einde daarin de noodig geachte wijzigingen te brengen
deze drukproef worde binnen 2 X 24 uren ter gemeente
secretarie teruggezonden, bij gebreke waarvan het daarop
voorkomende gedeelte van het verslag wordt geacht te
zijn goedgekeurd. Het verslag worde daarna onverwijld
afgedrukt en aan de leden rondgezonden.
De heer Kraakman meent in overweging te moeten
geven, dit geheele voorstel te laten vervallen. Ook na
de gegeven inlichtingen komt hem bedenkelijk voor
de gelegenheid tot wijziging van drukproeven. Tot nog
toe is het voorlezen der notulen door den raad gaarne
aangehoord. De mogelijkheid tot wijziging, hetzij op het
raadhuis, hetzij aan huis, acht hij voor zich zelvo geheel
overbodig. Wanneer er bij voorlezing der notulen over
wegende bezwaren rijzenbestaat altijd de gelegenheid
daarop terug te komen.
Worden de notnlen ter visie gelegd, men verzuimt een
enkelen keer daarvan inzage te nemen en er staat iets in,
dat niet juist is wedergegeven, dan kan daarop nimmer
worden teruggekomen. Hij geeft daarom liever in beden
king, de redactie aan den gemeente-secretaris over te laten.
De leden kunnen in eene volgende vergadering in het
verslag zoo noodig rectificatie voorstellen.
De heer Goede zegt, dat dit zijne meening was in de
vorige vergadering. Het voorstel van den heer Kraakman
ondersteunt hij gaarne. Meerdere leden verklaren dit te
doen, waarna de Voorzitter mededeelt, dat burg. en weth.
hun voorstel intrekken.
De nieuwe regeling, betrekkelijk het opmaken van het
raadsverslag, is dus vastgesteld zooals in het 2e en 3e punt
van het aanvankelijke voorstel van burg. en weth., zooals
die de vorige vergadering zijn gewijzigd is bedoeld.
Clrond aan het Fnidscn.
6. Uit een nader door B en W. ingesteld onderzoek,
omtrent de vroegere kadastrale tenaamstelling van de op
de kadastrale kaart als openbare weg aangeduide steeg
uitkomende aan het Fnidsen, tusschen de perceelen thans
bewoond door de heeren van der Veen en Balderin
weike steeg (thans gedeeltelijk bebouwd) de gemeente
bekend staat als eigenares van 4 niet aan te wijzen cen
tiaren grond, is hun gebleken dat ongeveer 70 jaar
geleden de grootte van de geheele steeg in het perceel
van Balder was opgenomen. De tenaamstelling onder
ongenummerde wegen van de bewuste 4 cA. is het gevolg
van de verschillende uitkomsten der oude- en nieuwe
metingen. Naar aanleiding van het resultaat van dit
onderzoek is het B. en W. wenschelijk voorgekomen hun
aanvankelijk gedaan voorstel in te trekken en den Raad
te aaviseeren hen te machtigen tot het onderteekenen
met den adressant, den heer G. Balder, eener verklaring,
inhoudende dat de steeg loopende langs het kadastrale
perceel, sectie B Nr. 3345, niet door deze gemeente als
openbare weg wordt gebruikt, zoodat de kadastrale boe
king foutief is. Door indiening van zoodanige verklaring
ten kantore van het kadaster kan de geheele steeg ten
name van adressant gesteld worden.
De heer K raakman wil zijne medewerking tot het
verkrijgen der verlangde rectificatie thans niet ont
houden doch hij wenscht uitdrukkelijk te constatee-
ren dat de steeg gemeentegrond is geweest. Omdat de
gemeente van die steeg geen nut meer heeftberust hij
in het voorstel.
Met algemeene stemmen de gevraagde machtiging
verleend.
Burgeravondschool.
