Nederland. Be Parijsehe tentoonstelling van 1900. Het hoofdbestuur der Vereeniging ter bevordering van Fabrieks- en Hand werksnij verheid in Nederland heeft aan de Tweede Kamer een adres gerichter op aandringende dat alsnog eene officieele commissie zal worden benoemd en de kosten eener Nederlandsche af- deeling op de bovengenoemde tentoonstelling voor oen goed deel door de schatkist worden gedragen. Amsterdam. Niet minder dan 21182 personen hebben zich reeds bij de commissie voor werkverschaf fing aangomeld om werk in de a.s. wintermaanden. Den 6 werd een jonkman, die van zijn meisje kwam, op weg naar den IJpolder, aangevallen door eenige opge schoten knapen, die hem sloegen en mishandelden. Op eens hoorden de buren oen akelig gegil, en toen bleek het, dat men hem met een mes een steek in den rug had toegebracht. In zijn bloed badendewerd hij in een nabijgelegen woning gebracht, waar hjj nog verpleegd wordt en in bedenkelyken toestand verkeert. Minnenijd schijnt hier weder een hoofdrol te spelen. Ook schijnt bepaald uitvoering gegeven te zijn aan een vooraf beraamd plan. De hoofddader is reeds naar Amsterdam gebracht, nadat een streng verhoor had plaats gehad. De drie anderen bevinden zich ook in hechtenis. Door het hoofdbestuur der Hollandse lie Maat schappij van Lanilbonn is in de plaats van den heer P. B. J. Ferf, die als commissaris van de Onder linge Verzekering der leden van de Maatschappij moet aftreden gekozen de heer P. J. A. de Bruine te Zwijn- drecht. Benoemd in het bestuur van West-Friesland tot hoofdingeland C. Spaans Hz. en tot plaatsvervanger K. Rezelman en J, Breebaart Kz. Een gelukkige vondst. De Texelsche blazerschipper C. Koopman vischte, terwijl hij ter reede garnalen korde een vischtorpedo op, welke daar tijdens de zomer-oefeningen door een der pantserschepeu verloren werd. De gelukkige vinder bracht zijn vondst aan en ontving van do directie der marine terstond de uitgeloofde premie van f 250. Bever»-ijk. Bij beschikking van den minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid is de heer J. Gonlag alhier, benoemd tot buitengewoon opzichter bij de wer- kon van het Noordzeekanaal te Velzen. Callantsoog. De inventaris van den gestranden Belg. stoomtrawler Louise Marie" is geborgen. Het vaartuig zit nu bijna geheel onder water en wordt als verloren beschouwd. De namen der fliuke mannen die met de haringvlot van schipper Bakker de in nood ver- keerende opvarenden hebben gered, zijn Jacob Bakker, schipper, Maarten Bakker, Arie Kooij, Jan Hollander, Jacob Duit, Pieter Bakker, Arie Bakker en Arie Kooger, van Callantsoog. Hiturn. Het bestuur van het in 1897 alhier te houden 50e Nederlandsch Landhuishoudknndig Congres heeft in een circulaire aan belangstellenden, verzocht opgave van vraagpunten van actueelen aard, die men wensche- lijk acht, dat op het CoDgres in behandeling komen. De inzender van een vraagpunt is niet bepaald verplicht het ook zelf in te leiden. De gelegenheid tot inzending staat open tot 1 Januari 1897 by den lsto secretaris, den heer dr. D. Knuttel alhier. Plaatselijke belastingen. Bij het afdeelingsonderzoek van het wetsontwerp houdende afwijking van de regels der gemeentewet om trent plaatselijke belastingen ten behoeve van de gemeenten Alkmaar Edam Hoorn en Purmerend werd er op ge wezen dat de Kamer sedert jaren op eene geldelijke ver laging van het maximum der hier bedoelde heffingen heeft aangedrongen. Daarom had men verwacht dat bij dit ontwerp het maximum der heffing op een lager