Xtfegen en BiTegentigste Jaargang.
1897.
ZONDAG
31 JANUARI.
SB1W01.IIIMS
't JLager Onderwijs.
EEN OFFER.
FEUILLETON.
IVO» 14:. Tweede blad.
ALKIIAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden voor Alkmaar O,SO; franco door het
geheele rijk 1,
3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Prijs der gewone Advertentlën
Per regel f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
Telefoonnummer s 3*
Stelt men voorop, dat het lager onderwijs de laatste
halve eeuw hier te lande belangrijk is verbeterd, en er
kent men tevens dankbaar, dat in het algemeen de onder-
wijzershuu moeilijk werk met ijver waarnemen, dan zal voor
den lezer van dit opstel in deze prsemisse het bewijs
liggen, dat de volgende opmerkingen niet voortspruiten
uit zucht tot afkeuring, maar slechts een schema bevatten
van de noodige hervormingen, zonder dat daarbij de
goede zijde van 't bestaande wordt voorbijgezien.
In ons land heeft de rijkswetgever de zorg voor 't lager
onderwijs grootendeels overgenomen en het iuitiatief van
bijzondere personen is daardoor buiten invloed gesteld.
Zij zullen niet met elkaar concurreeren, doch hebben
slechts ééne mededingster, n.l. de staatsschool.
Daarmede is een sterke prikkel tot verbetering weg
genomen.
De wetgever moet dus zelf steeds bedacht blijven, om
hervormingen en verbeteringen in zijne schepping aan te
brengen.
Dit moge veel omvattend zijn, moge vele en hoe langer
hoe meer geldelijke offers eischen, moge in sommige op
zichten zeer bezwarend zijn, doch het feit is eenmaal niet
weg te cijferen.
Van terugtreden op den weg dien men insloeg kan
geen sprake meer zijn.
Aangezien de moderne samenleving hoogere of andere
eischen stelt aan het individu dan vroeger, aangezien
volgens de tegenwoordige opvatting een volwassen persoon
toe beoordeeling van regeeringszaken bevoegd is, hetgeen
hij vroeger niet was, aangezien de moeilijkheid om zich
een bestaan te verschaffen in onze maatschappij zeer
zeker grooter werd, heeft de volksschool aan meer eischen
zoo men wil aan hoogere eischen, of in ieder geval aan
andere eischen te voldoen, als b.v. twintig of dertig jaar
geleden.
Buiten discussie is mitsdien, of de gemeenschap mis
schien beter of verstandiger gedaan had aan de burgers
zelf de opleiding van hun nakomelingen over te laten
gelijk in Engeland.
De gemeenschap heeft in zake onderwijs de zware
taak aanvaard de taak die zij niet meer van zich af
kan schuiven wier omvang wisselen zal naar de om
standigheden en die zoo goed mogelijk moet worden
vervuld.
Roman van
H. RIDER HAGGARD.
51)
»Die man bevalt mij," zeide de heer Levinger, toen
de dokter zich verwijderd had. «En nu, juffrouw Bird,
hier hebt u twintig pond. Dat zal u voorloopig wel in
staat stellen om roud te komen, zonder Joan's beursje
aan te spreken. Wilt n zoo goed zijn mij dagelijks per
brief of telegram va.n den toestand der zieke op de
hoogte te houden hier is mijn adres en mij voorts
geregeld een rekening toe te zenden over al uwe uit
gaven voor Joan Ik zou u gaarne een pond extra
's weeks toekennen voor uwe buitengewone zorg en
moeite."
»Dat neem ik ook gaarne aan, mijnheer," antwoordde
juffrouw Bird, »ik houd anders te veel van Joan om
iets aan te nemen voor hetgeen ik voor haar doe, maar
ik kan het nu niet missen. Als men voor twee doof
stomman moet zorgen en nog op haar passen, kan men
met naaien niet genoeg verdienen."
«Twee doofstommen
»Ja, mijnheer." En zij vertelde hem van haren man
en van Sally.
'Werkelijk," zeide hij, toen bij dit alles vernomen had
en het tengere vrouwtje eens aanzag «werkelijk, u
schijnt uw deel aan 's werelds leed ruimschoots gekregen
te hebben en het moedig te dragen, juffrouw Bird. Ik
heb respect voor u
«Onverdiend, meneer, onverdiend zeide het vrouwtje
monter. «Ik doe niet meer dan mijn plicht, en zoo
.8 mij gezondheid Iaat, zou ik met de koningin
in al haar heerlijkheid niet willen ruilen."
«Daarvoor respecteer ik u nog meer, hernam Levinger,
terwijl hij met een beleefde buiging afscheid nam. Doch
Gelijk in deze courant eenigen tijd geleden werd be
toogd, gaat het mitsdien niet aan, de onderwijzers slecht
te bezoldigen. Evenmin gaat 't aan een zeer groot
aantal kinderen b.v. 50 en,moer, aan een karig bezol
digd onderwijzer toe te vertrouwen.
