Gilcia Schwanhof.
Acht en IMegentigste Jaargang.
1890.
ZONDAG
24 MEI.
De Atjeli-Interpellatie in de
2e Kamer.
FEUILLETON.
Geschiedenis van een vrouwenhart,
llö ()2. Tweede hiad.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar O, SO: franco door het
geheele rijk 1,
De 3 nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Telefoonnummer: 3.
COURANT.
Prijs der gewone Advertentlën
Per regel f 0,13. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Onaangename oogenblikken moeten het voor den Mi
nister van Koloniön geweest zijn toen hijnaar aanlei
ding van de vragen door den heer Van Gennep tot hem
gerichtniets anders wist te doen als telegrammen voor
te lezen telegrammen die achtereenvolgens ontvangen
bij het Departementachtereenvolgens gepubliceerd en
achtereenvolgens door iedereen gelezen en herlezen waren
Deze voorlezing moet nog onaangenamer geworden zijn,
toen de 2de Kamer in den lach schoot.
Niemand zij het misgundom zich vroolijk te maken
en eens hartelijk te lachen allerminst aan onze vertegen
woordigers. Doch deze uiting van vroolijkheid dit lachen
van kamerleden die niet veel wijzer werden ten koste
van een ministerdie hen niet veel wijzer maakte
wat zal men er meer van zeggen, dan dat het pijnlijk in
de ooren klonk van hen die met bezorgdheid gadeslaan
hetgeen in Indië gebeurt
Toch ware niet moeielijk geweestnoch voor den mi
nister noch voor de Kamer, om een goed figuur te maken.
Na voorlezing der telegrammen, waaruit blijkt, dat een
zware strijd ginds te wachten staathad men de toezeg
ging kunnen geven of vragen dat onverwijld zal gezorgd
worden voor vrouw en kind van den gehuwden soldaat,
die in dienst van 't vaderland zijn leven verliest.
Hiervoor is niet gezorgd.
De wijzewaarop de interpellatie van den heer Van
Gennep behandeld werd, geeft blijk hoe weinig het ge
vaar wordt ingezienwaarin Nederland als koloniale
mogendheid verkeert.
Niet dat wij vreezen dat thans, nu het geheele Indische
leger op -een betrekkelijk klein terrein is samengetrokken,
de vijand sterker zal zijn dan wij. Niet dat geen ver
trouwen wordt gesteld in het legerdat goed gediscipli
neerd is en waarvan wij weten, tot welke uiterste krachts
inspanning officieren en minderen bereid zijn.
Men leest de namen van hen, die door vermoeienis
bezweken.... Voorbeelden van zelfopoffering en persoon
lijken moed komen dagelijks tot ons, zoodat men er over
verwonderd z-ou zijn als 't anders ware. En gelukkig te
prijzen is een volk, wiens zonen aan het eind der negen
tiende eeuw nog zooveel geestkracht blijken te bezitten,
nog zooveel deugden hebben overgehouden, aan het voor
geslacht eigen.
Maar overigens, zijn de berichten, die we dagelijks den
laatsten tijd lezen, niet om vuurrood te worden van
schaamte
Kan men de zaken ergerlijker verkerven, dan wij in
Indië bezig zijn te doen
39) van HANS WACHENHUSEN.
Reeds vroeg in den morgen ontving Gilda een briefje
van Auweiler, dat haar bij hem riep. Tarwjjl zij zich
aankleeddebracht men haar wel een dozijn andere
briefjes van goede vriendendie haar de hartelijkste
geluk wenschen aanboden en eindeljjk toen zjj zich klaar
maakte om aan Auweiler's verzoek gevolg te geven die
zeker iets gewichtigs voor haar had kwam hare huis
juffrouw nog eens met de boodschap dat daar buiten
een heer met zwarten baard was die haar wenschte te
sprekenhij wilde zijnen naam niet noemen maar gij
kendet hem beweerde hij. Op Gilda's opgewekt en ge
lukkig gelaat kwam een oogenblik een schaduw. Zij had
haar mantel reeds aan. Zij ging naar het venster en zag
een rijtuig voor de deur staan. »Ik wed Zij zweeg,
dacht een oogenblik na en ging van het venster weg.
