Over ons GemeenteliBStuiir.
Negen en Negentigste Jaargang.
1897»
ZONDAG
17 JANUARI.
Buitenland.
MO. Sr Eerste blad.
ALK1AARSC
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het
geheele rjjk 1,
De 3 nummers 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Prijs der gewone Advertentlêm
Per regel 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
ïelefotinnuissacr3
Door de onregelmatigheden, welke in den laatsten tijd
onze goede stad zoo zeer in opspraak brachten, zijn veler
oogen gericht op de handelingen van het bestuur, dat,
naar het algemeen gevoelen, door een ander optreden,
wellicht tal van verkeerde practijken had kunnen voor
komen.
Wij stemmen met dat algemeen gevoelen in. Doch als
wij spreken van bestuurbedoelen wij daarmede niet
alleen het college van burg. en weth., maar tevens ook
den raad, welke immers gezamenlijk, volgens art. 1 der
gemeentewet, het bestunr der gemeente uitmaken.
Men versta ons wel. Wij willen doen uitkomen, dat
wij niet behooreu tot hen, die alle schuld van hetgeen
geschied is werpen op burg. en weth. en dat wij het stand
punt van sommige leden des gemeentebestuurs, die aldus
handelen, onjuist achten.
Hen gelde het woordherzie u zolf. Is het wel ooit
in hen opgekomen, dat het bij onderzoek de inrichting
der gemeente-huishouding kon blijken te zijn waaraan
het haperteece inrichtingmisschien wel door een
ontrouwen ambtenaar uitgedacht en bevorderd, maar
dan toch door den raad jarenlang goedgekeurd en be
stendigd
Wij meenen, dat het niet te ontkennen is, dat ook de
raad niet immer heeft gestreefd naar een correcte houding,
die noodig is om de gemeente-huishouding in 't rechte
spoor te houden, eene stelling tot welker verdediging wij
het een en ander zullen aanvoeren.
Van algemeens bekendheid is het, dat de raad vaste
commissiön zijner leden kan belasten met de voorberei
ding van hetgeen waarover hij heeft te besluiten. Zoo
vindt men hier eene «vaste commissie tot de belasting,
zaken en eenige andere onderwerpen van financiëelen
aard,'' eene commissie als bedoeld in art. 54 het lste
lid der gemeentewet. Haar werkkring is duidelijk om
schreven in eene verordening,!1) volgens welke zij zich
behoort te bepalen tot het ontwerpen van- of adviseeren
omtrent belastingverordeningen en het onderzoeken van
begrootingen en rekeningen van administratiëu.
Belastingzakenbegrootingenrekeningen. Met andere
onderwerpen mag deze commissie als zoodanig zich niet
inlaten of zij treedt buiten haar door de verordening
afgepaald terrein en tegelijk op het terrein vau een ander
En om nu slechts een enkele greep te doen in de
eerste raadsvergadering des vorigeu jaars, den 8 Januari
1896, werd een adres van den controleur der waterleiding,
om betaling van gelden wegens aan de gemeente gele
verd water, in hare handen gesteld om bericht en raad
werd door haar een rapport uitgebracht over de aan den
nieuw te benoemen gemeente-secretaris toe te kennen
jaarweddedoed zij het voorstel om gevolg te geven
aan het in hare handen gesteld verzoek om subsidie
voor eene te honden tentoonstelling van vet- en fokvee,
terwijl zij eveneens het voorstel deed om af te wijzen
een verzoek van vier leeraren der burgeravondschool om
verhooging hunner jaarwedden. Bij al deze zaken werd
naar de meening van burg. en weth. niet gevraagd.