Epj ook kan niet volstaan worden met den leerlingen
eenigo theoretische kundigheden bij te brengen, waaraan
zij voor hun verdere leven bijzonder weinig hebben.
Het onderwijs der volksschool moet practisch zijn, dat
wil zeggen zoo worden ingerichtdat het den leerling
in 't maatschappelijk leven te stade komt. Een enkel
voorbeeld.
Op alle lagere scholen wordt onderricht in het reke
nen gegeven.
Men onderscheidt zelfs tusschen beredeneerd en gewoon
rekenen. En wat blijkt nu? Dat verreweg het grootste
getal oud-leerlingen der volksschool nooit boekhoudt
evenmin ten platte lande als in de steden.
Het bijhouden van een gewoon kasboeknoch het
groote nut daarvan wordt de leerlingen ingeprent.
Wel wordt de tijd besteed aan 't oplossen van vraag
stukken die in het practische leven niet voorkomen
terwijl tot vlug en zonder fouten optellenaftrekken en
vermenigvuldigen en deeleu slechts weinigen na zes of
zeven jaar in staat zijn.
Het onderwijs in de Nederlandsche taal is ook bij uit
stek theoretisch.
Het wonderbaarlijkste en on waardeerbaarste van al
onze vermogens is ons spraakvermogen. En wat blijkt
nu Dat aan het spreken hoegenaamd geen zorg word t
besteed.
Hoe luttel jongelieden zijn er, die zich behoorlijk weten
uit te drukken die duidelijk iets kunnen vertellen in
niet al te geradbraakt Holland1 b.
Het is dan ook zoo ver gekomen, dat er in eene verga
dering slechts enkele personen zijn die iets durven zeg-
ren, en dat van hen, die iets willen zeggen, de meesten
het er slecht afbrengen.
De lagere school dunkt ons zou de plaats moeten zijn,
niet waar men gelijk thans leert zwijgen, maar leert spre
ken, zijn gedachten leert uiten in een dragelijken vorm,
met zoo min mogelijke woordverspilling.
Want het is curieus hoeveel woorden de menschen
die zich de qualiteit van spreken aanmatigen noodig
hebben, om een zeer eenvoudig denkbeeld te formuleeren
Het resultaat van zeven jaar moeitevollen arbeid, zoo
wel voor den onderwijzer als voor den leerling, is dan
ook in meer dan een opzicht verwonderlijk.
De leerling heeft noch zijn handen leeren gebruiken
bij zichzelf dacht hij: «Arme meid! Geen wonder, dat
zij zich ongelukkig voelde In dit ellendige krot met
een paar doofstommen tot gezelschap Nu, ik heb nu
voor haar gedaan wat ik kou maar ik wou dat ik het
wat vroeger gedaan had. Och, kon ik mijn leven nog
maar eens overleven, dan zouden de dingen er nu heel
anders uitzien
Juffrouw Bird intnsschen was ten hoogste met den
heer Leviuger ingenomen. Nog nooit van haar leven
zoo verzekerde zij met grooten nadruk aan Jim had zij
zulk een knap, innemend en vrijgevig heer ontmoet.
«Maar," zoo gaf Jim haar op zijne manier te verstaan
«als hij zoo'n bovenst beste man is, waarom heeft hij
dan niet vroeger wat beter op Joan gepast eene
vraag, op welke zijne vrouw geen bevredigend antwoord
wist te geven
Inderdaad, nu zij er eens over begon na te donken
moest zij erkennen datterwijl zij zelve aan mijnheer
Levinger alles had gezegd wat zij wist, de heer Levinger
haar niets had verteld. Zij was over zijne eigenlijke
verhouding tot Johan nog even dom als te voren. Alleen
had het haar getroffen dathoewel de oude heer en het
meisje in vele opzichten van elkaar verschilden Joan's
stem en oogen niet ongelijk aan de zijnen waren. Kou hij
haar vader zijn? Maar, zoo ja, hoe kon hij haar dan
zoo alleen naar Londen laten trekken en haar daar aan
haar lot overlaten? Het was, gelijk al het overige,
een raadsel aan welks oplossing juffrouw Bird wan
hoopte ofschoon zij na lang peinzen tot de conclusie
kwam, dat bloedverwantschap tusschen Joan en mijuheer
Levinger niet bestond.
De heer Levinger bracht intnsschen zjjn programma
stiptelijk ten uitvoer en escorteerde den volgenden morgen
zijne dochter en Ellen terug naar Bradmouth.
Van het eigenlijke doel zijner Londensche reis maakte
hij, voorzichtigheidshalve, geen melding; hij was bij een
handelaar in antiquiteiten geweest, zei hijen evenmin
vertelde Ellen hem hoe zij Joan mantels bad zien ver-
koopen in het magazijn van de firma Blaek en Parker.