»Spreken wil ik hem Laat hem binnenkomen riep
zij de juffrouw toe en dacht ik het nietfluisterde
zij toen spoedig de zaakgelastigdehaar booze geest
als altijd in eerbiedige houding, binnenkwam. Op ernstige,
weinig toeschietelijke wijze wachtte zij hem af.
»Ik kom nogmaals in opdracht van den heer van der
Vloten", begon hijnogmaals eene buiging makende, met
den glimmenden zwarten hoed in de hand. Mijnheer
»Ik verzoek u, mij daarvan te verschoonenviel zij
hem verontwaardigd in de redezich eene houding ge
vende welke zij anders niet gewoon was tegen hem aan
te nemen en naar de deur ziendealsof zij geen tijd
meer voor hem had.
Lichtvaardigheid en onbedachtzaamheid bleken uit de
débacle van Lombok. Te nauwernood zijn we in Atjeh
aan verschrikkelijke gevaren ontsnapt.
Toen men in de Tweede Kamer Atjeh ter sprake
bracht, stond toch iets anders te doen, dan te bedanken
voor inlichtingen, die geen inlichtingen waren en te
constateeren dat de oogst dier informatiën schraal was
Zeker retrospectieve beschouwingen over de Atjeh-
politiek zouden evenmin baton. Maar wat wel besproken
had kannen worden, dat zouden zijn de maatregelen, te
nemen, om de best mogelijke bewapening te verschaffen,
zoowel aan de artilllerie als aan de infanterie.
Waar tevens wel de aandacht op had mogen vallen
had kunnen zijn hetgeen aan onze legermacht ontbreekt.
Sedert 1869, toen de generale staf werd gesupprimeerd,
zjjn wij steeds ongelukkig geweest.
De eenheid en de traditie bij het Departement van
Oorlog is verloren geraakt. De zelfstandigheid tegenover
de Hooge regeering, die voormaais het legerbestuur heeft
gekenmerkt, is opgelost in dienstbaarheidonderwerping
en volgzaamheid.
Was men gelukkiger geweest in de keuze van den
legerbevelhebber, misschien zouden persoonlijke eigen
schappen hebben kunnen goedmaken, wat aan de organi
satie ontbrak.
Na Kroesen was dit niet het geval. Van Swieten was
een zeer bekwaam manmaar had carrière gemaakt
door vooral zijn chefs te ontzien en met hun opinie in
te stemmen. De Neve een gunsteling van van Swieten,
was slimmaar bezat niet die heldhaftigheid die de
hooge dienaren der Compagnie indertijd kenmerkte. Hij
was tevreden als hij op goeden voet was met den Gouver
neur-Generaal van Lansoerge van Landsberge, die de taak
van den legercommandant feitelijk aan zich trok.
Bouwmeester is bij de eerste expeditie geweest.
Indien ooit eene gelegenheid voor -een chef van dienst
zich heeft voorgedaan om zich te onderscheiden heeft
Bouwmeester die gehad en laten voorbjj gaan.
Eén mannelijk woord als van Mac Mahon bij de be
storming van Malakofï >j'y suisj'y reste", gesproken
in de Missegit had toen alles kannen redden. Hij zweeg.
Toch werd hij commandant van het leger naar beweerd
wordtdoor voorspraak van een invloedrijk persoon in
Nederland.
Geen mannen zien wij aan het hoofd van het leger
bestuur die door hun persoon een tegenwicht vormen
tegen de plannen der wisselende regeeriug. Een generale
staf had dit kwaad kunnen keeren plotselinge veran
deringen kunnen tegen gaan.
