II Acht en Negentigste Jaargang. 18^0. Y R IJ 1) A 6 18 DECEMBER. Kaas-,* Graan- en Veemarkt. Brandweer. Zitting van den Gemeenteraad Woensdag 16 December 1896, NO. ÏOO. Tweede blad. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- eu Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar 0,89; franco door het geheele rijk 1, 3 Nummers 0,96. Afzonderlijke nummers 3 ets. Prijs der gewone Advertentlön Por regel f 0,15. Gcrooto letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Telefoonnummer: 3* BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennis dat wegens het invallen van 25 December en 1 Januari a.s. op een Vrijdag en 26 December a.s. op een Zaterdag de met die dagen samenvallende markten zullen worden gehouden als voigt de Graan- en Kaasmarkt op Woensdagen, den 23 en 30 December a.s.; de Zaterdagsc/ie weekmarkt op Donderdag24 De cember a.s. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT, Voorzitter. 11 Dec. 1896. C. D. DONATH Secretaris. Keuring van vee. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van belanghebbenden, dat tot nader te bepalen tijd alle vee, hetwelk op de weekmark ten alhier zal worden aangevoerd, zal worden onder worpen aan eene keuringalvorens het op de markt oen plaats zal mogen innemen. Deze keuring, die zal aanvangen zoodra het d glicht zulks toelaatzal worden gehouden aan den Ingang van de Houttllstraatwaar deze samenkomt met Pieterstraat, Paardensteeg en Peperstraat. Ten einde haar naar wensch te doen slagen zal het vee slechts langs het genoemde keuringsterrein ter markt mogen worden aangevoerd. Van de markt komende ledige wagens mogen dat keuringsterrein niet opnieuw passeeren. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar A. MACLAINE PONTVoorzitter. 15 Dec. 1896. C. D. DONATH Secretaris. Pcrsonecle belasting. Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te ALKM AAR brengt, op grond van artikel 1 der wet van 22 Mei 1845 (Staatsblad no. 22), bij deze ter kennis van de ingezetenen der gemeente, dat twee suppletoir kohieren, Nos. 5 en 6, der Personeels belasting, dienstjaar 1896/7, op 14 Decem ber 1896 door den Directeur der directe belastingen in Noordholland executoir verklaard, heden aan den Ont vanger der Rijks directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering zijn overgegeven. Alkmaar, Het Hoofd van het Bestuur voornoemd, 16 December 1896. A. MACLAINE PONT. De manschappen In dienst bij de brand spuiten Nos. 1, 2 en 5 of daarvan in den loop van 1896 ontslagenkunnen de hun over 1896 toekomende belooning ontvangen bij den gemeenteontvanger, op 21 en 22 De cember a.s.van 's morgens 9 tot 's nainid dags 2 uur. TAN ALKMAAR, 's namiddags 123/4 ure. Voorzitterde Burgemeester A. Maclaine Pont. Tegenwoordig 14 leden. Afwezig de heeren Witte, de Groot en Bosman. Secretaris de heer C. D. Donath. De Voorzitter opent de vergadering waarna de notulen der vorige vergadering gelezen en goedgekeurd worden. 1. Aan de vergadering wordt medegedeeld 1°. dat B. en W. in hunne vergadering van 14 Dec. 1.1. in de noodzakelijkheid zijn geweest den marktmeester J. C. Doll, wegens onregelmatigheden in zijne betrekking te schorsen in afwachting van den uitslag van het in te stellen justitieel onderzoek. Aangenomen voor kennisgeving. 2°. dat W. B. Goorkate te Vianen heeft berichtde benoeming tot onderwijzer aan de openbare bnrgerschool onder dankbetuiging aan te nemen. Aangenomen voor kennisgeving. 