7. Na ingewonnen advies van den directeur dezer
school en van de commissie van toezicht op het M. O.
op het bekende adres der vier assistent-leeraren om
verhooging hunner jaarwedden stellen B. en W. thans
voor in verband met de in de vorige vergadering ge
houden discussion welke pleiten voor eene veranderde
zienswijze van den Raad (8 Januari jl. werd hetzelfde
verzoek dier leeraren met algemeene stemmen afgewezen)
wanneor althans de Raad kan goedvinden zijn toen in
genomen standpunt te verlaten, een standpunt, waarmede
het aanvankelijk voorstel vaD B. en W. rekening hield,
om de jaarwedden der adressanten met f 100 te verhoogen
en tevens, om die der beide assistentleeraren benoemd
den 16 September 1.1., ieder met f 50 te verhoogen, alle
verhoogingen ingaande met het begin van den nieuwen
cursus.
De heer Kraakman kan het thans gedane voorstel
onderschrijven, voor zooveel het betreft de leeraren, die
meerdere jaren in dienst zijn. De discussie in de vorige
vergadering heeft echter niet de strekking gehad de
verhooging van jaarwedden der beide overige in het
voorstel genoemde leeraren. Het komt hem voor dat
daarop thans niet moet worden ingegaan. Eerst moeten
deze heeren do sporen hebben verdiend. Wel is hij er
voor eene verhooging in uitzicht te stellen, b. v. een
volgend jaar. Dit Is dan meteen een prikkel voor hunne
werkzaamheid en ijver.
Het denkbeeld van den heer Kraakman vindt van vele
zijden ondersteuning; het wordt zonder hoofdelijke stem
ming met algemeene stemmen aangenomen. Het voorstel
van B. en W., in verband met het voorstel Kraakman
gewijzigd wordt daarna met algemeene stemmen aan
genomen.
De heer van den Bosch vraagt of het niet nuttig
is, dat er eene overeenkomst omtrent de benoeming van
leeraren wordt tot stand gebracht tusschen de ambachts
school en der burgeravondschoolin die voege dat bij
benoeming aan de Ambachtsschool volgt de benoeming
aan de andere school.
De Voorzitter verklaartdat eene dergelijke
regeling reeds bij B. en W. is besproken.
Commissaris van politie.
8. Door den Commissaris der Koningin in deze pro
vincie wordt ondersteund een voorstel van den Burge
meester om de jaarwedde van den commissaris van
politie wederom op 1800 te brengen. De Raad is
uitgenoodigd op dat voorstel te willen dienen van bericht
en raad aan Gedeputeerde Staten. B. en W. brengen in
herinnering de verlaging dier jaarwedde in de maand
Juni des vorigen jaars, omdat het toen, bij de benoeming
van den tegenwoordigen titulariseen gemeentebelang
werd geacht, aanvankelijk f 1500 jaarwedde toe te staan,
in afwachting of de nieuwe titularis een geschikt en
bekwaam persoon zou wezen. Nu dit naar het oordeel
ook van hen wel het geval is geven zij in overweging
aan Ged. Staten te berichten dat de Raad zich kan
vereenigen met het denkbeeld van den Burgemeester
om de jaarwedde van den commissaris van politie we
derom vast te stellen op f 1800, ingaande 1 Jan. 1897.
Op voorstel van den heer B o s m an aangehouden tot
de behandeling der gemeente-begrooting, dienst 1897.
De Burgemeester verschijnt ter vergadering en neemt
van den heer Bruinvis het presidium over.
Duinwaterleldiug.
9. In verband met de groote behoefte aan goed
drinkwater aan de Vier Staten, hadden eeuige eigenaars
van aldaar gebouwde en in aanbonw zijnde perceelen zich
tot het verkrijgen der waterleiding aldaar gewend tot
de maatschappij van exploitatie, met het resultaat, dat
afwijzend op hun verzoek werd beschikt. Ook de gemeente
architect beproefde tevergeefs de maatschappij daartoe
te bewegen.
Op grond van art. 7 der concessievoorwaarden werd
daarna de tusschenkomst van B. en "W. ingeroepen. De
door dit college gedane stappen leidden er toe dat de
maatschappij verklaarde genegen te zijn hare buizen-
leiding tot de Vier Staten uit te strekkenindien
slechts de concessievoorwaarden werden gewijzigd in dien
geestdat aan inwoners van Heiloo ook water uit de
leiding mag worden geleverd. De maatschappij wenschte
deze wijziging, omdat zij overtuigd was, dat de bewoners
van perceelen aan den Kennemerstraatweg bij de Vier
Staten voor zooverre deze staan op het grondgebied der
gemeente Heiloo toch zouden profiteeren van het water,
indien de leiding werd doorgetrokken. Bovendien zon
den bij eventueele plaatsing van eene brandkraan aldaar
moeielijkheden kunnen ontstaan.