Toen op Atjeh het civielbestunr werd ingevoerd, ging
men er overhaast toe over, andore voorschriften omtrent
»Sta mij in ieder geval toemij van mijne opdracht
te kwijten", ging hij met afgemeten beleefdheid voort.
»De heer van der Vloten laat u nogmaals uitnoodigen
tot hem terug te keeren hij is bereid, zich om uwentwil
van zijne wettige vrouwmet wie hij nooit te zamen
geleefd heeftte laten scheidenzooals hij reeds van
plan was voordat gij u van hem verwijderdet."
Gilda lachte hem rondweg uit. »Om nog eens komedie
met mij te laten spelen riep zij uit.
»Mijnheer van der Vloten deed dat toen slechts om u
voorloopig gerust te stellen", ging de zaakgelastigde even
kalm voort.
»Zoo? Nu, dan dank ik hem daar zeer hartelijk voor!"
Gilda trok haar neusje op. »Zeg overigens aan den heer
van der Vloten dat ik van dat parade zitten bij hem
zoo genoeg gekregen heb, dat, al gaf hij mjj daarvoor
in ruil al zijne millioenen en zijne diamanten ik ze niet
zou aanraken. Ik heb ook geen zegen gehad op al hetgeen
ik van hem genoten heb want zij hebben mij alles weder
ontstolen. Zeg ook dat aan den heer van der Vloten
opdat hij niet deukt
Hij weet het reeds," viel de zaakgelastigde haar kalm
in de rede. »Hij was het, die er zich een genoegen van
gemaakt heeft, een hoogen prijs op de ontdekking van
den dief uit te loven 1"
Gilda keek hem scherp aan en hij scheen dezen blik
niet te begrijpen. »Daarin heb ik mij toch vergist 1"
zeide zij tot zich zelve. En ongeduldig het hoofd op
heffende, ging zij voort»Dan hebben wij niets meer
met elkander te bespreken 1 Vertel mijnheer v. d. Vloten
wat ik u gezegd heb. Hij heeft het recht, gelijk ieder
een, mij in den schouwburg te zien, zoo dikwijls als hem
dit goed dunktof als hem dit te veel moeite veroor
zaakt, dan kan hij u zenden 1 Hij heeft komedie met mij
gespeeldlaat hij er nu ook eens bij zijn, wanneer ik
hem er eene voorspeelMet eene voorname buiging van
het hoofd draaide zij hem den rug toe en ging in haar
bescheiden slaapkamertje.
den veiligheidsdienst te geven, in plaats van alles te laten
op den voet als onder van der Heyden.
Toen in 1884 besloten werd tot de concentratie, werd
dat doorgezet in weerwil de chefs van diensten en ook
de legercommandant zelf, die concentratie noodlottig
achtten. Maar er was geen generale staf, die alle bezwaren
in een nota samenbracht.
Doordat de generale staf zijn vroeger standpunt niet
ingenomen heeftontbreekt aan het legerbestuur de
noodige veerkracht, om in het belang der zaak, zich
krachtig te kunnen verzetten, tegen het dilettantisme op
het gebied van krijgszaken van het civiel bestuur.
De samenwerking en eenheid in het leger zijn sedert
1869 ontvallen.
Wel werd sedert 1893 weder en steeds op rijken voet
een Staf in het leven geroepen. Maar dit orgaan is niet ge
lijk aan dat van voor 1869, dat boven alles was gesteld
Het is thans een tak van dienst, ingericht op den_
voet van gelijkheid met andere diensttakken het beant
woordt dan ook niet aan de verwachting het geeft niet
een hoogere consequente leiding aan de krijgszaken, het
is volgzaam aan de inzichten van het civiel bestuur.
Zou een generale staf geadviseerd hebben aan Deycker-
hoff om 125000 patronen klakkeloos weg te schenken
Da stelselloosheid, die thans algemeen wordt erkend, is het
gevolg van het gemis van dit orgaan. Het is te hopen,
dat deze aangelegenheid in de kamer ter sprake wordt
gebracht, dat wordt ingezien welke gebreken de organi
satie heeft. Dat zaken worden besproken, geen personen.