3°. dat zijn ingekomen de volgende stukken a. een adres d.d. 2 December 1.1. van B. en W. van Eg- mondbinnen, houdende het verzoek het daarheen te leiden, dat de tolheffing op den Hoeverschelpweg van Alkmaar naar Egmond aan den Hoef wordt afgeschaft. Gesteld in handen van B. en W. om bericht. b. een adres, ongedateerd, den 9 December 1.1., ontvangen van M. Bakker en 44 andere ingezotenen houdende het verzoek om de belasting op het houden van honden, voor zooveel het trekhonden aangaat, afteschaffon. Als voren. c. een be-lnit van heeren Ged. Staten, d.d. 9 December 1.1. no. 37tot vaststelling der gemeente-rekening over 1895. Ter visie gelegd. Tijdelijke scldleenlng. 2. In verband met het uittrekken zoowel onder de ontvangsten als onder de uitgaven der begrootiug voor 1897, van een post voor het aangaan en weder aflossen eener tijdelijke geldleening ter voorziening in het be staande kas-tekortverzoeken B. en W., nu de moge lijkheid niet is buitengesloten dat die begrooting niet vóór 1 Januari a.s. zal zijn goedgekeurd aan den Raad de machtiging, om behoudens goedkeuring van Ged. Sta ten in 1897 f 60000 tijdelijk te mogen opnemen tot het genoemde doeleinde tegen de rente van den dag, af te lossen vóór of op 31 December van dat jaar. De hoer Kraakman vraagt of het niet de bedoeling ishet bosluit van 18 December 1895in welk jaar het kastekort is ontdekt te verlengen. Hij zou in dat geval gaarne zien dat uit het aangeboden ontwerp-be sluit het verband met het aangehaalde besluit bleek. Nadat hij daartoe het voorstel deed en B. en W. dat voorstel overnamen wordt zonder hoofdelijke stemming de gevraagdo machtiging verleend. Deug over de Sandersloot. 3. Ten aanzien van het bjj adresd.d. 24 Novem ber door A. Bakkerlandman aan de Vier Staten gedane verzoek om hem vergunning te willen verleenen, tot het leggen van een brug over de Sanderslootter bereiking van het hem toebehoorondo land aan die sloot gelegen berichten B. en W., dat de Sandersloot in eigendom toebehoort aan den Eendrachtspolder en dat adressant zich mitsdien tot het bestuur van dien polder zal moeten wenden met zijn verzoek op hetwelk naar hunne meening door den Raad geene beschikking mag worden genomen. Intusschen achten zij het mogelijk, dat de verzoeker zich min juist heeft uitgedrukt en dat het zijne bedoeling is van het bestuur dezer gemeente vergunning te ver krijgen tot het hebben van fon uitgang op den weg langs de Sandersloot. Die onderstelling is te waarschijnlijker, omdat adressant onlangs eon strook land langs den Ach terweg zich uitstrekkende tot eu begrensd door de Sanderslootover ongeveer 3/4 van de diepte heeft ver kocht en voor welk land een goede uitgang op den Achterweg bestaat. Toen is door hem verzuimd een strook als uitweg voor den daarachter gelegen grond te reserveeren. Naar de zienswjjze van B. en W. strekt nu dit verzoek om in dat verzuim te voorzien. Het komt hun voor dat de gevraagde vergunning niet moet worden verleend. Immers zal, naar zij vreezen, het verkochte voorterrein langs den Achterweg weldra tot bouwterrein worden ingericht en het valt niet te misken nen dat daarna ook het achtergedeelte daarvoor in aan merking zal komen. In dat geval zal het van groot be lang zijn invloed te kunnen aitoefenen op de indeeling van het bouwplan op bestrating rioleering enz. Een middel daartoe is het weigeren van dit recht van uitgang, indien niet aan de door de gemeente te stellen voor waarden wordt voldaan. Werd thans aan Bakker de door hem gewenschte vergunning verleend zoodat er over de Sandersloot een wellicht betrekkelijk kostbare brug werd gelegd dan zon het eventueel door de ge meente in te nemen