bedrag dan 60 ct. ware gesteld. De leden die dit gevoelen uitspraken ver klaarden daarom met dit ontwerp niet te kunnen mede gaan en zij drongen er op aan om althans voor de ge meenten AlkmaarPurmerend en Hoorn een aanzienlijk lager maximum te stellen. »Zoo Bradmouth is altijd een uitstekend plaatsje geweest voor schandalen maar wanneer ik in uw plaats was, mijnheer Rock, zou ik mij weinig aan die praatjes storen. Heb geduld en alles zal nog wel terecht komen. In elk geval zal er nu niet meer over Joan Haste en sir Henry Graves gebabbeld worden want hij is naar huis gegaan waar hij zich met andero dingen zal hebben te bemoeien. En hier heb ik het plan voor den stal misschien kunt ge mjj eenige opheldering geven." Samuel legde het plan uit en ging daarna heen, zonder port want het scheen zijn gastheer toe, dat hij al opgewonden genoeg was. Toen bij was vertrokken, stond mijnheer Lovinger op en liep eenige malen de kamer op en neerdat was zijn gewoonte, wanneer hij diep nadacht. Hij had tegenover Samuel luchthartig over sir Henry Graves en Joan Haste gesproken, doch hij wist, dat net niet zulk een luchthartige zaak gold. Hij was door zijn betaalde spion, juffrouw Gillingwater, op de hoogte gebracht van hun verhouding doch hij kon geen voorwendsel vinden, dat hem recht gaf tusschenbeide te komen, tenzij hij zich bloot wilde stellen aan vragen, die hij niet gaarne zou willen beantwoorden. Nog pas den vorigen dag had juffrouw Gillingwater hem bezocht, om te vertellen welke praatjes er liepen over het tooneel van sir Reginald's steribod, en hij kon niet ontkennen dat in al die verhalen een grond van waarheid school. Het was duidelijk, dat Henry niet met Emma wenschte te trouweu en het was waar schijnlijk dat deze weigering, gedaan op zulk een plechtig oogenblik. in verband stond mot Joan. En om de maat vol te maken kwam nu ook nog Samuel Rock met het verhaal hoe hij door diezelfde Joan was afgewezen, wat hij weet aan Henry Graves. Het gevolg van die overpeinzingen was de boodschap aan Joan, waarbij zij werd uitgenoodigd op Monk's Lodge te verschijnen. Joan schelde aan de keukendeur en vroeg mijnheor Levinger te spreken. Zij werd blijkbaar verwacht, want. de bediende wees haar onmiddellijk den weg naar het studeervertrek, waar zij mijnheer Levinger vond, die op- Bij vele andere reden bestond tegen dit ontwerp geen bedenking. Fersolierpins «Ier Boterwet. De veranderingen, door de Regeering voorgesteld in de Boterwet (welk woord nu tevens ter aanhaling der wet als officieel wordt voorgeschreven), strekken in de eerste plaats om het bedrog beter te bestrijden. Art. 2 al. 1 wenscht de Regeering nu aldus te lezen »Het is verboden een surrogaat van boter te leveren, of het, hetzij in een winkel of op eenige andere openbare verkoopplaats, hetzij bij het in het openbaar uitstallen, rond venten, ter levering rondbrengen of bezorgen van waren voorhanden to hebben, indien niet op de verpakking of, bij gebreke daarvan op het surrogaat zelf het woord «margarine" of, is het niet uit oleo-margarine bereid, het woord «surrogaat in duidelijke letters voorkomt en daarenboven, indien het surrogaat in een winkel of op eenige andere oponbare verkoopplaats voorhanden is, voor de bezoekers, indien het bij het uitstallen van waren in het openbaar voorhanden is, voor het publiek duidelijk zichtbaar is." Door de bijvoeging der cursief gedrukte woorden zal het bedrog beter kunnen worden tegengegaan. Om den ambtenaar beter te wapenen bij het opsporen van overtredingen