Dit alles wat eene enkele willekeurig genomen raads
vergadering betreft. Raadpleegt men de gedrukte notulen
van vele laatste jaren, dan ontdekt men, dat de door
ons genoemde afwijkingen in ééne enkele vergadering
geenszins uitzonderingen zijn, maar dat do hier'bedoelde
raadscommissie, op het gebied der gemeeute-financiën
sedert vele jaren stelselmatig het terrein van buig. en
weth. heeft betreden. Geen zaak, waarbij de gemeent e
financiën slechts van verre betrokken zijn, wordt aan
het gemeentebestuur ingezonden of ze wordt zonder een
oogenblik te aarzelen, door den raad, met voorbijgang
van het verantwoordelijke dagelijksch bestuur, om advies
verzouden naar deze commissie, die zich, als ware het
een tweede college van burg. en weth., met de voor
bereiding bezig houdt. De geijkte naam dezer commissie
is dan ook steelsgewijze geworden«vaste commissie
van financiën."' Broederlijk hebben het dagelijksch bestuur
en deze raadscommissie sedert jaren ten onrechte de
zorg voor de gemeento-financiën gedeeld.
Ook in andere opzichten is de houding van den raad
tegenover burg. en weth., blijkens dezelfde gedrukte
notulen van vele laatste jaren even onbegrijpelijk als
verkeerd. Wij hebben het oog op de zaken, die behandeld
worden door de »commissie van bijstand, in betrekking
tot het beheer en onderhoud der plaatselijke werken en
eigendommen," eene commissie als bedoeld in art. 54,
het 2e lid dor gemeentowet.
Men behoeft geen voorganger te zijn op het gebied
van het gemeenterecht om te weten, dat eene raadscom
missie, die belast is burg. en weth. in het beheer van
een bepaalden tak der gemeente-huishouding bij te staan,
niet gerechtigd is en door den raad niet bevoegd kan
worden gemaakt, het dagelijksch bestuur op zijde te drin
gen. Bijstand is geen overnemen. Het denkbeeld van bij
stand sluit zelfstandigheid uit. Een commissie van bijstand,
die niet dan op voordracht van burg. en weth. kan worden
ingesteld, heeft zich tot bijstand te bepalen.
Het gaat niet aan, dat zij zich rechtstreeks tot den
raad wendt met voorstellen en evenmin, dat de raad aan
haar en niet aan burg. en weth. voorlichting vraagt.
Hoe geheel anders blijkt daarover te worden gedacht
in den raad onzer gemeente
Ook van deze commissie heeft de raad in den loop
der jaren een derde dagelijksch bestuur gemaakt, hoezeer
de verordening die haren werkkring regelt (2) geheel
in overeenstemming is met de door ons vooropgezette
denkbeelden. Geen zaak van technischen aard is aan de
orde of ze wordt, op voorstel des voorzitters, meestal
met algemeene stemmen, door den raad in handen dezer
commissie gesteld om bericht en raad, eene taak dooi
de Wet aan burg. en weth. opgelegd.
De gedrukte notulen zijn er weer om ons te overtui
gen, dat deze zoo al niet onwettige dan toch onregel
matige handeling, door toedoon van den raad, sedert
vele jaren als stelsel is aangenomen.
Onlangs heeft deze commissie eene beslissing voorbe
reid, betreffende de vaststelling der concessie-voorwaarden
voor de ontworpen tramverbrnding tusschen Alkmaar en
Oudkarspel. Aan haar rapport, te vinden op bl. 419 van
de gedrukte notulen over 1896 ontleenen wij de stof
voor dit opstel. Daarin lezen wij tot onze niet geringe
voldoening: Ofschoon zich daarbij weder een aantal
vragen opdeden, welker beantwoording naar onze mee-
«ning minder op den weg onzer commissie van bijstand
«en meer op dien van Burgemeester en Wethouders,
krachtens art. 179 sub s der Gemeentewet gelegen is,
«hebben wij ons het bestaande gebruik volgende
wederom beijverd eene beslissing op bedoeld adres naar
»ons beste weten voor te bereiden."
