Gilda Schwanhof.
No. 76
Acht en BTegentigste Jaargang
1896.
y RIJ 1) A G
19 JUNI.
FEUILLETON.
Buitenland.
Toelating Burger- en Meisjesschool.
Geschiedenis van een vrouwenhart,
1LKMAARSCI1E COURANT
Deze Courant wordt lMnsdag-, Voiderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
maanden voor Alkmaar f 0,80f.uneo door iaet
geheele rjjk 1,
De 3 nummers ƒ0,08. Afzonderlijke nutmiieib 3 ts.
Prijs der gewone Advertentiën :J
Per regel 0,16. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
lelefoonnuauuer 3
SCHI TTERIJ.
BURGE MEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen te >r kennis der ingeschrevenen voor de Schutterij
van dit ja: irdat de alphabetische naamljjst van de per
sonen, die aan de loting van dit jaar zullen deelnemen,
voor een ii )der ter visie ligt ter gemeente-secretarie, van
heden tot i len dag der loting, des morgens van 9 tot 2
uren. opdateen ieder in staat zou zijn, om, ingeval hem
op die lijs t eenige personen of omstandigheden mochten
voorkomen, die daarop nog zonden behooren te worden
aangeteeken 3 of daarvan moeten worden weggelaten,
daarvan ken nis te geven aan de Commissio voor de lo
ting genoen id bij art. 11 der wet met last, om zich op
maandag, 30 Juni 1M»«, namid. te 6 uren, te be
vinden op het Raadhuis dezer gemeente, ten einde al
daar voor d. 3n dienst der Schutterij te loten, en redenen,
van vr.ijstellin \g hebbende, die alsdan op te geven, alsmede
om de bewi jzen tot hare staving bij de wet gevorderd,
voor zooveel noodig, uiterlijk binnen drie dagen na de
loting over t» leggen aan het Gemeentebestuur.
Burgemeester en Wethouders voorn.,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT, Voorzitter.
16 Juni 1896. C. D. DONATH, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar,
brengen ter kennis van belanghebbenden, dat zij, die
na afloop der zomervacantie hunne kinderen de open
bare bur gerschool of de openbare seiiool voor
meisjes wenschen te laten bezoeken, daarvan aangifte
moeten dean vóór 15 Juli e.k. bij de hoofden van deze
scholen, onder overlegging van het geboorte- en inën-
tings-'oewijs van het betrokken kind. De leerlingen moeten
den leeftijd van zes jaren bereikt hebben of dien leeftijd
bereiken vóór 1 November 1896. Voor aangifte voor de
openbare sohool voor meisjes bestaat tot en met 15 Juli
gelegenheid-aan de woning van het hoofd der school aan
de Oudegraeht des Dinsdags tusschen 3 en 4 nren des
namiddags en voor de openbare burgerschool tot en met
den 10 Juli, des Maandags, Dinsdags, Donderdags en
Vrijdags, aan het schoolgebouw in de Brillensteeg tus
schen des namiddags 123/4 eu l3/4 uur.
Zij noodigen belanghebbendeu dringend uit, hunne
aanvrage niet tot het laatste oogenblik uit te stellen
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT, Voorzitter.
16 Juni 1896. C. D. DONATH Secretaris.
Personeele belasting.
Het HOOED van het Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR
brengt, op grond van artikel 1 der wet van 2'2 Mei 1845
(Staatsblad no. 22), bij deze ter kennis van de ingezetenen
der gemeente, dat de kohieren Nos. 1012 der Rijks
Personeele belasting, dienstjaar 1895/6, op 15 Juni 1896
door den Directeur der directe belastingen in Noordhol
land executoir verklaard, heden aan den Ontvanger der
Rijks directe belastingen binnen deze gemeente ter
invordering zijn overgegeven.
Alkmaar, Het Hoofd van het Bestnnr voornoemd,
17 Jnni 1826. A. MACLAINE PONT.
niir~ f - r~"i r Ti~™
49) van HANS WAOHENHÜSEN.
Sittmann was toen naar Amerika getrokken, waartoe
hem de speelbank als naar gewoonte de middelen had
verstrekt.