Burg. en weth. erkennen deze bezwaren en stellen
daarom den Raad voor de concessievoorwaarden te wijzi
gen door goed te keureu, dat aan de ingezetenen van Heiloo,
voor zooveel deze wonen in huizen aan de oostzijde van
den Kennomerstraatweg, tegenover of op geen grooteren
afstand dan 100 M. van woningen, staande op hot grond
gebied dezer gemeentewater worde geleverd uit de
waterleiding.
Op eene vraag van den heer Preijer en den heer
Bosman antwoordt de Voorzitter, dat aan abon
nementen thans reeds zooveel is opgegeven, dat de kosten
van 10 procent van den aanleg der buizenleidi.ig reeds
kunnen worden gedekt. De heer Bruinvis verklaart
dat de garantie van de gemeente, hoewel aangeboden
niet noodig was.
De beer Bosman zegt, dat de aangeslotenen aan de
leiding dus niet meer behoeven te betalen, dan de gewone
contractprijzen.
De heer Jansen vraagt, ot de levering van duiu-
water indertijd aan de gemeente Oudorp niet is geweigerd.
De V oor zit, ter zegt, dat het heelemaal eene zaak
is van de duinwaterleiding-maatschappij.
De heer de Lange vraagtof de uitkeering van
20 pet. aau de gemeente boven de bruto-ontvaugst van
f 18000 ook genoten wordt voor de leverantie aan de
bewoners van Heiloo.
Voorzitter: Neen.
De heer Kraakman is van oordeel, dat alleen onder
die voorwaarden de wijziging dient te worden toegestaan.
Hij meent zelfs, dat zulks de bedoeling is. Anders zouden
de inwoners van Heiloo worden bevoordeeld boven die
van Alkmaar. Hij wenscht omdat het voorstel daarvan
zwijgt de genoemde voorwaarde daaraan te verbinden.
De heer Boelmans ter Spill zou gaarne weten,
wat het contract zegt.
De heer Kraakman doet lezing van het betrek
kelijke artikelhetwelk zegtdat levering aan Heiloo
niet kan geschieden, dan met machtiging van den Raad.
De heer Bosman oordeelt, dat het bestaande tarief
ook op de leverantie aan inwoners van Heiloo van toe
passing dient te zijn. Hij is het met den heer Kraakman
eens, dat die inwoners zouden profiteeren van eene inrich
ting van Alkmaar boven de ingezetenen dier gemeente.
De uitdrukkelijke voorwaarde, dat de 20 °'0 zich ook
uitstrekt over de leverantie aan inwoners van Heiloo en
dat het bestaande tarief daarop van toepassing is, dient
naar het gevoelen van de heeren Kraakman en
Boelmans ter Spill aan de wijziging te worden
verbonden.
De heer Boelmans ter Spill vraagt nog hoe
tegenwoordig die regeling geschiedt, n.l. of de opbrengst
van Bergen ook in de bruto-opbrengst is begrepen.
De Voorzitter meent van wel, doch in Bergen wordt
woinig water geleverd. Is dit wel het geval, dan is dit
naar het oordeel van den heer Boelmans ter Spill eene
reden te meer, om de opbrengst van Heiloo daarin ook
op te nemen.
Het voorstel wordt goedgekeurdmet dien verstande
dat het wordt gewijzigdzooals bij amendement werd
voorgesteld.
Wik- en weegloonen.
10. Burg. en weth. bieden ter vaststelling aan eene
verordening op de heffing van wik- en weegloonen, met
daarbij behoorende uitvoerige memorie van toelichting
zoomede eene verordening op de invordering dier loonen,
als gevolg van de omstandigheid, dat de thans vigeerende
verordeningen slechts tot 31 December 1896 zijn goed
gekeurd. Eene heffing van f 0,60 per 100 K.G. wordt
opnieuw voorgesteld.