Wij vleien ons, dat met deze zinsnede een wenk is
bedoeld, een ernstige wenk aan den raad, om voortaan
af te zien van een bestaand gebruik, dat wij een mis
bruik noemen, tot het plegen van handelingen, die niet
op de Wet of op plaatselijke verordeningen zijn gegrond,
een wenk aan burg. en weth. om niet langer goed te
vinden, dat de raad blijft voortgaan de werkzaamheden
en de verantwoordelijkheid, door de Wet aan het dage
lijksch bestuur opgedragen, in andere handen te leggen.
Wij vleien ons, dat dezo wenk zal worden opgevolgd
en zien wij goed, dan dragen de gedrukte notulen over
dun allerlaatsieu tijd de spoten, dat men geneigd is een
anderen weg in te slaan. De Raad late thans nog na,
bij het stellen van stukken in handen van burg. en weth.,
te bepalen «de commissie van bijstand enz. gehoord''
Want al zullen burg. en weth. in gewichtige zaken, naar
wij mogen veronderstellen het deskundig advies der com
missie inwinnen aan het dagelijksch bestuur mag door
den Raad geen bijstand worden opgedrongen. Daarmede
wordt de verantwoordelijkheid verbrokkeld. Het dagel.
bestuur heeft zelf te beslissen of het al of niet wil wor
den bijgestaan door eene commissie van bijstand.
(J) Te vinden in Gernbl. n°. 7 van 1857.
(2) Te vinden in Gembl. n°. 129 van 1873.
DLtTSCMIzAIND. Den 13 hebben de werkstakers
13 druk bezochte vergaderingen gehouden, die zich alle
verklaarden tegen een onvoorwaardelijke hervatt.ug van
den arbeid, omdat dit een verootmoediging van de ar
beiders zou zijn. In alle vergaderingen word een resolutie
aangenomen, waarbij de werklieden aan zeven vertegen
woordigers uit de verschillende vakken opdragen, zich in
verbinding te stellen met den werkgevorsbond. Zij zijn
overtuigd, dat bij een gelijke tegemoetkoming van de
werkgevers een bevredigende oplossing zal worden gevon
den voer het geschil.
In den morgen van den 14 is eeD groote brand
uitgebroken in zes pakhuizen, waarin 25.000 tot 30.000
balen tabak waren opgeslagen, bestemd voor het vervaar
digen van sigaren. Drie der pakhuizen zijn geheel af
gebrand, de overige zijn zwaar beschadigd. Het is nog
niet na te gaan hoe groot de schade is.
EGTPTG. Een ziektegeval dat naar men vreest
Indische pest is, is te Suez geconstateerd aan boord van
de Oostenrijksche boot «Imperator die uit Bombay komt.
De patient is een vrouwelijke passagier, mrs. Clark. Op
bevel van den internationalen gezondheidsraad, moet de
boot zeven dagen onder observatie blijven.
ENttELAND. Blijkens de laatste berichten is het
een tweetal Europeanen gelukt, het bloedbad der Benin-
expeditie te ontkomen. Kapitein Boisragon en de regee-
ringscommissaris Locke, beide leden der expeditie, zijn
gered na zes dagen door een bosch gedwaald te hebben.
Beiden zijn licht gewond. Er bestaat geen hoop, dat de
andere leden der expeditie gered zijn.
Onmiddellijk is er besloten een militaire expeditie te
zenden. Zij zal bestaan uit vjjf'bonderd man, en zal ont
scheept worden op ongeveer twintig mijlen afstands van
de stad Benin. De operatiëu zullen beginnen in de tweede
helft der maand Februari.
De prins van Wales heeft de volgende mededeeling
doen zenden aan de Engelsche bladen.