standpunt worden verzwakt. Op grond hiervan stellen B. en W. voor aan den adressant te berichten dat hij zich ten onrechte tot den Raad heeft gewendvoor zooveel het leggen der brug betreft doch datindien het zijne bedoeling is vergun ning te verkrijgen tot het hebben van een uitgang op gemeentegrond op den weg langs de Sandersloot die vergunning vooralsnog wordt geweigerd. De heer Kraak man vraagt, op welken grond B. en W. beweren, dat de Sandersloot eigendom is van den Eendrachtspolder. Hij heeft voor zich het bijzonder reglement van dien polder met zijne grenzen en nu valt de Sandersloot buiten de omschreven grenslijn, hetgeen te begrijpelijker is, daar de Sandersloot buitenwater is. Hij heeft niet tegen het gedane voorstel, maar hij zou B. en W. in bedenking willen geven, het verzoek voor alsnog van de hand te wijzen, in het midden latonde, wie van de Sandersloot eigenaar is. Geeft do Raad vergunning dan kan het land als bouwterrein gebruikt worden voor allerlei huisjes, zonder dat daarop eenig toezicht van overheidswege bestaat. Wil men van het land bouwterrein maken, dat men dan ook komt, eveDals vroegere verzoekers, met een goed uitgewerkt plan, aan duidende bestrating, rioleering, ophooging enz. De heer Stoel geeft B. en W. in overweging met den Eendrachtspolder in overleg te treden, teneinde uit te maken, aan wie de Sandersloot behoort. De gemeente heeft bij haar bezit belang, het polderbestuur niet. De heer Kraakman zou niet verlangen overdracht der slootdoch hij gelooft dat op het kadaster eene foutieve tenaamstelling heeft plaats gehad welke dient verbeterd te worden bij eene gewone rectificatie. In dien zin beveelt hij deze aangelegenheid bij B. en W. aan. Nadat de heer Stoel in herinnering bracht, dat een zelfde geval zich voordoet bij de sloot achter de Cadet tenschool wordt het voorstel van B. en W. gewijzigd in den geest, zooals de heer Kraakman bedoelde, zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Toepassing van arbitrage. 4. Bij adressen d.d. 28 October en 14 November 1.1. hebben de besturen van den Nederlandschen aannemers- bond en van de vereeniging van Nederlandsche steen- fabrikanten zich tot den Raad dezor gemeente gewend met het verzoek te willen medewerken, om de wanver houdingen welke bestaan tusschen aanbesteder en aan nemer op te heffen, door te bepalen, dat bij mogelijke geschillen, uit aanneming van werk voortspruitende, ar bitrage zal worden toegepast. B. en W deelen mede, dat bij raadsbesluit van 25 Jauuari 1854 werden vastgesteld »algemeene voorwaarden behoorende bij de bestekken van aan- of uitbesteding, ten behoeve der gemeente Alkmaar. Daarin wordt onder 24 aan B. en W. de beslissing in geschillen opgedra gen worden onder 33 alle risico's, onder welke ook de schaden, welke uit rampen voortspruiten, op de schouders van den aannemer gelegd en worden eveneens onder 34 alle schaden, welke uit sduisterheden in het bestek voortkomen naar de zjjde des aannemers ge schoven niettegenstaande die »duisterheden" veelal juist te wijten zijn aan de onnauwkeurige omschrijvingen van den aanbesteder. Al slaat men alleen op deze paragrafen het oog, dan reeds zou naar het oordeel van B. en W. erkend moeten worden, dat de klachten van adressanten over ongelijke rechtsbedeeling, voor zooveel deze gemeente aangaat, alleszins rechtmatig zijn. Ook van de technische voorwaarden schijut te mogen worden getuigd, dat ze geheel verouderd zijn, zoodat, indien do Raad prijs mocht blijven stellen op» het behoud van speciale algemeene voorwaarden voor deze