«Inderdaad, de naam van het meisje bleef, als bij stil-
noch zijn spraakorgaan geoefend en 't geen hij weet is
van thooretischen aard. Vraag hem naar de functiën
van den hypotheekbewaarder, van den ontvanger dei-
registratie, van den officier van justitie, van den agent
der Nederlandsche Bank, van den burgemeester, van den
commissaris der koningin, enz. enz. Vraag wat gij wilt
uit 't daaglijksch leven en uit de antwoorden zult gij
zien hoe gering zijn kennis is.
Schijnt ons een hervorming der leerstof noodzakelijk
niet minder noodig is die verbeteringen in te voeren
welke reeds elders als b.v. in Belgie sedert jaren zijn
aangebracht.
Als voorbeeld nemen wij Brussel.
In de Brusselsche scbolen wordt hetgeen noodig is voor
hout- en kartonarbeid op onbekrompen wijze door het
gemeentebestuur verstrekt.
Hier ter stede is sedert een halfjaar een sljödcursus
geopend die geheel door particulieren wordt bekostigd
en voor minvermogenden niet toegankelijk is, hoewel
juist zij er zeer veel baat bij zouden vinden.
Op de Brusselsche meisjesscholen worden allerlei
kleedingstukken gemaakt door de kinderendie daarna
onder hen verdeeld kunnen worden. Ten onzent merkt
men bij voorkeur op een naailap zonder veel resultaat.
Het getuigt van een practische opvattingals men
loert de eigen kleedingstukken te maken of te herstellen.
Onder de verplichte leervakken is aan de Brusselsche
scholen ook het zwemmen opgenomen. Zoowel jongens
als meisjes der hoogste klasse gaan 's zomers eenige
keeren 's weeks naar een der particuliere badinrichtingen
om er te leeren zwemmen en de gemeente betaalt het
onderricht.
Het is niet aanstonds te zeggen in hoever te Alkmaar
dit kon nagevolgd worden. Maar ontwijfelbaar schijnt
het noodig, sommige leerlingen der lagere school tus-
schenbeide een regonbad te doen genieten.
Men kan zonder overdrijving zeggen dat het gebied
van zindelijkheid ook een maatschappelijke deugd
nog geheel braak ligt.
Niet minder noodzakelijk, en o. i. mag niet langer ge
draald worden in dit opzicht althans eenige maatregelen
te nemen is hygiënisch toezicht op de scholen.
Te Brussel bezoekt een dokter driemaal per maand elke
school. De kinderen, die het noodig hebben, krijgen van
gemeentewege des winters levertraan en des zomers staal.
Ieder die zich de moeite geefteen lagere school voor
minvermogenden te bezoeken moet erkennen welk een
zegen het zou zijn indien ook hier ter stede op school
kosteloos levertraan werd verstrekt.
zwijgende overeenkomst, geheel onuitgesproken, zoowel
op Rosham als op Monk's Lodge, hoewel zij toch bijna
geen oogenblik uit de gedachten dezer beide families was.
Eilen, harerzijds, te midden van al de drukte der voor
bereidingen voor haar huwelijk, wenschte zich zelve tel
kens geluk met hare tegenwoordigheid van geest, die
eene ontmoeting tusschen Henry en Joan verhinderd had.
Blijkbaar begon haar eigenzinnige broeder nu van den
nood een deugd te maken en ten opzichte van Emma de
zaken uit een verstandiger oogpunt te beschouwen. In
dien hij echter het meisje had weergezien, dan zon dit
ongetwijfeld tot nieuwe moeilijkheden geleid hebben.
Daarom te meer verheugde zich Ellen over het afwenden
van het gevaar.
Ook juffrouw Bird hiold hare belofte en schreef of te
legrafeerde geregeld aan den heer Levinger het verloop
van Joan's ziekte. Bijna dagelijks bezorgde de postbode
van Bradmouth op Monk's Lodge eene gele enveloppe.
Eens toen haar vader uit was en de bode zpide dat er
op antwoord werd gewacht, opende Emma zulk een te
legram, en las
«Dokter wenscht consult met (hier volgde de
naam van een bekend geneesheer) kenrt u kosten
goed? Antwoord: Bird." Emma kon natuurlijk hierop
niet antwoorden, doch gaf lator het telegram aan haren
vader.
Hij las het en zeide tot haar, met eene gestrengheid
die hem anders tegenover zijn dochter geheel vreemd was:
«In het vervolg hoop ik, beste Emma, dat je mijn
brieven en telegrammen onaangeroerd zult la'en. Nu
je dit eenmaal geopend hebt en je nieuwsgierigheid is
gaande gemaakt, wil ik je wel zeggen dat het oen cijfer
telegram is en dat het betrekking heeft op de effecten
beurs."
«Het spijt mij, vader," antwoordde zij stroef want,
hoe goed van vortrouwen zij van nature ook was, dit
maal geloofde zij hem niet, «het spijt mij. Ik zal
in het vervolg voorzichtiger zijn."
En zij verliet de kamer, met het gevoel, dat het aantal
familiegeheimen alweder met een vermeerderd was.