Al was nu ook de zaak met Emin anders, daar hij
zelf hem de sommen vaor het spel verschafte, hij wist wat
er intnsschen in Duitschland was voorgevallen doch hield
dat voor Emin verborgen want hij wilde hier het geheele
bestaan van zijn reisgenoot ook zedelijk vernietigen. Als
deze Monaco verlietmoest iedere terugkeer naar de
maatschappij voor hem afgesneden zijndan had hij
tegenover van der Vloten zijne zending schitterend ver
vuld. Wroeging over eene dergelijke schurkenstreek on
dervond hij in het minst niet, toen hij met Emin den
<voet hier gezet had; in Monaco kent men die niet.
Niets kwaads vermoedende, gaf Einin toe, toen Sitt
mann hem in Genua de kleine afwijking van den rech
ten weg naar Rome voorstelde. Waarschijnlijk zou hij
er ook zelf over begonnen zijn, want Esther was immers
aan de Riviera" hij zou haar dan kunnen opzoeken en
als zijne gedachten dit punt bereikten, verloor hij
steeds de laatste schemering eeuer duidelijke voorstel
ling, eene vreeselijke leegte gaapte hem aan. Genoeg,
hij volgde zijn reisgenoot naar den oever der zeewaar
zij zijn moest, et waarheen Sittmann, schjjnbaar met
eeuen benijdenswaardigeu levenslast, hem mede sleepte.
Alles, wat Emin onder de oogen kwam, beschouwde hij
met een verward hoofd en dwalenden blik, en zoo waren
zij, na een champagne-diner, waarop Sittmann Emin had
onthaald, de speelzaal binnengetreden, waarbij de zaak-
BULCrlE. In de Kamerzitting van den 15 diende
de minister van financiën het wetsontwerp in tot voor-
loopige wijziging van de invoerrechten en accijnzen op
het gedistilleerd, ten einde het alcoholisme te bestrijden.
Volgens dit ontwerp wordt van brandewijn van 50° in
fust 150 frs. per HL. geheven en voor iederen graad
sterker 3 frs.van likeuren in flesschen 300 frs. per HL.
De minister vroeg voor dit ontwerp de urgentie welke
werd aangenomen. De commissie ging dadelijk het ont
werp onderzoeken. De linkerzijde protesteerde heftig. Er
ontstond een stormachtige discussie tusschen de rechter
zijde en de linkerzijdode laatste werd herhaaldelijk tot
du orde geroepen.
Het ontwerp werd ten slotte aangenomende rechter
zijde stemde vóór, de linkerzijde tegen.
UUITSCHLAAD. In den Rijksdag werd doorgraaf
Homde eene interpellatie over de Jesuïtenwet gehouden. De
graat vroegof op het besluit van den Rijksdag van 20
Februari 1895 betreffende de opheffing van de Jesnïtenwet
een besluit van den Bondsraad was gevolgd Of en waar
om het besluit van den Bondsraad vertraagd is
De rijkskanselier, prins Hohenlohe verklaarde: De
Bondsraad meende er van te moeten afzien om nogmaals
in de quaestie der opheffing van de Jesnïtenwet stelling
te nemen, omdat op 4 Jnni 1894 over de quaestie grondig
beraadslaagd was en de overtuiging uitgesproken, dat de
Bondsraad niet zon kunnen instemmen met de opheffing
der wet. Eene vertraging is ook ontstaan ten gevolge
van het voornemen der regeeringen om er over te beraad
slagen of niet een of andere vereeniging die tot nog toe
onderworpen was aan de werking der wet, daarvan even
eons kan worden uitgezonderd.
Het opderzoek is nog niet afgeloopen. De Rijkskanse
lier geeft den raad het einde der onderzoekingen af te
wachten. Hij van zijn zijde beloofde werkzaam te zullen
zijn tot bespoediging daarvan.
EAWEIjAIYI». Uit Kaïro wordt aan >The Daily
News" gemeld dat onder de egyptische troepen te Ko-
rosko de cholera is uitgebroken.
Betreffende de plannen met dr. Jameson en zijne
vijf medebeschnldigden verneemt de »Daily News", dat
zij zullen terechtstaan voor een buitengewoon hofeen
speciale jury. Het schijnt dat er geen plan bestaat om
de verdere behandeling der zaak nog langer uit te stellen.
Vermoedelijk zal de zaak nog voorkomen vóór het begin
der groote vacantie.