Zij blijven feilbaar. Maar een goede organisatie moet juist
de gevolgen van die feilbaarheid zooveel mogelijk verhoeden.
Met het tegenwoordige systeem zullen wij telkens ge
lijksoortige teleurstellingen ondervinden.
En ook zal niet helpen, hetgeen in het Handelsblad
van 14 Mei j.l. wordt aanbevolen in een ingezonden stuk,
n.l. de opheffing van het militair bureau in den Haag,
aan het hoofd waarvan een ambtenaar staat die, volgens
dien schrijverhoegenaamd geen militaire ondervinding
of ontwikkeling bezit en die nooit in Indië geweest is.
Neengelijk in alle landen trouwens het geval is,
moet de legercommandant in Indië gesteund worden door
een generale staf in Indië gevestigd en vandaar moet
uitgaan de opperste leiding in krijgszaken.
Het gezond verstand wijst dit aan en de ondervinding
bevestigt de schadelijke gevolgen van het gemis daarvan.
Het gerucht dat te Marseille gevallen van cholera
zjjn voorgekomen is van allen grond ontbloot. De ge
zondheidstoestand der stad is uitstekend.
Het Parijsche Hof van Appèl heeft Ulrich de Civry,
die in het proces-Lebaudy was veroordeeld, vrijgesproken
en het vonnis van de Cesti (13 maanden gevangenisstraf)
bevestigd.
De zaakgelastigde verwijderde zich zwijgend, met zijne
gewone onverschilligheid.
Auweiler ontving Gilda in zijn bureau in den schouw
burg en met eene plechtigheid die haar verraste. »Ik
heb met u," begon hij, tegenover haar plaats nemende,
»vóór alles een verstandig woord te spreken. De inten
dant heeft na uw optreden uit eigen beweging aange
boden, uw salaris te verhoogen, doch dat is slechts eene
bijzaak. Gij hebt gisteren alleen getoond, dat er alles
van u te maken is, maar daartoe behooren vlijt en een
zeer groote, ten minste vaste wil, want uw talent is nog
onontbolsterd. Gij hebt echter aanleg, gij bezit zelfs
den dramatischon ader, die den zangers gewoonlijk ont
breekt en die u tot groote dingen brengen kan. Door
rustelooze oefening zullen wij dien trachten te versterken,
als gij ten minste bereid zijt, u met niets dan met uwe
taak bezig te houden. Gij hebt stem, hebt eerzucht, dien
gij nooit in het werk gesteld hebtdaarom is het thans
noodig, u aan te sporen. Maar dat zal overigens bij het
onderwijs wel terecht komen. Ik heb bevel ontvangen,
u dadelijk bij don intendant te brengen. Toon u hem, zooals
gij zijtvergis ik mij niet, dan heeft hij groote dingen
met u voor. De geheele stad spreekt over u, en uw avontuur
laat mij het zoo noemen met den heer v. d. Vloten heeft
veel bijgedragen, om u in de wijdste kringen belangwekkend
te maken. Onder ons gezegd, er is heden morgen zeer
vroeg een heer, ik geloof in opdracht van dien Hollander,
bij den intendant geweest, om uwe verbintenis alhier te
doen mislukken. Ik weet niets met zekerheid daarvan,
maar bij den intendant, die van het buitengewone, op
spraak verwekkende houdt, heeft dit laatste ook thans zijn
invloed niet gemist. Hij heeft, geloof ik, verklaard, dat uwe
verbintenis reeds afgesloten was en dat daar niets meer
aan te veranderen viel." Schertsend ging Auweiler voort,
»gij begint zonder opzet met iets, wat iedere zangeres,
die eenigen naam heeft, ten minste om de twee jaren
eens moest laten gebeuren, namelijk dat gij uwe dia
manten hebt laten stelen, op het terug verkrijgen waarvan