gemeente deze onverwijld aan eene herziening zouden moeten wor den onderworpen, welk laatste B. en W. meenen te moeten ontraden, omdat het ontwerpen van nieuwe A. V. voor eene gemeente met schier onoverkomenlijke moeielijkheden gepaard gaat, terwijl wel steeds duister heden zullen blijven bestaan. Op het voorbeeld van andere gemeenten zouden B. en W. er veeleer de voorkeur aan geven, de A. V. van het Departement van Waterstaat, Handel en Nijverheid van toepassing te verklaren in dier voege, dat deze in be stekken van gemeentewerken voor zooveel noodig zullen worden aangehaald. Daarmede zal evenwel aan het verzoek van adressanten niet geheel worden voldaan, omdat daarin bij eventueele gevallen in slechts vier gevallen arbitrage voorgeschreven wordt en in alle andere gevallen de Minister (waarvoor te lezen B en W.) zich de eindbeslissing voorbehoudt. Zijn B. en W. echter wel ingelicht, dan is men aan het Ministerie van W. H. en N. reeds begonnen de A. V. in voor den aannemer milderen zin te wijzigen. B. en W. wenschen niet vooruit te loopen, op hetgeen de Minister zal bepalen, aangezien toch ongetwijfeld eene groote schrede vooruit wordt gedaan, indien de voor de gemeente van kracht zijnde, verouderde A. V. worden ingetrokken. B. en W. stellen daarom voor a. de A. V. dezer gemeente, vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 25 Januari 1854 in te trekken b. te bepalen dat de A. V. van het dep. van W. H. en N. voor zoover daarin voorkomende bepalingen in de bestekken niet uitdrukkelijk worden uitgezonderd, op de publieke werken dezer gemeente van toepassing zullen zijn c. aan de adressanten te berichten dat de Raad de gegrondheid hunner bezwaren erkennende zal trachten daaraan zooveel mogelijk tegemoet te komen. De heer Kraakman heeft tegen deze laatste clausule een overwegend bezwaar. Omdat hij de gegrondheid der bezwaren niet erkent, zal hij daartoei'niet medewer ken, vooral niet omdat zij toepassing van arbitrage bedoelt. Hij kan zich de bezwaren van don aannemer voorstellen, uit aanneming van werk voortspruitende, doch hij vindt toepassing van arbitrage in eenig contract de ongeluk kigste bepaling. De aannemer stelt zich bloot aan op onthoud der werken hetwelk niet te overzien is. Hij zou wenschen het voorstel sub c zoodanig te wij zigen dat de Raad niet gezind isover te gaan tot toepassing van arbitrage. Verder verklaart spreker tegen de intrekking der A. V. dezer gemeente te zijn zoolang niet de Commissie van bijstand daarop heeft geadviseerd. Deze A. V. bestaan reeds meer dan 40 jaren hebben al dien tijd goed gewerkt en de proef doorstaan in zake het proces dat de gemeente indertijd heeft gehad met den aanleg van den weg naar Heerhugowaard. B. en W. hadden toen het rechtdadelijk datgene uit te voeren wat de aannemer liet liggen. Om thans eene beslissing te nemen acht hij niet ge raden en hij stelt voorhet voorstel te verzenden naar de Commissie van bijstand om advies. De V o o r z i t t e r verklaartdat B. en W. geen be zwaar maken dit voorstel over te nemen. De heer Boelmans ter Spill merkt op, dat het steekhouden der A. V. door niemand zal worden betwij feld daar aan B. en W. daarin ongeveer alle macht toe komt. De grief van adressanten is eene geheel andere en deze komt hem niet onbillijk voor. Niet alle recht be hoort te zijn aan de zijde van den aanbesteder, maar een deel daarvan komt zeker den aannemer toe. Daarin ligt alle waarheid. Hij zou de vier gevallen, waarin het Rijk

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1896 | | pagina 5