De negen beschuldigdendie door den politierechter
in Bowstreet van rechtsvervolging ontslagen zijn, keeren
weldra uit Engeland naar Boeloewayo terug.
De Westminster Gazette zegt, naar aanleiding der vragen
door lord Kimberley en Rosebery gedaan in het Hooger-
hnis, over het onderzoek tegen de Chartered Company
»Wij verhengen ons dat de beide lords de gelegenheid
aangrepen om aan te dringen op een spoedig onderzoek
naar Jameson's tocht en de medeplichtigheid der Charte
red Company. Het is gebiedend noodzakelijk dat hot
gelastigde zijn medgezel onder allerlei grappen verze
kerde, dat zij vandaag de geheele bank zonden laten
springen. En Sittmann scheen werkelijk niet in scherts
te hebben gesproken. Naar de eerste tafel gaande, haalde
hij eene zware portefeuille voor den dag, waagde, verloor
eu won, sleepte Emin toen naar eene andere tafel mede,
waar hij dezen vriendelijk verzocht, voor hem op te
zetten het zon voor hem nog eene aardigheid zijn
en de champagne deed den ouden Emin ontwaken.
Ook hij wierp het geld op gelijke wijze weg en binnen
weinige minuten zag hij lachend het verdwijnen. Zijne
rampen, het berouw, de doorgestane strijd hadden bij
hem eene verslapping der zenuwen teweeggebracht
die zich hier in deze omgeving, onder den verleidelijken
invloed van zijnen metgezel, die alles gedaan had, om
zijnen levensmoed weder op te wekken, met geweld be
vrijdden van de ketenen van den zedelijken druk. Hij
verkeerde in een toestand van bedwelming, voortvloei
ende nit gemis van innerlijk overwicht op zijne reeds
ziekelijke zintuigen. Hij was zich alleen bewust, dat
hij zich weder aan eene oogenblikkelijke dwaasheid
overgaf.
Plotseling voelde hij zich op den schouder geklopt.
Opziende, viel zijn oog op den tegenover hem gezeten
gelukkigen speler, die, zich alleen met zijn geld bezig
houdende, ook hem thans voor het eerst aanzag. On
middellijk sloeg deze echter weder de oogen néér.
Emin scheen getroffen. Daar gevoelde hij een heftiger
drnk op zijnen schouder een stem klonk hard in zijn
oor. Hij zag het strenge gelaat van een ambtenaar
begreep dat deze de chef de süreté, verzocht hem te
volgen en daar hij bemerkte, dat de verschijning van
dezen heer onrust om hem heen veroorzaakte, ging hij
met hem van de tafel weg.
De commissaris verzocht hem, na een strengen blik
op Sittmann geworpen te hebben, die gevoelde dat hij
herkend was, een onderhoud met hem te mogen hebben
in zijn bureau en hier verzekerde hij hem met afgemeten
beleefdheid, dat het hem speet, zijnen plicht te moeten
doen, te meer, un hij hem in het gezelschap van een
land bij de eerste gelegenheid de beste wordt gezuiverd
van den smet, die, wij kunnen het niet ontkennen, in
zeker opzicht op ons rust.
Met president Kruger mag men echter vragen »Wat
zal nu gebeuren met den man die de honden tegen
tlkaiider ophitstedie van het geheele schandaal de
schuld is Hij is nog altoos vrij 1"
Deze verwijzing naar de vrij zonderlinge manier, waarop
de Engelsche regeering Cecil Rhodes behandeltis voor
Engeland een ernstig verwijt. Vooral daar ook de broeder
van den directeur der Chartered is vrijgelaten ondanks
zijn weigering om de belofte te onderteekenen dat hij
zich niet meer met de biunenlandsche aangelegenheden
van Transvaal bemoeien zon. Kolonel Rhodes is daardoor
tot levenslange ballingschap buiten het gebied van de
Z.-A. Republiek veroordeeld. Hij kan nn met zijn broeder,
kolonel Cecil, de Matabelen gaan bevechten.
FRAAHRIJI4. De Fransche minister van financiën
Cochéry heeft te Chartres eene redevoering gehouden ter
bestrijding van het socialisme. Hij zeide tot de land
bouwers, dat de socialisten hun het orfdeel hunner vaderen
willen ontnemen. Zij zijn gekant tegen het grootgrond
bezit maar willen zelfs nog een grooter grondbezit in het
leven roepen door den grond te vereenigen in handen
van den naainloozen tyrannieken eigenaar den Staat
meende de minister.