der wet, wordt voorgesteld het eerste lid van artikel 5 te lezen als volgt «De ambtenaren in artikel 3 bedoeld zijn bevoegd monsters te nemen van boter of daarop gelijkende waren, die geleverd worden of, hetzij in een winkel of op renige andere openbare verkoopplaats, hetzij bij het in het open baar uitstallen, rondventen, ter levering rondbrengen of bezorgen van waren voorhanden zijn. Zij zijn bevoegd I daartoe de middelen van vervoer en alle voorwerpenwaarin ivaren rondgevent, ter levering rondgebracht of bezorgd worden, of, hetzij in een winkel of op eenige andere openbare verkoopplaats, hetzij bij uitstalling in het open baar voorhanden zijn, te onderzoeken. De bevoegdheid tot het nemen van monsters bestaat niet, wanneer de op boter gelijkende waren als surrogaten van boter zijn aangeduid op eene der in en krachtens art. 2 voorge schreven wijzen." Eindelijk wordt de openbaarmaking van het vonnis of een uittreksel daarvan gebiedend voorgeschreven. Vceuitvoer. Niettegenstaande Frankrijk den invoer van Neder landsch vee verboden heeft, blijft de uitvoer naar België I van des te grooter betcekenis. Van 28 Nov. tot 5 Dec. werden langs het grensstation Rozendaal uitgevoerd naar België: 66 stieren, 53 ossen, 128 koeien, 274 vaarzen, 253 kalveren, 165 schapen en 85 varkens, totaal 1024 stuks vee, eene waarde vertegenwoordigende van ruim f 125,000. Besmettelijke veeziekten. By min. beschikking is thans het vervoer van her kauwende dieren en varkens naar het overige gedeelte des Rijks verboden, wat Noord-Holland betreft, uit dat gedeelte dezer provincie, gelegen ten zuiden van het IJ en het Noordzeekanaal. Het verbod is niet toepasselijk op 1°. herkauwende dieren en varkens, welke per spoor in geplombeerde wagens worden doorgevoerd; 2°. her kauwende dieren en varkens, welke per spoor in geplom beerde wagens worden uitgevoerd met rechtstreekscbe bestemming naar buitenlandsche slachtplaatsen; 3°. herkauwende dieren en varkens, welke per spoor in ge plombeerde wagens worden uitgevoerd met rechtstreek- sche bestemming naar Nederlandsche abattoirs of slach teryen, mits op de plaats van bestemming de ontzege ling der wagens, alsmede de ontlading en het vervoer naar de slachtbank geschieden onder politietoezicht en de slachting aldaar binnen 2 X 24 uren plaats vinde. Wanneer bijzondere redenen afwijking van het verbod noodzakelijk maken, kan die worden toegestaan door den Commissaris der Koningin in de provincie van uitvoer, onder voorwaarden, vast te stellen in overleg met den districts-veearts. De vroeger uitgevaardigde verbodsbepalingen betref fende vervoer van vee, blijven ook na het in werking treden dezer beschikking van kracht, zoolang zy niet zijn ingetrokken. Wijl het schijnt dat in verschillende gevallen de vee- stond, haar de hand toestak en verzocht plaats te nemen. »U heelt mij laten roepen begon zij zenuwachtig. «Ja, ik dank je voor je komst. Ik heb iets met je te bespreken. Hij ging naar het raam en keek naar buiten, zoodat zij alleen zijn achterhoofd kon zien. «Ja, mijnheer «Het, spijt mij, dat ik de quaestie van je geboorte daarbij moet aanroeren, maar geloof mij, dat ik zulks niet doe om je te kwetsen." «Ik heb al zooveel over mijn geboorte gehoord," ant woordde Joau eenigszins driftig, «dat ik er mij weinig over bekommer, wie daarover iets tegen mij zegt. Ik weet wat ik ben, ofschoon ik niets weet van de bijzon derheden en menschen als ik moesten geen gevoel hebben." Mijnheer Levinger's schouders gingen ongeduldig op en