der legersterkte, is niet te gelooven. De Liberale Unie doet beter die illusie niet te doen koesteren. Vermindering der uitgaven moet derhalve niet in uitzicht gesteld worden. Het program kan er op aandringen dat met meer overleg het geld werd besteed. Bedoelt het echterde uitgaven voor oorlog te be perken door het leger in getalsterkte nog meer te ver minderen zoodat bij voortduring het veldleger blijft ontbrekendan verdient deze paragraaf van het ontwerp allerminst steun. Wij verwachten dat de afgevaardigden der kiesver- eenigingen dit punt tot klaarheid zullen brengende gegeven redactie is onvoldoende overwogen. ITALIË. Groot is de verdeeldheid van opinie over de vraag of de nederlaag van Adna aan Baratieri of aan Crispi geweten moet worden. De voorstanders van den eerste (het is misschion juister te zeggen de tegenstanders van den tweede) honden vol, dat de ge neraal op last van den minister handelde, en steunen die bewering op het bericht, dat de »Corriere della dera" weet mede te deelen, dat nl. Crispi den 27 Februari aan den generaal zon hebben geseind »Dat is geen oorlog voeren, dat is militaire theorie honden." Deze afkeuring van zijn gedrag, in verband met het gebrek aan levensmiddelen en den aandrang om een slag te leveren vóór de aan komst van zijn opvolger, hoeft den generaal doen be sluiten tot den aanval, die met algemeene stemmen op één na, van majoor Salsa, door den krijgsraad was goed gekeurd. De andere partij hondt Crispi's onschuld vol en werpt al de schuld op den generaal, die (volgens een ander bericht) nog den 29n Februari, des namiddags om 4 nnr, een telegram aan de regeering heeft verzondeu, waarin hij met geen enkel woord rept van zijn voornemen om den aanval te wagen een paar nnr na het afzenden van dit telegram trok hij reeds met zijn leger op naar de bergpassen bij Adna. Dit telegram wordt opgenomen in een Groenboek dat nu ter perse is, en dat verder alle documenten betreffende Afrika zal bevatten, waarondor ook ue correspondentie gewisseld tussches Crispi, de ministers van oorlog en van buitenlandsche zaken, en generaal Baratiorie. Wat de juiste lezing is en in hoeverre ook hier de waarheid in midden ligt, zal spoedig blijken, als Ba ratieri te Massoeah voor de krijgsraad terecht staat. Volgens de laatste berichten rnkt Osman Digua (de bekende bevelhebber van den Madhi, die 't indertijd den Engelscben in Soeakim zoo herhaaldelijk hoogst lastig maakte) met een groot leger Derwischen van Omdnrman naar Kassala op. Uit Massoeah wordt gemeld, dat de Engelschen zich gereed maken om van Soeakim nit tegen de Derwischen op te rukken. Volgens een gerucht uit inlandsche bron, hetwelk nit Wady Haifa te Oaïro is ontvangen, zou Kassala reeds Maandag aangevallen zijn. Te Rome maakt men zich ovei dit bericht ernstig ongerust. Fazzari, de vroegere Garibaldianen-kapitein, heeft het plan geopperd, een vrijwilligerslegioen voor de Afrika- expeditie te vormen. Hij schrijft nn aan de »Fanfnlla", dat hij uit alle deelen van Italië brieven ontvangt van personen, die tot het legioen willen toetredenhij maakt zich sterk, in een maand tijds 60.000 vrijwilligers bijeen te brengen. Het nieuwe ministerie wordt door de Europeesche pers met veel ingenomendheid begroet. De »Voss. Ztg" wijst er op, dat het nieuwe Italiaan- sche ministerie grootendeels bestaat nit Noord-Italianen, die men, en niet ten onrechte, voor werkzaam, verstan dig en trouw aan hun overtuiging aanziet. Het blad meent, dat het kabinet in het begin een moeilijke taak zal hebben, maar dat het zeker kan zijn van de over winning, als het trouw blijft aan zjjn beginsel en zich niet op een dwaalspoor laat brengen door de schreeu- wige betoogingen op straat. Wat de verhouding van Italië tot het Drievoudig Ver bond aangaat, deelt de »Köln. Ztg" een brief mede van den heer Di Rndini aan een zijner vrienden. Daarin schrijft de Italiaansche minister »Voor Italië is een langdurige vrede hoog noodig. Wij hebben vrede noodig naar binnen en naar bniten. Het Drievoudig Verbond en de werkzame verdediging onzer staatsinrichting tegen de revolntionnaire partijen verze keren dien vrede, zonder welke Italië zich niet zon kun nen opheffen nit zijn economischen toestand. Bedriegen wij ons zeiven toch nietWie weet, hoeveel bloed en tranen reeds zouden vergoten zijn, zonder het Drievoudig Verbond wie weet hoe onze economische toestand zonder dat verbond zijn zon En de minister van buitenlandsche zaken, de hertog van Sermoneta, heeft zich steeds een trouw aanhanger betoond van de Triple Alliantie, en is een groot vriend van keizer Wilhelm. Op die gronden acht de »Voss. Ztg" een vernieuwing van het verbond tot 1903 voor onom- stootelijk. POIlTIiOAL. Uit Lissabon werd den 12 aan de «Times" geseind dat bevelen gegeven zijn om spoedig een nieuwe expeditie gereed te maken naar Mozambique, bestaande nit een batterij bergartillerie en 436 man. 8PAS1JE. In de provincie Pinar del Rio zijn de Cnbaansche opstandelingen verslagen met een verlies van 18 dooden. In een ander gevecht in de provincie Matan- zas vielen 70 dooden en vele gewonden terwijl de ver liezen der Spanjaarden zeer gering waren. De betoogiugen in Spanje dnren nog voort. Ditmaal hebben een aantal studenten te Salamanca een ameri- kaansche vlag verbrand. Zij werden door de gendarmes uiteengedreven. De hoogeschool is gesloten. Intusschen is er kans opdat het geschil met de Ver- eenigde Staten langs minnelijken weg tot een oplossing zal komen. De Senator van den Staat Maine wees er op, dat er voor de erkenning der Cubanen als oorlogvoeren den eenige voorwaarden onontbeerlijk zijn en dat die in dit geval geheel ontbreken. Zij hebben geen forten havens geen geregeld leger geen vlootgeen hoofdstad, in éen woord niets wat de kenteekenen vormt van een

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1896 | | pagina 1