Ook de ond-minister-presideut Bourgeois heeft den soci
alisten den oorlog verklaard. Hij constateerde dat hij
het collectivisme verwierp, maar streeft naar een verzoe
ning van kapitaal en arbeid.
Te BrestMontpellier en Cannes hebben botsingen
plaats gehad tusschen het volk en de politie, die verboden
processies wilde beletten. Te Brest zetten de katholieken
onder toejuiching der bevolking hnn wil door. Aan het
hoofd van een der processies liep de Préfect maritime
admiraal Barrera.
Tl ktlil.lD. De Turksche overheid heeft een Grioksch
schip, met wapens krijgsvoorraad en levensmiddelen voor
de Kretenser opstandelingen aan boord, in beslag genomen.
Volgens een telegram uit Athene aan de Indépen-
dance Beige is er Vrijdag j.l. bij Agbia op Kreta nog
hevig gevochten. De opstandelingen versloegen de Turken.
Het aantal dorpen dat in brand is gestoken, bedroeg tot
10 Jnni niet minder dan 35. De schade wordt geschat
op een miilioen Turksche ponden 25,000 personen zijn
zonder onderkomen.
Uit Athene komt het bericht, dat de Kretenser
oproerlingen een belangrijke overwinning hebben behaald
op de Turksche troepen bij Comontri. De Turken moeten
drie honderd dooden hebben verloren.
Te Santorin zijn uit het binnenland een honderdtal
vluchtelingen aangekomen. Zij verhalen, dat de Turksche
troepen ongestoord de grootste gruwelen bedrijven.
Aardbeving in Japan.
Yokohama. Een hevige aardbeving en een spring
vloed hebben plaats gehad in de Noordelijke provincie.
Bijna de geheele stad Kamaishi is verwoest. Duizend
man gevonden had, wien voor eenige jaren de terugkeer
alhier verboden was en legde hem het bericht en het
verzoek van de dnitsche politie voor.
Emin stond als versteend, toen hij het gelezen had. Hij
moest zich eerst herinneren, wat eigenlijk op dien avond
in dat bosch op de hooge Brems was voorgevallen. Maar
als een bliksemstraal schoot hem eene gedachte door het
hoofd, eer hij nog in staat was, de schande te beoordee-
len, welke door deze verdenking op hem geladen werd.
Het gezicht van dien speler tegenover hem, dat eerst
naar hem toegekeerd en toen weder zoo haastig afge
wend was, deed hem de ontmoeting met Manrits Toldy
weder helder en duidelijk voor den geest komen. Hij
meende deze Zigennar-oogen herkend te hebben, hoe ove
rigens diens gelaat ook mocht veranderd zijn. Het was
hem plotseling duidelijk, dat deze verandering met op
zet was aangenomen Toldy had hoopen geld voor zich
gehad Toldy was nog in de stad geweest, toen Sebald
gemeend had, dat hij reeds op reis naar Hongarije was
hij was daar bniten op den grooten weg geweest, waar
eene misdaad begaan wa9, welke met den diefstal bij
Gilda in betrekking gebracht werd en op hem, Emin,
was nn de verdenking gevallen, omdat hij aldaar was
gezien geworden.
Heftig vloog het bloed het eene oogenblik hem naar
de wangen en naar het voorhoofd, dan weder werd zijn
gelaal doodsbleek. Hij balde de vuisten, greep den arm
van den commissaris en schudde dezen heftig. .Mijnheer,
gij deedt zonder twijfel uwen plicht 1 Ik verpand n mijn
eerewoord, dat van iemand, op wien geen misdaad rust,
dat ik ter uwer beschikking blijf. Maar vergezel mij op
staanden voet en ik zal u den schurk overleveren, naar
wien men, heiaas, niet gezocht heeft 1"
Hij liep haastig naar de deur. De commissaris, door
den toon en de houding van Emin van de waarheid
zijner woorden overtuigd, volgde hem, maar hield in het
voorportaal even op, om eeneu agent ter hulp te roepen.
Emin, de zalen haastig doorloopeüde, bleef plotseling
staan. Hij keek in het gelaat van denzelfden speler
dien hij zochtdeze verliet juist de speelzaal, spoedde