neer en nog altijd mot het gelaat naar het venster ge keerd, sprak hij «Ik vrees, dat ik je ook nu geen bijzonderheden kan mededeelen, Joan, maar ik bid je, maak u het leven zelf niet onaaangenaam, want gij hebt toch het minst van allen schuld aan je ongelukkige positie." «De zonden dor vaderen zullen bezocht worden aan de kinderen," antwoordde Joau en zuchtend voegde zij er bij«Ik heb natuurlijk niot het recht iemand te ver- oordeolen. «Ik heb je gezegd, vervolgde mijnheer Levinger, zon der op deze woorden te letten, «dat ik je geen nadere inlichtingen kan geven omtrent je geboorte, zelfs niet den naam van je vaderwant indien ik zulks deed zou ik oen heilige belofte schenden." «Welke belofte, mijnheer De heer Levinger aarzelde even, vóór hij antwoordde «De belofte, die ik je vader op zijn sterfbed heb ge daan.'' «Dus heeft mijn vader, die mij het leven heeft gege ven om een voorwerp van ieders spot te zijn, u doen beloven, dat u mij nooit zijn naam zou noemen, zelfs niet na zijn dood Het spijt mij, dat ik dit van u moet hooren, want daardoor denk ik nog slechter over hem, dan ooit te voren Vader of geen vader maar een I markten hebben bijgedragen tot verdere verspreiding van het mond- en klauwzeer, heeft de Minister van Bin- nenlandsche Zaken aan de Commissarissen der Koningin in de verschillende provinciën medegedeeld, dat het uit vaardigen van marktverbod op groote schaal een punt van overweging bij hem uitmaakt. Een dergelijk verbod zou niet uitgestrekt behoeven te worden tot de plaatsen, I waar van gemeentewege een in alle opzichten behoorlijk toezicht op de veemarkten bestaat. In verband daarmede moeten de gemeentebesturen worden uitgenoodigd om een overzicht in te zenden van de verschillende maatregelen welke op dit gebied in elke marktplaats worden genomen. Aan het slot zijner aanschrijving doet de Minister op. merken dat bepaaldelijk het onderzoeken en keuren van het voor de markt bestemde vee ter voorkoming van besmetting van de markt hetgeen een gemeentelijk belang is behoort tot de taak der plaatselijke politie. Op do veemarkt te Groningen is den 10 mond- en klanwzeer uitgebrokon. Een rund werd lijdende ver klaard en 5 werden verdacht gehouden. De markt werd onmiddellijk afgesloten, zoodat de aanvoer in den rtgel 600 thans slechts 100 stuks bedroeg. Vele handelaars van buiten keerden huiswaarts. De aangetaste koe worden zakken om den kop en pooten gebonden. Te Apeldoorn is in de stallen van een kleinhande laar in vee bij 8 van de 13 stuks vee het mond- en klauwzeer geconstateerd. Het aangetaste vee was de vorige week gekocht op de markt te Deventer. Esmoiul aan Zee. Door mej. H. J. van Hall, alhier, worden pogingen in het werk gesteld, om een «Ons Huis'' op te richten. Het voornemen bestaat om daarin cursussen te doen houden in zeevaartkunde, gymnastiek en huisvlijt voor de jongens in naaien en knippen voor de meisjes, ter wijl des Zondagsavonds door voordracht of lezing gezellig samenzijn zal worden bevorderd. De hoofdleiding zal berusten bij den heer C. E. A. van Hall. directeur der «Prins Hendrik Stichting die den 7 de eerste bijeenkomst van 85 tot de jeugdige ver eeniging toegetreden leden leidde en hun een hartelijk welkom toeriep. Enkhuizeii. De aannemer van het bouwen van 48 arbeiderswoningen met opzichters-woning voor reke ning van het Snonek-van-Loozenfonds heeft het werk hetwelk voor f 310,000 was aangenomen, gestaakt. Naar men meldt, hebben de uitgaven de aannemings-som reeds met een aanzienlijk bedrag