Zonder hoofdelijke stemming de aangeboden verorde
ningen vastgesteld.
Kiool bewesten Scharloo.
11. De vaste commissie van bijstand voor de gemeente
werken adviseertten aanzien van het in hare handen
ten fine van bericht en raad gestelde adres van J. Leijen, te
Bergen, om kosteloos bij de gemeente in eigendom en onder
houd te mogen overdragen een door hem aan te leggeu eivor
mig riool in een gedeelte gedempte polderslootgelegen
bewesten en achter Scharloo, van welk gedeelte sloot hij
door aankoop eigenaar is geworden en welke overdracht
hij wenscht te doen plaats vinden onder bepaling dat
de verzoeker of zijne rechtverkrijgenden (in dit geval de
gemeente) het recht zal hebben dit riool eventueel te
mogen verlengendit verzoek in te willigen. Zij heeft
daarbij rekening gehou len met de omstandigheden dat
de sloot gedeeltelijk is gedempt door burg. en weth., na
machtiging van het betrokken polderbestuurmet het
oog op den openbaren gezondheidstoestand ter plaatse
doch waarvan het gevolg was dat de aangrenzende lan
derijen van den verzoeker gedeeltelijk de afscheiding ver
loren met den openbaren weg en naburige ervenwelke
omstandigheid den verzoeker er toe brachten dit gedempte
gedeelte sloot te koopen. Aangezien echter niet uit het
oog mag worden verlorendat het riool bij overname
blijft liggen in gronddie niet aan de gemeente in
eigendom toebehoort, meent de commissie dat aan die
overname de volgende eischen moeten Worden gesteld, t. w.:
a. de grond waarin het riool ligtmag ter weerszijden
van dat riool over eene breedte van 0,60 M. nimmer
worden bebouwd of ongeschikt gemaakt, waardoor het
schoonmaken of herstellen zou kunnen worden be-
moeielijkt
b. aan B. de Wijs en C. Slegtkamp of hunne rechtver
krijgenden moet het ongestoorde bezit hunner rioleering,
aansluitende aan het over te dragen riool, door des
verzoekers grond worden verzekerd
c. te allen tijde moeten herstellingen aan dat riool en zijne
in het vervolg aan te brengen verlenging kunnen worden
uitgevoerdverstoppingen daarin opgeruimd of het
riool worden schoongemaaktzoomede aansluitingen
worden aangebrachthetzij voor zooveel dit laatste
betreftdoor de gemeente zelve hetzij door derden
krachtens vorgunning van het gemeentebestuur, zonder
dat een dezer tot vergoeding van geleden schade aan
des verzoekers eigendom veroorzaakt door het uit
voeren der werkzaamheden, verplicht is, geldende deze
bepalingen ten aanzien der verlenging alleen dan, indien
de gemeente tot die verlenging overgaat
cl. de overname geschiedt niet eerder dan wanneer de
aanleg en de aansluiting aan het riool van den heer
Kleintjes is geschied
e. de kosten van overdracht en levering betaalt de ver
zoeker.
De heer Kraakman verklaart officieus ingelicht
te zijn, dat Leijen dat voorstel zoo niet kan aanvaar
den. Hij stelt voor het rapport der commissie te zenden
aan burg. en weth. om advies, met het doel met Leijen
in overleg te treden en zoo noodig tot eene oplossing
te geraken, aangezien het riool' wenschelijk, nuttig en
noodig is.
De heer de Sonnaville meent, dat de geheele
kwestie bestaat in de verlenging. De commissie heeft te
dien aanzien voor de belangen der gemeente gewaakt en
daarom deze conditiën gesteld aan Leijen. De beer
Stoel meent, dat het riool gelegd is met de bedoeling
het te verlengen en daarin meerdere perceelen te doen
uitmonden. Ware dit niet het geval, dau had de ver
zoeker geene rioolbuizen behoeven te nemen, wijd 30x 45
c.M. Ook de heer de Groot zegt, dat de commissie
de zaak zeer goed heeft overwogen. Het kan niet uit
blijven, of de toestand der sloot, zooals die thans is, zal ge
lijk worden aan die op den hoek van den Bergerweg, zeer
ongezond. Het beginsel van de commissie is ook geweest,
om later het riool door te trekken naar de Hoevervaart.