«In antwoord op de vele verzoeken aan den prins van
Wales om raad aangaande de geschiktste wijze van vie
ring van bet zestigjarig regeeringsjubilee van koningin
Victoria, geeft Z. K. H. te kennen dat H. M. blijft bij
haar reeds eenmaal uitgesproken besluit om niet haar
meening te zeggen omtrent voorstellen om haar te hul
digen. Z. K. H. vertrouwt echter dat elke daad tot
herdenking van deze gebeurtenis, wanneer ze het uitvloeisel
is van den wensch van het volk hetzij deze zich algemeen^
of plaatselijk heett geopenbaard, H. M. aangenaam zal
zijn. Hij vertrouwt dat bij het overwegen der verschil
lende voorstellen de noodige steun zal worden gegeven
aan werken van liefdadigheid, die strekken tot verbetering
en vervroolijking van den toestand van H. M. arme onder
danen."
- Te Plymouth zijn geen verdere gevallen van cholera
meer voorgekomen onder de troepen die met de «Nubta
zijn aangebracht. Op het hospitaalschip «Piqué' worden
acht patiënten verpleegd die reeds aan de beterhand zijn.
FKASTHlllJK. De benoeming van Murawjef tot
minister van buitenlandsche zaken in Rusland wordt in
Frankrijk met vreugde begroetwat niet te verwonderen
isals mon weetdat de nieuwbenoemde een erkend
tegenstander van Duitschland en vriend de republiek is.
Do «Gaulois" zegt: «Ondanks de onveranderlijkheid van
de tradities der buitenlandsche staatkunde van het Rus
sische rijkspeelt de persoonlijkheid van den minister
steeds een groote rol al ware het slechts in de details
der uitvoering van die staatkunde. Daarom en ook om
dat zij blijk geeft van de gezindheid van den Czaar
moeten wij Rusland en Frankrijk gelukwenschen met de
keuze van graaf Murawjef.'"
De rechtbank te Parijs heeft verklaarddat de
oud-minister Baïhaut terecht in de gijzeling is gezet
wegens het niet betalen van de boete waartoe hij ver
oordeeld is in het Panama-proces. Baïhaut zal minstens
een jaar hoogstens twee in de gijzeling moeten door
brengen. De rechtbank verklaarde verder dat de ver
plichting tot betaling der boete solidair rust op Charles
de Lesseps en Blondin die ook tot boete zijn veroor
deeld maar zonder dat de solidariteit met zooveel woor
den in het proces vermeld werd. Deze twee heeren zijn
echter naar het buitenland gevlucht en zullen naar de
meeste juristen bewereneerst over twintig jaar in
Frankrijk terug kunnen komen willen zij geen gevaar
loopen te worden behandeld als Baïhaut.
ITAIiBE. De «Opinione" meldt dat generaal Bal-
dissera de gouverneur van Eritrea wegens gezondheids-
en familieredeaen verlof heeft gevraagd en Mit hem is
verleend omdat het zoowel in het binnenland als aan
grenzen der kolonie thans rustig is.
Volgens een andere lezing zou de koning de meening
van den generaal over het vredes-tractaat willen hooren
en zou de terugreis van majoor Nerazzinidie het trac-
taat aan Menelik moet brengen vooreerst uitgesteld zijn.
RU8LAND. Na, maandenlang aarzelen heeft de
Czaar graaf Murawjef tot opvolger van vorst Lobanof
benoemd. Hij is de gunsteling der keizerin-weduwe de
voorstander van hot vriendschapsverbond met Frankrijk.
Hij was gezant aan bet Deensche Hof, waar hij lucht kon
geven aan zijn haat tegen Duitschland en aan zijn zucht
om de aa sluiting van Denemarken bij Rusland en Fran
krijk te bewerken.
SPANJE. Uit Manilla wordt geseind dat generaal
Polavilja een proclamatie heett uitgevaardigd waarin hij
gratie belooft aan de rebellen, die zich binnen elf dagen
overgeven met zekere uitzonderingen echter. Men ver
wacht dat veel rebellen daarvan gebruik zullen maken.
In de gevangenis van San Iguacio de Agana, de hoofd
stad der Marianne-eilanden hebben de gevangenen een
poging gedaan om te ontvluchten. Niet minder dan 83
worden doodgeschoten door de wacht en 46 werden gewond.
f Is