overschreden. Het werk zal nu voor rekening van de Directie van het genoemde fonds worden voortgezet. Monnikendam. Men is hier weder begonnen met de kindervoeding. In staat gesteld door eene bij drage van de ingezetenen en gesteund door de Vereeni ging «Hulpbetoon krijgen eiken morgen ongeveer tachtig schoolgaande kinderen van behoeftige ouders vooraf een flinke boterham en een glas warme melk. St. Maarten. Bij de den 9 gehouden verkiezing van twee bestuursleden voor den Ringpolder werd als hoofdingeland herkozen den heer Jan WeelHaringcar- spel en gekozen tot molenmeester (in de plaats van den beer C. Bos), de heer K. Blom Dz., alhier. Moordaanslag. In de Korte Hoogstraat te Rotterdam heelt den 9 een 18 jarig jongeling, die verliefd was, doch zich niet in de genegenheid van den vader van het meisje mocht verheugen, getracht dit meisje door een revolverschot te dooden, welk schot echter miste. Achtervolgd door politie-agenten en burgers, loste hij op dezen onderweg nog vijf schoten, die echter alJe mis waren. Daarop werd hij gegrepen en naar het politibu- reau gebracht. Naar de »N. R. Ct." meldt, is het niet onwaarschijn lijk, dat er een onderzoek naar de geestvermogens van den jongeling noodig geacht zal worden. lafaard was hij zeker ja, zulk een lafaard, dat ik hem mij bijna niet kan voorstellen." «Hij verkeerde in een moeilijken toestand, Joan ge behoeft niet te twijfelen aan de waarheid mijner woorden, want het zou gemakkelijk zijn u een leugen op den mouw te spelden en een valschen naam op te geven." «Neen, mijnheer, dat zou zeer gevaarlijk kunnen zijn want vroeg of laat zou ik te weten kunnen komen dat die naam valsch was." «Ik zal niet verder ppreken over de moraliteit van zijn besluit. Dat is een zaak, die hem alleen aangaat," her nam de heer Levinger opgewonden «zooals ik je heb gezegd, oordeelde je vader, dat zijn naam onbekend voor je moest blijvenik wil je echter wel zeggen, dat hy van adellijke familie was. Ook geloof ik, dat hij niet uit lafheid dit besluit heeft gonomen, doch meer om de rechten en do gevoelens van anderen te ontzien." «Eu heb ik dan geen rechten, mijnheer, heb ik geen gevoel?'' vroeg Joan bitter. «Is het zoo te verwonde ren, dat ik, die geen moeder meer heb, verlang te weten wie mijn vader was En kon bij dat niet voorzien hebben Is het genoeg dat bij mij heeft laten opvoeden in een herberg, door oen man die drinkt en een ruwe vrouw, die mij haat en graag zou zien dat ik even slecht was als zij zelf; die niet voor mij zorgde toen ik klein was en mij van kwaad tot erger liet gaan, toen ik ouder werd Waarom weigert hij mij het kennen van zijn naam Misschien kan ik over deze zaken niet goed oordeelen, maar mij schijnt het toe, dat, wanneer ooit een man slecht hoeft gehandeld tegenovor een arm meisje, dit door mijn vader is gedaan en, dood of levend, zal eens do dag komen waarop hij ter verantwoording zal worden geroepen zoolang er nog rechtvaardigheid bestaat. Plotseling draaide de heer Leviuger zich om Joan zag dat zijn gelaat bleek was van vrees of van toorn, en dat zijn oogen schitterden. «Schaam jij je niet, slecht meisje," sprak hij met zachte stem, «om aldus te spreken over je eigen vader, je over leden vader Weet je dat die woorden kunnen worden gehoord zelfs aan gene zijde van het graf, en hem na meloos verdriet kunnen berokkenen? Je bent hem eerbied verschuldigd, al heeft hij tegen je gezondigd, want hij heeft u het leven geschonken. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1896 | | pagina 2