Tbans is het in het niet gedempte gedeelte sloot reeds
een stinkboeL
Hij meent, dat de Raad zich gerust aan de conclusie
van het rapport kan houden.
Ook de heer C a n t e r s wil het voorstel der com
missie behandelen.
De heer Bruinvis zegt, dat de heer Stoel en hij
indertijd in de vergadering van ingelanden zijn geweest,
waarbij het gedeelte sloot aan Leijen werd afgestaan.
In die vergadering is men niet mee kunnen gaan, met
de voorwaarden door de gemeente Alkmaar en den heer
Stoel als ingeland gesteld. Alleen is door het polder
bestuur bedongen het maken van een riool. De sloot is
indertijd gedempt met het oog op de in de nabijheid
heerschende besmettelijke ziekten.
Als de stad het riool wil overnemen, dan moet ter
wille van den hoogst ongezonden toestand aansluiting
worden toegestaan.
De heer de Groot betwijfelt of de polder het recht
heeft een sloot te verkoopenwaar derden reehten op
hebben Als Leijen niet wildat anderen aansluiten
dan dient de gemeente hem evenmin dat recht op het
bestaande riool te verleenen.
De heer Kraakman zegt, dat Leijen zich onderwerpt
aan alle voorstellen der commissie. Alleen blijft het
riool liggen in den grond van Leijen, Dat riool reeds
gelegd, is thans droog, omdat niemand er op uitwatert.
Leijen wil echter het recht van uitwatering aan de
gemeente gevendoch hij wil niet toestaan dat bij
eventueele verlenging de gemeente door zijn grond gaat
tot de Hoevervaart.
De heer Stoel verklaartdat het de bedoeling is
door de sloot te gaan. In die sloot heeft Leijen weder
rechtelijk een dam gelegd waardoor de doorstrooming
die vroeger bestondis belet
De heer Kraakman meent', dat als de gemeente
het aanbod van Leijen niet aanvaardtzij nimmer aan
sluiting zal krijgen voor de perceelen aan en achter
Scharlo.
De Voorzitter. Leijen was verplicht dat riool
te leggen.
De heer Kraakman. Maar hij was niet verplicht
aansluiting te verleenen.
De heer Bruinvis. De door den heor Stoel indertijd
bedongen voorwaarde is door het polderbestuur niet bij
den verkoop overgenomen.
Na eenige discussie tusschen de heeren van den Bosch,
de SonnavilleKraakman en Janssen hoofdzakelijk be
treffende de verlengingzegt de beer Kraakman,
dat het doel der toekomstwaarop thaus alles af zal
stuitentoch niet bereikt zal worden. In het leggen
van een riool in den grond van den verzoeker zal
deze nimmer berusten. Wat i3 er tegen, de zaak naar
burg. en weth. te verwijzendeze evenals de leden
zullen zich van de zaak ter plaatse kunnen overtuigen.
De stukken worden vervolgens zonder hoofdelijke stem
ming om advies gesteld in handen van burg. en weth.,
den heer Leijen gehoord.
Uitbouw Menneuierstraatweg.
12. Door burg. en weth. is bij hun voorstel op het
adres van den heer C. Bosman om een uitbouw voor
zjjn aan den Kennemerstraatweg te bouwen perceel te
mogen maken, welk voorstel de vorige vergadering werd
aangehouden, thans overgelegd eene situatie, aanwijzende
den nu bestaanden toestand.
Tot toelichting wenscht de heer Boelmans ter
Spill een enkele vraag te doen. Hij toch zon gaarne
willen weten, of het de bedoeling is, de stoep buiten het
hek te laten uitspringen.
Da heer de Sonnaville antwoordt ontkennend.
Belanghebbende heeft op aanraden van de commissie van
bijstand verklaard, met do stoep niet buiten den uitbouw
te zullen gaan.